Operation Manual
67
Basisfuncties voor afspelen
3 Raak de scène aan die uwilt afspelen.
• De camcorder speelt de geselecteerde scène af en gaat door met
afspelen tot het einde van de laatste scène in het indexscherm.
• Raak het scherm aan om de afspeelregelaars op te roepen. Tijdens
het afspelen verdwijnen de afspeelregelaars automatisch als een
aantal seconden niets gebeurd is.
Wijzigen welk geheugen (alleen H) of welke filmindeling
uwilt afspelen
Met de indexschermknop (A 65), kunt uselecteren welk geheugen uwilt
afspelen (alleen H) en wat de indeling is van scènes die uwilt
weergeven. De pictogrammen die worden getoond in de indexschermknop
kunnen afwijken of mogelijk wordt de knop niet op het scherm getoond,
afhankelijk van het model van uw camcorder en welk indexscherm
momenteel wordt weergegeven.
H Vanuit het indexscherm [y]:
H Vanuit het indexscherm [9], [¦] of [}]:
M Vanuit het indexscherm [y]:
Raak de indexschermknop aan > Geheugen dat uwilt afspelen
(& of 8) > Filmindeling (· of ¸) > [OK]
Raak de indexschermknop aan > Geheugen dat uwilt afspelen
(& of 8) > [OK]
Raak de indexschermknop aan > Filmindeling (· of ¸) > [OK]