CEL-SR5JA280 HD Camcorder Gebruiksaanwijzing Y
Inleiding Belangrijke gebruiksinstructies WAARSCHUWING! VOORKOM ELEKTRISCHE SCHOKKEN. VERWIJDER DAAROM DE AFDEKKING (OF ACHTERZIJDE) NIET. IN HET APPARAAT BEVINDEN ZICH GEEN ONDERDELEN DIE DE GEBRUIKER ZELF MAG OF KAN REPAREREN. LAAT DIT DOEN DOOR GEKWALIFICEERD ONDERHOUDSPERSONEEL. WAARSCHUWING! VOORKOM BRAND OF ELEKTRISCHE SCHOKKEN. STEL DIT PRODUCT DAAROM NIET BLOOT AAN REGEN OF VOCHT.
Uitsluitend bestemd voor de Europese Unie (en EER). Met deze symbolen wordt aangegeven dat dit product in overeenstemming met de AEEA-richtlijn (2002/96/EC), de richtlijn 2006/66/EC betreffende batterijen en accu’s en/of de plaatselijk geldende wetgeving waarin deze richtlijnen zijn geïmplementeerd, niet bij het normale huisvuil mag worden weggegooid. Dit product dient te worden ingeleverd bij een hiervoor aangewezen inzamelpunt, bijv.
Opwindende eigenschappen en nieuwe functies 1 Verhaal maken (0 58) De Full HD CMOS-sensor van uw camcorder legt video vast met een resolutie van 1.920 x 1.080 pixels2. Video’s worden in het geheugen opgeslagen met gebruik van AVCHD-specificaties3.
Smart AUTO (0 42) Smart AUTO selecteert automatisch de beste scènestand voor de scène die u wilt opnemen. U kunt altijd spectaculaire opnamen maken zonder u te hoeven bekommeren over de instellingen. Video Snapshot Relay-opname (0 61) (0 37) Opnemen van korte films en deze rangschikken in een videoclip in combinatie met uw favoriete achtergrondmuziek. Gezichtsdetectie f94 497 Het geheugen bijna vol? Gebruik dan de dubbele geheugenkaartsleuf om zonder onderbreking video-opnamen te blijven maken.
Genieten van uw opnamen op andere apparaten Sluit de camcorder aan op een HDTV (0 119) Speel video rechtstreeks af vanaf de geheugenkaart. AVCHD-compatibele HDTV’s en digitale recorders met een kaartsleuf die compatibel is met het type geheugenkaart dat u gebruikt*. Eye-Fi Gebruik een Eye-Fi-kaart (0 133) om uw opnamen draadloos te uploaden naar uw computer of naar een website waar u video’s deelt met anderen. Sla uw opnamen op of upload deze naar het web.
Inhoudsopgave Inleiding 4 12 14 14 16 Opwindende eigenschappen en nieuwe functies Wat u moet weten over deze handleiding Kennismaking met de camcorder Bijgeleverde accessoires en CD-ROM’s Namen van onderdelen Voorbereidingen 19 19 21 24 26 26 27 28 30 30 31 31 33 33 35 36 37 38 Beginnen De accu opladen De accessoires voorbereiden De stand en helderheid van het LCD-scherm bijstellen Basisbediening van de camcorder Gebruik van het touchscreen Bedieningsstanden Gebruik van de menu’s Eerste instel
AUTO-stand 40 Elementaire opnamefuncties 40 42 45 46 Films en foto’s maken in de AUTO-stand Over de Smart AUTO-functie Zoomen Snelstartfunctie Video 48 48 52 52 54 58 58 60 61 62 66 68 69 71 72 73 75 75 76 78 78 81 82 83 85 86 87 Elementaire weergavefuncties Films afspelen 3D-bladerbeeld Het indexselectiescherm: Selecteren welke inhoud u wilt afspelen Scènes en verhalen verwijderen Videoverhalen en cinematografische stijl Verhaal maken gebruiken om indrukwekkende verhalen te maken CINEMA-stand e
89 90 90 92 93 94 95 96 97 98 99 100 101 102 102 104 105 106 108 Handmatige belichtingsinstelling Limiet automatische versterkingsregeling (AGC) Handmatige scherpstelling Tele-macro Witbalans Beeldeffecten Zelfontspanner Audio-opnameniveau Gerichtheid van ingebouwde microfoon Audio-equalizer Gebruik van een hoofdtelefoon Gebruik van de geavanceerde mini accessoireschoen Gebruik van een externe microfoon Gebruik van een externe videolamp Gebruik van een zoomafstandsbediening Het punt selecteren waar met afs
Overige informatie 135 Bijlage: Menu-opties - Overzicht 135 138 FUNC.
Wat u moet weten over deze handleiding Bedankt dat u hebt gekozen voor de Canon LEGRIA HF M46 / LEGRIA HF M406. Neem deze handleiding zorgvuldig door voordat u de camcorder in gebruik neemt en bewaar de handleiding op een gemakkelijk bereikbare plaats, zodat u deze later altijd kunt raadplegen. Mocht uw camcorder niet goed werken, raadpleeg dan de tabel Problemen oplossen (0 154).
In deze gebruiksaanwijzing wordt met aangegeven dat een functie beschikbaar is in de vermelde bedieningsstand en wordt met aangegeven dat de functie niet beschikbaar is. Raadpleeg Bedieningsstanden (0 27) voor meer informatie. Vierkante haakjes [ ] worden gebruikt om te verwijzen naar bedieningsknoppen en menu-opties die u op het scherm aanraakt en andere berichten en gegevens op het scherm. Zelfontspanner Bedieningsstanden: [FUNC.
Kennismaking met de camcorder Bijgeleverde accessoires en CD-ROM’s De volgende accessoires worden met de camcorder mee geleverd. XCompacte netadapter CA-570 (incl. netsnoer) Accu BP-808W XDraadloze afstandsbediening WL-D89 (incl.
De volgende CD-ROM’s en softwareprogramma’s zijn met de camcorder mee geleverd. • CD-ROM Transfer Utility van PIXELA* - Gebruik Transfer Utility voor het opslaan en kopiëren van films en muziekbestanden die u kunt gebruiken als achtergrondmuziek. • CD-ROM VideoBrowser van PIXELA* - Behalve van alle functies van Transfer Utility, kunt u gebruikmaken van VideoBrowser voor het beheren, bewerken en afspelen van films.
Namen van onderdelen Aanzicht linkerzijde 1 2 5 3 4 6 7 8 Aanzicht rechterzijde 9 A dA f A q A a A g A s A h Vooraanzicht A j 16 Inleiding A k 1 2-knop (opnemen/afspelen) (0 27) 2 VIDEO SNAP-knop (Video Snapshot) (0 61) 3 (knop voor verhaal maken) (0 58) 4 DISP.-knop (schermgegevens) (0 24, 105)/ BATT.
Bovenaanzicht A l S a LCD-paneel S d S s l Geavanceerde mini accessoireschoen A (0 100) q Zoomregelaar (0 45) S a POWER-knop S q S s ON/OFF (CHG)-indicator S (oplaadindicator): Groen – Aan Oranje – Standby (0 46) Rood – Bezig met opladen (0 19) d Sensor voor afstandsbediening (0 21) S f LCD-touchscreen (0 24, 26) S g POWERED IS-knop (beeldstabilisatie) S (0 82)/ WEB-knop (publicatie op het web) (0 128) h Accucompartiment (0 19) S j START/STOP-knop (0 40) S k DC IN-aansluitpunt (0 19) S l RESET-knop (0
q BATTERY RELEASE-schakelaar D (0 20) a Aansluitpunt statief (0 168) D s Serienummer D Onderaanzicht D q D a D s Draadloze afstandsbediening WL-D89 1 START/STOP-knop (0 40) 2 b-knop (indexselectie) (0 52) Door deze knop langer dan 2 seconden ingedrukt te houden, gaat u van de opnamestand naar de afspeelstand of omgekeerd. 3 MENU-knop (0 29, 138) 4 DISP.
Voorbereidingen In dit hoofdstuk volgt een beschrijving van de elementaire bedieningshandelingen, zoals het gebruik van het aanraakpaneel, navigatie door menu’s, en de instellingen die u de eerste keer moet verrichten. Zo raakt u snel vertrouwd met de camcorder. Beginnen De accu opladen De camcorder kan van stroom worden voorzien met een accu of rechtstreeks met de compacte netadapter. De accu moet de eerste keer volledig opgeladen zijn en u moet de camcorder gebruiken totdat de accu volledig leeg is.
ON/OFF (CHG)-(oplaad)-indicator 5 Het laden begint zodra de camcorder is uitgeschakeld. • Indien de camcorder ingeschakeld was, zal de groene ON/OFF (CHG)indicator uitgaan zodra u de camcorder uitzet. Na een moment gaat de ON/OFF (CHG)-indicator in rood knipperen (accu bezig met opladen). De rode ON/OFF (CHG)-indicator gaat uit zodra de accu volledig opgeladen is. • Indien de indicator snel knippert, raadpleeg dan Problemen oplossen (0 157).
OPMERKINGEN • Het verdient aanbeveling de accu op te laden bij een temperatuur tussen 10 °C en 30 °C. De accu zal niet worden opgeladen als de omgevingstemperatuur of de temperatuur van de accu lager is dan circa 0 °C en hoger dan circa 40 °C. • De accu wordt alleen opgeladen als de camcorder uit staat. • Als tijdens het opladen van de accu de stroombron werd losgekoppeld, controleer dan of de ON/OFF (CHG)-indicator is uitgegaan voordat u de stroombron weer aansluit.
OPMERKINGEN • De afstandsbediening zal niet goed functioneren wanneer de sensor voor de afstandsbediening is blootgesteld aan sterke verlichting of direct zonlicht. Handgreepriem en overige riemen Maak de handgreepriem vast. Stel de handgreepriem zo af dat u met uw wijsvinger de zoomregelaar en met uw duim de knop g kunt bereiken. U kunt de bijgeleverde styluspen aansluiten op de handgreepriem.
Een optionele polsriem bevestigen Bevestig de polsriem op de beugel aan de achterzijde van de camcorder, stel de lengte bij en maak de riem vast. U kunt de polsriem uit oogpunt van bedieningsgemak en bescherming ook bevestigen aan het riembevestigingspunt op de handgreepriem. Een optionele schouderriem bevestigen Voer de uiteinden van de schouderriem door het riembevestigingspunt op de handgreepriem en stel de lengte van de riem bij.
De stand en helderheid van het LCD-scherm bijstellen Het LCD-paneel draaien Open het LCD-paneel 90 graden • U kunt het paneel 90 graden naar beneden draaien. • U kunt het paneel 180 graden naar de lens draaien. Het 180 graden draaien van het LCD-paneel kan heel handig zijn in de volgende gevallen: - Om uzelf in beeld te nemen wanneer u een opname maakt met de zelfontspanner. - Om met de afstandsbediening de camcorder vanaf de voorzijde te bedienen.
OPMERKINGEN • De LCD-achtergrondverlichting heeft geen invloed op de helderheid van uw opnamen. • Gebruik van de heldere instelling bekort de effectieve gebruiksduur van de accu. • U kunt de helderheid van het LCD-scherm verder bijstellen met de optie 6 8 [Helderheid] of het scherm dimmen met de optie 6 8 [LCD-schermdimmer] om het scherm te kunnen gebruiken op plaatsen waar het licht van het LCD-scherm hinderlijk is.
Basisbediening van de camcorder Gebruik van het touchscreen Welke bedieningsknoppen en menu-onderdelen op het touchscreen worden getoond, hangt af van de bedieningsstand en de taak die u uitvoert. Met de intuïtieve interface van het touchscreen kunt u snel alle functies instellen. U kunt ook gebruikmaken van de bijgeleverde styluspen om nauwkeuriger te werk te gaan. Aanraken Druk stevig op een element dat wordt weergegeven op het touchscreen.
Bedieningsstanden Opnamen maken Het hangt van de stand van de keuzeschakelaar af welke bedieningsstand actief is wanneer u opnamen maakt. Bedieningsstand Keuzeschakelaar Functie In deze stand verzorgt de camcorder alle instellingen terwijl u zich kunt concentreren op het maken van de opnamen (0 40). Uitstekende keus voor beginners of wanneer u zich niet druk wilt maken over gedetailleerde camcorderinstellingen.
Gebruik van de menu’s Veel camcorderfuncties kunt u instellen met het FUNC.-paneel en de instellingsmenu’s. Raadpleeg de bijlage Menu-opties - Overzicht (0 135) voor informatie over de beschikbare menu-opties en instellingen. FUNC.-paneel Bedieningsstanden: Het FUNC.-paneel geeft een duidelijk overzicht van vaak gebruikte opnamefuncties. Raak [FUNC.] aan als u het FUNC.-paneel wilt openen en raak vervolgens de functie aan die u wilt instellen of wijzigen.
Instellingsmenu’s * Bedieningsstanden: * In de stand hebt u geen toegang tot de instellingsmenu’s en worden de meeste menu-instellingen teruggezet naar de standaardwaarde. 1 Alleen in de stand Raak [FUNC.] aan. of : 2 Raak [MENU] aan om de instellingsmenu’s te openen. U kunt ook op u van de draadloze afstandsbediening drukken. 3 Raak de tab van het gewenste menu aan. 4 Sleep uw vinger omhoog en omlaag om de instelling die u wilt wijzigen, naar de oranje selectiebalk te brengen.
Eerste instellingen De datum en tijd instellen U moet de datum en tijd van de camcorder instellen voordat u de camcorder kunt gebruiken. Het scherm [Date/Time-Datum/Tijd] (scherm voor instellen van datum en tijd) verschijnt automatisch als de klok van de camcorder niet ingesteld is. Als het scherm [Date/Time-Datum/Tijd] verschijnt, wordt op het scherm het jaar getoond als het eerst geselecteerde onderdeel. 1 Raak een veld aan dat u wilt wijzigen (jaar, maand, dag, uren of minuten).
De taal wijzigen De standaardtaal van de camcorder is Engels. U kunt 26 andere talen kiezen. Bedieningsstanden: [FUNC.]* 8 [MENU] 8 6 8 [Language a/Taal]** 8 Gewenste taal 8 [a] * Alleen als u de procedure uitvoert in een opnamestand. ** Als u de taal van de camcorder hebt gewijzigd in Engels, selecteer dan 6 8 [Language a/Taal] om de taal te wijzigen. OPMERKINGEN • Sommige bedieningsknoppen, zoals [ZOOM], [FUNC.] of [MENU], worden getoond in het Engels, ongeacht de geselecteerde taal.
3 Raak [Z] of [O] aan om de gewenste tijdzone te selecteren. Raak [U] aan om de zomertijd in te stellen als dat van toepassing is. 4 Raak [a] aan om het menu te sluiten.
Bij gebruik van een geheugenkaart Geheugenkaarten die u met de camcorder kunt gebruiken U kunt met deze camcorder gebruikmaken van de volgende soorten commercieel verkrijgbare Secure Digital (SD)-kaarten. Vanaf oktober 2010 is de filmopnamefunctie getest met SD/SDHC/ SDXC-geheugenkaarten die zijn gemaakt door Panasonic, Toshiba en SanDisk. Type geheugenkaart: SD-geheugenkaart, SDHC-geheugenkaart, SDXC-geheugenkaart SD-snelheidsklasse (Speed Class)*: Capaciteit: 128 MB of groter**.
Compatibele besturingssystemen voor SDXC-geheugenkaarten Besturingssysteem Compatibiliteit Windows 7 Compatibel Windows Vista Compatibel (vereist Service Pack 1 of later) Windows XP Compatibel (vereist Service Pack 3 en update KB955704) Mac OS X Niet compatibel BELANGRIJK • Als u op uw computer een SDXC-geheugenkaart gebruikt met een besturingssysteem dat niet compatibel is met SDXC, dan wordt u mogelijk gevraagd de geheugenkaart te formatteren.
Een geheugenkaart plaatsen en verwijderen U moet een geheugenkaart altijd eerst initialiseren (0 38) voordat u deze met de camcorder kunt gebruiken. 1 Zet de camcorder uit. Controleer of de ON/OFF (CHG)-indicator uit staat. 2 Open de afdekking van de dubbele geheugenkaartsleuf. 3 Steek de geheugenkaart in zijn geheel, met het label omhoog gericht, recht in een van de geheugenkaartsleuven totdat de kaart vast klikt. • U kunt ook twee geheugenkaarten gebruiken, één in elke geheugenkaartsleuf.
Het geheugen selecteren voor het maken van opnamen U kunt films opnemen en foto’s maken in het interne geheugen (alleen ) of op een geheugenkaart. Het standaardgeheugen voor het maken van films en foto’s is het interne geheugen ( ) of geheugenkaart X ( ). Bedieningsstanden: WAAR U OP MOET LETTEN • Zorg ervoor dat u op de hoogte bent van wat staat beschreven onder Eye-Fi-kaarten (0 34) voordat u een Eye-Fi-kaart gebruikt. [FUNC.
Relay-opname U kunt relay-opname activeren zodat u ononderbroken kunt doorgaan met het opnemen van films op de geheugenkaart als het door u gebruikte geheugen vol geraakt is. Als u opnamen maakt op geheugenkaart X, kunt u geheugenkaart Y : Als u opnamen maakt in gebruiken voor de relay-opname (497). het interne geheugen, kunt u ervoor kiezen om alleen geheugenkaart X voor relay-opname te gebruiken (f94), of om beide geheugenkaarten te gebruiken (f9497).
- Als u de stand van de keuzeschakelaar wijzigt. - Als u de bedieningsstand van de camcorder wijzigt. - Als u voor het opnemen van films een ander geheugen kiest. Het geheugen initialiseren Voordat u een geheugenkaart de eerste keer met de camcorder gebruikt, moet u de geheugenkaart initialiseren. U kunt een geheugenkaart of het interne geheugen (alleen ) ook initialiseren als u alle opnamen permanent wilt verwijderen.
BELANGRIJK • Initialisatie van het geheugen houdt in dat alle opnamen permanent worden gewist. Verloren geraakte opnamen kunt u dan niet meer terughalen. Zorg er daarom voor dat u van belangrijke opnamen eerst een kopie maakt op een extern apparaat (0 120). • Initialisatie van een geheugenkaart verwijdert permanent alle muziekbestanden en beelden die u mogelijk naar de kaart hebt gekopieerd.
AUTO-stand Dit hoofdstuk beschrijft hoe u in de stand op gemakkelijke wijze films en foto’s kunt maken, en hoe u elementaire opnamefuncties zoals de zoomfunctie en snelstartfunctie gebruikt. Als u gebruik wilt maken van alle menufuncties en geavanceerde opties, raadpleeg dan Opnamen maken in de stand y (Handmatig) (0 75). Elementaire opnamefuncties Films en foto’s maken in de AUTO-stand Standaard worden films en foto’s gemaakt in het interne geheugen (alleen ) of op geheugenkaart X ( ).
1 Zet de keuzeschakelaar op . 2 Zet de camcorder aan. Video opnemen Druk op g om met opnemen te beginnen. • Druk nogmaals op g als u een pauze wilt inlassen. • De ACCESS-indicator gaat van tijd tot tijd knipperen terwijl de scène wordt opgenomen. j Foto’s maken Raak [PHOTO] aan. • Tijdens het maken van de foto wordt op het scherm gedurende korte tijd een groen pictogram (h) weergegeven en knippert de ACCESSindicator. • Tijdens het opnemen van een film kunt u tegelijkertijd foto’s maken.
Scènes classificeren U kunt in de opnamestand de optie voor het classificeren van scènes inschakelen met de optie 8 8 [Scenes beoordelen (opn.)]. Onmiddellijk na het opnemen van een scène wordt u de mogelijkheid geboden aan de scène een classificatie toe te wijzen door een van de classificatieknoppen aan te raken; u kunt ook [ ] of [a] aanraken om de scène ongeclassificeerd te laten. Later kunt u scènes afspelen en andere scènebewerkingen uitvoeren op basis van classificaties.
Smart AUTO-pictogrammen Achtergrond → (kleur van het pictogram) Helder2 (grijs) Onderwerp ↓ Zonsondergangen (oranje) Levendige kleuren2 (groen/rood) Blauwe luchten2 (lichtblauw) Mensen (stilstaand) ( ) ( ) ( ) ( ) ( ) ( ) ( ) ( ) ( ) — Mensen (bewegend) Andere onderwerpen dan mensen, zoals landschappen Nabijgelegen onderwerpen ( / 1 / 1) Achtergrond → (kleur van het pictogram) ( / 1 / 1) ( — / 1 / 1) — Donker (donkerblauw) Onderwerp ↓ Spotlight Nachtscène Mens
- Verwijder de stroombron niet en zet de camcorder niet uit. - Wijzig de bedieningsstand van de camcorder niet. • Zorg ervoor dat u regelmatig een backup van uw opnamen maakt (0 120), in het bijzonder na het maken van belangrijke opnamen. Canon is niet aansprakelijk voor verlies of beschadiging van gegevens.
Zoomen Bedieningsstanden: U kunt op drie manieren in- en uitzoomen: met de zoomregelaar op de camcorder, met de zoomknoppen op de draadloze afstandsbediening of de zoomregelaars op het touchscreen. Behalve dat u gebruik kunt maken van de 10x optische zoom, kunt u in de stand ook de digitale zoom (40x of 200x) inschakelen met de optie 7 8 [Dig. Zoom]. Gebruik van de zoomregelaar op de camcorder of gebruik van de draadloze afstandsbediening Verplaats de zoomregelaar naar Q (groothoek) om uit te zoomen.
Gebruik van de zoomregelaars op het touchscreen 1 Roep de zoomregelaars op het touchscreen op. [FUNC.] 8 [ZOOM Zoom] • De zoomregelaars worden getoond aan de linkerzijde van het scherm. 2 Raak de zoomregelaars aan om de zoom te bedienen. Raak een plaats aan binnen het Qgebied om uit te zoomen of binnen het P-gebied om in te zoomen. Raak een gebied aan dat dichter bij het midden ligt voor een zoom die langzamer is. raak een gebied aan dat dichter bij de pictogrammen e/d ligt voor een snellere zoom.
binnen circa 1 seconde* klaar voor gebruik, waardoor u meteen kunt beginnen met opnemen. * De werkelijke tijd hangt af van de opnameomstandigheden. Bedieningsstanden: 1 Sluit het LCD-paneel terwijl de camcorder ingeschakeld is en in een opnamestand staat. U hoort een pieptoon en de groene ON/OFF (CHG)-indicator verandert in oranje om aan te geven dat de camcorder in de standby-stand is gekomen. 2 Open het LCD-paneel als u het opnemen wilt hervatten.
Video Dit hoofdstuk beschrijft functies die betrekking hebben op films, waaronder afspelen, geavanceerd opnemen, gebruik van verhaal maken en andere geavanceerde functies. Raadpleeg AUTO-stand (0 40) voor bijzonderheden over de elementaire functies die u gebruikt voor het maken van video-opnamen. Elementaire weergavefuncties Films afspelen Bedieningsstanden: 1 Druk op S.
A Geheugen dat wordt gelezen. B Opnamedatum. C Verdelingslijn tussen opnamedata. D Sleep uw vinger naar links voor de volgende indexpagina*. E Sleep uw vinger naar rechts voor de vorige indexpagina*. F Open het indexselectiescherm (0 52). G 3D-bladerbeeld (0 52). H Tijdlijn scène (0 104). * Terwijl u door indexpagina’s bladert, verschijnt aan de onderzijde van het scherm gedurende enkele seconden een scrollbalk.
Tijdens het afspelen: A Naar het begin van de scène gaan. Dubbel aantikken om naar de vorige scène te gaan. B Naar het begin van de volgende scène gaan. C Een pauze inlassen. D Versneld achteruit/vooruit afspelen*. E De volumeregelaars (0 50) en mixbalansregelaars van de achtergrondmuziek (0 69) oproepen. F Afspelen stopzetten. G Decoratie (0 62). * Raak deze regelaar meerdere malen aan als u de afspeelsnelheid wilt verhogen tot circa 5x → 15x → 60x de normale snelheid.
Tijdens afspeelpauze: A Afspelen hervatten. B Vertraagd vooruit/achteruit afspelen*. C Het weergegeven beeldje vastleggen als een foto (0 107). D Decoratie (0 62). * Raak deze regelaar meerdere malen aan als u de afspeelsnelheid wilt verhogen tot 1/8 → 1/4 de normale snelheid. Tijdens langzaam afspelen kunt u een willekeurig gebied op het scherm aanraken om terug te keren naar afspeelpauze. BELANGRIJK • Neem de onderstaande voorschriften in acht wanneer de ACCESSindicator brandt of knippert.
3D-bladerbeeld Raak [ ] aan in het datum-indexscherm om over te gaan op het 3Dbladerbeeld. Deze plezierige manier waarmee scènes op basis van opnamedatum in een 3D-layout gegroepeerd worden weergegeven, maakt het gemakkelijk om door een groot aantal opnamen te bladeren. A Opnamedatum. B Sleep uw vinger naar links om naar de volgende datum met opnamen te gaan. C Sleep uw vinger omhoog en omlaag om in de getoonde datum door de scènes te bladeren.
Raak [b] aan in een indexscherm. Raak tijdens de schermweergave van één foto het scherm eenmaal aan om de bedieningselementen op te roepen en raak vervolgens [Q] aan om het indexscherm [Foto’s] te openen. A Raak de tab van het gewenste geheugen aan: intern geheugen (alleen ), geheugenkaart X of geheugenkaart Y. B Raak een bedieningsknop aan om de inhoud te selecteren die u wilt afspelen. Opties [1 Datum] Scènes die zijn geordend op basis van opnamedatum.
Twee afspeelstanden: het datum-indexscherm versus de galerij In het datum-indexscherm vindt u alle films die u hebt opgenomen, overzichtelijk geordend op basis van opnamedatum. Als u scènes afspeelt vanuit het datum-indexscherm, dan worden deze afgespeeld in chronologische volgorde. In de galerij vindt u uw scènes gegroepeerd als videoverhalen.
2 Verwijder de scènes. [Bew.] 8 [Verwijderen] 8 Gewenste optie* 8 [Ja]** 8 [OK] * Als u [Selecteer] selecteert, voer dan de volgende procedure uit om de individuele scènes te selecteren die u wilt verwijderen voordat u [Ja] aanraakt. ** Raak [Stop] aan als u de procedure wilt onderbreken terwijl deze wordt uitgevoerd. Sommige scènes zullen desondanks worden verwijderd. Individuele scènes selecteren 1 Raak de individuele scènes aan die u wilt verwijderen.
4 Verwijder de scène. [d] 8 [Ja] 8 [OK] 8 [f] Scènes verwijderen uit een verhaal op basis van classificatie 1 Open het informatiescherm van het verhaal dat de scènes bevat die u wilt verwijderen. [b] 8 [ Galerij] 8 Breng het gewenste verhaal naar de voorgrond 8 [Verhaalgegevens] 2 Open het classificatieselectiescherm. [Verhaal bewerken] 8 [Verwijderen] 3 Raak een of meer van de classificatieknoppen aan om alle betreffende scènes te selecteren.
2 Selecteer het verhaal dat u wilt verwijderen. Sleep uw vinger naar rechts/links om het gewenste verhaal naar de voorgrond te brengen. 3 Verwijder het verhaal. [Verhaalgegevens] 8 [Verhaal bewerken] 8 [Verhaal verw.] 8 [Ja]* 8 [OK] * Raak [Stop] aan als u de procedure wilt onderbreken terwijl deze wordt uitgevoerd. Sommige scènes zullen desondanks worden verwijderd. BELANGRIJK • Wees voorzichtig bij het verwijderen van opnamen. Zodra opnamen zijn verwijderd, kunt u deze niet meer herstellen.
Videoverhalen en cinematografische stijl Verhaal maken gebruiken om indrukwekkende verhalen te maken Verhaal maken is een handige functie die in een aantal situaties suggesties geeft voor typische scènes. Met verhaal maken is het maken van creatieve videoverhalen net zo gemakkelijk als het selecteren van een van de verhaalthema’s, zoals [Reizen], [Feest] of [Kinderen en huisdieren], en het gebruiken van de voorgestelde categorieën om video-opnamen te maken.
• Scènes worden opgenomen in het verhaal en de categorie die door u zijn geselecteerd. • U kunt ook Video Snapshot-opnamen maken (0 61). A Met deze optie keert u terug naar de lijst met verhaalscènes (categorieën). B Aanbevolen lengte van scènes in deze categorie. C Momenteel geselecteerde verhaalscène (categorie). U kunt ook hier het scherm aanraken om terug te gaan naar de lijst met verhaalscènes.
De lijst met verhaalscènes verschijnt. Het oranje kader aan de rechterzijde toont hoeveel scènes u hebt opgenomen in elke verhaalscène (categorie). 3 Sleep uw vinger omhoog/omlaag om een categorie te selecteren en raak aan de rechterzijde (aantal scènes) het oranje kader aan. De camcorder komt in de opnamepauzestand en de geselecteerde categorie van de verhaalscène verschijnt aan de onderzijde van het scherm. 4 Druk op g om een scène op te nemen binnen de geselecteerde verhaalscène.
[1: Cinemastandaard] [2: Levendig] [3: Droom] [4: Koel] [5: Nostalgisch] [6: Sepia] [7: Oude film] [8: Geheugen] [9: Dramatisch zwart-wit] A Filternummer (wordt weergegeven op de bedieningsknop) B Filternaam C Vooraf het effect op het scherm bekijken D Met deze optie selecteert u het niveau van het effect E Korte beschrijving OPMERKINGEN • U kunt geen foto’s maken terwijl de camcorder in de stand staat. Video Snapshot Neem een reeks korte scènes op.
1 Druk op z. • Op het scherm verschijnt een blauwe rand. • Druk nogmaals op z als u wilt terugkeren naar de normale video-opnamestand. 2 Druk op g . • De camcorder neemt een aantal seconden lang op (het blauwe kader geeft visueel de voortgang weer) en keert daarna automatisch terug naar de opnamepauzestand. • Bij het einde van de opname zal het scherm van de camcorder even zwart worden. Dit lijkt op het open en dichtgaan van de sluiter van een camera.
Scènes decoreren terwijl u opnamen maakt Bedieningsstanden: 1 Open het decoratiescherm. [FUNC.] 8 [ Decoratie] • Het decoratiescherm wordt ook automatisch geopend wanneer u het LCD-paneel inklapt met het touchscreen naar buiten gericht. 2 Gebruik het gereedschap in de werkbalk zoals wordt uitgelegd in de volgende procedures. 3 Druk op g om films met uw decoraties op te nemen. U kunt zelfs decoraties toevoegen wanneer u een scène opneemt. 4 Raak [a] aan als u het decoratiescherm wilt verlaten.
In de afspeelstand: hiermee last u tijdens het afspelen een pauze in. Raak [A] aan om het afspelen van de scène te hervatten. H [ ] Hiermee minimaliseert u de werkbalk naar de bovenzijde van het scherm, zodat u het tekenblad bijna in zijn geheel kunt bekijken. Raak [ ] aan als u de werkbalk wilt terugzetten naar de oorspronkelijke plaats. * Niet beschikbaar in de stand . Gebruik van [Pennen en stempels] 1 Raak [ ] aan. Het scherm [Pennen en stempels] verschijnt.
3 Raak een willekeurig gebied op het tekenblad aan waar u de geselecteerde bewegende stempel wilt plaatsen. U kunt de bewegende stempel ook naar een andere plaats slepen. Gebruik van [Captions] (bijschriften) 1 Raak [ ] aan. Het scherm [Captions] verschijnt. 2 Raak [Datum] of [Tijd] aan. Als u een scène opneemt met gebruik van verhaal maken, dan kunt u ook [Titel] (de titel van het verhaal) of [Verhaalscene] (de categorie van de verhaalscène) selecteren.
2 Raak het scherm aan om de afspeelregelaars op te roepen. 3 Raak [ ] aan om het decoratiescherm te openen. 4 Decoreer de scène met behulp van de gereedschappen in de werkbalk zoals beschreven in de vorige paragraaf. In de afspeelstand worden de decoraties niet samen met de originele opname opgeslagen. OPMERKINGEN • Als u een geheugen initialiseert, dan wist u ook het tekenblad dat u hebt gemaakt met [Pennen en stempels] en beeldbestanden die u mogelijk hebt opgeslagen.
A Sleep uw vinger naar rechts of links om een verhaal te selecteren. B Verhaalthema. C Geselecteerd verhaal (groot miniatuurbeeld op de voorgrond). D Verhaaltitel (0 73). E Het indexselectiescherm openen (0 52). F Bijzonderheden over het verhaal (aantal scènes, totale afspeelduur) en bewerkingsopties. G Lijst met scènes die zijn opgenomen in het geselecteerde verhaal. 2 Selecteer het verhaal dat u wilt afspelen. Sleep uw vinger naar rechts/links om het gewenste verhaal naar de voorgrond te brengen.
- Open de afdekking van de dubbele geheugenkaartsleuf niet. - Verwijder de stroombron niet en zet de camcorder niet uit. - Wijzig de bedieningsstand van de camcorder niet. Scènes classificeren U kunt scènes classificeren onmiddellijk nadat u deze hebt opgenomen (0 42) of tijdens het afspelen. U kunt dan later meerdere scènes met dezelfde classificatie selecteren om bijvoorbeeld alleen uw favoriete scènes af te spelen of te kopiëren.
3 Raak [A] aan om het afspelen te hervatten en op dezelfde wijze andere scènes te classificeren of raak [B] aan om terug te keren naar de galerij. Afspelen met achtergrondmuziek U kunt films (of een fotodiashow) afspelen met gebruik van een van de bijgeleverde muzieknummers als achtergrondmuziek. Bedieningsstanden: De bijgeleverde supplementaire schijf bevat 3 muzieknummers die u : De muziekbestanden kunt gebruiken als achtergrondmuziek. zijn voorgeïnstalleerd in het interne geheugen.
A Het gewenste muzieknummer selecteren. B De balans van de achtergrondmuziek instellen. C Het originele geluid afspelen (geen achtergrondmuziek). D Het geselecteerde muzieknummer verwijderen. E Het geselecteerde muzieknummer beluisteren. Raak (B) nogmaals aan als u wilt stoppen met afspelen. 3 Stel de mixbalans af tussen het originele geluid en de achtergrondmuziek.
BELANGRIJK • Als u in uw videocreaties gebruik maakt van liedjes en muzieknummers waarop auteursrechten rusten, houd er dan rekening mee dat u geen gebruik mag maken van muziek waarop auteursrechten rusten als u daarvoor geen toestemming van de houder van de auteursrechten hebt gekregen, behalve in gevallen die zijn toegestaan krachtens de geldende wetten, zoals persoonlijk gebruik. Zorg ervoor dat u de toepasselijke wetten in acht neemt als u gebruik maakt van muziekbestanden.
2 Sleep in het scherm [Scenelijst] uw vinger omhoog/omlaag om de scène te selecteren die u wilt kopiëren/verplaatsen. 3 Raak aan de rechterzijde het oranje vak aan om het scherm [Scene bewerken] te openen en raak [Kopieren] of [Verplaatsen] aan. 4 Selecteer de bestemming. Sleep uw vinger naar rechts/links om het gewenste verhaal te selecteren en raak het miniatuurbeeld hiervan aan.
2 Selecteer het verhaal waarvoor u een ander miniatuurbeeld wilt kiezen. Sleep uw vinger naar rechts/links om het gewenste verhaal naar de voorgrond te brengen. 3 Open het scherm [Verhaalminiatuur]. [Verhaalgegevens] 8 [Verhaal bewerken] 8 [Verhaalminiatuur] 4 Lokaliseer het beeldje dat u wilt gebruiken als het miniatuurbeeld van het verhaal. Op het scherm verschijnen de afspeelregelaars (0 50).
5 Raak [OK] 8 [f] 8 [f] aan om terug te keren naar de galerij. A Wisselen tussen letters en cijfers/speciale karakters. B De positie van de cursor wijzigen. C Het karakter links van de cursor verwijderen (backspace). D Caps Lock. Wanneer het numerieke toetsenbord wordt weergegeven, dan kunt u voor gebruik van speciale karakters met [#%?] afwisselend een keuze maken voor set 1 en set 2.
Geavanceerde functies Opnamen maken in de stand y (Handmatig) Als de keuzeschakelaar op y (handmatige stand) staat, hebt u volledig toegang tot alle menu’s en kunt u handmatig de belichting instellen, scherp stellen, de witbalans instellen en nog veel meer camcorderfuncties instellen zoals u dat wilt. Zelfs in de stand kan de camcorder u met de instellingen helpen. Bijvoorbeeld door gebruik te maken van het opnameprogramma van de Speciale Scènes (0 78).
• Zorg ervoor dat u regelmatig een backup van uw opnamen maakt (0 120), in het bijzonder na het maken van belangrijke opnamen. Canon is niet aansprakelijk voor verlies of beschadiging van gegevens. • Foto’s die zijn gemaakt op een Eye-Fi-kaart in geheugenkaartsleuf Y, worden automatisch geüpload nadat de camcorder in de afspeelstand is gezet als u binnen het bereik bent van een geconfigureerd netwerk. Controleer altijd of Eye-Fi-kaarten goedgekeurd zijn in het land of de regio waar u de kaart gebruikt.
[FUNC.] 8 [MENU] 8 8 8 [Opn. Modus] 8 Gewenste opnamemodus 8 [a] OPMERKINGEN • Films die u hebt opgenomen in de MXP-modus, kunt u niet opslaan op AVCHD-schijven. Gebruik een externe Blu-ray Disc-recorder om MXP-films te kopiëren naar Blu-ray-schijven of gebruik de bijgeleverde software VideoBrowser om AVCHD-schijven te maken*. • De camcorder maakt gebruik van een variabele bit rate (VBR) om video te coderen; de feitelijke opnameduur zal daarom afhangen van de inhoud van de scènes.
De beeldsnelheid selecteren U kunt de beeldsnelheid (het aantal beeldjes dat per seconde wordt opgenomen) wijzigen om de impressie van uw films te wijzigen. Bedieningsstanden: [FUNC.] 8 [MENU] 8 8 8 [Framerate] 8 Gewenste beeldsnelheid 8 [a] Opties [w 50i (Standaard)] 50 velden per seconde, interlaced. Standaardbeeldsnelheid van analoge PAL-TV-signalen. [D PF25] Opnamen maken met 25 beeldjes per seconde, progressief*. Gebruik van deze beeldsnelheid geeft aan uw opnamen een cinematografisch karakter.
[G Sport] Voor het opnemen van sportscènes zoals tennis of golf. [q Nachtscène] Voor het opnemen van nachtlandschappen met minder beeldruis. [I Sneeuw] Voor het maken van opnamen in heldere skigebieden zonder dat het onderwerp onderbelicht wordt. [J Strand] Voor het maken van opnamen op een zonnig strand zonder dat het onderwerp onderbelicht wordt. [K Zonsonderg.] Voor het opnemen van zonsondergangen in levendige kleuren. [p Weinig licht] Voor het opnemen van scènes in situaties met weinig licht.
[r Onderwater] Voor het opnemen van onderwaterscènes in natuurlijke kleuren. [s Oppervlakte] Om opnamen te maken na uit het water te zijn gekomen, zoals op een boot na het duiken. OPMERKINGEN • [F Portret]/[G Sport]/[I Sneeuw]/[J Strand]: Tijdens het afspelen is het beeld mogelijk niet vloeiend. • [F Portret]: De achtergrond wordt waziger naarmate u verder inzoomt (P). • [I Sneeuw]/[J Strand]: Het onderwerp kan overbelicht raken op bewolkte dagen of op beschaduwde plaatsen.
koele plaats totdat de temperatuur daalt. De camcorder schakelt zichzelf automatisch uit als de camcorder te heet wordt. - Bij het maken van onderwateropnamen met het opnameprogramma [r Onderwater] is het beeld op het LCD-scherm roder dan het onderwerp feitelijk is. Dit heeft geen invloed op de opname. - Als op de waterdichte behuizing een los verkrijgbare groothoekconverter of ander accessoire aangesloten is, kan het gebeuren dat de camcorder scherp stelt op het accessoire.
Powered IS U kunt gebruikmaken van Powered IS om de beeldstabilisatie nóg krachtiger te maken. Powered IS heeft het meeste effect als u stilstaat en inzoomt op verafgelegen onderwerpen met gebruik van hoge zoomverhoudingen (hoe meer u het telefoto-einde nadert). Door het LCD-paneel met uw linkerhand vast te houden, wordt de stabiliteit van de opname verder vergroot. Druk Y in en houd deze knop ingedrukt zolang u Powered IS wilt activeren. • wordt weergegeven in geel terwijl Powered IS is geactiveerd.
1 Activeer de pre-opnamefunctie. [FUNC.] 8 [d Pre-opname] 8 [A Aan] 8 [a] • Op het scherm verschijnt d. • Herhaal dit en kies [B Uit] als u de pre-opnamefunctie wilt uitschakelen. 2 Druk op g. De scène die in het geheugen wordt opgenomen, begint 3 seconden voordat g werd ingedrukt.
Standaard is gezichtsdetectie geactiveerd. Als u de functie eerder had uitgeschakeld, voer dan de volgende procedure uit om deze functie weer in te schakelen. [FUNC.] 8 [MENU] 8 7 8 [Gezichtsdet. en volgen] 8 [A Aan o] 8 [a] Het hoofdonderwerp selecteren Als er in het beeld meer dan één persoon aanwezig is, dan selecteert de camcorder automatisch één persoon als het hoofdonderwerp.
Aanraken & Volgen Wanneer u opnamen maakt van een groep mensen met gebruik van gezichtsdetectie, dan zal de camcorder automatisch één persoon detecteren als het hoofdonderwerp. U kunt gebruikmaken van Aanraken & Volgen om de camcorder te vertellen een andere persoon te volgen en voor deze persoon de instellingen te optimaliseren. U kunt Aanraken & Volgen ook gebruiken om andere bewegende onderwerpen altijd scherp te houden, zoals huisdieren of bewegende voertuigen.
Faders De camcorder is uitgerust met twee professioneel uitziende overgangseffecten waarmee u scènes kunt laten beginnen en eindigen met een fade. U kunt ervoor kiezen de fader slechts eenmaal te activeren of telkens wanneer u start of stopt met opnemen. Bedieningsstan- [FUNC.] 8 [O Faders] 8 Gewenste fader* 8 [a] * U kunt het overgangseffect vooraf bekijken op het scherm. • Het pictogram van de geselecteerde fader wordt weergegeven in groen.
Handmatig de sluitertijd of het diafragma instellen [A Programma AE] is het standaardopnameprogramma met automatische belichting (AE); met dit programma kunt u functies wijzigen zoals de witbalans of beeldeffecten. Selecteer een van de andere opnameprogramma’s met automatische belichting AE om de sluitertijd of het diafragma te regelen. Bedieningsstanden: [FUNC.] 8 [Opnameprogs] 8 [B Sluiter-voork.AE] of [C Diafr.-voork.
geschikt is voor de opnameomstandigheden. Selecteer in dat geval een andere waarde. • Tijdens belichtingsvergrendeling kan de diafragmawaarde of sluitertijd niet worden gewijzigd. Stel de diafragmawaarde of sluitertijd in voordat u handmatig de belichting instelt. Richtlijnen sluitertijd en diafragma XMet langere sluitertijden kunt u een mooie bewegingswazigheid en een gevoel van beweging toevoegen.
Handmatige belichtingsinstelling Soms kunnen onderwerpen met tegenlicht te donker (onderbelicht) overkomen of kunnen onderwerpen onder zeer sterke lichtbronnen te helder of verblindend (overbelicht) overkomen. Om dit te corrigeren, kunt u de belichting handmatig wijzigen of de functie Aanraking AE gebruiken om voor het door u geselecteerde onderwerp automatisch de optimale belichting in te stellen.
OPMERKINGEN • Als u tijdens belichtingsvergrendeling een ander opnameprogramma kiest, keert de camcorder terug naar automatische belichting. • Bij het opnemen van onderwerpen met een sterke lichtbron op de achtergrond wordt door de camcorder automatisch het tegenlicht gecorrigeerd*. U kunt de automatische tegenlichtcorrectie uitschakelen met de optie 7 8 [Autom. achtergr.verl.corr.]. * Behalve in de stand wanneer u gebruikmaakt van een ander cinematografisch filter dan [Cinemastandaard].
Bedieningsstanden: WAAR U OP MOET LETTEN • Stel de zoom in voordat u de procedure start. 1 Open het scherm van de handmatige scherpstelling. [FUNC.] 8 [X Focus] 2 Raak een onderwerp aan dat zich binnen het X-kader bevindt. • Het Aanraking AF-symbool (P) gaat knipperen en de scherpstelafstand zal automatisch worden ingesteld. U kunt desgewenst verder handmatig scherp stellen. • U kunt er ook voor kiezen om [2] aan te raken om handmatig scherp te stellen zonder de functie Aanraking AF te gebruiken.
Tele-macro Met tele-macro kan de camcorder scherp stellen op een kortere afstand (tot 40 cm vanaf het onderwerp bij maximale telefoto), zodat u kleine onderwerpen zoals bloemen en insecten van heel dichtbij kunt opnemen. Deze functie maakt de scherpstelling van de achtergrond tevens zachter, zodat het onderwerp niet alleen groter lijkt maar ook duidelijker uitkomt.
Witbalans De witbalansfunctie helpt u bij het nauwkeurig reproduceren van kleuren onder verschillende lichtomstandigheden, zodat witte objecten in uw opnamen altijd echt wit overkomen. Bedieningsstanden: WAAR U OP MOET LETTEN • Selecteer een ander opnameprogramma dan het opnameprogramma van de Speciale Scènes. [FUNC.] 8 [m Witbalans] 8 Gewenste optie* 8 [a] * Als u [g Aangep.WB] selecteert, stel dan de handmatige witbalans in met de volgende procedure voordat u [a] aanraakt.
OPMERKINGEN • Als u de witbalans handmatig instelt: - Stel 7 8 [Dig. Zoom] in op [B Uit]. - Reset de witbalans als u van locatie wisselt of wanneer de verlichting of andere omstandigheden veranderen. - Afhankelijk van de lichtbron blijft g mogelijk knipperen. Het resultaat zal echter nog steeds beter zijn dan met de optie [Y Auto].
+ niveaus: rijkere kleuren, scherper beeld, sterker contrast, helderder beeld. - niveaus: minder rijke kleuren, zachter beeld, zachter contrast, donkerder beeld. 4 Raak [a] aan om de aangepaste beeldinstellingen op te slaan en toe te passen. Op het scherm verschijnt Z. Zelfontspanner Bedieningsstanden: [FUNC.] 8 [MENU] 8 8 8 [Zelftimer] 8 [A Aan n] 8 [a] • Op het scherm verschijnt n. • Herhaal dit en kies [B Uit] als u de zelfontspanner wilt uitschakelen. Films: Druk in de opnamepauzestand op g.
Audio-opnameniveau U kunt het audio-opnameniveau instellen van de ingebouwde of een externe microfoon. Tijdens het opnemen kunt u de audioniveauindicator tonen. Bedieningsstanden: WAAR U OP MOET LETTEN • Selecteer een ander opnameprogramma dan [r Onderwater] of [s Oppervlakte]. Handmatige instelling van het audio-opnameniveau 1 Open het scherm waarin u het audio-opnameniveau handmatig instelt. [FUNC.
De audioniveau-indicator tonen De audioniveau-indicator wordt gewoonlijk alleen getoond nadat de handmatige instelling van het audio-opnameniveau is geactiveerd. U kunt ervoor kiezen de indicator ook te tonen als het audioniveau automatisch wordt ingesteld. [FUNC.] 8 [c Niveau micro] 8 [z Auto] 8 [Audioniveau] 8 [a] OPMERKINGEN • Als de audioniveaumeter het rode punt (0 dB) bereikt, raakt het geluid mogelijk vervormd.
[ Breed] Opnemen in stereo van omgevingsgeluid in een uitgebreider gebied, wat het filmische effect versterkt. [ Zoom] Opnemen in stereo met geluid gekoppeld aan de zoompositie. Hoe groter het onderwerp op het scherm wordt weergegeven, hoe luider het geluid klinkt. OPMERKINGEN • Een externe microfoon krijgt prioriteit boven de ingebouwde microfoon.
Gebruik van een hoofdtelefoon Gebruik een hoofdtelefoon tijdens het afspelen of als u tijdens het maken van opnamen het niveau van het geluid wilt controleren. De hoofdtelefoon wordt aangesloten op het AV OUT/X-aansluitpunt, dat wordt gebruikt voor zowel de hoofdtelefoon als de audio/video-uitvoer. Voordat u de hoofdtelefoon aansluit, moet u de procedure hieronder volgen om het aansluitpunt te wijzigen van AV-uitvoer in X-uitvoer (hoofdtelefoon).
BELANGRIJK • Bij gebruik van een hoofdtelefoon moet u het volume tot een aanvaardbaar niveau terugbrengen. • Sluit de hoofdtelefoon niet aan op het AV OUT/X-aansluitpunt als het pictogram J niet op het scherm wordt getoond. De ruisuitvoer in een dergelijk geval kan schadelijk voor uw gehoor zijn. OPMERKINGEN • Gebruik in de handel verkrijgbare hoofdtelefoons met een mini-jack van ∅ 3,5 mm en een kabel die niet langer is dan 3 meter. • Zelfs als [AV/Koptelef.
OPMERKINGEN • U kunt op deze camcorder geen gebruik maken van accessoires die zijn ontworpen voor de geavanceerde accessoireschoen (Advanced Accessory Shoe). Gebruik videoaccessoires die voorzien zijn van het hier getoonde logo zodat u zeker weet dat de accessoires compatibel zijn met de geavanceerde mini accessoireschoen (Mini Advanced Shoe).
OPMERKINGEN • Als u op de camcorder een externe microfoon aansluit, dan wordt 7 8 [Windscherm] automatisch ingesteld op [B Uit Z]. • Als het audioniveau te hoog is en het geluid vervormd raakt, stel het audioopnameniveau dan handmatig in (0 96) of activeer de microfoondemper met de optie 7 8 [Microfoondemper]. • Als u gebruikmaakt van de optionele surroundmicrofoon SM-V1: - Wijzig de stand van de gerichtheid van de microfoon met de optie 7 8 [Richtingsgev. microfoon].
terwijl u het beeld bekijkt op een externe monitor. Dit is vooral handig als de camcorder op een statief staat en u voor een opname een maximale stabiliteit wilt. Bedieningsstanden: Bevestig de optionele afstandsbedieningsadapter RA-V1 op de geavanceerde mini accessoireschoen. Raadpleeg Gebruik van de geavanceerde mini accessoireschoen (0 100). Op het scherm verschijnt .Raadpleeg de gebruiksaanwijzing van de RA-V1 voor bijzonderheden over het gebruik van de adapter.
Het punt selecteren waar met afspelen moet worden begonnen Als u een zeer lange scène hebt, wilt u de scène wellicht vanaf een bepaald punt afspelen. U kunt de filmtijdlijn gebruiken om de scène met een vast tijdinterval van 6 seconden tot 6 minuten in segmenten op te splitsen. Bedieningsstanden: 1 Open het datum-indexscherm. 2 Open het scherm [Tijdslijn] van de scène. [c] 8 Gewenste scène Het scherm [Tijdslijn] verschijnt. Op de grote miniatuur ziet u het eerste beeldje van de scène.
Het interval tussen beeldjes wijzigen [6 sec] 8 Gewenst interval 8 [f] Schermgegevens en datacodering U kunt de meeste schermgegevens in- of uitschakelen.
Foto’s en Video Snapshot-opnamen maken van filmscènes Van een bestaande filmscène kunt u Video Snapshot-opnamen, individuele foto’s of een reeks foto’s maken. Het kan bijvoorbeeld zijn dat u foto’s wilt afdrukken van video die is opgenomen op een feestje of dat u een kleine videoclip wilt maken door gebruik te maken van Video Snapshot-opnamen van de hoogtepunten van een gebeurtenis.
• Als u begint met het maken van een Video Snapshot-opname die minder dan 1 seconde is verwijderd vanaf het eind van de filmscène, dan wordt de Video Snapshot-opname gemaakt vanaf het begin van de volgende filmscène. • Tijdens het afspelen van Video Snapshot-opnamen die zijn gemaakt van een eerder opgenomen film, kan het voorkomen dat u in het beeld en geluid abnormaliteiten waarneemt bij het punt waar tijdens het afspelen wordt overgegaan op een nieuwe filmscène.
OPMERKINGEN • De datacodering van de foto’s reflecteert de datum en tijd van de opname van de originele scène. • Foto’s die worden gemaakt van een scène met veel beweging, kunnen wazig zijn. • Foto’s worden gemaakt in het geheugen dat is geselecteerd voor het maken van foto’s. • [B Cont. knippen]: - Per keer kunnen maximaal 100 foto’s worden gemaakt. - Het maken van de fotoreeks wordt gestopt als het eind van de filmscène wordt bereikt (het afspelen wordt gepauzeerd bij het begin van de volgende filmscène).
OPMERKINGEN • Als u tijdens het splitsen van scènes beeldje voor beeldje vooruit- of achteruitgaat, dan is de interval tussen beeldjes circa 0,5 seconde. • Indien de scène niet kan worden gesplitst op het punt waar u tijdens het afspelen een pauze hebt ingelast, ga dan een beeldje vooruit/achteruit en splits vervolgens de scène. • Tijdens het afspelen van een gesplitste scène kan het gebeuren dat op het punt waar de scène werd gesplitst onregelmatigheden in het beeld/ geluid voorkomen.
Foto’s Raadpleeg dit hoofdstuk voor bijzonderheden over het bekijken van foto’s en andere fotoprocedures. Foto’s bekijken Bedieningsstanden: 1 Druk op S. 2 Open het indexscherm [Foto’s] als dit niet wordt getoond. [b] 8 [Foto’s] 3 Zoek de foto die u wilt weergeven. Zet de zoomregelaar op Q om per pagina 15 foto’s weer te geven; zet de zoomregelaar op P om per pagina 6 foto’s weer te geven.
A Geheugen dat wordt gelezen. B Sleep uw vinger naar links voor de volgende indexpagina*. C Sleep uw vinger naar rechts voor de vorige indexpagina*. D Het indexselectiescherm openen (0 52). E Verdelingslijn tussen opnamedata. * Terwijl u door indexpagina’s bladert, verschijnt aan de onderzijde van het scherm gedurende enkele seconden een scrollbalk. Als u een groot aantal foto’s hebt, is het wellicht praktischer om uw vinger over de scrollbalk te slepen. 4 Raak de foto aan die u wilt bekijken.
BELANGRIJK • Neem de onderstaande voorschriften in acht wanneer de ACCESSindicator brandt of knippert. U kunt uw gegevens anders voorgoed kwijtraken. - Open de afdekking van de dubbele geheugenkaartsleuf niet. - Verwijder de stroombron niet en zet de camcorder niet uit. - Wijzig de bedieningsstand van de camcorder niet. • De volgende beeldbestanden worden mogelijk niet correct weergegeven op de camcorder, zelfs als deze werden gekopieerd naar een geheugenkaart die aangesloten was op een computer.
2 Verwijder de foto’s. [Bew.] 8 [Verwijderen] 8 Gewenste optie* 8 [Ja]** 8 [OK] * Als u [Selecteer] selecteert, voer dan de volgende procedure uit om de individuele foto’s te selecteren die u wilt verwijderen voordat u [Ja] aanraakt. ** Raak [Stop] aan als u de procedure wilt onderbreken terwijl deze wordt uitgevoerd. Sommige foto’s zullen desondanks worden verwijderd. Individuele foto’s selecteren 1 Raak de individuele foto’s aan die u wilt verwijderen.
2 Selecteer het muzieknummer dat u wilt gebruiken tijdens de fotodiashow. Stap 2 (0 69). 3 Raak de foto aan die de diashow opent in de schermweergave van één foto. 4 Raak het scherm aan om de afspeelregelaars op te roepen, en raak vervolgens [A] aan om de diashow af te spelen in combinatie met het geselecteerde muzieknummer. Tijdens de fotodiashow • Raak het scherm aan en sleep uw vinger naar links en rechts over de volumebalk als u het volume wilt wijzigen.
Externe aansluitingen Dit hoofdstuk beschrijft hoe u de camcorder aansluit op een extern apparaat zoals een TV, videorecorder of computer. Aansluitpunten op de camcorder Open het LCD-paneel om toegang te krijgen tot de aansluitpunten op de camcorder. 1 USB-aansluitpunt 2 AV OUT/X-aansluitpunt Geluid uit de ingebouwde luidspreker wordt onderdrukt als de stereovideokabel STV-250N op de camcorder aangesloten is. Wijzig het volume op de aangesloten TV.
Aansluitschema’s In de volgende aansluitschema’s ziet u aan de linkerkant de aansluitingen op de camcorder en ziet u aan de rechterkant (alleen ter referentie) een voorbeeld van de aansluitingen op een aangesloten apparaat. Aansluitmethode A HDMI Type: Digitaal Kwaliteit: High-Definition Alleen uitvoer Voor het aansluiten van de camcorder op een High-Definition TV (HDTV) met een HDMIingang.
Aansluitmethode B Component Video Type: Analoog Kwaliteit: High-Definition Alleen uitvoer Voor het aansluiten van de camcorder op een High-Definition TV (HDTV) met Component Video-ingangen. Wijzig de volgende instellingen op de camcorder: - 6 8 [AV/Koptelef.
Aansluitmethode c Composite Video (SCART) In alle opzichten hetzelfde als aansluitmethode C. Aansluiten op een standaard-TV of videorecorder met SCART-ingang. Vereist een SCARTadapter (in de winkel verkrijgbaar). Stereovideokabel STV-250N (bijgeleverd) Aansluitmethode D Rood Wit Geel SCART-adapter (commercieel verkrijgbaar) USB Type: Digitale gegevensverbinding Aansluiten op een computer om uw opnamen op te slaan, of op een compatibele digitale videorecorder om uw opnamen te kopiëren.
Opnamen afspelen op een TV-scherm Sluit de camcorder aan op een TV om samen met familie en vrienden van uw opnamen te genieten. De beste weergavekwaliteit krijgt u door uw opnamen weer te geven op een HDTV met gebruik van een van de High-Definition-verbindingen. Bedieningsstanden: 1 Zet de camcorder en TV uit. 2 Sluit de camcorder aan op de TV. Raadpleeg Aansluitschema’s (0 116) en selecteer de meest geschikte aansluitmethode voor uw TV. 3 Zet de aangesloten TV aan.
Uw opnamen opslaan en delen Opnamen kopiëren naar een geheugenkaart U kunt uw opnamen slechts op één manier kopiëren: vanuit het interne geheugen (alleen ) of vanaf geheugenkaart X naar geheugenkaart Y. Scènes en foto’s worden gekopieerd vanuit het indexscherm of vanuit een verhaal in de galerij in het brongeheugen naar hetzelfde indexscherm of hetzelfde verhaal op geheugenkaart Y. Lees de paragraaf BELANGRIJK (0 123) voordat u een Eye-Fi-kaart gebruikt.
Opties [datum] Met deze optie kopieert u alle scènes die zijn opgenomen op de datum die wordt getoond in de bedieningsknop. [Selecteer] Met deze optie selecteert u individuele scènes die u wilt kopiëren. [Alle scenes] Met deze optie kopieert u alle scènes. Scènes kopiëren uit een verhaal op basis van classificatie 1 Open de galerij en breng het gewenste verhaal naar de voorgrond.
3 Kopieer de foto. [Bew.] 8 [Kopieren (f97)] (alleen ) of [Kopieren (497)] 8 [i Doorgaan] 8 [Ja] 4 Sleep uw vinger naar links/rechts om een andere foto te selecteren die u wilt kopiëren of raak [a] aan. Foto’s kopiëren vanuit het indexscherm Bedieningsstanden: 1 Open het indexscherm [Foto’s]. Controleer of u de tab f (intern geheugen, alleen (geheugenkaart X) hebt geselecteerd. 2 Kopieer de foto’s. ) of de tab 4 [Bew.
BELANGRIJK • Neem de onderstaande voorschriften in acht wanneer de ACCESSindicator brandt of knippert. U kunt uw gegevens anders voorgoed kwijtraken. - Open de afdekking van de dubbele geheugenkaartsleuf niet. - Verwijder de stroombron niet en zet de camcorder niet uit. - Wijzig de bedieningsstand van de camcorder niet. • Als u foto’s kopieert naar een Eye-Fi-kaart in geheugenkaartsleuf Y, worden de foto’s automatisch geüpload als u binnen bereik bent van een geconfigureerd netwerk.
Installatie Voordat u de camcorder de eerste keer aansluit op de computer, moet u eerst de software installeren. Raadpleeg de Installatiehandleiding (bijgeleverde brochure) en volg de instructies in de Softwarehandleiding (PDF-bestand) om de bijgeleverde PIXELAsoftware te installeren. De camcorder aansluiten op een computer 1 Voorzie de camcorder van stroom met de compacte netadapter. 2 Open het datum-indexscherm. 3 Sluit de camcorder op de computer aan met de bijgeleverde USBkabel. Aansluitmethode D.
Installeer de bijgeleverde Photo Application-software volgens de instructies in de bijbehorende gebruiksaanwijzing. r Raadpleeg Photo Application installeren. Als de camcorder voor de eerste keer wordt aangesloten op een Windows-computer Alleen voor gebruikers van Windows: Als u voor de eerste keer de camcorder op de computer aansluit, moet u ook de optie voor automatisch starten van CameraWindow selecteren. r Raadpleeg CameraWindow starten.
- Open de afdekking van de dubbele geheugenkaartsleuf niet. - Verwijder de USB-kabel niet. - Zet de camcorder of computer niet uit. - Wijzig de bedieningsstand van de camcorder niet. • Het kan zijn dat door het type software en de specificaties/instellingen van de computer, de bediening niet correct functioneert. • Als u de fotobestanden op de computer wilt gebruiken, maak dan eerst kopieën van de bestanden. Gebruik de gekopieerde bestanden en bewaar de originele.
Uw opnamen kopiëren naar een externe videorecorder Bedieningsstanden: In High-Definition Sluit met de bijgeleverde USB-kabel de camcorder aan op Blu-ray Disc-recorders en andere AVCHD-compatibele digitale videorecorders om van uw films in High-Definition perfecte kopieën te maken. Als de externe digitale videorecorder uitgerust is met een SD-geheugenkaartsleuf*, kunt u de geheugenkaart gebruiken om uw films te kopiëren zonder dat u de camcorder hoeft aan te sluiten.
Aansluiten Sluit de camcorder aan op de videorecorder met gebruik van aansluitmethode C of c. Raadpleeg Aansluitschema’s (0 117). Opnemen 1 Externe recorder: Plaats een lege cassette of schijf en zet de recorder in de opnamepauzestand. 2 Zet de camcorder aan en kies de stand . • Het verdient aanbeveling de camcorder van stroom te voorzien via de compacte netadapter. • Controleer of 6 8 [AV/Koptelef.] ingesteld is op [H AV].
Scènes converteren naar Standard-Definition vanuit het datum-indexscherm Bedieningsstanden: 1 Voorzie de camcorder van stroom met de compacte netadapter. 2 Controleer of er in geheugenkaartsleuf Y een geheugenkaart aanwezig is met voldoende beschikbare ruimte. 3 Open het datum-indexscherm. • Controleer of u de tab f (intern geheugen) of de tab 4 (geheugenkaart X) hebt geselecteerd.
• U kunt de scènes ook decoreren terwijl deze worden geconverteerd. • Raak [STOP] aan als u de procedure wilt onderbreken terwijl deze wordt uitgevoerd. 7 Nadat de conversie is voltooid, verschijnt een bevestigingsscherm. Sluit de camcorder op dit moment aan op de computer (0 131) om te vervolgen met het uploaden van de geconverteerde video’s naar het web, of raak [Afsl. zonder verbinden] aan om de computer later aan te sluiten.
De computer aansluiten en uw video’s uploaden 1 Sluit de camcorder op de computer aan met de bijgeleverde USB-kabel. Aansluitmethode D. Raadpleeg Aansluitschema's (0 118). 2 Computer: Afhankelijk van welke software u hebt geïnstalleerd, wordt Transfer Utility of VideoBrowser automatisch gestart. • Transfer Utility: Klik op [Uploaden naar web] om uw SD-films naar het web te uploaden. Klik op [Help] om de Softwarehandleiding (PDFbestand) te openen.
Scènes vanuit een verhaal converteren naar Standard-Definition op basis van classificaties 1 Open de galerij en breng het gewenste verhaal naar de voorgrond. [b] 8 [ Galerij] 8 Gewenst verhaal • Controleer of u de tab f (intern geheugen) of de tab 4 (geheugenkaart X) hebt geselecteerd. 2 Selecteer de classificatie van de verhalen die u wilt converteren. [Verhaalgegevens] 8 [Afsp. op beoord.
Uw video’s draadloos uploaden Als u gebruikmaakt van een Eye-Fi-kaart, dan kunt de geconverteerde SD-films automatisch uploaden naar uw favoriete website waar video’s worden gedeeld. U moet de software installeren die met uw Eye-Fi-kaart wordt mee geleverd en vooraf alle vereiste configuratieinstellingen uitvoeren. Raadpleeg de gebruiksaanwijzing van de Eye-Fi-kaart. Lees het de paragraaf BELANGRIJK voordat u een Eye-Fi-kaart gebruikt.
OPMERKINGEN • Afhankelijk van de hoeveelheid gegevens die moet worden geüpload en de draadloze verbindingsomstandigheden van het netwerk, kan het enige tijd duren om videobestanden te uploaden. Als de draadloze verbinding te zwak is, kan de draadloze overdracht mislukken en worden de videobestanden geregistreerd als onvolledige uploads. • Over stroombesparing: - Draadloze communicatie onttrekt sneller stroom uit de accu dan normaal.
Overige informatie Dit hoofdstuk behandelt oplossingen voor problemen, schermberichten, tips voor het behandelen en onderhouden van de camcorder, en andere informatie. Bijlage: Menu-opties - Overzicht Niet-beschikbare menu-onderdelen worden gedimd getoond. Raadpleeg Gebruik van de menu’s (0 28) voor meer informatie over de wijze waarop u een onderdeel selecteert. Raadpleeg de pagina waarnaar wordt verwezen voor bijzonderheden over elke functie.
Bedieningsknop Instelopties/Functie AUTO y CINEMA 0 [X Focus] [2] (handmatige scherpstelling): Schakel in ( ) of uit ( ), Aanraking AF-kader – z z 90 [e Belichting] [y] (handmatige belichting): Schakel in ( ) of uit ( ), Aanraking AE-kader – z z 89 [ZOOM Zoom] Zoomregelaars, [START]/[STOP]-regeling z z z 46 [ – z z 92 ] (tele-macro): Schakel in ( ) of uit ( ) [c Niveau micro]1 [z Auto], [y Handmatig] [Audioniveau]: Schakel in ( ) of uit( ) – z z 96 [Beeldeffecten] [ON], [OF
Bewerkingspaneel - Stand Datumindexscherm Indexscherm [SD-video] Afspeelpauze 0 , [Selecteer], [Alle scenes] – – 120 , [Selecteer], [Alle scenes] – – 129 , [Selecteer], [Alle scenes] [Deze scene], [Alle scenes] [Deze scene] 54 – – z 108 [Verhaal bewerken] in het scherm [Verhaalgegevens] [Scene bewerken] in het scherm [Scenelijst] Afspeelpauze 0 – – 121 – – 132 [Verwijderen] of [d]
Bedieningsknop [Verhaal bewerken] in het scherm [Verhaalgegevens] [Scene bewerken] in het scherm [Scenelijst] 0 Afspeelpauze [Titel bewerken]2 z – – 73 [Kopieren] – z – 71 [Verplaatsen] – z – 71 [Splitsen] – – z 108 [Beoordeling] (classificatie) – 1 2 [ [ ], [ ], [ ] (niet geclassificeerd), [ (overig) ], 68 ] Procedure niet beschikbaar voor opnamen op geheugenkaart Y (tab 7). Procedure niet beschikbaar voor de twee voorgeïnstalleerde verhalen: [Ongesorteerd] en [Videofoto].
Menu-onderdeel y CINEMA 0 Instelopties [Gezichtsdet. en volgen] [A Aan o], [B Uit] z z 83 [Autom. achtergr.verl.corr.] [A Aan], [B Uit] z z 90 [Auto Langz.Sluiter] [A Aan], [B Uit] z z – [Conversielens] [ Teleconverter], [ [B Uit] Groothoekconv.
[Dig. Zoom]: Bepaalt de werking Optische zoom Digitale zoom van de digitale zoom. De kleur van de indicator geeft de zoom aan. • Indien digitale zoom is geactiveerd, zal de camcorder Wit LichtDonkerautomatisch overgaan op blauw blauw digitale zoom zodra u verder dan het optische zoombereik Tot 10x 10x 40x inzoomt. 40x 200x • Met de digitale zoom wordt het beeld digitaal verwerkt. De beeldresolutie zal daarom verslechteren naarmate u meer inzoomt.
[Conversielens]: Als u op de camcorder een optionele teleconverter of groothoekconverter aansluit, stel de conversielens dan zo in dat een optimale beeldstabilisatie wordt verkregen. • Wanneer u een andere instelling selecteert dan [B Uit], dan wordt de AFstand automatisch ingesteld op [S Normaal AF]. [Markeringen]: U kunt in het midden van het scherm een raster of een horizontale lijn weergeven.
[Surround mic demper]: Helpt audiovervormingen te voorkomen die ontstaan als gevolg van hoge audio-opnameniveaus wanneer de optionele surroundmicrofoon SM-V1 op de camcorder aangesloten is. Indien deze optie ingesteld is op [A Aan V], dan wordt V op het scherm weergegeven.
Menu-onderdeel [Scenes beoordelen (opn.)] (classificeren)1 [Opnamemedia Videos]1 Instelopties [A Aan], [B Uit] y CINEMA 1 2 0 z z – – – z z – – 36 [f] (intern geheugen), [4] (geheugenkaart X), [7] (geheugenkaart Y), [Relay-opname]: [B Uit], [f94], [f9497], [497] [4] (geheugenkaart X), [7] (geheugenkaart Y), [Relay-opname]: [B Uit], [497] [Opn. Modus]1 [h Hoge kwaliteit 24 Mbps], [i Hoge kwaliteit 17 Mbps], [j Hoge kwaliteit 12 Mbps], [l Stand. afspeelsnelh. 7 Mbps], [k Langz. afspeelsnelh.
2 3 Kan afzonderlijk worden ingesteld voor de stand en de stand De standaardwaarde in de stand is [D PF25]. Optie alleen beschikbaar voor het maken van foto’s. . [Scenes beoordelen (opn.)]: Indien ingesteld op [A Aan], dan wordt de scèneclassificatie getoond telkens nadat u een scène hebt opgenomen. [Geheugen.
6 Systeeminstellingen Menu-onderdeel Instelopties y CINEMA 1 2 0 [TV-scherm] [A Aan], [B Uit] z z z z – [Taal a] [ ], [Dansk], [Deutsch], [ ], [English], [Español], [Français], [Italiano], [Magyar], [Melayu], [Nederlands], [Norsk], [Polski], [Português], [ ], [Suomi], [Svenska], [Türkçe], [ ], [ ], [ ], [ ], [ ], [ ], [ ], [ ], [ ] z z z z 31 [Helderheid] k l z z z z – [LCD-schermdimmer] [A Aan], [B Uit] z z z z – [LCD Spiegelbeeld] [A Aan], [B Uit] z z – – – [AV/Kopte
Menu-onderdeel Instelopties [f Syst. Geh.]*, [Initialiseren f/g] [4 Geh.kaart A], [7 Geh.kaart B] * Alleen [Initialiseren g] y CINEMA 1 2 0 z z z z 38 . [Initalisatie voltooien]: Schakel in ( ) of uit ( ) [Tijdzone/DST] [S] (tijdzone in eigen woonplaats) of [V] (tijdzone op reisbestemming): [Parijs], lijst met tijdzones van de wereld [U] (instelling zomertijd): Schakel in ( ) of uit ( ) z z z z 31 [Datum/Tijd] [Datum/Tijd]: – [Datumindeling]: [J.M.D], [M.D,J], [D.M.
• Wijziging van de helderheid van het LCD-scherm heeft geen invloed op de helderheid van de opnamen of op de helderheid van het afspeelbeeld op een TV. [LCD-schermdimmer]: Als deze optie op [A Aan] staat, wordt het LCDscherm gedimd. Dit is ideaal als u de camcorder gebruikt op plaatsen waar de LCD-verlichting voor anderen irritant kan worden. Houd h circa 2 seconden ingedrukt als u het LCD-scherm wilt terugstellen naar de vorige helderheidsinstelling.
[Snelle start (stand-by)]: Selecteer of u de snelstartfunctie (0 46) wilt activeren wanneer u in een opnamestand het LCD-paneel sluit en hoe lang het moet duren voordat de camcorder de standby-stand beëindigt en automatisch wordt uitgeschakeld. • U kunt de snelstartfunctie bijvoorbeeld instellen op [Uit] als de camcorder op een vaste positie staat en u video-opnamen wilt blijven maken bij een gesloten LCD-paneel om accustroom te besparen.
[HDMI-status]: Toont een scherm waarin u kunt controleren wat de standaard is van het videosignaal dat wordt uitgevoerd vanuit het HDMI OUTaansluitpunt. [Afstandseenheden]: Hiermee selecteert u of tijdens handmatige scherpstelling de scherpstelafstand wordt weergegeven in meters of feet. [Demo Modus]: Met de demonstratiefunctie kunt u de belangrijkste functies van de camcorder bekijken.
Bijlage: Schermgegevens en pictogrammen Films opnemen (met gebruik van verhaal maken) 1 Bedieningsknop [FUNC.]: Het FUNC.
, Films opnemen y Handmatige stand g Opnameprogramma (0 78, 87) A A h Handmatige belichting (0 89) A j R Instant AF/S Normaal AF (0 140), MF Handmatige scherpstelling (0 90) k Gezichtsdetectie (0 83) A A l Witbalans (0 93) S q Audioniveau-indicator (0 96) a x.v.
Films afspelen (tijdens afspelen) F Afspeelregelaars (0 50) s F d Draadloze Eye-Fi-communicatie (0 133) F Scènenummer f g Datacodering (0 105, 142) F h Regelaars voor volume en voor F balans van achtergrondmuziek (0 50, 70) Foto’s bekijken j Bedieningsknop [MENU]: F Instellingsmenu’s openen(0 138) F k Bedieningsknop [Bew.
7 Actieve werking N Opnemen, M Opnamepauze, A Afspelen, C Afspeelpauze, I Versneld vooruit afspelen, J Versneld achteruit afspelen, G Langzaam vooruit afspelen, H Langzaam achteruit afspelen, E Beeldje voor beeldje vooruit afspelen, F Beeldje voor beeldje achteruit afspelen. 9 Resterende accucapaciteit • Het pictogram laat een ruwe 100% 75% 50% 25% 0% schatting zien van de resterende lading van de accu als een deel van een volledig opgeladen accu.
Problemen? Problemen oplossen Loop eerst door de lijst hieronder wanneer u problemen ondervindt bij het gebruik van uw camcorder. Soms bestaat er een simpele oplossing voor iets waarvan u denkt dat het een camcorderstoring is - lees daarom eerst de tekst in het vak “EERST CONTROLEREN” voordat u vervolgt met de meer gedetailleerde problemen en oplossingen. Neem contact op met uw dealer of een Canon Service Center als het probleem aanhoudt.
- De accu is defect. Vervang de accu. - De camcorder kan niet met de aangesloten accu communiceren. Andere accu’s dan accu’s die door Canon voor gebruik met deze camcorder worden voorgeschreven, kunt u met deze camcorder niet opladen. - Als u een accu gebruikt die door Canon aanbevolen is voor gebruik met deze camcorder, is er mogelijk een probleem met de camcorder of accu. Neem contact op met een Canon Service Center. De compacte netadapter produceert geluid.
Na lang gebruik van de camcorder wordt deze heet. - De camcorder kan warm worden nadat deze een lange tijd ononderbroken is gebruikt; dit is normaal en duidt niet op een storing. Als de camcorder ongebruikelijk heet wordt of heet wordt nadat u deze slechts korte tijd hebt gebruikt, dan kan dit duiden op een probleem met de camcorder. Neem contact op met een Canon Service Center. Ik kan geen nieuw verhaal maken. - In een geheugen is plaats voor maximaal 98 verhalen die door de gebruiker worden gemaakt.
Ik kan individuele scènes/foto’s in het indexscherm niet markeren met een vinkje O - U kunt niet meer dan 100 scènes/foto’s afzonderlijk selecteren. Selecteer de optie [Alle scenes] of [Alle foto’s] in plaats van [Selecteer]. Indicatoren en schermgegevens brandt in rood. - De accu is vrijwel leeg. Vervang de accu of laad deze op. verschijnt op het scherm. - De camcorder kan niet met de accu communiceren waardoor de resterende accucapaciteit niet kan worden weergegeven. 4/7 brandt in een rode kleur.
Beeld en geluid Het scherm is te donker. - Het LCD-scherm is gedimd. Houd h 2 seconden ingedrukt als u het LCD-scherm wilt terugstellen naar de vorige helderheidsinstelling. De schermgegevens verschijnen en verdwijnen herhaaldelijk. - De accu is leeg. Vervang de accu of laad deze op. - Verwijder de accu en sluit deze opnieuw goed aan. Op het scherm worden abnormale karakters weergegeven en de camcorder functioneert niet naar behoren. - Verwijder de stroombron en sluit deze na enige tijd weer aan.
- U moet een compatibele geheugenkaart gebruiken om op een geheugenkaart films op te kunnen nemen (0 33). - De map- en bestandsnummers hebben hun maximale waarde bereikt. Stel 88 [Beeldnummers] in op [Reset] en plaats een nieuwe geheugenkaart. De draadloze afstandsbediening werkt niet. - Zet 68 [IR Afstandsbediening] op [Aan]. - Vervang de batterij van de draadloze afstandsbediening. Ik kan bestanden niet draadloos uploaden met gebruik van een Eye-Fi-kaart.
De camcorder is aangesloten met de bijgeleverde HDMI-kabel, maar HDMI-CEC werkt niet (afspelen niet mogelijk met de afstandsbediening van de TV). - Verwijder de HDMI-kabel en zet de camcorder en TV uit. Zet na korte tijd de apparaten weer aan en herstel de verbinding. - 68 [HDMI-Controle] is ingesteld op [Uit]. Stel deze optie in op [Aan]. - HDMI-CEC is niet geactiveerd op de aangesloten TV. Activeer deze functie op de TV.
- Als het bericht verdwijnt en daarna 4/7 in rood wordt weergegeven, ga dan als volgt te werk: Zet de camcorder uit, verwijder de geheugenkaart en plaats deze weer terug in de camcorder. Als 4/7 weer groen wordt, kunt u het opnemen/afspelen hervatten. Als het probleem aanhoudt, maak dan een backup van uw opnamen (0 123) en initialiseer daarna de geheugenkaart (0 38).
Geen kaart - Plaats een compatibele geheugenkaart in de camcorder (0 35). Geen scenes - Er zijn geen scènes in het gekozen geheugen. Maak video-opnamen (0 40). Geen toegang tot ingebouwd geheugen - Er is een probleem met het interne geheugen. Neem contact op met een Canon Service Center. Geheugenkaartdeksel staat open - Sluit de afdekking van de dubbele geheugenkaartsleuf nadat u een geheugenkaart hebt geplaatst.
Kan doek niet opslaan - [Pennen en stempels]-tekeningen kunnen niet worden opgeslagen in het geheugen. Maak een backup van uw opnamen (0 123) en initialiseer het geheugen (0 38). Kan geen videos op ingebouwd geheugen opnemen Initialiseer alleen met de camcorder - Het interne geheugen van de camcorder is met een computer geïnitialiseerd. Initialiseer het interne geheugen met deze camcorder (0 38).
Kan niet opnemen - U kunt geen Video Snapshot-opnamen maken van scènes die zijn gemaakt of bewerkt met een ander apparaat en vervolgens werden gekopieerd naar een geheugenkaart die aangesloten was op de computer. - Er is een probleem met het geheugen. Als dit bericht vaak zonder duidelijke reden verschijnt, neem dan contact op met een Canon Service Center. Kan niet weergeven Controleer kaart - Er is een probleem met de geheugenkaart.
LCD-scherm is gedimd - Houd h 2 seconden ingedrukt om het LCD-scherm terug te stellen naar de vorige helderheidsinstelling. Maak regelmatig backups van opnamen - Bij het aanzetten van de camcorder kan dit bericht verschijnen. Maak regelmatig een back-up van de opnamen omdat bij een storing in het apparaat u opnamen kunt kwijtraken. Maximum aantal scenes bereikt - Het maximale aantal scènes (3.999 scènes) is bereikt. Verwijder een aantal scènes (0 54) om ruimte vrij te maken.
Selecteer het gewenste scènenummer - Een aantal scènes hebben dezelfde opnamedatum maar bevatten verschillende bestandsbeheerinformatie. Dit kan zich bijvoorbeeld voordoen als u foto’s bewerkt en de bestanden terug schrijft naar de camcorder. Selecteer een nummer om de corresponderende groep scènes op te roepen.
Wat u wel en niet moet doen Hoe u de camcorder moet behandelen Camcorder Zorg ervoor dat u de volgende voorzorgsmaatregelen neemt om verzekerd te zijn van een optimaal resultaat. • Sla uw opnamen regelmatig op een extern apparaat op. Zorg ervoor dat u uw opnamen kopieert naar een extern apparaat zoals een computer of digitale videorecorder (0 120) en maak regelmatig backups. Hierdoor behoudt u belangrijke opnamen in geval van schade en zorgt u voor meer ruimte in het geheugen.
• Als u de camcorder op een statief 5,5 mm bevestigt, controleer dan of de bevestigingsschroef van het statief korter is dan 5,5 mm. Gebruik van andere statieven kan schade toebrengen aan de camcorder. • Probeer bij het opnemen van films een kalm, stabiel beeld te krijgen. Als u tijdens het opnemen de camcorder te veel beweegt en vaak snel zoomt en panoramisch filmt, kan dit tot onrustige scènes leiden.
De camcorder voor langere tijd opbergen • Berg accu’s op een droge plaats op waar de temperatuur niet hoger wordt dan 30 °C. • U verlengt de levensduur van de accu door deze volledig te ontladen voordat u de accu opbergt. • Accu’s moet u minstens eenmaal per jaar volledig opladen en volledig ontladen. Resterende accucapaciteit Als de weergegeven resterende accutijd niet juist is, laad de accu dan volledig op.
• Controleer hoe u de geheugenkaart naar de camcorder gericht houdt voordat u deze in de camcorder plaatst. Als u een geheugenkaart verkeerd om in de sleuf probeert te plaatsen, kan de geheugenkaart of camcorder beschadigd raken. • Plak geen labels of stickers op de geheugenkaart. • Op Secure Digital (SD)geheugenkaarten zit een schakelaar waarmee u kunt voorkomen dat de kaart wordt beschreven of dat de inhoud per ongeluk wordt gewist.
Lithium-knoopcelbatterij WAARSCHUWING! • Onjuist gebruik van de batterij in dit apparaat kan leiden tot brand of chemische brandwonden. • U mag de batterij niet demonteren, geen veranderingen in de batterij aanbrengen, de batterij niet in water onderdompelen, niet blootstellen aan hitte boven 100 °C en niet verbranden. • Vervang de batterij door een CR2025-batterij van Panasonic, Hitachi Maxell, Sony of FDK, of door een Duracell2025. Gebruik van andere batterijen kan leiden tot brand of een explosie.
De ingebouwde lithiumbatterij verwijderen Als u de camcorder afdankt, verwijder dan eerst de ingebouwde lithiumbatterij. 1 Verwijder met een schroevendraaier de 7 schroeven die worden getoond in de afbeelding. 2 Verwijder de afdekking aan de onderzijde en maak de flexibele circuitconnector los. 3 Verwijder de 6 schroeven die worden getoond in de afbeelding en verwijder de afdekking aan de linkerzijde. • Verwijder eerst de handgreepriem.
BELANGRIJK • Verwijder de afdekkingen alleen om de ingebouwde lithiumbatterij te verwijderen wanneer u de camcorder afdankt. • Verwijder eerst alle stroombronnen (compacte netadapter en accu) uit de camcorder voordat u de lithiumbatterij verwijdert. • Houd de batterij buiten bereik van kinderen nadat u de batterij hebt verwijderd. Schakel direct medische hulp in indien de batterij door iemand wordt ingeslikt.
ontstaan. Gebruik de camcorder niet als condens wordt gesignaleerd. Als u de camcorder blijft gebruiken, kan deze beschadigd raken. Condens kan zich in de volgende situaties voordoen: • Als de camcorder snel wordt verplaatst van koude naar warme plaatsen • Wanneer de camcorder wordt achtergelaten in een vochtige kamer • Wanneer een koude kamer snel wordt verwarmd Condens voorkomen • Stel de camcorder niet bloot aan plotselinge of extreme temperatuurswijzigingen. • Verwijder de geheugenkaart en accu.
Algemene informatie Accessoires (De verkrijgbaarheid verschilt per regio) Computer Kaartlezer/ schrijver TV/HDTV Video/DVDrecorder SCART-adapter Optionele accessoires die hieronder niet zijn vermeld, worden op de volgende pagina’s nader beschreven.
OPMERKINGEN • Accessoires die compatibel zijn met de geavanceerde accessoireschoen kunt u niet aansluiten op deze camcorder. Gebruik accessoires met het logo Mini ADVANCED SHOE, zodat u verzekerd bent van compatibiliteit met de geavanceerde mini accessoireschoen. Optionele accessoires Gebruik van originele Canon-accessoires wordt aanbevolen. Dit product is zodanig ontworpen dat het uitstekende prestaties levert wanneer het wordt gebruikt in combinatie met originele Canonaccessoires.
Oplaad-, opname- en afspeelduur De oplaadduur voor de diverse accu’s in de volgende tabel is bij benadering gegeven en varieert al naargelang de oplaadomstandigheden en de aanvankelijke laadstatus van de accu. Accu → Oplaadomstandigheden ↓ BP-808 BP-809 BP-819 BP-827 Bij gebruik van de camcorder 150 min. 260 min. 385 min. Bij gebruik van de acculader CG-800E 105 min. 190 min. 260 min.
Bij gebruik van een geheugenkaart Accu BP-808 BP-809 BP-819 BP-827 Opnamemodus Opnemen (maximum) Opnemen (typisch)* Afspelen MXP 125 min. 80 min. 190 min. FXP 125 min. 80 min. 190 min. XP+ 130 min. 85 min. 195 min. SP 130 min. 85 min. 195 min. LP 130 min. 85 min. 195 min. MXP 255 min. 160 min. 380 min. 385 min. FXP 255 min. 160 min. XP+ 265 min. 170 min. 395 min. SP 265 min. 170 min. 395 min. 395 min. LP 270 min. 170 min. MXP 390 min. 245 min. 580 min.
8 Groothoekconverter WD-H43 Deze groothoekconverter verkleint de brandpuntsafstand met een factor 0,7. Hierdoor krijgt u een breed perspectief voor opnamen binnenshuis of panorama’s. 9 Filterset FS-H43U II Met neutrale-densiteitfilters en MCProtector Filters bent u moeilijke lichtomstandigheden de baas. A Surroundmicrofoon SM-V1 s Gebruik 5,1-kanaals surroundgeluid om aan uw films een gevoel van aanwezigheid toe te voegen.
A Videoflitslamp VFL-2 g Met deze videoflitslamp kunt u zelfs ’s nachts of op donkere plaatsen foto’s maken en films opnemen. Deze lamp wordt aangesloten op de geavanceerde mini accessoireschoen op de camcorder, zonder dat u een kabel nodig hebt. • De VFL-2 kunt u met deze camcorder niet gebruiken als flitser.
Specificaties LEGRIA HF M46 / LEGRIA HF M406 — Waarden zijn bij benadering gegeven. Systeem • Opnamesysteem Films: AVCHD Videocompressie: MPEG-4 AVC/H.264; Audiocompressie: Dolby Digital 2 kanalen; Dolby Digital 5.1 kanaals* Foto’s: Design rule for Camera File system (DCF), compatibel met Exif* Ver. 2.2 Beeldcompressie: JPEG * Alleen bij gebruik van de optionele surroundmicrofoon SM-V1. * Deze camcorder ondersteunt Exif 2.2 (ook “Exif Print” genoemd).
• Minimale scherpstellingsafstand 1 m; 40 cm met tele-macro ingeschakeld bij maximale telefoto; 1 cm bij maximale groothoek • Witbalans Automatische witbalans, handmatig in te stellen witbalans of de voorkeuzes: Daglicht, Schaduw, Bewolkt, Lamplicht, TL-licht, TL-licht H • Minimale verlichting 0,1 lx (opnameprogramma [Weinig licht], sluitertijd ingesteld op 1/2) 1,3 lx (opnameprogramma [Programma AE], Automatische langzame sluiter [Aan], sluitertijd ingesteld op 1/25) • Aanbevolen verlichting: Meer dan 10
Compacte netadapter CA-570 • Voeding: 100 – 240 V AC, 50/60 Hz • Nominale uitgangsspanning / nominaal verbruik: 8,4 V DC, 1,5 A / 29 VA (100 V) – 39 VA (240 V) • Bedrijfstemperatuur: 0 – 40 °C • Afmetingen: 52 x 29 x 90 mm • Gewicht: 135 g Accu BP-808 • Accutype Oplaadbare lithium-ion-accu, compatibel met Intelligent System • Nominale spanning: 7,4 V DC • Bedrijfstemperatuur: 0 – 40 °C • Accucapaciteit: 890 mAh (typisch); 6,3 Wh / 850 mAh (minimum) • Afmetingen: 30,7 x 23,3 x 40,2 mm • Gewicht: 46 g
Over de muziekbestanden Hieronder vindt u de specificaties van de muziekbestanden die compatibel zijn met de camcorder. Audiocodering: Lineair PCM Audiosampling: 48 kHz, 16 bits, 2 kanalen Minimale lengte: 1 seconde Bestandstype: WAV De muziekgegevens worden in het geheugen opgeslagen onder de volgende mappen. In het interne geheugen: \CANON\MY_MUSIC\MUSIC_01.WAV t/m MUSIC_99.WAV Op de geheugenkaart: \CANON\PRIVATE\MY_MUSIC\MUSIC_01.WAV t/m MUSIC_99.
Index 3D-bladerbeeld . . . . . . . . . . . . . . . 52 C A CINEMA-stand . . . . . . . . . Cinematografische filters . . Classificeren van scènes . . COMPONENT OUTaansluitpunt . . . . . . . . . . Condens . . . . . . . . . . . . . . Conversie van HD naar SD* Aanraken & Volgen . . . . . . . . . . . . . 85 Aanraking AE . . . . . . . . . . . . . . . . . 89 Aanraking AF . . . . . . . . . . . . . . . . . 90 Accu Accu-informatie . . . . . . . 148, 153 Opladen . . . . . . . . . . . . . . . . .
H Handmatige belichting . . . . . . . . . .89 Handmatige scherpstelling . . . . . . .90 HDMI OUT-aansluitpunt . . . . 115, 116 HDMI-CEC . . . . . . . . . . . . . . . . . . 148 Hoofdtelefoon . . . . . . . . . . . . . . . .99 Hoogte/breedteverhouding van een aangesloten TV (TV-type) . . . . . . . . . . . . . . . . . . 142 I Indexschermselectie . . . . . . . . . . . .52 Initialiseren van het geheugen . . . . .38 Instellingsmenu’s . . . . . . . . . .29, 138 Interne ondersteuningsbatterij . . . .
Tijdzone/zomertijd . . . . . . . . . . . . . 31 Tv (opnameprogramma) . . . . . . . . . 87 Vuurwerk (opnameprogramma) . . . 79 U Weinig licht (opnameprogramma) . . 79 Windscherm . . . . . . . . . . . . . . . . 141 Witbalans . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 93 USB-aansluitpunt . . . . . 115, 118, 127 V Verbinding met externe apparaten . 116 Verhalen bewerken . . . . . . . . . . 71, 72 Verhaal maken . . . . . . . . . . . . . . . . 58 Verwijderen Films . . . . . . . . . . . . . . . . . . . .
CANON EUROPA N.V. P.O. Box 2262, 1180 EG Amstelveen, The Netherlands CANON AUSTRIA GmbH Oberlaaer Strasse 233, A – 1100 Wien, Austria Helpdesk: 0810 081009 (0,07 €/min) www.canon.at CANON NEDERLAND N.V. Bovenkerkerweg 59-61 1185 XB Amstelveen The Nederlands Helpdesk: 020 7219 103 www.canon.nl CANON BELGIUM N.V. / S.A. Berkenlaan 3, B – 1831 Diegem, Belgium Helpdesk: (02) 620.01.97 (0,053 € + 0,053 €/min) Fax: (02) 721.32.74 www.canon.