Operation Manual

Maak geheugen vrij en verzend de fax opnieuw.
Document opgeslagen in apparaatgeheugen
Controle 4
Is het juiste type telefoonlijn ingesteld?
Controleer de instellingen voor het type telefoonlijn en wijzig deze zo nodig.
Het telefoonlijntype instellen
Controle 5
Is Instelling handsfreetoets (Hook key setting) ingesteld op
Uitschakelen (Disable)?
Wanneer u een fax handmatig wilt verzenden, kiest u het nummer terwijl Inschakelen (Enable) is
geselecteerd voor Instelling handsfreetoets (Hook key setting) bij Beveiligingsbeheer (Security control)
onder FAX-instellingen (FAX settings) of kiest u het nummer met de telefoon die is aangesloten op het
apparaat.
Beveiligingsbeheer (Security control)
Controle 6
Is Kiestoondetectie (Dial tone detect) ingesteld op AAN (ON)?
Probeer de fax na een tijdje opnieuw te verzenden.
Als u nog steeds geen fax kunt verzenden, selecteert u UIT (OFF) voor Kiestoondetectie (Dial tone detect)
bij Geavanc. FAX-instellingen (Advanced FAX settings) onder FAX-instellingen (FAX settings).
Geavanc. FAX-instellingen (Advanced FAX settings)
Controle 7
Is het faxnummer correct geregistreerd in het telefoonboek van het
apparaat?
Controleer het fax-/telefoonnummer van de ontvanger, pas het geregistreerde nummer in het telefoonboek van
het apparaat aan en verzend het document opnieuw.
Geregistreerde gegevens wijzigen
Opmerking
U kunt de geregistreerde gegevens in het telefoonboek van het apparaat controleren door de LIJST
MET TEL.NRS. ONTVANGERS (RECIPIENT TELEPHONE NUMBER LIST) af te drukken.
Overzicht van rapporten en lijsten
Controle 8
Treedt er een fout op tijdens het verzenden?
Controleer of er een bericht wordt weergegeven op het stand-byscherm voor faxen. Controleer de
oorzaak wanneer er een bericht wordt weergegeven op het stand-byscherm voor faxen.
Er wordt een bericht voor faxen weergegeven op het stand-byscherm voor faxen
Druk het ACT. RAPPORT (ACTIVITY REPORT) af en controleer op fouten.
Overzicht van rapporten en lijsten
Controle 9
Is het document juist geplaatst?
Verwijder het document en plaats het opnieuw op de glasplaat of in de ADF.
Originelen plaatsen
Controle 10
Treedt er een printerfout op?
1019