CEL-SS8KA280 HD Camcorder Gebruiksaanwijzing
Inleiding Belangrijke gebruiksinstructies WAARSCHUWING MET BETREKKING TOT AUTEURSRECHTEN: Als u zonder toestemming opnamen maakt van materialen waarop auteursrechten rusten, wordt mogelijk inbreuk gemaakt op de rechten van de houders van de auteursrechten en op auteursrechtwetten. Voorkom elektrische schokken door het apparaat niet bloot te stellen aan waterdruppels of waterspetters. De stekker moet u gebruiken om het apparaat uit te schakelen.
REGIO’S VOOR GEBRUIK LEGRIA HF M52 voldoet (vanaf januari 2012) aan de voorschriften ten aanzien van radiosignalen in de hieronder genoemde regio’s. Als u wilt weten in welke andere regio’s dit apparaat kan worden gebruikt, neem dan contact op met Canon. Contactgegevens vindt u aan het eind van deze gebruiksaanwijzing. REGIO’S Australië, België, Bulgarije, Cyprus, Denemarken, Duitsland, Estland, Finland, Frankrijk*, Griekenland, Hongarije, Hong Kong S.A.R.
Informatie over handelsmerken • Het SD-, SDHC- en SDXC-logo zijn handelsmerken van SD-3C, LLC. • Microsoft en Windows zijn handelsmerken of geregistreerde handelsmerken van Microsoft Corporation in de VS en/of andere landen. • App Store, iPhone, iTunes, Macintosh en Mac OS zijn handelsmerken van Apple Inc., gedeponeerd in de VS en andere landen. • “x.v.Color” en het “x.v.Color”-logo zijn handelsmerken.
Verrassende eigenschappen en nieuwe functies Wi-Fi-functies Selectie audioscène (A 161) (A 113) Profiteer van de vrijheid van Wi-Fifuncties door uw camcorder een actief onderdeel te maken van uw Wi-Fi-thuisnetwerk door op gemakkelijke wijze verbinding te maken met Wi-Fi-hotspots om uw video’s te uploaden, waar u ook bent. • U kunt uw opnamen draadloos verzenden naar een computer in uw thuisnetwerk met gebruik van de bijgeleverde software Network Utility (A 168).
Smart AUTO (A 46) Smart AUTO selecteert automatisch de beste scènestand voor de scène die u wilt opnemen. U kunt altijd spectaculaire opnamen maken zonder u te hoeven bekommeren over de instellingen. Video Snapshot Gezichtsdetectie (A 70) (A 99) Opnemen van korte films en deze rangschikken in een videoclip in combinatie met uw favoriete achtergrondmuziek.
Genieten van uw opnamen op andere apparaten Eye-Fi Sluit de camcorder aan op een HDTV (A 140) Gebruik een Eye-Fi-kaart (A 158) om uw opnamen draadloos te uploaden naar uw computer of naar een website waar u video’s deelt met anderen. Upload uw AVCHD-films (A 154) of MP4-films (A 160) naar het web. MP4 Upload MP4-films naar uw computer (A 146). Sla uw opnamen op. U kunt van uw opnamen ook schijven maken. Gebruik de bijgeleverde PIXELA-software (A 144).
Genieten van uw opnamen dankzij de Wi-Fi-functies van de camcorder Speel video's rechtstreeks vanuit het geheugen af op HDTV’s die compatibel zijn met AVCHD en DLNA en andere apparaten die aangesloten zijn op het netwerk (A 176). LAN-kabel Meld u aan bij een Verzend uw opnamen draadloos Wi-Fi-netwerk door vanaf de camcorder naar een eerst verbinding te computer of FTP-server maken met een (A 168). toegangspunt (A 163).
Inhoudsopgave Inleiding 5 13 15 15 17 Verrassende eigenschappen en nieuwe functies Wat u moet weten over deze handleiding Kennismaking met de camcorder Bijgeleverde accessoires en CD-ROM’s Namen van onderdelen Voorbereidingen 20 20 23 25 26 26 27 30 33 33 34 35 36 36 38 39 39 40 42 Beginnen De accu opladen De accessoires voorbereiden Het LCD-scherm bijstellen Basisbediening van de camcorder Gebruik van het touchscreen Gebruik van de menu’s Bedieningsstanden Eerste instellingen De datum en tijd
AUTO-stand 44 Elementaire opnamefuncties 44 46 48 49 51 Films en foto’s maken in de AUTO-stand Over de Smart AUTO-functie Intelligent IS Zoomen Snelstartfunctie Video 53 53 57 58 59 63 65 66 66 69 70 71 77 79 81 85 86 86 88 88 90 93 94 97 97 Elementaire weergavefuncties Films afspelen 3D-bladerbeeld Het scherm [Indexselectie]: Selecteren welke inhoud u wilt afspelen Scènes en verhalen verwijderen Het punt selecteren waar met afspelen moet worden begonnen Schermgegevens en datumcode Videoverhalen
98 99 101 102 103 105 106 107 108 109 111 112 113 117 119 121 122 124 125 126 128 Pre-opname Gezichtsdetectie Aanraken & Volgen Faders Handmatig de sluitertijd of het diafragma instellen Handmatige belichtingsinstelling Limiet automatische versterkingsregeling (AGC) Handmatige scherpstelling Tele-macro Witbalans Beeldeffecten Zelfontspanner Audioscènes en andere audio-instellingen Audio-opnameniveau Gebruik van een hoofdtelefoon Gebruik van de geavanceerde mini accessoireschoen Gebruik van een externe micr
153 154 160 Uw opnamen kopiëren naar een externe videorecorder AVCHD-films uploaden naar het web MP4-films en foto’s uploaden naar het web Wi-Fi-functies 161 163 168 172 173 176 Algemene informatie over Wi-Fi Aansluiten op een Wi-Fi-netwerk Bestanden verzenden naar een computer of FTP-server Opnamen uploaden naar YouTube en Facebook Films uploaden met gebruik van een iOS-apparaat Draadloos afspelen op een DLNA-compatibel apparaat Overige informatie 180 Bijlage: Menu-opties - Overzicht 180 184 [Hoof
Wat u moet weten over deze handleiding Bedankt dat u hebt gekozen voor de Canon LEGRIA HF M52. Neem deze handleiding zorgvuldig door voordat u de camcorder in gebruik neemt en bewaar de handleiding op een gemakkelijk bereikbare plaats, zodat u deze later altijd kunt raadplegen. Mocht uw camcorder niet goed werken, raadpleeg dan Problemen oplossen (A 201).
geeft aan dat een functie beschikbaar is in de vermelde bedieningsstand en geeft aan dat de functie niet beschikbaar is. De pictogrammen van de bedieningsstanden zijn onderverdeeld in drie groepen: de eerste drie pictogrammen geven de cameramodus weer, de volgende drie pictogrammen geven de opnamestandaard weer, en de laatste twee geven de afspeelstanden weer. Raadpleeg Bedieningsstanden (A 30) voor meer informatie.
Kennismaking met de camcorder Bijgeleverde accessoires en CD-ROM’s De volgende accessoires worden met de camcorder mee geleverd. Compacte netadapter CA-110E (incl.
De volgende CD-ROM’s en softwareprogramma’s worden met de camcorder geleverd: • PIXELA CD-ROM* - U kunt gebruikmaken van VideoBrowser voor het beheren, bewerken en afspelen van AVCHD-films, en van Network Utility wanneer u opnamen draadloos wilt verzenden naar een computer. - Er is ook een gedrukte installatiehandleiding voor de PIXELA-software meegeleverd. Raadpleeg deze installatiehandleiding voor bijzonderheden over de bijgeleverde software. • Canon LEGRIA CD-ROM. Bevat de volgende onderdelen.
Namen van onderdelen Aanzicht linkerzijde Aanzicht rechterzijde 9 A q 1 VIDEO SNAP-knop (videofoto) (A 70) 2 HOME-knop (startmenu) (A 27) 3 U-knop (opnemen/afspelen) (A 32) 4 BATTERY RELEASE-schakelaar (ontgrendeling accu) (A 21) 5 USB-aansluitpunt (A 136, 139, 149, 153) 6 HDMI OUT-aansluitpunt (A 136, 137) 7 AV OUT-aansluitpunt (A 136, 138)/ ×-aansluitpunt (hoofdtelefoon) (A 119) 8 MIC-aansluitpunt (A 123) 9 START/STOP-knop (A 44) q Wi-Fi-antenne A A aA s a A A s d A d A f A g A h A Vooraanzicht Rie
Bovenaanzicht A l A j A k S a LCD-paneel S d 18 Inleiding S q S s j Luidspreker (A 55) A A Zoomhendel (A 49) k l Geavanceerde mini accessoireschoen A (A 121) q ACCESS-indicator (status) (A 44) S a POWER-knop S s ON/OFF (CHG)-indicator S (oplaadindicator): Groen – Aan Oranje – Standby (A 51) Rood – Bezig met opladen (A 20) d LCD-touchscreen (A 25, 26) S
S DC IN-aansluitpunt (A 20) f g Accucompartiment (A 20) S h Serienummer S Achteraanzicht S f S g j Aansluitpunt statief (A 221) S Onderaanzicht S h S j Inleiding 19
Voorbereidingen In dit hoofdstuk volgt een beschrijving van de elementaire bedieningshandelingen, zoals het gebruik van het aanraakpaneel, navigatie door menu’s, en de instellingen die u de eerste keer moet verrichten. Zo raakt u snel vertrouwd met de camcorder. Beginnen De accu opladen De camcorder kan van stroom worden voorzien met een accu of rechtstreeks met de compacte netadapter.
ON/OFF (CHG)-(oplaad)-indicator 5 Het opladen begint zodra de camcorder is uitgeschakeld. • Indien de camcorder ingeschakeld was, zal de groene ON/OFF (CHG)indicator uitgaan zodra u de camcorder uitzet. Na een moment gaat de ON/OFF (CHG)-indicator branden in een rode kleur (accu bezig met opladen). De rode ON/OFF (CHG)-indicator gaat uit zodra de accu volledig opgeladen is. • Indien de indicator knippert, raadpleeg dan Problemen oplossen (A 205).
• Sluit de bijgeleverde compacte netadapter niet aan op spanningsomzetters bij reizen naar andere continenten of op speciale stroombronnen zoals die in vliegtuigen en schepen, DC-AC-omzetters, etc. Anders kan het apparaat uitvallen of te heet worden. OPMERKINGEN • Wij raden u aan om de accu op te laden bij een temperatuur tussen 10 °C en 30 °C. De accu kan niet worden opgeladen als de omgevingstemperatuur of de temperatuur van de accu lager is dan 0 °C of hoger dan 40 °C.
De accessoires voorbereiden Handgreepriem en overige riemen Maak de handgreepriem vast Stel de handgreepriem zo af dat u met uw wijsvinger de zoomhendel en met uw duim de knop Y kunt bereiken. U kunt de bijgeleverde styluspen aansluiten op de handgreepriem. De handgreepriem verwijderen 1 Trek de klep van de gevoerde handgreepriem omhoog en maak de riem los van het klittenband.
Een optionele polsriem bevestigen Bevestig de polsriem op de beugel aan de achterzijde van de camcorder, stel de lengte bij en maak de riem vast. U kunt de polsriem uit oogpunt van bedieningsgemak en bescherming ook bevestigen aan het riembevestigingspunt op de handgreepriem. Een optionele schouderriem bevestigen Voer de uiteinden van de schouderriem door het riembevestigingspunt op de handgreepriem en stel de lengte van de riem bij.
Het LCD-scherm bijstellen Het LCD-paneel draaien Open het LCD-paneel 90 graden • U kunt het paneel 90 graden naar beneden draaien. • U kunt het paneel 180 graden naar de lens draaien. 180 graden draaien van het LCD-paneel komt van pas als u ook zelf in beeld wilt zijn wanneer u opneemt met de zelfontspanner. 180° 180° 90° Het onderwerp kan het LCD-scherm bekijken OPMERKINGEN • Over het LCD-scherm: Het scherm is gefabriceerd met uiterst verfijnde technieken.
Basisbediening van de camcorder Gebruik van het touchscreen Welke bedieningsknoppen en menu-onderdelen op het touchscreen worden getoond, hangt af van de bedieningsstand en de taak die u uitvoert. Met de intuïtieve interface van het touchscreen kunt u snel alle functies instellen. U kunt ook gebruikmaken van de bijgeleverde styluspen om nauwkeuriger te werk te gaan. Aanraken Druk stevig op een element dat wordt weergegeven op het touchscreen.
Gebruik van de menu’s Veel camcorderfuncties kunnen worden ingesteld met het paneel [ Hoofdfuncties] en met de menu’s [ Overige instellingen] in het HOME-menu. Raadpleeg de bijlage Menu-opties - Overzicht (A 180) voor informatie over de beschikbare menu-opties en instellingen. HOME-menu Bedieningsstanden: Via het HOME-menu hebt u toegang tot de meeste functies en instellingen van de camcorder. Nadat u op hebt gedrukt, verschijnt het HOME-menu en kunt u kiezen tussen de volgende bedieningsknoppen.
•[ Cameramodus] - In het menu [ Cameramodus] kunt u instellen of u films wilt opnemen in de stand (de camcorder stelt automatisch veel instellingen in), of in de stand (waarin u handmatig instellingen kunt wijzigen), of in de stand (waarin u cinematografische filters kunt gebruiken om films te maken met een cinematografische uitstraling). Alleen beschikbaar in de opnamestand. Raadpleeg Opnamen maken (A 30) voor meer informatie over het instellen van de cameramodus.
In de stand Aanraken om omhoog of omlaag te scrollen Raak de bedieningsknop van de gewenste functie aan Sleep uw vinger omhoog en omlaag over de scrollbalk om de rest van het paneel te kunnen zien. Het kan nodig zijn om uw vinger omhoog en omlaag over de scrollbalk te slepen of [ ] en [ ] aan te raken om de bedieningsknop van de gewenste functie te vinden. [Bew.]-paneel Bedieningsstanden: Raak [Bew.] aan om een paneel op te roepen dat de beschikbare bedieningshandelingen (kopiëren, verwijderen, etc.
1 Druk op om het HOMEmenu te openen. 2 Raak [ Overige instellingen] aan om de [Overige instellingen]menu’s te openen. 3 Raak de tab van het gewenste menu aan. 4 Sleep uw vinger omhoog en omlaag om de instelling die u wilt wijzigen, naar de oranje selectiebalk te brengen. • U kunt ook de pictogrammen [ ] en [ ] gebruiken om te scrollen. • Niet-beschikbare menu-onderdelen worden gedimd getoond. • U kunt elk menu-onderdeel op het scherm aanraken om dit rechtstreeks naar de selectiebalk te brengen.
Cameramodus (AUTO-stand) (Handmatige stand) Functie In deze stand verzorgt de camcorder alle instellingen terwijl u zich kunt concentreren op het maken van opnamen (A 44). Uitstekende keus voor beginners of wanneer u zich niet druk wilt maken over gedetailleerde camcorderinstellingen. In deze stand kunt u volledig gebruikmaken van de menu’s, instellingen en geavanceerde functies (A 88).
OPMERKINGEN • U kunt de videokwaliteit instellen met de optie r > [Opn. Modus]. • Op sommige draagbare apparaten kunnen mogelijk niet alle MP4-films worden afgespeeld die met deze camcorder zijn opgenomen. Afspelen Druk op de opnemen/afspelenknop T als u van de opnamestand naar de afspeelstand wilt gaan of omgekeerd. U kunt op T drukken als de camcorder uitgeschakeld is om deze direct in de afspeelstand in te schakelen. Afspeelstand Functie Films afspelen (A 53). Foto’s bekijken (A 130).
Eerste instellingen De datum en tijd instellen U moet de datum en tijd van de camcorder instellen voordat u de camcorder kunt gebruiken. Het scherm [Date/Time-Datum/tijd] (scherm voor instelling van datum en tijd) verschijnt automatisch als de klok van de camcorder niet ingesteld is. Als het scherm [Date/Time-Datum/tijd] verschijnt, wordt op het scherm het jaar getoond als het eerst geselecteerde onderdeel. 1 Raak een veld aan dat u wilt wijzigen (jaar, maand, dag, uren of minuten).
De taal wijzigen De standaardtaal van de camcorder is Engels. U kunt 27 andere talen kiezen. Bedieningsstanden: 1 Druk op . 2 Selecteer de gewenste taal. [ Other Settings/Overige instellingen] > q > [Language !/Taal]* > Gewenste taal > [OK] > [X] * Als u de taal van de camcorder hebt gewijzigd in Nederlands, selecteer dan q > [Taal !] om de taal te wijzigen. OPMERKINGEN • Sommige bedieningsknoppen, zoals [ZOOM] of [PHOTO], worden getoond in het Engels, ongeacht de geselecteerde taal.
De tijdzone wijzigen Kies de tijdzone die bij uw locatie past. De standaardinstelling is Parijs. Bedieningsstanden: 1 Druk op . 2 Open het scherm [Tijdzone/DST]. [ Overige instellingen] > q > [Tijdzone/DST] 3 Raak ["] aan om de tijdzone van uw land te selecteren, of [#] om de tijdzone van uw bestemming te selecteren wanneer u op reis bent. 4 Raak [Í] of [Î] aan om de gewenste tijdzone te selecteren. Raak [$] aan om de zomertijd in te stellen als dat van toepassing is.
Gebruik van een geheugenkaart Geheugenkaarten die u met de camcorder kunt gebruiken U kunt met deze camcorder gebruikmaken van de volgende soorten commercieel verkrijgbare Secure Digital (SD)-kaarten. Vanaf december 2011 is de filmopnamefunctie getest met SD/SDHC/ SDXC-geheugenkaarten die zijn gemaakt door Panasonic, Toshiba en SanDisk. Bezoek de website van Canon in uw land voor de nieuwste informatie over kaarten die u kunt gebruiken. Type geheugenkaart: .
Compatibele besturingssystemen voor SDXC-geheugenkaarten Besturingssysteem Compatibiliteit Windows 7 Compatibel Windows Vista Compatibel (vereist Service Pack 1 of later) Windows XP Compatibel (vereist Service Pack 3 en update KB955704) Mac OS X Compatibel (vereist versie 10.6.5 of later) BELANGRIJK • Als u op uw computer een SDXC-geheugenkaart gebruikt met een besturingssysteem dat niet compatibel is met SDXC, dan wordt u mogelijk gevraagd de geheugenkaart te formatteren.
Een geheugenkaart plaatsen en verwijderen U moet een geheugenkaart altijd eerst initialiseren (A 40) voordat u deze met de camcorder kunt gebruiken. 1 Zet de camcorder uit. Controleer of de ON/OFF (CHG)indicator uit staat. 2 Open de afdekking van de geheugenkaartsleuf. 3 Steek de geheugenkaart in zijn geheel, met het label van de camcorder weg gericht, recht in de geheugenkaartsleuf totdat de kaart vast klikt.
Het geheugen (interne geheugen/geheugenkaart) selecteren voor uw opnamen U kunt films opnemen en foto’s maken in het interne geheugen of op een geheugenkaart. Het standaardgeheugen voor het maken van films en foto’s is het interne geheugen. Bedieningsstanden: WAAR U OP MOET LETTEN • Zorg ervoor dat u op de hoogte bent van wat staat beschreven onder Eye-Fi-kaarten (A 37) voordat u een Eye-Fi-kaart gebruikt. 1 Druk op . 2 Selecteer het gewenste geheugen.
3 Activeer relay-opname. [ Overige instellingen] > r > [Opnamemedia Videos] > [&] > [Relay-opname] > [%]* > [X] * De geschatte beschikbare opnametijd is nu gelijk aan de gecombineerde ruimte in de geheugens die worden gebruikt voor de relay-opname. OPMERKINGEN • Er is een kortstondige pauze bij het punt waar de camcorder van het ene geheugen overschakelt op het andere. • Een van de volgende situaties heeft tot gevolg dat de relayopnamefunctie wordt uitgeschakeld. - Als u de camcorder uitschakelt.
[ Overige instellingen] > q > [Initialiseren &/*] > [& Syst. geh.] of [* Kaart] > [Initialiseren] > [Initalisatie voltooien]1 > [Ja]2 > [OK] > [X] 1 2 Raak deze optie aan als u alle gegevens fysiek wilt verwijderen in plaats van alleen maar de bestandstoewijzingstabel van het geheugen te wissen. Als u de optie [Initalisatie voltooien] hebt geselecteerd, kunt u [Annuleren] aanraken als u de initialisatie wilt stopzetten terwijl deze wordt uitgevoerd.
Gebruik van de optionele draadloze afstandsbediening Als u gebruikmaakt van de optionele draadloze afstandsbediening WL-D89, dan kunt u de camcorder heel gemakkelijk vanaf een afstand bedienen, bijvoorbeeld, als u een statief gebruikt om een stabiele opname te maken. Als de draadloze afstandsbediening wilt gebruiken, dan moet u eerst de volgende procedure uitvoeren om op de camcorder de sensor voor de afstandsbediening in te schakelen. Bedieningsstanden: 1 Druk op .
Knoppen op de draadloze afstandsbediening 1 START/STOP-knop (A 44) 2 G-knop (indexselectie) • In elk indexscherm kunt u (tijdens de afspeelstand) op deze knop drukken om het scherm [G Indexselectie] te openen (A 58). • Door deze knop langer dan 2 seconden ingedrukt te houden, gaat u van de opnamestand naar de afspeelstand of omgekeerd. 3 MENU-knop (A 29, 184) Functies dezelfde als bij op de camcorder. 4 DISP.-knop (schermgegevens) (A 65) Selecteert of tijdens het afspelen schermgegevens worden weergegeven.
AUTO-stand Dit hoofdstuk beschrijft hoe u in de stand op gemakkelijke wijze films en foto’s kunt maken, en hoe u elementaire opnamefuncties zoals de zoomfunctie en snelstartfunctie gebruikt. Als u gebruik wilt maken van alle menufuncties en geavanceerde opties, raadpleeg dan Opnamen maken in de handmatige stand (A 88).
3 Zet de camcorder in de stand [ . Cameramodus] > [N] > [OK] Video opnemen Druk op Y om met opnemen te beginnen. • Druk nogmaals op Y als u een pauze wilt inlassen. • U kunt ook op Y van de optionele draadloze afstandsbediening WL-D89 drukken. • De ACCESS-indicator gaat van tijd tot tijd knipperen terwijl de scène wordt opgenomen. • U kunt in de opnamestand de optie voor het classificeren van scènes inschakelen met de optie r > [Scenes beoordelen (opn.)]. Foto’s maken Raak [PHOTO] aan.
Over de AUTO-stand • In de stand zijn alleen de volgende functies beschikbaar. - Zoom (A 49). - Snelstartfunctie (A 51). - Video Snapshot (A 70). - Gezichtsdetectie (A 99) om elke keer mooie opnamen te maken van mensen en hierbij - ook als de persoon beweegt het onderwerp te volgen. - Aanraken & Volgen (A 101) om andere bewegende onderwerpen te volgen, deze scherp gesteld te houden en voor de opname de beste instellingen te gebruiken.
Smart AUTO-pictogrammen Achtergrond → (kleur van het pictogram) Helder* (grijs) Onderwerp ↓ Blauwe luchten* (lichtblauw) Levendige kleuren* (groen/rood) Zonsondergangen (oranje) Mensen (stilstaand) ( ) ( ) ( ) — Mensen (bewegend) ( ) ( ) ( ) — Andere onderwerpen dan mensen, zoals landschappen Nabijgelegen onderwerpen ( ) ( / ( / Achtergrond → (kleur van het pictogram) ) ( / ) ( / ) / ) ( / ) — Donker (donkerblauw) Onderwerp ↓ Spotlight Nachtscène Mensen (stilstaand)
Intelligent IS Met Intelligent IS kan de camcorder voor beeldstabilisatie de beste optie selecteren op basis van uw opnamemethode. Het pictogram van Intelligent IS verandert in een van de volgende pictogrammen. In de stand en kunt u de beeldstabilisatie handmatig instellen (A 97).
• Als u opnamen maakt op heldere plaatsen, kan het moeilijk zijn gebruik te maken van het LCD-scherm. In dergelijke gevallen kunt u de LCDachtergrondverlichting instellen met de optie q > [LCD Backlight] of de helderheid van het LCD-scherm instellen met de optie q > [Helderheid]. • Onder bepaalde omstandigheden komt het Smart AUTO-pictogram dat op het scherm verschijnt, mogelijk niet overeen met de feitelijke scène.
Gebruik van de zoomregelaars op het touchscreen 1 Roep de zoomregelaars op het touchscreen op. [FUNC.] > [ZOOM Zoom] • De zoomregelaars worden getoond aan de linkerzijde van het scherm. 2 Raak de zoomregelaars aan om de zoom te bedienen. Raak een willekeurig punt aan binnen het T-gebied om uit te zoomen of een willekeurig punt binnen het S-gebied om in te zoomen.
Snelstartfunctie Als u het LCD-paneel sluit terwijl de camcorder ingeschakeld is, komt de camcorder in de standby-stand. In de standby-stand verbruikt de camcorder slechts 1/3 van de stroom die wordt gebruikt voor het maken van opnamen, waardoor u bij gebruik van een accu bespaart op stroom. Bovendien is, wanneer u het LCD-paneel opent, de camcorder binnen circa 1 seconde* klaar voor gebruik, waardoor u meteen kunt beginnen met opnemen. * De werkelijke tijd hangt af van de opnameomstandigheden.
• Over de standby-stand en automatische uitschakeling van de camera: - De camcorder schakelt zichzelf uit als u deze 10 minuten in de standby-stand hebt laten staan. Druk op P om de camcorder in te schakelen. - U kunt instellen hoe lang het moet duren voordat de camcorder zichzelf uitschakelt of de snelstartfunctie volledig uitschakelen met de optie q> [Spaarstand] > [Snelle start (stand-by)].
Video Dit hoofdstuk beschrijft functies die betrekking hebben op films, waaronder afspelen, geavanceerd opnemen, gebruik van Verhaal maken en andere geavanceerde functies. Raadpleeg AUTO-stand (A 44) als u meer wilt weten over de elementaire functies voor het maken van video-opnamen. Elementaire weergavefuncties Films afspelen U kunt de optie s > [Datumcode] gebruiken om te selecteren of u de opnamedatum (en andere informatie, voor AVCHD-films) wilt weergeven wanneer u video-opnamen afspeelt (A 65).
3 Zoek de scène die u wilt afspelen. Verplaats de zoomhendel naar T om per pagina 15 scènes te tonen; verplaats de zoomhendel naar S om per pagina 6 scènes te tonen. ! Het indexselectiescherm openen. " Geheugen dat wordt gelezen. # Opnamedatum**. $ Verdelingslijn tussen opnamedata. % Sleep uw vinger naar links/rechts om naar de volgende/ vorige indexpagina te gaan*. & De volgende/vorige indexpagina weergeven. ' Tijdslijn van de scène (A 63)**. ( 3D-bladerbeeld (A 57)**.
Tijdens het afspelen: AVCHD-films MP4-films ! Naar het begin van de scène gaan. Dubbel aantikken om naar de vorige scène te gaan*. " Naar het begin van de volgende scène gaan*. # Een pauze inlassen. $ Versneld achteruit/vooruit afspelen**. % De volumeregelaars (A 55) en mixbalansregelaars van de achtergrondmuziek (A 81) oproepen. & Stoppen met afspelen. ' Decoratie (A 71). ( Volume. ) Opnamedatum. * Niet beschikbaar voor MP4-films.
Tijdens afspeelpauze: ! Afspelen hervatten. " Vertraagd achteruit/vooruit afspelen*. # Het weergegeven beeldje vastleggen als een foto (A 127)**. $ Decoratie (A 71)**. * Raak deze regelaar meerdere malen aan als u de afspeelsnelheid wilt verhogen met 1/8 → 1/4 van de normale snelheid. ** Niet beschikbaar voor MP4-films. BELANGRIJK • Neem de onderstaande voorschriften in acht wanneer de ACCESSindicator brandt of knippert. U kunt uw gegevens anders voorgoed kwijtraken.
3D-bladerbeeld Bedieningsstanden: Raak [ ] aan in het indexscherm [ Videos] om over te schakelen naar 3D-bladerbeeld. Deze plezierige manier waarmee scènes op basis van opnamedatum in een 3D-layout gegroepeerd worden weergegeven, maakt het gemakkelijk om door een groot aantal opnamen te bladeren. ! Opnamedatum. " Sleep uw vinger naar links om naar de volgende datum met opnamen te gaan. # Sleep uw vinger omhoog en omlaag om in de getoonde datum door de scènes te bladeren.
Het scherm [Indexselectie]: Selecteren welke inhoud u wilt afspelen In het scherm [G Indexselectie] kunt u de inhoud selecteren die u wilt afspelen (bijvoorbeeld originele scènes op basis van datum of verhaal, of foto’s). U kunt ook selecteren vanuit welk geheugen u uw opnamen wilt afspelen. Bedieningsstanden: In elk indexscherm: Raak [G] aan.
OPMERKINGEN • Versneld/langzaam afspelen is niet beschikbaar voor scènes die zijn geconverteerd naar Standard-Definition. Scènes in het indexscherm [SD-video] kunnen alleen worden afgespeeld op normale snelheid. • U kunt bij MP4-films niet naar de vorige of volgende scène springen. Twee afspeelstanden voor AVCHD-films: het indexscherm [ Videos] vs. de galerij Videos] vindt u alle AVCHD-films die u In het indexscherm [ hebt opgenomen, overzichtelijk geordend op basis van opnamedatum.
3 Verwijder de scène. [Ý] > [Bew.] > [Verwijderen] > [Ja] > [OK] Scènes verwijderen uit het indexscherm [ Videos] of [ Videos] Bedieningsstanden: 1 Open het indexscherm [ Videos] of [ Videos]. Als u uit AVCHD-films alle scènes wilt verwijderen die zijn opgenomen op een specifieke datum, sleep uw vinger dan naar links/rechts totdat in de titelbalk de gewenste datum verschijnt. 2 Verwijder de scènes. [Bew.
Eén enkele scène verwijderen uit een verhaal Bedieningsstanden: 1 Open de lijst met scènes van het verhaal dat de scène bevat die u wilt verwijderen. [G] > [ Galerij] > Breng het gewenste verhaal naar voren > [Scenelijst] 2 Sleep in het scherm [Scenelijst] uw vinger omhoog/omlaag om de scène te selecteren die u wilt verwijderen. 3 Raak aan de linkerzijde het oranje pictogram [ scherm [Scene bewerken] te openen. ] aan om het 4 Verwijder de scène.
3 Raak een of meer van de classificatieknoppen aan om alle betreffende scènes te selecteren. • Een gedimd weergegeven knop betekent dat er in het verhaal geen scènes aanwezig zijn die aan de betreffende classificatie zijn toegewezen. • Het aantal geselecteerde scènes verschijnt op het scherm. • Raak de classificatieknop nogmaals aan om de betreffende scènes van de selectie te verwijderen. 4 Verwijder alle betreffende scènes.
BELANGRIJK • Wees voorzichtig bij het verwijderen van opnamen. Zodra opnamen zijn verwijderd, kunt u deze niet meer herstellen. • Als u een verhaal permanent verwijdert, dan worden alle scènes verwijderd die het verhaal bevat. • Als u scènes verwijdert, dan worden de scènes verwijderd uit het indexscherm [ Videos] of [ Videos] en uit alle verhalen in de galerij waarvan de scènes mogelijk deel hebben uitgemaakt, ongeacht de methode die wordt gebruikt om de scènes te verwijderen.
3 Raak in de tijdlijnverdeling het gewenste beeldje aan vanwaar u met het afspelen van de scène wilt beginnen. ! Raak deze knop tweemaal aan om terug te gaan naar het indexscherm. " Vorige/volgende scène. # Sleep uw vinger naar links over de tijdlijnverdeling als u de volgende 5 beeldjes wilt oproepen. $ Opnamemodus en lengte van de scène. % Datum en tijd van de opname. & Sleep uw vinger naar rechts over de tijdlijnverdeling als u de vorige 5 beeldjes wilt oproepen. ' Huidige scène / Totaal aantal scènes.
Schermgegevens en datumcode Voor elke opgenomen scène of gemaakte foto houdt de camcorder een datumcode bij. Bij AVCHD-films omvat de datumcode de datum/ tijd van de opname, informatie over de instelling van de camera etc. Bij MP4-films bestaat de datumcode uit de datum van de opname. U kunt kiezen welke informatie u wilt weergeven. Bedieningsstanden: 1 Druk op . 2 Selecteer de informatie die u wilt weergeven.
Videoverhalen en cinematografische stijl Verhaal maken gebruiken om indrukwekkende verhalen te maken Verhaal maken is een handige functie die in een aantal situaties suggesties geeft voor typische scènes. Met Verhaal maken is het maken van creatieve videoverhalen net zo gemakkelijk als het selecteren van een van de verhaalthema’s, zoals [Reizen], [Feest] of [Kinderen en huisdieren], en het gebruiken van de voorgestelde categorieën om video-opnamen te maken.
6 Raak [OK] aan. • Er wordt nu een nieuw verhaal gemaakt en de camcorder komt in de opnamepauzestand. De geselecteerde categorie van de verhaalscène verschijnt aan de onderzijde van het scherm. • Als u [?] aanraakt, verschijnt er een scherm dat het geselecteerde thema, de verhaalscène (categorie), een opname-advies en de aanbevolen opnamelengte toont. Een scène opnemen binnen een verhaal Druk op Y om films op te nemen binnen de geselecteerde verhaalscène (categorie).
Verhaal maken afsluiten 1 Druk op . 2 Raak [ Opnamestandaard] aan en selecteer vervolgens een andere opnamestandaard. OPMERKINGEN • Als u Video Snapshot-opnamen maakt, dan kunt u met de optie r > [Lengte videosnapshot] de lengte van Video Snapshotopnamen automatisch door de camcorder laten koppelen aan de aanbevolen lengte van verhaalscènes. • Relay-opname is niet beschikbaar tijdens de modus Verhaal maken. Extra scènes opnemen binnen een bestaand verhaal 1 Druk op . 2 Start de modus Verhaal maken.
Cinema-stand en cinematografische filters In de stand (cinema) past de camcorder de beeldsnelheid en diverse andere beeldgerelateerde instellingen zo aan dat uw opnamen een cinematografisch karakter krijgen. In deze stand kunt u ook gebruikmaken van een aantal cinematografische filters waarmee u unieke films kunt maken die zich onderscheiden van wat u normaal gewend bent. Bedieningsstanden: 1 Druk op . 2 Zet de camcorder in de stand [Cameramodus] > [ .
Opties ( Standaardwaarde) De camcorder biedt 7 cinematografische filters. Selecteer het gewenste filter terwijl u op het scherm vooraf het effect bekijkt.
1 Druk op V. • Op het scherm verschijnt een blauwe rand. • Druk nogmaals op V als u wilt terugkeren naar de normale video-opnamestand. 2 Druk op Y. • De camcorder neemt een aantal seconden lang op (het blauwe kader geeft visueel de voortgang weer*) en keert daarna automatisch terug naar de opnamepauzestand. • Bij het einde van de opname zal het scherm van de camcorder even zwart worden. Dit lijkt op het open en dichtgaan van de sluiter van een camera.
Scènes decoreren terwijl u opnamen maakt Bedieningsstanden: 1 Open het decoratiescherm. [FUNC.] > [Ò Decoratie] • Het decoratiescherm wordt ook automatisch geopend wanneer u het LCD-paneel inklapt met het touchscreen naar buiten gericht. 2 Gebruik het gereedschap in de werkbalk zoals wordt uitgelegd in de volgende procedures. 3 Druk op Y om films met uw decoraties op te nemen. U kunt zelfs decoraties toevoegen wanneer u een scène opneemt. 4 Raak [X] aan als u het decoratiescherm wilt verlaten.
& [Ü]** (Beeldmix) Hiermee voegt u een van de 27 verschillende kaders toe aan het tekenblad. De beeldmixfunctie kunt u gebruiken in combinatie met de pennen, stempels en bewegende stempels. ' [Ý]** In de opnamestand: las een pauze in tijdens de live video. Raak [Ý] opnieuw aan om de live video te hervatten. U kunt decoraties toevoegen aan het bevroren beeld en u kunt het bevroren beeld opnemen. In de afspeelstand: las een pauze in. Raak [Ð] aan om het afspelen van de scène te hervatten.
Gebruik van [Bewegende stempels] 1 Raak [×] aan. Het scherm [Bewegende stempels] verschijnt. 2 Raak een van de bedieningsknoppen aan. 3 Raak een willekeurig gebied op het tekenblad aan waar u de geselecteerde bewegende stempel wilt plaatsen. U kunt ook een aantal bewegende stempels naar een andere plaats slepen. Gebruik van [Captions] (bijschriften) 1 Raak [Ø] aan. Het scherm [Captions] verschijnt. 2 Raak [Datum] of [Tijd] aan.
Uw eigen beelden mixen met live video U kunt voor de beeldmixfunctie (Chroma Key) beelden gebruiken die u zelf hebt gemaakt op uw computer. Zorg ervoor dat het beeld dat u wilt gebruiken, een blauw of groen gebied heeft, dat met Chroma Key-mixen zal worden vervangen door de live video. Raadpleeg Over de beeldbestanden voor de beeldmixfunctie (A 238) voor bijzonderheden over de soorten beeldbestanden die u kunt gebruiken en vanwaar u deze kopieert.
Scènes decoreren tijdens het afspelen Bedieningsstanden: 1 Speel in het indexscherm [ die u wilt decoreren. Videos] of de galerij de scène af 2 Raak het scherm aan om de afspeelregelaars op te roepen. 3 Raak [Ò] aan om het decoratiescherm te openen. 4 Decoreer de scène met behulp van de gereedschappen in de werkbalk zoals beschreven in de vorige paragraaf. In de afspeelstand worden de decoraties niet samen met de originele opname opgeslagen.
Verhalen afspelen vanuit de galerij U kunt de door u met Verhaal maken gemaakte opnamen afspelen als één enkel overtuigend videoverhaal dat het script van het verhaal volgt. Normale scènes en Video Snapshot-opnamen die zijn gemaakt zonder gebruik van Verhaal maken, worden in de galerij weergegeven onder de verhalen [Ongesorteerd] of [Videofoto]. Als u verhalen afspeelt vanuit de galerij, kunt u ervoor kiezen om alleen scènes van een bepaalde classificatie af te spelen. Bedieningsstanden: 1 Open de galerij.
3 Selecteer de classificatie van scènes die u wilt afspelen. [Verhaalgegevens] > [Select. op beoord.] > Gewenste classificatie > [K] > [K] 4 Raak het miniatuurbeeld van het verhaal aan om met afspelen te beginnen. • Het volledige verhaal wordt vanaf de eerste tot de laatste scène afgespeeld. Als alles is afgespeeld, keert de camcorder terug naar de galerij.
Scènes classificeren U kunt scènes classificeren onmiddellijk nadat u deze hebt opgenomen of tijdens het afspelen. U kunt dan later meerdere scènes met dezelfde classificatie selecteren om bijvoorbeeld alleen uw favoriete scènes af te spelen of te kopiëren. Aan scènes direct na het opnemen een classificatie toewijzen Bedieningsstanden: 1 Druk op . 2 Activeer de classificatiefunctie. [ Overige instellingen] > r > [Scenes beoordelen (opn.
2 Open de lijst met scènes van het verhaal dat de scènes bevat die u wilt classificeren. [G] > [ Galerij] > Breng het gewenste verhaal naar voren > [Scenelijst] 3 Sleep in het scherm [Scenelijst] uw vinger omhoog/omlaag om de scène te selecteren die u wilt classificeren. 4 Raak aan de linkerzijde het oranje pictogram [ scherm [Scene bewerken] te openen. ] aan om het 5 Raak de bedieningsknop van de gewenste classificatie aan en raak [K] tweemaal aan om terug te gaan naar de galerij.
Afspelen met achtergrondmuziek Speel films (of een diashow van foto’s) af met achtergrondmuziek. U kunt een van de bijgeleverde muzieknummers gebruiken of een externe audiospeler aansluiten om uw favoriete liedjes te gebruiken als achtergrondmuziek. Bedieningsstanden: Gebruik van een van de bijgeleverde muzieknummers als achtergrondmuziek De bijgeleverde LEGRIA CD-ROM bevat 3 muzieknummers die u kunt gebruiken als achtergrondmuziek. De muziekbestanden zijn voorgeïnstalleerd in het interne geheugen.
! Het gewenste muzieknummer selecteren. " De balans van de achtergrondmuziek instellen. # Het originele geluid afspelen (geen achtergrondmuziek). $ Het geselecteerde muzieknummer verwijderen. % Het geselecteerde muzieknummer beluisteren. Raak (Ñ) opnieuw aan als u het afspelen wilt stopzetten. 5 Stel de mixbalans af tussen het originele geluid en de achtergrondmuziek.
Gebruik van een externe audiospeler voor achtergrondmuziek Gebruik uw favoriete liedjes als achtergrondmuziek door een externe speler aan te sluiten. WAAR U OP MOET LETTEN • U hebt een, in de winkel verkrijgbare, audiokabel nodig met ten minste één mini-stereostekker (voor verbinding met het MIC-aansluitpunt op de camcorder); welk type stekker aan het andere uiteinde wordt gebruikt, hangt af van de gebruikte externe speler). 1 Sluit de externe speler aan op het MIC-aansluitpunt van de camcorder. 2 Druk op .
• Zelfs wanneer het afspelen van de video-opname stopt, zal het afspelen van de audio op de externe speler niet automatisch stoppen. Afspelen terwijl de video/diashow niet gekoppeld is aan de externe audio 7 Raak een verhaal of scène aan om te beginnen met het afspelen van de video-opname. 8 Start met het afspelen van de muziek op de externe speler.
Scènes binnen/tussen verhalen kopiëren en verplaatsen U kunt scènes in de galerij kopiëren en verplaatsen binnen dezelfde verhaalscène (categorie), tussen verhaalscènes in hetzelfde verhaal, en tussen verhalen die zijn opgenomen in hetzelfde geheugen. Bedieningsstanden: 1 Open de lijst met scènes van het verhaal dat de scène bevat die u wilt kopiëren of verplaatsen.
Het miniatuurbeeld van een verhaal selecteren In eerste instantie wordt het eerste beeldje van de eerste scène in het verhaal gebruikt als het miniatuurbeeld van het verhaal. U kunt desgewenst uw favoriete scène instellen als het miniatuurbeeld van het verhaal in de galerij. Bedieningsstanden: 1 Open de galerij. [G] > [ Galerij] 2 Selecteer het verhaal waarvoor u een ander miniatuurbeeld wilt kiezen. Sleep uw vinger naar rechts/links om het gewenste verhaal naar de voorgrond te brengen.
1 Open de galerij. [G] > [ Galerij] 2 Selecteer het verhaal waarvan u de titel wilt wijzigen. Sleep uw vinger naar rechts/links om het gewenste verhaal naar de voorgrond te brengen. 3 Open het scherm [Titel bewerken]. [Verhaalgegevens] > [Verhaal bewerken] > [Titel bewerken] 4 Gebruik het virtuele toetsenbord om de titel te wijzigen. 5 Raak [OK] > [K] > [K] aan om terug te keren naar de galerij. ! Wisselen tussen letters en cijfers/speciale karakters. " De positie van de cursor wijzigen.
Geavanceerde functies Opnamen maken in de handmatige stand Als de camcorder in de stand staat, hebt u volledig toegang tot alle menu’s en kunt u handmatig de belichting instellen, scherpstellen, de witbalans instellen en nog veel meer camcorderfuncties instellen zoals u dat wilt. Zelfs in deze stand kan de camcorder u met de instellingen helpen. Bijvoorbeeld door gebruik te maken van het opnameprogramma van de Speciale Scènes (A 94). Bedieningsstanden: 1 Druk op P om de camcorder in te schakelen.
BELANGRIJK • Neem de onderstaande voorschriften in acht wanneer de ACCESSindicator brandt of knippert. Als u zich daar niet aan houdt, kunt u uw gegevens voorgoed kwijtraken of raakt het geheugen mogelijk beschadigd. - Open de afdekking van de geheugenkaartsleuf niet. - Verwijder de stroombron niet en zet de camcorder niet uit. - Wijzig de bedieningsstand van de camcorder niet. • Zorg ervoor dat u regelmatig een backup van uw opnamen maakt (A 141), vooral na et maken van belangrijke opnamen.
OPMERKINGEN • Bij MP4-films kunt u de laatst opgenomen film niet direct bekijken als u na het opnemen van de film een andere bedieningshandeling hebt uitgevoerd, zoals het openen van een menu. De videokwaliteit selecteren (opnamemodus) De camcorder biedt 5 opnamemodi voor het opnemen van AVCHDfilms en 2 voor MP4-films. Door de opnamemodus te wijzigen, verandert ook de resterende opnametijd in het geheugen.
OPMERKINGEN • Films die u hebt opgenomen in de MXP-modus, kunt u niet opslaan op AVCHD-schijven. Gebruik een externe Blu-ray Disc-recorder om MXP-films te kopiëren naar Blu-ray-schijven. Ook kunt u de bijgeleverde software VideoBrowser gebruiken om AVCHD-schijven te maken*. • De camcorder maakt gebruik van een variabele bit rate (VBR) om video te coderen; de feitelijke opnametijd zal daarom afhangen van de inhoud van de scènes.
Geschatte opnametijden Standaardwaarde AVCHD-films in de MXP-modus worden opgenomen met een resolutie van 1.920 x 1.080. AVCHD-films die worden opgenomen in een andere opnamemodus, worden opgenomen met een resolutie van 1.440 x 1.080. MP4-films worden opgenomen met een resolutie van 1.280 x 720. Voor AVCHD-films: Opnamemodus → MXP FXP XP+ SP LP Geheugenkaart van 4 GB 20 min. 30 min. 40 min. 1 uur 10 min. 1 uur 30 min. Geheugenkaart van 8 GB 40 min. 1 uur 1 uur 25 min. 2 uur 20 min.
De beeldsnelheid selecteren U kunt de beeldsnelheid (het aantal beeldjes dat per seconde wordt opgenomen) wijzigen om de impressie van uw films te wijzigen. Bij het opnemen van MP4-films is de beeldsnelheid [ 25P]. Bedieningsstanden: 1 Druk op . 2 Selecteer de beeldsnelheid. [ Overige instellingen] > r > [Framerate] > Gewenste beeldsnelheid > [X] Opties ( Standaardwaarde) [μ 50i (standaard)] 50 velden per seconde, interlaced. Standaardbeeldsnelheid van analoge PAL-TV-signalen.
Opnameprogramma van Speciale Scènes Het is heel gemakkelijk opnamen te maken in een zeer helder skioord of alle kleuren van een zonsondergang of vuurwerk vast te leggen. U hoeft alleen maar het opnameprogramma van de Speciale Scènes te selecteren. Bedieningsstanden: [FUNC.
[ÿ SCN: Zonsonderg.] Voor het opnemen van zonsondergangen in levendige kleuren. [Œ SCN: Weinig licht] Voor het opnemen van scènes in situaties met weinig licht. [œ SCN: Spotlight] Voor het opnemen van scènes onder spotlights. [Š SCN: Vuurwerk] Voor het opnemen van vuurwerk. [š SCN: Onderwater] Voor het opnemen van onderwaterscènes in natuurlijke kleuren. [Ÿ SCN: Oppervlakte] Om opnamen te maken na uit het water te zijn gekomen, zoals op een boot na het duiken.
- De beeldkwaliteit is mogelijk niet zo goed als bij de andere programma’s. - Op het scherm kunnen witte punten verschijnen. - Automatische scherpstelling werkt mogelijk niet zo goed als bij andere opnameprogramma’s. In dat geval moet u handmatig scherpstellen. • [Š SCN: Vuurwerk]: - Het verdient aanbeveling gebruik te maken van een statief om wazige beelden (door beweging van de camcorder) te voorkomen.
Geavanceerde beeldstabilisatie De beeldstabilisator vermindert de wazigheid die de camcorder veroorzaakt (wazigheid vanwege camcorderbewegingen), zodat u mooie en stabiele opnamen krijgt. Selecteer de beeldstabilisatiestand op basis van de opnameomstandigheden. Bedieningsstanden: 1 Druk op . 2 Selecteer de IS-modus.
OPMERKINGEN • Als de camcordertrillingen te sterk zijn, kunnen deze door de beeldstabilisator mogelijk niet volledig worden gecompenseerd. • Wanneer u de camcorder van zijkant naar zijkant pant of naar boven en beneden kantelt als u onderwerpen wilt volgen, dan verdient het aanbeveling om de IS-stand op [ Dynamisch] of [ Standaard] te zetten. Pre-opname Om ervoor te zorgen dat u de belangrijke momenten niet mist, begint de camcorder 3 seconden voordat u op Y drukt met het maken van een opname. Gezichtsdet.
• Een van de volgende situaties heeft tot gevolg dat de preopnamefunctie wordt uitgeschakeld. - Als u de camcorder langer dan 5 minuten niet gebruikt. - De bedieningsstand wijzigen. - Als u op V drukt. - Als u het decoratiescherm opent. - Als u het LCD-paneel sluit om de camcorder in de standby-stand te zetten. - Als u een van de volgende bedieningsknoppen aanraakt in het paneel [ Hoofdfuncties]: [Opnameprogs], [Witbalans], [Geluidsscène], [AGC-limiet], [Faders], [Decoratie] of [Opname bekijken].
Het hoofdonderwerp selecteren Als er in het beeld meer dan één persoon aanwezig is, dan selecteert de camcorder automatisch één persoon als het hoofdonderwerp. Het hoofdonderwerp wordt aangegeven met een wit gezichtsdetectiekader en de camcorder zal voor die persoon vervolgens de optimale instellingen kiezen. Andere gezichten krijgen grijze kaders. Raak op het touchscreen een ander gezicht aan als u de camcorderinstellingen voor die persoon wilt optimaliseren met gebruik van de functie Aanraken & Volgen.
Aanraken & Volgen Wanneer u opnamen maakt van een groep mensen met gebruik van gezichtsdetectie, dan zal de camcorder automatisch één persoon detecteren als het hoofdonderwerp. U kunt gebruikmaken van Aanraken & Volgen om de camcorder te vertellen een andere persoon te volgen en voor deze persoon de instellingen te optimaliseren. U kunt Aanraken & Volgen ook gebruiken om andere bewegende onderwerpen altijd scherp te houden, zoals huisdieren of bewegende voertuigen.
Faders De camcorder is uitgerust met twee professioneel uitziende overgangseffecten waarmee u scènes kunt laten beginnen en eindigen met een fade. U kunt ervoor kiezen de fader slechts eenmaal te activeren of telkens wanneer u start of stopt met opnemen. Bedieningsstanden: [FUNC.] > [R Faders] > Gewenste fader* > [X] * U kunt het overgangseffect vooraf bekijken op het scherm. • Het pictogram van de geselecteerde fader wordt weergegeven in groen.
Handmatig de sluitertijd of het diafragma instellen [’ Programma AE] is het standaardopnameprogramma met automatische belichting (AE); met dit programma kunt u functies wijzigen zoals de witbalans of beeldeffecten. Selecteer een van de andere opnameprogramma’s met automatische belichting AE om de sluitertijd of het diafragma te regelen. Bedieningsstanden: [FUNC.] > [Opnameprogs] > [‚ Sluiter-voork.AE] of [“ Diafr.-voork.
• Bij het instellen van een numerieke waarde (diafragma of sluitertijd) gaat het getoonde nummer knipperen als de diafragmawaarde of sluitertijd niet geschikt is voor de opnameomstandigheden. Selecteer in dat geval een andere waarde. • Tijdens belichtingsvergrendeling kan de diafragmawaarde of sluitertijd niet worden gewijzigd. Stel de diafragmawaarde of sluitertijd in voordat u handmatig de belichting instelt.
Handmatige belichtingsinstelling Soms kunnen onderwerpen met tegenlicht te donker (onderbelicht) overkomen of kunnen onderwerpen onder zeer sterke lichtbronnen te helder of verblindend (overbelicht) overkomen. Om dit te corrigeren, kunt u de belichting handmatig wijzigen of de functie Aanraking AE gebruiken om voor het door u geselecteerde onderwerp automatisch de optimale belichting in te stellen.
OPMERKINGEN • Als u tijdens belichtingsvergrendeling een ander opnameprogramma kiest, keert de camcorder terug naar automatische belichting. • Bij het opnemen van onderwerpen met een sterke lichtbron op de achtergrond wordt door de camcorder automatisch het tegenlicht gecorrigeerd*. U kunt de automatische tegenlichtcorrectie uitschakelen met de optie p > [Autom. achtergr.verl.corr.]. De automatische tegenlichtcorrectie is niet beschikbaar in de volgende gevallen.
Handmatige scherpstelling Automatische scherpstelling werkt mogelijk niet goed bij de onderwerpen hieronder. Stel in een dergelijk geval handmatig scherp. • Reflecterende oppervlakken • Onderwerpen met weinig contrast of zonder verticale lijnen Bedieningsstanden: • Snel bewegende onderwerpen • Opnamen via natte ramen • Nachtscènes WAAR U OP MOET LETTEN • Stel de zoom in voordat u de procedure start. • Selecteer een ander opnameprogramma dan [š SCN: Onderwater] of [Ÿ SCN: Oppervlakte].
3 Raak [F] of [E] aan en houd dit symbool ingedrukt om scherp te stellen. • Het midden van het scherm wordt vergroot om u te helpen gemakkelijker scherp te stellen. U kunt deze functie ook uitschakelen met de optie p > [Focushulp]. • De getoonde scherpstelafstand verandert als u de scherpstelling wijzigt. De scherpstelafstand wordt circa 2 seconden weergegeven. U kunt met de optie q > [Afstandseenheden] selecteren welke afstandsmaat (meters of feet) u wilt gebruiken.
WAAR U OP MOET LETTEN • Selecteer een ander opnameprogramma dan [Š SCN: Vuurwerk]. [FUNC.] > [ZOOM Zoom] > [W]* (tele-macro) > [X] * Raak dit symbool nogmaals aan als u de tele-macro-functie wilt uitschakelen. • De camcorder zoomt automatisch naar het telefoto-uiteinde. OPMERKINGEN • Een van de volgende situaties heeft tot gevolg dat de tele-macro-functie wordt uitgeschakeld. - Als u de camcorder uitschakelt. - Als u op T drukt. - Als u de camcorder in de stand zet. - Als u uitzoomt naar T (groothoek).
De witbalans handmatig instellen Richt de camcorder op een wit object, zoom in totdat het object het gehele scherm vult en druk op [WB inst.]. Als de instelling voltooid is, stopt Å met knipperen en verdwijnt dit symbool. De camcorder onthoudt de handmatige witbalans ook als u de camcorder uitschakelt. Opties ( Standaardwaarde) [Ã Auto] De camcorder stemt de witbalans automatisch af op natuurlijk lijkende kleuren. [¼ Daglicht] Voor het maken van buitenopnamen op een heldere dag.
• Afhankelijk van het type TL-licht kunt u met [¿ TL-licht] of [À TL-licht H] wellicht geen optimale kleurbalans bereiken. Indien de kleuren onnatuurlijk zijn, selecteer dan [Ã Auto] of [Å Aangep.WB]. Beeldeffecten U kunt de kleurverzadiging, de helderheid, het contrast en de scherpte van het beeld wijzigen. Bedieningsstanden: WAAR U OP MOET LETTEN • Selecteer een ander opnameprogramma dan het opnameprogramma van de Speciale Scènes. 1 Open het scherm van de beeldeffecten. [FUNC.
Zelfontspanner Bedieningsstanden: * * Alleen voor films. 1 Druk op . 2 Activeer de zelfontspanner. [ Overige instellingen] > p > [Zelftimer] > [i Aan <] > [X] • Op het scherm verschijnt <. • Herhaal dit en kies [j Uit] als u de zelfontspanner wilt uitschakelen. Films: Druk in de opnamepauzestand op Y. De camcorder begint na 10 seconden op te nemen*. Op het scherm ziet u dat er wordt afgeteld. Foto’s: Raak in de opnamepauzestand de optie [PHOTO] aan.
Audioscènes en andere audio-instellingen U kunt de camcorder de audio-instellingen van de ingebouwde microfoon laten optimaliseren door de audioscène te selecteren die in overeenstemming is met uw omgeving. Dit versterkt in hoge mate het gevoel van “erbij te zijn”. Ook kunt u [ Aangepast] selecteren om de diverse audio-instellingen van de camcorder naar wens in te stellen. Raadpleeg Instellingen voor elke audioscène (A 114) voor de instellingen die door elke audioscène worden gebruikt.
OPMERKINGEN • Audioscènes kunt u niet selecteren in de volgende gevallen: - Wanneer een externe microfoon aangesloten is op de geavanceerde mini accessoireschoen. - Wanneer een externe microfoon aangesloten is op het MICaansluitpunt terwijl p > [Geluidsmix] is ingesteld op [j Uit]. • [ Aangepast] is niet beschikbaar in de stand . • Nadat [ Geluidsscène] is ingesteld op [ Aangepast] en de cameramodus gewijzigd wordt in , dan verandert deze instelling in [ Standaard].
Automatisch windscherm De camcorder vermindert automatisch het achtergrondgeluid van de wind als u buiten opnamen maakt. U kunt kiezen tussen twee niveaus of het automatische windscherm uitschakelen. WAAR U OP MOET LETTEN • Stel [ Geluidsscène] in op [ 1 Druk op Aangepast] (A 113). . 2 Stel het automatische windscherm in. [ Overige instellingen] > p > [Autom. ] > [X] Windscherm] > [H Hoog] of [L Laag • Herhaal dit, en selecteer [j Uit à] als u het automatische windscherm wilt uitschakelen.
2 Stel de audio-equalizer in. [ Overige instellingen] > p > [Freq.respons ingeb. mic.] > Gewenste optie > [X] Opties ( Standaardwaarde) [h Normaal] Geschikt voor een evenwichtig geluid onder normale opnameomstandigheden. [ç Lage tonen verst.] Accentueert het bereik van de lage frequenties voor een geluid dat krachtiger is. [è Lage tonen filteren] Filtert het bereik van de lage frequenties om het lawaai van een waaiende wind, de motor van een auto en vergelijkbare omgevingsgeluiden te verminderen.
Opties ( Standaardwaarde) [í Mono] Opnemen in mono waarbij de nadruk ligt op geluid dat vanaf de voorzijde van de camcorder/microfoon komt. [h Normaal] Standaard opnemen in stereo; een middenpositie tussen de opties [Breed] en [Mono] binnen bereik. [î Breed] Opnemen in stereo van omgevingsgeluid in een uitgebreider gebied, wat het filmische effect versterkt. [ï Zoom] Opnemen in stereo met geluid gekoppeld aan de zoompositie.
Handmatige instelling van het audio-opnameniveau 1 Open het scherm waarin u het audio-opnameniveau handmatig instelt. [FUNC.] > [ä Niveau micro] > [n] (handmatig) • Op het scherm verschijnen de audioniveau-indicator en het huidige audio-opnameniveau. Wanneer p > [Geluidsmix] is ingesteld op [i Aan], dan verschijnen er twee audioniveau-indicators: de bovenste voor de ingebouwde microfoon en de onderste voor de externe audio.
OPMERKINGEN • Wanneer u een microfoon gebruikt die aangesloten is op het MICaansluitpunt, inclusief de draadloze microfoon WM-V1, dan wordt de audioniveau-indicator automatisch weergegeven. • Als de audioniveaumeter het rode punt (0 dB) bereikt, raakt het geluid mogelijk vervormd.
4 Wijzig zo nodig het volume. [Volume] > [Ô] of [Õ]* om het volume te wijzigen > [X] * U kunt ook uw vinger over de balk [Koptelefoon] slepen. • Op het scherm verschijnt Ó. Het volume wijzigen tijdens het afspelen Stel in de stand, en in de stand tijdens het afspelen van een diashow het volume van de hoofdtelefoon op dezelfde wijze in als u het luidsprekervolume instelt (A 55, 134). BELANGRIJK • Bij gebruik van een hoofdtelefoon moet u het volume tot een aanvaardbaar niveau terugbrengen.
Gebruik van de geavanceerde mini accessoireschoen Met gebruik van de geavanceerde mini accessoireschoen kunt u de camcorder aansluiten op een reeks optionele accessoires om de functionaliteit van de camcorder uit te breiden. Raadpleeg Accessoires (A 228) voor bijzonderheden over welke accessoires optioneel verkrijgbaar zijn voor gebruik met uw camcorder. Raadpleeg ook de handleiding van de gebruikte accessoires voor bijzonderheden over hoe u accessoires moet aansluiten en gebruiken.
Gebruik van een externe microfoon Bij het maken van opnamen in een zeer rustige omgeving kan het voorkomen dat de ingebouwde microfoon het geluid van het interne mechanisme van de camcorder mee opneemt. In een dergelijk geval raden wij u aan gebruik te maken van een externe microfoon. Bedieningsstanden: Gebruik van de surroundmicrofoon SM-V1 of stereorichtingsmicrofoon DM-100 Met de SM-V1 kunt u een gevoel van diepte en aanwezigheid aan uw opnamen toevoegen met 5.1-kanaals surroundgeluid.
Gebruik van de draadloze microfoon WM-V1 Met gebruik van de WM-V1 kunt u op betrouwbare wijze zelfs geluid opnemen wanneer u opnamen maakt van onderwerpen op een afstand die verder ligt dan het bereik van de microfoon. U kunt audio ook mixen en opnemen vanaf de WM-V1 met audio uit de ingebouwde microfoon. Raadpleeg voor bijzonderheden over het gebruik van de WM-V1 de gebruiksaanwijzing die met de microfoon is mee geleverd.
4 Activeer en wijzig, indien nodig, de audiomixbalans met de optie p > [Geluidsmix]. OPMERKINGEN • Wanneer u een microfoon gebruikt die aangesloten is op het MICaansluitpunt, dan wordt de audioniveau-indicator automatisch weergegeven. • Als u op de camcorder een externe microfoon aansluit, dan wordt p > [Autom. Windscherm] automatisch ingesteld op [j Uit à].
De videolamp wordt uitgeschakeld als de resterende acculading minder is dan circa 50%. • De videolamp kan niet worden gebruikt als de camcorder stoom ontvangt van de compacte netadapter. • De optionele videoflitslamp VFL-2 kunt u met deze camcorder niet gebruiken als flitser. Audiomix Tijdens het opnemen kunt u audio uit de ingebouwde microfoon mixen met externe audio vanaf het MIC-aansluitpunt en de mixbalans instellen om originele geluidseffecten te creëren.
Video Snapshot-opnamen en foto’s maken van filmscènes Van een bestaande filmscène kunt u Video Snapshot-opnamen, individuele foto’s of een reeks foto’s maken. Het kan bijvoorbeeld zijn dat u foto’s wilt afdrukken van video die is opgenomen op een feestje of dat u een kleine videoclip wilt maken door gebruik te maken van Video Snapshot-opnamen van de hoogtepunten van een gebeurtenis.
de Video Snapshot-opname gemaakt vanaf het begin van de volgende filmscène. • Tijdens het afspelen van Video Snapshot-opnamen die zijn gemaakt van een eerder opgenomen film, kan het voorkomen dat u in het beeld en geluid abnormaliteiten waarneemt bij het punt waar tijdens het afspelen wordt overgegaan op een nieuwe filmscène. Foto’s maken van een filmscène U kunt van een filmscène één enkele foto of een reeks foto’s maken. De resolutie van de gemaakte foto’s is 1920x1080 en kan niet worden gewijzigd.
OPMERKINGEN • De datumcode van de foto’s reflecteert de datum en tijd van de opname van de originele scène. • Foto’s die worden gemaakt van een scène met veel beweging, kunnen wazig zijn. • Foto’s worden gemaakt in het geheugen dat is geselecteerd voor het maken van foto’s. • [p Cont. knippen]: - Per keer kunnen maximaal 100 foto’s worden gemaakt. - Het maken van de fotoreeks wordt gestopt als het eind van de filmscène wordt bereikt (het afspelen wordt gepauzeerd bij het begin van de volgende filmscène).
5 Splits de scène. [μ Splitsen] > [Ja] • De video-opname vanaf het splitsingspunt tot het eind van de scène verschijnt als een nieuwe scène in het indexscherm. OPMERKINGEN • Als u tijdens het splitsen van scènes beeldje voor beeldje vooruit- of achteruitgaat, dan is de interval tussen beeldjes circa 0,5 seconde. • Indien de scène niet kan worden gesplitst op het punt waar u tijdens het afspelen een pauze hebt ingelast, ga dan een beeldje vooruit/achteruit en splits vervolgens de scène.
Foto’s Raadpleeg dit hoofdstuk voor bijzonderheden over het bekijken van foto’s en andere fotoprocedures. Foto’s bekijken Bedieningsstanden: 1 Druk op T. 2 Open het indexscherm [Foto’s] als dit niet wordt getoond. [G] > [ Foto’s] 3 Zoek de foto die u wilt weergeven. Zet de zoomhendel op T om per pagina 15 foto’s weer te geven; zet de zoomhendel op S om per pagina 6 foto’s weer te geven.
! Open het scherm [G Indexselectie] (A 58). " Geheugen dat wordt gelezen. # Sleep uw vinger naar links/rechts om naar de volgende/vorige indexpagina te gaan*. $ De volgende/vorige indexpagina weergeven. * Terwijl u door indexpagina’s bladert, verschijnt aan de onderzijde van het scherm gedurende enkele seconden een grotere scrollbalk. Als u een groot aantal foto’s hebt, is het wellicht praktischer om uw vinger over de scrollbalk te slepen. 4 Raak de foto aan die u wilt bekijken.
Foto’s doorlopen Als u een groot aantal foto’s hebt gemaakt, kunt u met de scrollbalk heel gemakkelijk de foto’s doorlopen. 1 Raak het scherm aan om de afspeelregelaars op te roepen. 2 Doorloop de foto’s met behulp van de scrollbalk. [h] > Sleep uw vinger naar links en rechts over de scrollbalk > [K] BELANGRIJK • Neem de onderstaande voorschriften in acht wanneer de ACCESSindicator brandt of knippert. U kunt uw gegevens anders voorgoed kwijtraken. - Open de afdekking van de geheugenkaartsleuf niet.
4 Sleep uw vinger naar links/rechts om een andere foto te selecteren die u wilt verwijderen of raak [X] aan. Foto’s verwijderen in het indexscherm 1 Open het indexscherm [ [G] > [ Foto’s]. Foto’s] 2 Verwijder de foto’s. [Bew.] > [Verwijderen] > Gewenste optie* > [Ja]** > [OK] * Als u [Selecteer] selecteert, voer dan de volgende procedure uit om de individuele foto’s te selecteren die u wilt verwijderen voordat u [Ja] aanraakt.
Diashow U kunt alle foto’s gebruiken om een diashow af te spelen en u kunt de show ook van muziek voorzien. Bedieningsstanden: 1 Open het indexscherm [ [G] > [ Foto’s]. Foto’s] 2 Selecteer de achtergrondmuziek die u wilt gebruiken tijdens de fotodiashow. Muzieknummers: Stap 3 en 4 (A 81). Externe audio: Stap 4 en 5 (A 83). 3 Raak de foto aan die de diashow opent in de schermweergave van één foto.
De overgangseffecten van de diashow wijzigen 1 Druk op . 2 Selecteer het overgangseffect.
Externe aansluitingen Dit hoofdstuk beschrijft hoe u de camcorder aansluit op een extern apparaat zoals een TV, videorecorder of computer. U kunt op de camcorder ook gebruikmaken van de handige Wi-Fi-functies (A 161). Aansluitpunten op de camcorder Open het LCD-paneel om toegang te krijgen tot de aansluitpunten op de camcorder.
Aansluitschema’s In de volgende aansluitschema’s ziet u aan de linkerkant de aansluitingen op de camcorder en ziet u aan de rechterkant (alleen ter referentie) een voorbeeld van de aansluitingen op een aangesloten apparaat. Aansluitmethode ! HDMI Type: Digitaal Kwaliteit: High-Definition Alleen uitvoer Voor het aansluiten van de camcorder op een High-Definition TV (HDTV) met een HDMIingang. Als uw HDTV ondersteuning biedt voor HDMI-CEC, dan kunt u dit activeren met de optie q > [HDMI-Controle].
Aansluitmethode " Composite Video Type: Analoog Kwaliteit: Standard-Definition Alleen uitvoer Aansluiten op een standaard-TV of videorecorder met audio/video-ingangen. Wijzig de volgende instellingen op de camcorder: > [TV-Type] volgens het TV-toestel (breedbeeld of 4:3), als de TV de - s/ hoogte/breedteverhouding niet automatisch kan detecteren en wijzigen - q > [AV/Koptelef.
Aansluitmethode # USB Type: Digitale gegevensverbinding Voor het aansluiten van uw camcorder op een computer om uw opnamen op te slaan, of op een compatibele digitale videorecorder om uw opnamen te kopiëren, of op een externe harde schijf om heel gemakkelijk een perfecte kopie van een compleet geheugen op te slaan.
Opnamen afspelen op een TV-scherm Sluit de camcorder aan op een TV om samen met familie en vrienden van uw opnamen te genieten. De beste weergavekwaliteit krijgt u door uw opnamen weer te geven op een HDTV met gebruik van het HDMI OUT-aansluitpunt. Bedieningsstanden: 1 Zet de camcorder en TV uit. 2 Sluit de camcorder aan op de TV. Raadpleeg Aansluitschema’s (A 137) en selecteer de meest geschikte aansluitmethode voor uw TV. 3 Zet de aangesloten TV aan.
Uw opnamen opslaan en delen Films en foto’s kopiëren naar een geheugenkaart U kunt uw opnamen kopiëren vanuit het interne geheugen naar een geheugenkaart. Scènes en foto’s worden gekopieerd vanuit het indexscherm of vanuit een verhaal in de galerij in het interne geheugen naar hetzelfde indexscherm of hetzelfde verhaal op de geheugenkaart. Lees het gedeelte BELANGRIJK (A 144) voordat u een Eye-Fi-kaart gebruikt.
Opties [datum] Met deze optie kopieert u alle scènes die zijn opgenomen op de datum die wordt getoond in de bedieningsknop. Alleen voor AVCHD-films. [Selecteer] Met deze optie selecteert u individuele scènes die u wilt kopiëren. [Alle scenes] Met deze optie kopieert u alle scènes. Scènes kopiëren uit een verhaal op basis van classificatie Bedieningsstanden: 1 Open de galerij en breng het gewenste verhaal naar de voorgrond.
3 Kopieer de foto. [Bew.] > [Kopieren (&'*)] > [¨ Doorgaan] > [Ja] 4 Sleep uw vinger naar links/rechts om een andere foto te selecteren die u wilt kopiëren of raak [X] aan. Foto’s kopiëren vanuit het indexscherm Bedieningsstanden: 1 Open het indexscherm [ Foto’s]. Controleer of u de tab & (interne geheugen) hebt geselecteerd. 2 Kopieer de foto’s. [Bew.
BELANGRIJK • Neem de onderstaande voorschriften in acht wanneer de ACCESSindicator brandt of knippert. U kunt uw gegevens anders voorgoed kwijtraken. - Open de afdekking van de geheugenkaartsleuf niet. - Verwijder de stroombron niet en zet de camcorder niet uit. - Wijzig de bedieningsstand van de camcorder niet. • Als u foto’s kopieert naar een Eye-Fi-kaart, dan worden de foto’s automatisch geüpload als u binnen bereik bent van een geconfigureerd netwerk.
AVCHD-films opslaan (alleen Windows) Met de bijgeleverde software VideoBrowser kunt u op uw computer de scènes opslaan die u hebt opgenomen. Installatie Voordat u de camcorder de eerste keer aansluit op de computer, moet u eerst de software installeren. Raadpleeg de installatiegids (bijgeleverde brochure) en volg de instructies in de Softwarehandleiding (PDF-bestand) om de bijgeleverde PIXELA-software te installeren.
MP4-films en foto’s opslaan (Windows/Mac OS) Met de bijgeleverde software ImageBrowser EX kunt u MP4-films en foto’s kopiëren naar uw computer en deze vervolgens gemakkelijk op uw computer ordenen. De belangrijkste systeemvereisten zijn: Besturingssysteem Windows 7 (SP1, 32/64-bit) CPU Geheugen Intel® Core™ 2 Duo, 1.66 GHz 1 GB (voor 32-bit) 2 GB (voor 64-bit) Windows Vista (SP2, 32/64-bit) 1 GB Windows XP (SP3, alleen 32-bit) 1 GB Mac OS X v10.
6 Volg de scherminstructies. Voor gebruikers van Windows: het venster Gebruikersaccountbeheer verschijnt. Volg de instructies om door te gaan. Controleren of de software op correcte wijze is geïnstalleerd U kunt controleren of de software op correcte wijze is geïnstalleerd door te verifiëren of het ImageBrowser EX-pictogram aanwezig is op de volgende locatie. Windows: In het menu Starten, Alle programma’s > Canon Utilities > ImageBrowser EX Mac OS: In het Dock, op het bureaublad.
BELANGRIJK • Wanneer de camcorder is aangesloten op een computer: - Open de afdekking van de geheugenkaartsleuf niet en verwijder de geheugenkaart niet. - U mag niet vanuit de computer mappen en bestanden op de camcorder openen, wijzigen of verwijderen omdat u hierdoor het risico loopt gegevens definitief kwijt te raken.
Geheugen opslaan: Een compleet geheugen kopiëren naar een externe harde schijf U kunt op gemakkelijke wijze alle door u gemaakte films en foto’s kopiëren naar een in de handel verkrijgbare externe harde schijf die rechtstreeks aangesloten is op uw camcorder*. U kunt de camcorder ook gebruiken om uw opnamen rechtstreeks af te spelen vanaf de harde schijf. Initialiseer de harde schijf (A 152) wanneer u deze voor de eerste keer met deze camcorder wilt gebruiken.
Voordat de verbinding met de externe harde schijf wordt verbroken Voordat u de externe harde schijf uitschakelt of loskoppelt, moet u eerst de verbinding met de camcorder veilig beëindigen om te voorkomen dat uw bestanden beschadigd raken. In het scherm [Externe harde schijf]: [Harde schijf veilig verwijderen] > [Ja] BELANGRIJK • Zorg ervoor dat de camcorder stroom ontvangt via de compacte netadapter voordat u een geheugen kopieert naar de externe harde schijf.
4 Raak [Afspelen van harde schijf] aan en selecteer de geheugenopslagmap die u wilt afspelen. • Als u op dezelfde dag meerdere malen een geheugen naar de externe harde schijf had gekopieerd (bijvoorbeeld als u eerst het interne geheugen en later de geheugenkaart had gekopieerd), dan zal na de eerste mapnaam de mapnaam van geheugenopslagmappen eindigen met een numeriek achtervoegsel. • Het indexscherm [ Videos] verschijnt.
De externe harde schijf initialiseren 1 Voorzie de camcorder van stroom met de compacte netadapter. Tijdens het initialisatieproces mag u de stroombron niet loskoppelen of de camcorder uitzetten. 2 Druk op T om de camcorder in de afspeelstand te zetten. 3 Sluit de camcorder aan op de externe harde schijf met de optionele USB-adapter UA-100. Aansluitmethode #-2. Raadpleeg Aansluitschema’s (A 139). 4 Druk op . 5 Initialiseer de externe harde schijf.
Uw opnamen kopiëren naar een externe videorecorder Bedieningsstanden: In High-Definition Sluit met de bijgeleverde USB-kabel de camcorder aan op Blu-ray Disc-recorders en andere AVCHD-compatibele digitale videorecorders om van uw films in High-Definition perfecte kopieën te maken. Als de externe digitale videorecorder uitgerust is met een SDgeheugenkaartsleuf*, kunt u de geheugenkaart gebruiken om uw films te kopiëren zonder dat u de camcorder hoeft aan te sluiten.
Aansluiten Sluit de camcorder aan op de videorecorder met gebruik van aansluitmethode " of ,. Raadpleeg Aansluitschema’s (A 138). Opnamen maken 1 Externe recorder: Plaats een lege cassette of schijf en zet de recorder in de opnamepauzestand. 2 Zet de camcorder aan en kies de stand . • Het verdient aanbeveling de camcorder van stroom te voorzien via de compacte netadapter. • Controleer of q > [AV/Koptelef.] ingesteld is op [Ò AV].
Installatie Voordat u de camcorder de eerste keer aansluit op de computer, moet u eerst de software installeren. Raadpleeg de installatiegids (bijgeleverde brochure) en volg de instructies in de Softwarehandleiding (PDF-bestand) om de bijgeleverde PIXELA-software te installeren. Scènes converteren naar Standard-Definition vanuit het indexscherm [ Videos] Bedieningsstanden: 1 Voorzie de camcorder van stroom met de compacte netadapter.
7 Raak [OK] aan. Sluit de camcorder op dit moment (A 157) aan op de computer om door te gaan met het uploaden van de geconverteerde films naar het web. Individuele scènes selecteren (stap 4) 1 Raak de individuele scènes aan die u wilt converteren. • Op de door u aangeraakte scènes verschijnt een vinkje !. Het totale aantal geselecteerde scènes verschijnt naast het pictogram ". • Raak een geselecteerde scène aan als u het vinkje wilt verwijderen.
2 Selecteer de classificatie van de verhalen die u wilt converteren. [Verhaalgegevens] > [Select. op beoord.] > Gewenste classificatie > [K] 3 Raak [Verhaal bewerken] > [Conv. HD'SD (%)] aan en ga door met de conversie naar Standard-Definition vanaf stap 5 in de vorige procedure (A 155). OPMERKINGEN • Wanneer u scènes converteert vanuit een verhaal: - Alle scènes worden samengebracht in één geconverteerde SD-film.
BELANGRIJK • Terwijl de camcorder aangesloten is op de computer mag u de afdekking van de geheugenkaartsleuf niet openen en geheugenkaarten niet verwijderen. • Neem de onderstaande voorschriften in acht wanneer de ACCESSindicator brandt of knippert. U kunt uw gegevens anders voorgoed kwijtraken. - Open de afdekking van de geheugenkaartsleuf niet. - Verwijder de USB-kabel niet. - Verwijder de compacte netadapter niet en zet de camcorder of computer niet uit.
2 Converteer de gewenste films (A 155). • Als u binnen bereik bent van een geconfigureerd netwerk, zal de upload naar het web automatisch starten.
• Bij gebruik van een Eye-Fi-kaart kan de ACCESS-indicator zo nu en dan knipperen. • Draadloze communicatie via de Eye-Fi-kaart is alleen beschikbaar in de afspeelstand. De draadloze overdracht wordt stopgezet als u de camcorder in de opnamestand zet. • Draadloze communicatie via de Eye-Fi-kaart is niet beschikbaar wanneer de optionele draadloze microfoon WM-V1 op de camcorder aangesloten is. De draadloze overdracht wordt stopgezet zodra u de WM-V1 aansluit op de camcorder.
Wi-Fi-functies Dit hoofdstuk beschrijft hoe u de Wi-Fi-functies van uw camcorder kunt gebruiken, te beginnen bij het instellen van het Wi-Fi-netwerk dat nodig is om uw camcorder toe te voegen aan een bestaand Wi-Fi-netwerk. Algemene informatie over Wi-Fi Met de Wi-Fi-functies van de camcorder kunt u bestanden draadloos verzenden, wat inhoudt dat het gedoe met kabels verleden tijd is.
Wi-Fi-verbinding Ad hoc mode Sluit de camcorder aan op een iOS-apparaat (A 173). Gebruik dit verbindingstype als u van plan bent om onderweg uw films te uploaden naar YouTube en Facebook (A 172). iOS-apparaat Wi-Fi-verbinding Infrastructure mode Sluit de camcorder aan op een toegangspunt in een Wi-Fi-netwerk (A 163). Gebruik deze verbinding als u van plan bent uw films af te spelen op een DLNA-compatibele TV (A 176) die aangesloten is op het netwerk met gebruik van een LAN-kabel.
Aansluiten op een Wi-Fi-netwerk Een draadloze verbinding met een Wi-Fi-netwerk via een toegangspunt (draadloze router) wordt over het algemeen “infrastructure mode” genoemd. Als uw draadloze router Wi-Fi Protected Setup (WPS) ondersteunt, is de instelling gemakkelijk en is een minimale configuratie nodig. Raadpleeg Wi-Fi Protected Setup hieronder. Raadpleeg Handmatig instellen (A 166) als uw draadloze router WPS niet ondersteunt of wanneer u instellingen handmatig wilt configureren.
Bedieningsstanden: Wi-Fi Protected Setup (WPS) Als u met gebruik van de “infrastructure mode” WPS wilt gebruiken om een verbinding te maken, moet u controleren of op uw draadloze router het WPS-logo aanwezig is. Als uw draadloze router een WPS-knop heeft, is instelling gemakkelijk en verloopt deze geheel automatisch. Sommige draadloze routers die ondersteuning bieden voor WPS, zijn niet uitgerust met een specifieke knop maar gebruiken in plaats hiervan een PIN-code.
4 Raak binnen 2 minuten [OK] aan op het scherm van de camcorder. U kunt [Stop] en vervolgens [OK] aanraken om de Wi-Fi Protected Setup te onderbreken terwijl deze wordt uitgevoerd. 5 Raak [Auto] aan om automatisch een IP-adres te verkrijgen. • Als u het IP-adres handmatig wilt toewijzen, raak dan [Handmatig] aan en voer de hieronder genoemde procedure Handmatig een IPadres toewijzen uit. • Er verschijnt een scherm om de instellingen te testen. 6 Selecteer of u de instellingen wilt testen.
Handmatig instellen Voer deze procedure uit om (met gebruik van de “infrastructure mode”) de camcorder draadloos te verbinden met de draadloze router als uw router WPS niet ondersteunt, als u de instellingen handmatig wilt configureren, of wanneer de netwerknaam (SSID) van uw draadloze router niet kan worden gedetecteerd vanwege de ingeschakelde stealth-functie. Gebruik het virtuele toetsenbord om voor de diverse instellingen tekst in te voeren (A 87).
4 Raak de bedieningsknop [Versleutelingscode] aan om de versleutelingscode of het wachtwoord van het draadloze toegangspunt in te voeren en raak vervolgens [OK] aan. • Als de versleutelingsmethode van het draadloze toegangspunt is ingesteld op WEP, dan verschijnt op het scherm de WEPindexsleutel. Selecteer dezelfde indexsleutel van het toegangspunt. 5 Raak [Auto] aan om automatisch een IP-adres te verkrijgen.
OPMERKINGEN • Welke functies en instellingsmethode beschikbaar zijn, hangt af van de specificaties en kenmerken van het Wi-Fi-netwerk dat u wilt gebruiken. • Wi-Fi-functies, waaronder aansluiting op een Wi-Fi-netwerk, zijn niet beschikbaar wanneer de optionele draadloze microfoon WM-V1 op de camcorder aangesloten is. • Bij gebruik van Wi-Fi-functies is draadloze communicatie met een Eye-Fi-kaart niet mogelijk.
Voor FTP-servers: • Een op de juiste wijze geconfigureerde FTP-server, zoals een Macintosh-computer of Network-Attached Storage (NAS)-station. U moet het IP-adres, de poort, de gebruikersnaam, het wachtwoord en de bestemming van de bestandsoverdracht invoeren als onderdeel van de handmatige instelling. Bedieningsstanden: Instelling van de bestemming van de bestandsoverdracht voor Windows-computers 1 Voorzie de camcorder van stroom met de compacte netadapter.
Bestemming instellen van bestandsoverdracht voor FTP-servers 1 Zet de camcorder in de afspeelstand en druk vervolgens op 2 Sluit de camcorder aan op het Wi-Fi-netwerk. . [ Wi-Fi] > [Wi-Fi instellen] > [Instelling overdrachtdoel] > [FTP-server] 3 Voer de details van de FTP-server in.
4 Selecteer het geheugen dat de opnamen bevat die u draadloos wilt verzenden en raak [OK] aan. • U kunt meer dan één geheugen selecteren. • Raak [Alle bestanden] aan om alle opnamen te verzenden, of [Nieuwe bestanden] om alleen de opnamen te verzenden die nog niet eerder waren verzonden. • Zodra de verbinding tot stand is gebracht, worden de opnamen automatisch draadloos verzonden. • U kunt [Stop] en vervolgens [X] aanraken om de draadloze overdracht stop te zetten terwijl deze wordt uitgevoerd.
Opnamen uploaden naar YouTube en Facebook U kunt films uploaden naar YouTube en films en foto’s naar Facebook met gebruik van de bijgeleverde software Network Utility die is geactiveerd op een Windows-computer. Toegangspunt Computer WAAR U OP MOET LETTEN • Voltooi eerst de instelling van het Wi-Fi-netwerk (A 163) en de instelling van de bestemming van de bestandsoverdracht (A 168) als dat nog niet is gebeurd.
3 Als u uploadt naar YouTube, lees dan de YouTube-overeenkomst zorgvuldig door en raak [Accoord] aan als u hiermee instemt. 4 Raak het gewenste verbindingspunt aan om de camcorder met het netwerk te verbinden en raak vervolgens [OK] aan. Zodra de verbinding tot stand gebracht is, of wanneer slechts één verbindingspunt is ingesteld, dan begint de draadloze upload automatisch. U kunt [Stop] en vervolgens [X] aanraken om de draadloze upload te annuleren terwijl deze wordt uitgevoerd. 5 Raak [OK] aan.
2 Stel een nieuw verbindingspunt in. [ [ Wi-Fi] > [Wi-Fi instellen] > [Netwerkinstelling] > ] > [Nieuw instellen]* * Als u de huidige instellingen wilt vervangen, raak dan in plaats hiervan [Bew.] aan en wijzig vervolgens handmatig de instellingen. Als u de instellingen wilt verwijderen, raak dan [Verwijderen] en vervolgens [Ja] aan. 3 Voer de details van de verbinding in.
Films uploaden 1 Camcorder: Zet de camcorder in de afspeelstand en druk vervolgens op . 2 Camcorder: Selecteer de ad hoc Wi-Fi-verbinding [ Wi-Fi] > [DLNA-mediaserver]* > [ ] > [OK] * Als de afdekking van de geheugenkaartsleuf openstaat, dan is de optie niet beschikbaar. Controleer of de afdekking goed gesloten is. 3 Camcorder: Raak [OK] aan. De camcorder maakt verbinding als een mediaserver. 4 iOS-apparaat: Raak Instellingen > Wi-Fi aan en schakel vervolgens Wi-Fi in.
Draadloos afspelen op een DLNA-compatibel apparaat Als u in uw thuisnetwerk een DLNA-compatibele speler hebt, zoals een HDTV, dan kunt u uw opnamen* draadloos bekijken. In dat geval functioneert de camcorder als een digitale mediaserver (DMS) en de HDTV als een digitale mediaspeler (DMP). Vanaf de HDTV kunt u heel gemakkelijk naar opnamen in de camcorder zoeken en deze afspelen. * Veel DLNA-spelers bieden geen ondersteuning voor het afspelen van MP4-films.
3 Camcorder: Raak het gewenste verbindingspunt en vervolgens [OK] aan. 4 DLNA Digital Media Player: Selecteer uw camcordermodel in de lijst en speel vervolgens uw opnamen af. • De ACCESS-indicator knippert tijdens de verbinding. • Raadpleeg de gebruiksaanwijzing van het DLNA-apparaat voor bijzonderheden over de procedure. 5 Speel de films af in de map die wordt weergegeven (interne geheugen of geheugenkaart).
OPMERKINGEN • Het hangt af van de instellingen en mogelijkheden van de draadloze router of de film vloeiend wordt afgespeeld. Als de film niet vloeiend wordt afgespeeld, probeer dan het volgende. - Verwijder tussen de camcorder en het draadloze toegangspunt eventuele voorwerpen die een belemmering kunnen vormen voor het draadloze signaal. - Verplaats de camcorder naar een plaats die dichter in de buurt ligt van het draadloze toegangspunt.
Woordenlijst Dit is een woordenlijst van sommige van de basistermen die in dit hoofdstuk vaak worden gebruikt. De documentatie van uw draadloze router bevat mogelijk ook een woordenlijst die u kunt raadplegen. Toegangspunt Een draadloos toegangspunt (WAP) is een apparaat waarmee op basis van de Wi-Fi-standaard draadloze apparaten, zoals uw camcorder, verbinding kunnen maken met een bekabeld netwerk (waaronder het internet). In de meeste gevallen zal dit uw draadloze router zijn.
Overige informatie Dit hoofdstuk behandelt oplossingen voor problemen, schermberichten, tips voor het behandelen en onderhouden van de camcorder, en andere informatie. Bijlage: Menu-opties - Overzicht Niet-beschikbare menu-onderdelen worden gedimd getoond. Raadpleeg Gebruik van de menu’s (A 27) voor meer informatie over de wijze waarop u een onderdeel selecteert. Raadpleeg de pagina waarnaar wordt verwezen voor bijzonderheden over elke functie.
Bedieningsknop AUTO n Instelopties/Functie [È Powered IS]1 [ON], [OFF] [ZOOM Zoom] Zoomregelaars, [START]/[STOP]-regeling 50 [W] (tele-macro): Schakel in of uit – 108 [ [ [ Standaard], [ Muziek], Spraak], [ Woud en vogels], Ruisonderdrukking] 113 [ Aangepast] – – [ Geluidsscène] A 97 [ä Niveau micro] [m] (automatisch), [n] (handmatig) [Audioniveau]: Schakel in of uit [x AGC-limiet] [m] (automatisch), [n] (handmatig) – 106 [Beeldef
[Bew.]-paneel - Stand Bedieningsknop [ [ Indexscherm Videos] Videos] [zSDIndexscherm Indexscherm video] Afspeelpauze A Vanuit het interne geheugen: [Kopieren (%)] , [Selecteer], [Alle scenes] [Selecteer], [Alle scenes] – – 141 Vanuit het interne geheugen: [Conv.
In de galerij: [Verhaal [Scene bewerken] bewerken] in het scherm in het scherm [Scenelijst] [Verhaalgegevens] Bedieningsknop Afspeelpauze A [Kopieren (%)] – – 142 Vanuit het interne geheugen: [Conv. HD'SD (%)] – – 156 [Verwijderen] of [ ] [Deze scene] [Deze scene] 59 [Verhaal verw.
Menu’s [ Overige instellingen] Wanneer de camcorder in de stand toegang tot het menu p. staat, dan hebt u geen p Camera-instelling Menu-onderdeel [Zelftimer] Instelopties n [i Aan <], [j Uit] A 112 [Dig. Zoom] [j Uit], [n 40x], [o 200x] – – [Zoomsnelheid] [Y Variabel], [Z Snelheid 3], [[ Snelheid 2], [] Snelheid 1] 49 [AF-modus] [= Instant AF], [@ Normaal AF] – [Focushulp]1 [i Aan], [j Uit] – [Gezichtsdet. en volgen] [i Aan }], [j Uit] 99 [Autom.
Menu-onderdeel n Instelopties A [Freq.respons ingeb. mic.]1 [h Normaal], [ç Lage tonen verst.], [è Lage tonen filteren] [é Middentonen verst.] [ê Mid/hoog verst.] 115 [Gerichtheid ingeb. mic.]1 [í Mono], [h Normaal], [î Breed], [ï Zoom] 116 [Richtingsgev. microfoon]1, 2 [ò Rondom], [ó Zoom], [ô Rechtuit] – [Surround mic demper]1, 2 [i Aan å], [j Uit] – 1 Optie alleen beschikbaar voor het opnemen van films.
[Focushulp]: Als focushulp is geactiveerd, dan wordt het beeld in het midden van het scherm vergroot om u te helpen handmatig scherp te stellen (A 107). • Gebruik van de focushulp heeft geen invloed op de opnamen. De focushulp wordt na 4 seconden automatisch geannuleerd of wanneer u begint met opnemen. [Auto Langz.Sluiter]: De camcorder gebruikt op plaatsen met onvoldoende verlichting automatisch langzame sluitertijden om heldere opnamen te maken.
[Richtingsgev. microfoon]: Hiermee stelt u de richtingsstand van de optionele surroundmicrofoon SM-V1 in. [ò Rondom]: Hiermee neemt u 5.1-kanaals surroundgeluid op. [ó Zoom]: Hiermee neemt u 5.1-audiokanalen op. Bovendien is de audio gekoppeld aan de zoomstand. Hoe groter het onderwerp op het scherm wordt weergegeven, hoe luider het geluid klinkt.
[TV-Type]: Als u de camcorder op een TV aansluit met de optionele stereovideokabel STV-250N, selecteer dan de instelling op basis van het type TV om het beeld volledig en in de juiste hoogte/breedteverhouding te kunnen weergeven. [+ 4:3 tv]: TV’s met een hoogte/breedteverhouding van 4:3. [, Breedb TV]: TV’s met een hoogte/breedteverhouding van 16:9.
y Menu-onderdeel Instelopties [Gebruikt geheugen] [&] (interne geheugen), [*] (geheugenkaart) – [x.v.Color]1 – A – [i Aan -], [j Uit] – – – – [Bestandsnummering] [m Reset], [n Continu] – [Info externe harde schijf]3 – – – 1 2 3 – Optie niet beschikbaar in de stand . Optie alleen beschikbaar voor AVCHD-films. Dit is de enige optie die beschikbaar is wanneer een externe harde schijf op de camcorder aangesloten is. [Scenes beoordelen (opn.
[Bestandsnummering]: Selecteer de bestandsnummeringsmethode die u wilt gebruiken op een nieuwe geheugenkaart. Aan foto’s en MP4-films worden automatisch opeenvolgende nummers toegewezen van 0101 t/m 9900, en deze worden opgeslagen in mappen van maximaal 100 bestanden. Mappen worden genummerd van 101 t/m 998. [m Reset]: Telkens wanneer u een nieuwe geheugenkaart plaatst, begint de bestandsnummering opnieuw vanaf 101-0101.
Menu-onderdeel [Volume] y Instelopties Luidspreker: A – – 55 119 ,Ú Koptelefoon: ,Ö [Piepje] [÷ Hoog volume], [ø Laag volume], [j Uit] – [IR Afstandsbediening] [i Aan], [j Uit 0] – [Aangepaste knop]1 [Opnameprogs], [Ä Witbalans], [< Focus], [y Belichting], [Ç Powered IS], [R Zoom], [ Geluidsscène], [ä Niveau micro], [x AGC-limiet], [Beeldeffecten], [R Faders], [Ò Decoratie], [z Pre-opname], [v Opname bekijken] – – – [Autostart decoratie] [i
Menu-onderdeel y Instelopties A [Tijdzone/DST] ["] (tijdzone in eigen woonplaats) of [#] (tijdzone op reisbestemming): [Parijs], lijst van tijdzones van de wereld [$] (instelling zomertijd): Schakel in of uit 35 [Datum/tijd] [Datum/tijd]: – [Datumindeling]: [Y.M.D], [M.D,Y], [D.M.
• Wijziging van de helderheid van het LCD-scherm heeft geen invloed op de helderheid van de opnamen of op de helderheid van het afspeelbeeld op een TV. • Gebruik van de heldere instelling bekort de effectieve gebruiksduur van de accu. [LCD Spiegelbeeld]: Indien ingesteld op [i Aan], dan kunt u het LCDpaneel 180 graden draaien zodat het onderwerp het beeld kan controleren terwijl u opneemt. Als het LCD-paneel naar het onderwerp is gedraaid, dan kunt u de scène niet decoreren.
[Snelle start (stand-by)]: Selecteer of u de snelstartfunctie (A 51) wilt activeren wanneer u in een opnamestand het LCD-paneel sluit en hoe lang het moet duren voordat de camcorder de standby-stand beëindigt en automatisch wordt uitgeschakeld. • U kunt de snelstartfunctie bijvoorbeeld instellen op [Uit] als de camcorder op een vaste positie staat en u video-opnamen wilt blijven maken bij een gesloten LCD-paneel om accustroom te besparen.
[HDMI-status]: Toont een scherm waarin u kunt controleren wat de standaard is van het videosignaal dat wordt uitgevoerd vanuit het HDMI OUT- aansluitpunt. [Afstandseenheden]: Hiermee selecteert u of tijdens handmatige scherpstelling de scherpstelafstand wordt weergegeven in meters of feet. [Demo Modus]: Met de demonstratiefunctie kunt u de belangrijkste functies van de camcorder bekijken.
Bijlage: Schermgegevens en pictogrammen Films opnemen (met gebruik van Verhaal maken) 1 Bedieningsknop [FUNC.
Films opnemen Handmatige stand h Opnameprogramma (A 94) A A Handmatige belichting (A 105) j k AGC-limiet (limiet automatische A versterkingsregeling) (A 106) l = Instant AF/@ Normaal AF A (A 185), MF Handmatige scherpstelling (A 107) q Gezichtsdetectie (A 99) S a Witbalans (A 109) S s Audioniveau-indicator (A 117) S d x.v.
Films afspelen (tijdens afspelen) AVCHD-films: MP4-films: F Ingang externe audio (A 83) g h Draadloze Eye-Fi-communicatie F (A 158) j Scènenummer F k Afspeelregelaars (A 55) F 198 Overige informatie F Datumcode (A 65, 187) l q Regelaars voor volume en voor G balans van achtergrondmuziek (A 55, 82) a Bestandsnummer (A 190) G s Volumeregelaars (A 55) G
Foto’s bekijken q Bedieningsknop [Bew.
7 Actieve werking Ü Opnemen, Û Opnamepauze, Ð Afspelen, Ý Afspeelpauze, × Versneld vooruit afspelen, Ø Versneld achteruit afspelen, Õ Langzaam vooruit afspelen, Ö Langzaam achteruit afspelen, Ó Beeldje voor beeldje vooruit afspelen, Ô Beeldje voor beeldje achteruit afspelen. 9 Resterende accutijd • Het pictogram laat een ruwe 100% 75% 50% 25% 0% schatting zien van de resterende lading van de accu als een deel van een volledig opgeladen accu.
Problemen? Problemen oplossen Loop eerst door de lijst hieronder wanneer u problemen ondervindt bij het gebruik van uw camcorder. Soms bestaat er een simpele oplossing voor iets waarvan u denkt dat het een camcorderstoring is - lees daarom eerst de tekst in het vak “EERST CONTROLEREN” voordat u vervolgt met de meer gedetailleerde problemen en oplossingen. Neem contact op met uw dealer of een Canon Service Center als het probleem aanhoudt.
Ik kan de accu niet opladen. - Zorg ervoor dat de camcorder uit staat, zodat u met opladen kunt beginnen. - De temperatuur van de accu is buiten het werkbereik (circa 0 – 40 °C). Verwijder de accu, verwarm de accu of laat deze afkoelen, en probeer daarna de accu opnieuw op te laden. - Laad de accu op bij temperaturen tussen circa 0 °C en 40 °C. - De accu is defect. Vervang de accu. - De camcorder kan niet met de aangesloten accu communiceren.
Wisselen van bedieningsstand tussen opnemen (Ü)/opnamepauze (Û)/afspelen (Ð) duurt langer dan normaal. - Als het geheugen een groot aantal scènes bevat, dan kunnen sommige procedures langer duren dan normaal. Maak een backup van uw opnamen (A 144) en initialiseer het geheugen (A 40). Ik kan geen goede film- of foto-opnamen maken. - Dit kan zich voordoen na het herhaaldelijk maken van films en foto’s. Maak een backup van uw opnamen (A 144) en initialiseer het geheugen (A 40).
LEGRIA CD-ROM en kopieer pas daarna naar de geheugenkaart de opnamen terug die u eerder met deze camcorder had gemaakt en naar de computer had gekopieerd. - Muzieknummers worden niet juist afgespeeld als de verbinding werd onderbroken terwijl u de muziekbestanden vanaf de bijgeleverde LEGRIA CD-ROM naar een geheugenkaart kopieerde. Verwijder de muzieknummers en kopieer opnieuw de muziekbestanden naar de camcorder. - De kopieersnelheid van de gebruikte geheugenkaart is te langzaam.
De rode ON/OFF (CHG)-indicator knippert snel ( knippert telkens éénmaal met een tussentijd van 0,5 seconde). - De temperatuur van de accu is buiten het werkbereik (circa 0 – 40 °C). Verwijder de accu, verwarm de accu of laat deze afkoelen, en probeer daarna de accu opnieuw op te laden. - Laad de accu op bij temperaturen tussen circa 0 °C en 40 °C. - De accu is beschadigd. Gebruik een andere accu. - Het opladen is stopgezet omdat de compacte netadapter of de accu defect is.
Er doen zich korte pauzes voor in het geluid dat is opgenomen met de optionele draadloze microfoon WM-V1. - Dit kan zich voordoen als de LOCK-schakelaar op de Eye-Fi-kaart zo was ingesteld dat de kaart niet kon worden beschreven, zodat tijdens het opnemen draadloze communicatie plaatsvond. Wijzig de stand van de LOCK-schakelaar. Het beeld wordt correct weergegeven maar de ingebouwde luidspreker produceert geen geluid. - Het luidsprekervolume staat uit. Wijzig het volume.
Aansluiten van externe apparaten Op het TV-scherm verschijnt videoruis. - Als u de camcorder gebruikt in een kamer waar een TV staat, houd dan tussen de camcorder en het netsnoer en de antennekabels van de TV voldoende afstand aan. De camcorder geeft een goede weergave maar er is geen beeld op het TV-scherm. - De video-ingang op de TV is niet afgestemd op het videoaansluitpunt waarop u de camcorder hebt aangesloten. Selecteer de juiste video-ingang.
- Schakel de draadloze functies uit van andere draadloze apparaten dan het DLNA-compatibele apparaat dat u gebruikt voor het afspelen van de films. - Als dit het probleem niet verhelpt, dan kan het apparaat of kunnen specifieke omstandigheden in de omgeving de oorzaak hiervan zijn. Gebruik de bijgeleverde HDMI-kabel om de camcorder met het apparaat te verbinden. Ik kan een film niet afspelen op een DLNA-compatibel apparaat in AVCHD.
Controleer kaart - Ik krijg geen toegang tot de geheugenkaart. Controleer de geheugenkaart en zorg ervoor dat de kaart correct geplaatst is. - Er is een geheugenkaartfout opgetreden. De camcorder kan de foto niet maken of niet weergeven. Verwijder de kaart en plaats deze weer terug, of gebruik een andere geheugenkaart. - U hebt een MultiMediaCard (MMC) in de camcorder geplaatst. Gebruik een aanbevolen geheugenkaart (A 36).
- Als u een accu gebruikt die door Canon aanbevolen is voor gebruik met deze camcorder, is er mogelijk een probleem met de camcorder of accu. Neem contact op met een Canon Service Center. Geen kaart - Plaats een compatibele geheugenkaart in de camcorder (A 38). - De geheugenkaart is mogelijk niet correct geplaatst. Steek de geheugenkaart in zijn geheel in de geheugenkaartsleuf totdat de kaart vast klikt. Geen toegang tot ingebouwd geheugen - Er is een probleem met het interne geheugen.
Kan doek niet opslaan - [Pennen en stempels]-tekeningen kunnen niet worden opgeslagen in het geheugen. Maak een backup van uw opnamen (A 144) en initialiseer het geheugen (A 40). Kan geen videos op ingebouwd geheugen opnemen Initialiseer alleen met de camcorder - Het interne geheugen van de camcorder is met een computer geïnitialiseerd. Initialiseer het interne geheugen met deze camcorder (A 40). Kan geen videos opnemen op deze kaart - Films kunnen niet worden opgenomen op een kaart van 64 MB of minder.
Kan niet opnemen Geen toegang tot ingebouwd geheugen - Er is een probleem met het interne geheugen. Maak een backup van uw opnamen (A 144) en initialiseer het interne geheugen met gebruik van de optie [Initalisatie voltooien] (A 40). Als het probleem aanhoudt, neem dan contact op met een Canon Service Center. Kan niet weergeven - Er is een probleem met het geheugen. Als dit bericht vaak zonder duidelijke reden verschijnt, neem dan contact op met een Canon Service Center.
Om te voorkomen dat gegevens in het geheugen van de camcorder beschadigd raken, moet u gebruik maken van de functie “Hardware veilig verwijderen” om de verbinding te beëindigen, en verwijder daarna de USB-kabel voordat u de camcorder gebruikt. - Om scènes naar de camcorder te kunnen terugschrijven en muziekbestanden naar de camcorder te kunnen kopiëren, moet u gebruik maken van de functie “Hardware veilig verwijderen” om de verbinding te beëindigen.
Niet-onderst. Galeriegeg. gedetecteerd. Kan niet opnemen of bewerken. Galeriegegevens verwijderen? - De galerijgegevens van de films op de geselecteerde geheugenkaart worden niet ondersteund. De films kunnen worden afgespeeld maar u kunt deze niet bewerken en u kunt in deze galerij geen extra scènes opnemen. Selecteer [Ja] als u de niet-ondersteunde galerijgegevens wilt verwijderen.
Schrijffout ingebouwd geheugen Poging tot herstel bestanden? - Dit bericht zal verschijnen wanneer u de volgende keer de camcorder aanzet nadat de stroomtoevoer per abuis was onderbroken terwijl de camcorder bezig was met het wegschrijven van gegevens naar het geheugen. Selecteer [Herstellen] om te proberen de opnamen te herstellen. Selecteer het gewenste scènenummer - Een aantal scènes hebben dezelfde opnamedatum maar bevatten verschillende bestandsbeheerinformatie.
Kan videolamp niet gebruiken terwijl camcorder wordt opgeladen met de compacte stroomadapter - Gebruik in plaats hiervan een volledig opgeladen accu als u de videolamp gebruikt. Overzicht van berichten voor aansluiting op een externe harde schijf De compacte stroomadapter is losgekoppeld. Kon externe harde schijf niet veilig verwijderen. - Terwijl de camcorder aangesloten was op een externe harde schijf, werd de compacte netadapter van de camcorder losgekoppeld en werd de verbinding beëindigd.
apparaten te gebruiken. - Schakel de camcorder en draadloze router uit. Zet deze na korte tijd weer aan en probeer de gegevens opnieuw te verzenden. Als het probleem aanhoudt, neem dan contact op met een Canon Service Center. Geen computers gevonden waarop Network Utility is gestart. Zet de computer aan en probeer opnieuw te zoeken. - Schakel de computer in waarop u de bijgeleverde software Network Utility hebt geïnstalleerd. Sluit de computer vervolgens aan op het Wi-Fi-netwerk.
- Zorg ervoor dat het IP-adres van de DNS-server en de naam voor dat adres juist geconfigureerd zijn. - Stel het IP-adres van de DNS-server in de camcorder in. - Als u geen DNS-server gebruikt, stel het DNS-adres dan in op [0.0.0.0]. - Als u gebruikmaakt van een draadloze gateway-router, zorg er dan voor dat alle apparaten in het netwerk, waaronder de camcorder, worden geconfigureerd met het juiste gateway-adres.
Kan Wi-Fi-netwerk niet verifiëren - Zorg ervoor dat de camcorder en draadloze router dezelfde versleutelingsmethode en dezelfde versleutelingscode gebruiken. - Als de draadloze router gebruikmaakt van filtering van MAC-adressen, voer dan in het configuratiescherm van de draadloze router het MAC-adres van de camcorder in. Kan WPS niet voltooien. - Schakel de camcorder en draadloze router uit. Zet deze na korte tijd weer aan en herstel de verbinding.
Wat u wel en niet moet doen Hoe u de camcorder moet behandelen Camcorder Zorg ervoor dat u de volgende voorzorgsmaatregelen neemt om verzekerd te zijn van een optimaal resultaat. • Sla uw opnamen regelmatig op een extern apparaat op. Zorg ervoor dat u regelmatig een backup maakt van uw opnamen op een extern apparaat zoals een computer of digitale videorecorder (A 141). Hierdoor behoudt u belangrijke opnamen in geval van schade en zorgt u voor meer ruimte in het geheugen.
• • • • • • • • • gebruik de Wi-Fi-functies van de camcorder op een ander tijdstip van de dag om interferentie te voorkomen. Richt de lens niet op sterke lichtbronnen. Laat de camcorder niet gericht op een helder onderwerp. Gebruik en bewaar de camcorder niet op stoffige of zanderige plaatsen. De camcorder is niet waterdicht – vermijd daarom ook water, modder of zout. De camcorder en/of lens kan beschadigd raken als dergelijke substanties de camcorder binnendringen.
Accu GEVAAR! Behandel de accu met de nodige voorzichtigheid. • Houd de accu uit de buurt van open vuur (de accu kan exploderen). • Stel de accu niet bloot aan temperaturen hoger dan 60 °C. Bewaar de accu niet in de buurt van een verwarmingsapparaat en laat de accu bij heet weer niet achter in een auto. • Probeer de accu niet uit elkaar te halen of er aan te knutselen. • Laat de accu niet vallen en stel de accu niet bloot aan schokken. • Laat de accu niet nat worden.
Geheugenkaart • Het verdient aanbeveling van de opnamen op de geheugenkaart een back-up te maken op uw computer. Gegevens kunnen vanwege geheugenkaartdefecten of blootstelling aan statische elektriciteit beschadigd of verloren raken. Canon is niet aansprakelijk voor gegevens die verloren of beschadigd zijn geraakt. • Raak de contactpunten niet aan en stel deze niet bloot aan stof of vuil. • Gebruik geen geheugenkaarten op plaatsen die blootstaan aan sterke magnetische velden.
De camcorder afdanken Wanneer u films verwijdert of het geheugen initialiseert, wordt alleen de bestandstoewijzingstabel gewijzigd en worden de opgeslagen bestanden niet fysiek verwijderd. Als u de camcorder of de geheugenkaart afdankt of weggeeft aan iemand anders, initialiseer dan het interne geheugen of de geheugenkaart met gebruik van de optie [Initalisatie voltooien] (A 40). Maak vervolgens het geheugen vol met onbelangrijke opnamen en initialiseer het geheugen opnieuw met dezelfde optie.
4 Verwijder aan de rechterzijde de 4 schroeven die worden getoond in de afbeelding en verwijder vervolgens de afdekking. 5 Verwijder de spons. 6 Gebruik een schroevendraaier of vergelijkbaar gereedschap om de batterij te ontwrichten. Grijp de lithiumbatterij vervolgens stevig vast met een isolatietang of vergelijkbaar gereedschap en verwijder de batterij. Lithiumbatterij BELANGRIJK • Verwijder de afdekking alleen als u de batterij moet verwijderen wanneer u de camcorder afdankt.
Onderhoud/overig Reinigen Camcorderhuis • Gebruik een zachte, droge doek om het camcorderhuis te reinigen. Gebruik nooit met chemicaliën behandelde doeken of vluchtige oplosmiddelen zoals verfverdunner. Lens en Instant AF-sensor • Indien het lensoppervlak of de Instant AF-sensor vuil is, werkt de automatische scherpstelling mogelijk niet goed. • Verwijder stof of vuildeeltjes met een blaaskwastje (geen spuitbus gebruiken).
Condens voorkomen • Stel de camcorder niet bloot aan plotselinge of extreme temperatuurswijzigingen. • Verwijder de geheugenkaart en accu. Plaats de camcorder vervolgens in een luchtdichte zak en laat de camcorder langzaam op temperatuur komen voordat u de camcorder uit de zak haalt. Als condens gesignaleerd is De camcorder gaat automatisch uit. Hoe lang het precies duurt voordat de waterdruppeltjes zijn verdampt, hangt af van de locatie en weersomstandigheden.
Algemene informatie Accessoires (De verkrijgbaarheid verschilt per regio) 3 1 5 6 2 7 8 9 4 A q Computer A s Kaartlezer/ schrijver A a A d A k Externe harde schijf A f A l A g S q A h TV/HDTV Digitale videorecorder SCART-adapter A j S a S s Optionele accessoires die hieronder niet zijn vermeld, worden op de volgende pagina’s nader beschreven.
OPMERKINGEN • Accessoires die compatibel zijn met de geavanceerde accessoireschoen kunt u niet aansluiten op deze camcorder. Gebruik accessoires met het logo Mini ADVANCED SHOE, zodat u verzekerd bent van compatibiliteit met de geavanceerde mini accessoireschoen. Optionele accessoires Gebruik van originele Canon-accessoires wordt aanbevolen. Dit product is zodanig ontworpen dat het uitstekende prestaties levert wanneer het wordt gebruikt in combinatie met originele Canonaccessoires.
5 Acculader CG-700 Gebruik de acculader om accu’s op te laden. Oplaad-, opname- en afspeeltijden De oplaadtijd voor de diverse accu’s in de volgende tabel is bij benadering gegeven en varieert al naargelang de oplaadomstandigheden en de aanvankelijke laadstatus van de accu. Accu→ BP-718 BP-727 Bij gebruik van de camcorder 310 min. 450 min. Bij gebruik van de acculader CG-700 220 min. 315 min.
AVCHD-films opnemen met het interne geheugen Accu BP-718 BP-727 Opnamemodus Opnemen (maximum) Opnemen (typisch)* Afspelen MXP 120 min. 75 min. 190 min. FXP 125 min. 80 min. 190 min. XP+ 125 min. 80 min. 195 min. SP 130 min. 80 min. 195 min. LP 130 min. 80 min. 200 min. MXP 185 min. 115 min. 285 min. FXP 185 min. 120 min. 285 min. XP+ 190 min. 120 min. 290 min. SP 195 min. 120 min. 295 min. LP 195 min. 125 min. 305 min.
7 Teleconverter TL-H43 Deze teleconverterlens vergroot de brandpuntsafstand van de camcorderlens met een factor 1,5. • De beeldstabilisator is minder effectief als de teleconverter aangesloten is. • De minimale scherpstelafstand bij maximale telefoto met de TL-H43 is 3,3 m. 8 Groothoekconverter WD-43 Deze groothoekconverter verkleint de brandpuntsafstand met een factor 0,7. Hierdoor krijgt u een breed perspectief voor opnamen binnenshuis of panorama’s.
A Surroundmicrofoon SM-V1 f Gebruik 5.1-kanaals surroundgeluid om aan uw films een gevoel van aanwezigheid toe te voegen. U kunt het surroundgeluid koppelen aan de zoomstand of de microfoon gebruiken als een hoogst richtingsgevoelige shotgunmicrofoon (mono). A Stereorichtmicrofoon DM-100 g Deze hoogst gevoelige, superrichtmicrofoon wordt aangesloten op de geavanceerde mini accessoireschoen op de camcorder. Deze microfoon kunt u gebruiken als een richtmicrofoon (mono) of stereomicrofoon.
A USB-adapter UA-100 k Hiermee kunt u op de camcorder een externe harde schijf of een vergelijkbaar opslagapparaat aansluiten met een standaard-A-kabel. Daarna kunt u een compleet geheugen op het apparaat opslaan. Controleer eerst de USB-kabel die met uw externe harde schijf is mee geleverd. S Waterdichte behuizing WP-V4 a Met deze behuizing kunt u onder water films opnemen en foto’s maken zonder dat de camcorder nat wordt.
Specificaties LEGRIA HF M52 — Waarden zijn bij benadering gegeven. Systeem • Opnamesysteem Films: AVCHD MP4 Videocompressie: MPEG-4 AVC/H.264; Audiocompressie: Dolby Digital 2 kanalen; Dolby Digital 5.1 kanaals* Videocompressie: MPEG-4 AVC/H.264 Audiocompressie: MPEG-2 AAC-LC (2 kanalen) * Alleen bij gebruik van de optionele surroundmicrofoon SM-V1. Foto’s: Design rule for Camera File system (DCF), compatibel met Exif* Ver. 2.3 Beeldcompressie: JPEG * Deze camcorder ondersteunt Exif 2.
• LCD-touchscreen: 7,51 cm (3 inch), breed, TFT-kleur, 230.000 beeldpunten, aanraakbediening • Microfoon: Stereo electreet condensmicrofoon met meerdere richtingsinstellingen • Lens f=6,1-61 mm, F/1.8-3.
Wi-Fi • Standaard: Is in overeenstemming met het protocol IEEE 802.
• Nominale spanning: 3,6 V DC • Bedrijfstemperatuur: 0 – 40 °C • Accucapaciteit: 1.840 mAh (typisch); 6,5 Wh / 1.790 mAh (minimum) • Afmetingen: 30,3 x 24,9 x 40,1 mm • Gewicht: 42 g Over de muziekbestanden Hieronder vindt u de specificaties van de muziekbestanden die compatibel zijn met de camcorder. Audiocodering: Lineair PCM Audiosampling: 48 kHz, 16 bits, 2 kanalen Minimale lengte: 1 seconde Bestandstype: WAV De muziekgegevens worden in het geheugen opgeslagen onder de volgende mappen.
Index Buitenland, gebruik van de camcorder . . . . . . . . . . . . . . . . 227 3D-bladerbeeld . . . . . . . . . . . . . . . 57 C A Cameramodus . . . . . . . . . . . . . . . 30 Chroma Key . . . . . . . . . . . . . . . . . 75 Cinema-stand . . . . . . . . . . . . . . . . 69 Cinematografische filters . . . . . . . . 69 Condens . . . . . . . . . . . . . . . . . . 226 Conversie van HD naar SD . 155, 156 Aanraken & Volgen . . . . . . . . . . . 101 Aanraking AE . . . . . . . . . . . . . . . 105 Aanraking AF . .
Gezichtsdetectie . . . . . . . . . . . . . .99 Groothoek . . . . . . . . . . . . . . . . . . .49 H Handmatige belichting . . . . . . . . . 105 Handmatige scherpstelling . . . . . . 107 Handmatige stand . . . . . . . . . . . . .88 HDMI OUT-aansluitpunt . . . .136, 137 HDMI-CEC . . . . . . . . . . . . . . . . . 194 HOME-knop . . . . . . . . . . . . . . . . .27 HOME-menu . . . . . . . . . . . . . . . . .27 Hoofdfuncties, paneel . . . . . .28, 180 Hoofdtelefoon . . . . . . . . . . . . . . .
T Taal . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 34 Telefoto . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 49 Tele-macro . . . . . . . . . . . . . . . . . 108 Terugstellen van alle camcorderinstellingen naar de standaardwaarde . . . . . . . . . . . 205 Tijdlijn . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 63 Tijdzone/zomertijd . . . . . . . . . . . . . 35 Touchscreen, bediening . . . . . . . . 26 Tv (opnameprogramma) . . . . . . . . 103 U USB-aansluitpunt . . . .
Canon Europa N.V. Bovenkerkerweg 59-61, 1185 XB Amstelveen, The Netherlands www.canon-europa.com Raadpleeg uw garantiekaart of ga naar www.canon-europe.com/Support voor informatie over het dichtstbijzijnde Canon-kantoor Dit product en de hieraan gekoppelde garantie worden in landen in Europa geleverd door Canon Europa N.V.