Operation Manual

Overige informatie
199
De rode ON/OFF (CHG)-indicator knippert snel ( knippert telkens éénmaal met
een tussentijd van 0,5 seconde).
- De temperatuur van de accu is buiten het werkbereik (circa 0 – 40 °C). Verwijder de accu,
verwarm de accu of laat deze afkoelen, en probeer daarna de accu opnieuw op te laden.
- Laad de accu op bij temperaturen tussen circa 0 °C en 40 °C.
- De accu is beschadigd. Gebruik een andere accu.
- Het opladen is stopgezet omdat de compacte netadapter of de accu defect is. Neem contact
op met een Canon Service Center.
Op het scherm wordt
weergegeven
- De LOCK-schakelaar op de Eye-Fi-kaart staat zo ingesteld dat gegevens op de kaart niet per
ongeluk kunnen worden gewist. Wijzig de stand van de LOCK-schakelaar.
- Er is een fout opgetreden terwijl werd geprobeerd toegang te krijgen tot besturingsgegevens
op de Eye-Fi-kaart. Zet de camcorder uit en weer aan. Als het pictogram vaak verschijnt, kan
er een probleem zijn met de Eye-Fi-kaart. Neem contact op met de klantenservice van de
fabrikant van de kaart.
Beeld en geluid
Het scherm is te donker.
- Het LCD-scherm is gedimd. Wijzig de
q
>
optie [LCD Backlight] in [Normaal] of [Helder].
De schermgegevens verschijnen en verdwijnen herhaaldelijk.
- De accu is leeg. Vervang de accu of laad deze op.
- Verwijder de accu en sluit deze opnieuw goed aan.
Op het scherm worden abnormale karakters weergegeven en de camcorder functioneert niet
naar behoren.
- Verwijder de stroombron en sluit deze na enige tijd weer aan. Als het probleem aanhoudt,
verwijder dan de accu en alle andere stroombronnen uit de camcorder. Reset vervolgens de
camcorderinstellingen naar de standaardwaarden (
A
187).
Op het scherm verschijnt videoruis.
- Houd voldoende afstand aan tussen de camcorder en apparaten die sterke
elektromagnetische velden afgeven (plasma-TV’s, mobiele telefoons, etc.).
Op het scherm verschijnen horizontale strepen.
- Dit is een verschijnsel dat zich typisch voordoet bij CMOS-beeldsensors als u opnamen maakt
onder sommige TL-lampen, kwiklampen of natriumlampen. Dit is normaal en duidt niet op
een storing. Kies het opnameprogramma [Programma AE] of [Sluiter-voork.AE] (
A
101) om
deze symptomen te verminderen. Dit is normaal en duidt niet op een storing.
Het geluid is vervormd of wordt opgenomen op een lager niveau.
- Als u opnamen maakt bij harde geluiden (zoals vuurwerk, shows of concerten), kan het geluid
vervormd raken of wordt het geluid mogelijk niet op het feitelijke niveau opgenomen. Activeer
de microfoondemper (
A
180) of stel het audio-opnameniveau handmatig bij (
A
115).