MF269dw / MF267dw / MF264dw Gebruikershandleiding USRMA-3292-00 2018-07 nl Copyright CANON INC.
Inhoudsopgave Instellen ................................................................................................................................................................ Hoofdfuncties 3 ........................................................................................................................................................... 4 Verplichte voorbereidingen vóór gebruik Onbevoegde toegang voorkomen ................................................................................
Een gedeelde map instellen als een opslaglocatie ............................................................................................. 86 Basishandelingen ........................................................................................................................................ 91 Onderdelen en de bijbehorende functies Voorzijde .................................................................................................................. 94 ......................................
Kopiëren annuleren .......................................................................................................................................... 178 Kopieerstatus en logboeken controleren ............................................................................................................. 180 Verbeteren en aanpassen van de kopieerkwaliteit Het type origineel voor kopiëren selecteren .................................................................................................
Eerder gebruikte zend-/opslaaninstellingen oproepen (herhaal-instellingen) E-mailinstellingen opgeven ................................................................................................................................ 263 ............................................................................................................ 265 Scannen via de computer (extern scannen) Documenten vanuit een toepassing scannen ScanGear MF gebruiken ........................................................
Menuopties instellen via de externe UI ................................................................................................................ 348 Bestemmingen vanaf de externe UI op afstand registreren .................................................................................... 351 Het adresboek opslaan of laden via de externe UI op afstand .................................................................................
Papier is onjuist ingevoerd ................................................................................................................................. 499 Er verschijnt een melding of een nummer dat begint met "#" (een foutcode) Maatregelen bij ieder bericht ............................................................................................................................. 501 Maatregelen bij iedere foutcode Papierstoringen oplossen ......................................................
Instellen Instellen Instellen ................................................................................................................................................................... 3 Hoofdfuncties ........................................................................................................................................................ 4 Verplichte voorbereidingen vóór gebruik ..........................................................................................................
Instellen De telefoonlijn aansluiten ............................................................................................................................... 74 Scaninstellingen configureren ........................................................................................................................... 76 Het gebruik van het apparaat als een scanner voorbereiden ......................................................................... 77 Instelprocedure voor e-mail verzenden ..............
Instellen Instellen 3JE5-000 Voordat u de functies van het apparaat gebruikt, moeten eerst de omgevingsvoorwaarden zijn ingesteld. Om te beginnen, controleert u de vereiste reeks om de instelling te voltooien, en realiseert u vervolgens de actuele instellingen. Verplichte voorbereidingen vóór gebruik(P. 5) ● De geïnstalleerde functies op het apparaat verschillen, afhankelijk van het model dat u hebt gekocht. Voordat u het apparaat gebruikt, raadpleegt u Hoofdfuncties(P.
Instellen Hoofdfuncties 3JE5-001 Deze handleiding behandelt al de functies van de modelserie die u hebt gekocht. Voordat u begint, moet u eerst controleren welke functie aanwezig zijn op het model dat u hebt gekocht.
Instellen Verplichte voorbereidingen vóór gebruik 3JE5-002 Volg stappen 1 tot en met 5 om het apparaat in te stellen. Als u meer wilt weten over een bepaalde stap, klikt u op de koppeling om naar het desbetreffende gedeelte te gaan. Om de machine veilig te gebruiken, moet u bovendien Onbevoegde toegang voorkomen(P. 7) activeren. Stap 1 Instellen met behulp van de installatiehandleiding(P. 9) Stap 2 De netwerkomgeving instellen(P.
Instellen Instellen vanuit de externe UI ● Als de instellingen voor de netwerkomgeving zijn gerealiseerd, kunt u het apparaat ook efficiënt instellen vanaf een computer met behulp van de externe UI. De externe UI starten(P.
Instellen Onbevoegde toegang voorkomen 3JE5-003 Dit gedeelte beschrijft de veiligheidsmaatregelen voor het voorkomen van onbevoegde toegang vanuit een extern netwerk. Dit moet absoluut worden gelezen voor alle gebruikers en beheerders voordat zij het apparaat, andere printers en multifunctionele apparaten die op het netwerk zijn aangesloten, gaan gebruiken.
Instellen ● Als een routeerbaar IP-adres is toegewezen aan een printer/multifunctioneel apparaat, kunt u een netwerkomgeving creëren waarin het risico van onbevoegde toegang wordt beperkt, door veiligheidssoftware te installeren, zoals een firewall, die toegang vanuit externe netwerken voorkomt. Als u een routeerbaar IP adres wil toewijzen aan een printer/multifunctioneel apparaat dat u wilt gebruiken, neem dan contact op met uw netwerkbeheerder.
Instellen Instellen met behulp van de installatiehandleiding 3JE5-004 Als het apparaat voor de eerste keer wordt ingeschakeld ( Het apparaat AAN zetten(P. 108) ), start de instelhandleiding om u te helpen de begininstellingen van het apparaat te realiseren, door de scherm-leidraad te volgen. In de instelhandleiding worden de instelschermen in deze volgorde weergegeven.
Instellen Stap 4 2 Voer de pincode in en selecteer . 3 Voer dezelfde pincode in en selecteer weer . Het draadloos LAN instellen Realiseer de instellingen om met behulp van het draadloos LAN, verbinding te maken met het netwerk. 1 Selecteer . ● Selecteer om de installatiehandleiding te sluiten zonder de instellingen voor het draadloze LAN te configureren. Lees het weergegeven bericht en druk op ( ). 2 Selecteer . 3 Selecteer de instelmethode.
Instellen De datum en tijd instellen 3JE5-005 Stel de datum en tijd in voor het apparaat. De datum en tijd worden gebruikt als de referentie voor de functies die de tijd specificeren, en daarom moeten ze nauwkeurig worden ingesteld. De tijdzone instellen(P. 11) De huidige datum en tijd instellen(P. 11) De zomertijd instellen(P. 12) De tijdzone instellen Als de instelling van de tijdzone wordt veranderd, worden de waarden bij automatisch aangepast. 1 Open het scherm
Instellen Model aanraakscherm Selecteer
Instellen 2 3 Selecteer . Selecteer of bij . ● Als u selecteert, gaat u verder naar stap 4. 4 Voer de maand en de dag voor de begindatum in en selecteer . ● Om de dag in te stellen, geeft u "welke dag van de week" op. 5 Voer de maand en de dag voor de einddatum in en selecteer . ● Om de dag in te stellen, geeft u "welke dag van de week" op.
Instellen De netwerkomgeving instellen 3JE5-006 Wanneer u de verbinding tot stand brengt van het apparaat met een bekabeld of draadloos lokaal netwerk (LAN), moet u een IP-adres instellen dat uniek is voor het geselecteerde netwerk. Kies voor "bekabeld" of "draadloos", afhankelijk van de communicatieomgeving en netwerkapparatuur. Als u specifieke vragen hebt over de instellingen van het IP-adres van de machine, neemt u contact op met uw internetprovider of de netwerkbeheerder.
Instellen ● Om verbinding te maken met een IEEE 802.1X-netwerk, raadpleegt u verificatie-instellingen configureren(P. 322) . IEEE 802.1X- Kies voor een bekabeld of draadloos LAN. Bekabeld LAN of Draadloos LAN selecteren(P. 16) Maak verbinding met een bekabeld of draadloos LAN. ● Ga verder met het gedeelte dat overeenkomt met de instelling die u in stap 2 hebt geselecteerd. Verbinding maken met een bedraad LAN(P. 17) Verbinding maken met een draadloos LAN(P. 18) Stel zo nodig het IP-adres in.
Instellen Bekabeld LAN of Draadloos LAN selecteren 3JE5-007 Als u een beslissing hebt genomen ten aanzien van een bekabelde of draadloze verbinding tussen het apparaat en de computer, selecteert u Bedraad LAN of Draadloos LAN op het bedieningspaneel. Als u de instelling verandert van in of omgekeerd, moet u de stuurprogramma's verwijderen die op uw computer zijn geïnstalleerd en deze opnieuw installeren.
Instellen Verbinding maken met een bedraad LAN 3JE5-008 Sluit de machine via een router aan op een computer. Sluit de machine met een LAN-kabel aan op de router. 1 Sluit een LAN-kabel aan. ● Sluit de machine met een LAN-kabel aan op een router. ● U hoort een klik als de connector van de kabel op zijn plaats klikt. 2 Wacht enkele minuten. ➠ Het IP-adres wordt automatisch ingesteld. ● U kunt het IP-adres handmatig instellen. IP-adressen instellen(P. 31) KOPPELINGEN De netwerkomgeving instellen(P.
Instellen Verbinding maken met een draadloos LAN 3JE5-009 Als u een draadloze router (of een toegangspunt) gebruikt, loopt de verbinding tussen de machine en een computer via radiogolven. Als uw draadloze router ondersteuning biedt voor Wi-Fi Protected Setup (WPS), kunt u het netwerk automatisch en dus eenvoudig configureren.
Instellen ◼ PIN-modus Sommige WPS-routers bieden geen ondersteuning voor de zogenaamde drukknop-modus. Als op de verpakking of in de documentatie van het netwerkapparaat over WPS en pincodes wordt gesproken, moet u de verbinding instellen door een pincode in te voeren. De verbinding instellen met behulp van de WPS pincodemodus(P. 22) ● Als de draadloze router is ingesteld voor WEP-verificatie, kunt u mogelijk geen verbinding instellen via WPS.
Instellen De verbinding instellen met behulp van de WPS Drukknop-modus 3JE5-00A Als uw draadloze router ondersteuning biedt voor de drukknop-modus van WPS, kunt u eenvoudig een verbinding configureren via de WPS-knop. ● De instructies voor de draadloze router kunnen per apparaat verschillen. Raadpleeg de handleidingen van uw netwerkapparaat voor hulp. 1 Open het scherm
Instellen Als er een foutbericht verschijnt tijdens het installeren ● Selecteer en ga terug naar stap 5. 8 Wacht totdat het bericht wordt weergegeven. ➠ Wacht enkele minuten totdat het IP-adres en andere items automatisch zijn ingesteld. Signaalsterkte ● Als voor een verbinding meerdere draadloze routers beschikbaar zijn, maakt de machine verbinding met het apparaat met het krachtigste signaal.
Instellen De verbinding instellen met behulp van de WPS pincodemodus 3JE5-00C Als uw draadloze router ondersteuning biedt voor de WPS PIN-modus, genereert u een pincode met de machine en registreert u deze code op het netwerkapparaat. ● De instructies voor de draadloze router kunnen per apparaat verschillen. Raadpleeg de handleidingen van uw netwerkapparaat voor hulp.
Instellen 7 Selecteer . ➠ De pincode wordt gegenereerd, en weergegeven op het scherm. Vanaf een computer 8 Registreer de gegenereerde pincode op de draadloze router. ● Registreer de pincode in het installatiescherm zoals weergegeven in stap 1. ● U moet de pincode binnen 10 minuten registreren na het selecteren van in stap 7. Als er een foutbericht verschijnt tijdens het installeren ● Selecteer en ga terug naar stap 6.
Instellen De verbinding instellen door een draadloze router te selecteren 3JE5-00E U kunt de beschikbare draadloze routers (of toegangspunten) zoeken en een keuze maken uit de display van het apparaat. Geef voor de netwerksleutel een WEP-sleutel op of PSK. Controleer en noteer de benodigde configuratiegegevens, zoals de SSID en netwerksleutel ( De SSID en netwerksleutel controleren(P. 30) ) voordat u een draadloze router selecteert.
Instellen ● Als een bericht wordt weergegeven dat geen toegangspunt kan worden gebruikt, raadpleeg dan Maatregelen bij ieder bericht(P. 501) . 7 Selecteer een draadloze LAN-router. ● Selecteer de router waarvan de SSID overeenkomt met de SSID die u hebt opgeschreven. Als uw draadloze router niet wordt gevonden ● Controleer of het apparaat goed is geïnstalleerd en klaar is voor verbinding met het netwerk. Installatie-/instellingenproblemen(P. 476) 8 Voer de netwerksleutel in die u hebt opgeschreven.
Instellen Het stroomverbruik verminderen ● U kunt instellen dat de van het apparaat moet worden geactiveerd als er bepaalde signalen van de draadloze router worden ontvangen. (P. 368) Als het IP-adres van het apparaat is gewijzigd ● In een DHCP-omgeving kan het IP-adres van het apparaat automatisch worden gewijzigd. Als dit gebeurt, wordt de verbinding gehandhaafd op voorwaarde dat het apparaat en de computer nog steeds deel uitmaken van hetzelfde subnet.
Instellen De verbinding instellen door gedetailleerde instellingen op te geven 3JE5-00F Als u gedetailleerde beveiligingsinstellingen wilt opgeven of geen draadloze verbinding tot stand kunt brengen via de andere procedures, kunt u alle benodigde gegevens voor de draadloze verbinding ook zelf invoeren. Controleer en noteer de benodigde gegevens voordat u de instellingen gaat opgeven.
Instellen WEP gebruiken 1 Selecteer . 2 Selecteer een verificatiemethode. Hiermee stelt u de verificatiemethode in op Open systeem, ook wel "open verificatie" genoemd. Gebruik de WEP-sleutel als wachtwoord. Wanneer is geselecteerd ● Wanneer u verbinding maakt met een draadloos LAN, treedt er op het apparaat een verificatiefout op als op de draadloze router verificatie met een gedeelde sleutel is ingeschakeld.
Instellen Hiermee wordt automatisch AES-CCMP of TKIP geselecteerd, afhankelijk van de instelling van de draadloze router. Hiermee wordt AES-CCMP ingesteld als de coderingsmethode. 3 Voer de netwerksleutel in die u hebt opgeschreven. ● Voer de netwerksleutel in, en selecteer . 8 Selecteer . Als er een foutbericht verschijnt tijdens het installeren ● Selecteer , controleer of de opgegeven instellingen juist zijn en ga terug naar stap 5.
Instellen De SSID en netwerksleutel controleren 3JE5-00H Wanneer u handmatig een draadloze verbinding gaat instellen, moet u de SSID en netwerksleutel van de draadloze router opgeven. De SSID en de netwerksleutel worden mogelijk aangegeven op de router. Controleer het apparaat en noteer de benodigde gegevens voordat u de verbinding gaat instellen. Meer informatie over uw netwerkapparatuur kunt u lezen in de handleidingen of opvragen bij de fabrikant.
Instellen IP-adressen instellen 3JE5-00J Als u de machine wilt gebruiken in een netwerk, hebt u een uniek IP-adres nodig. Er zijn twee versies van IP-adressen beschikbaar: IPv4 en IPv6. Configureer het IP-adres afhankelijk van de netwerkomgeving. Als u IPv6-adressen wilt gebruiken, moet u de IPv4-adresinstellingen op de juiste manier configureren. IPv4-adres instellen(P. 32) IPv6-adressen instellen(P.
Instellen IPv4-adres instellen 3JE5-00K Het IPv4-adres van het apparaat kan automatisch worden toegewezen via een speciaal protocol zoals DHCP of het kan handmatig worden ingevoerd. Als u het apparaat verbindt met een bekabeld LAN, zorg er dan voor dat de stekker van de LAN-kabel stevig in de aansluiting zit ( Verbinding maken met een bedraad LAN(P. 17) ). U kunt de netwerkverbinding indien nodig testen. IPv4-adres instellen(P. 32) De netwerkverbinding testen(P.
Instellen Automatisch een IP-adres toewijzen 1 Selecteer . 2 Selecteer het protocol. ● Selecteer . Als u niet met DHCP/BOOTP/RARP een IP-adres wilt toewijzen ● Selecteer . Als u selecteert wanneer deze diensten niet beschikbaar zijn, zal het apparaat tijd en communicatiemiddelen verspillen met het op het netwerk zoeken naar deze diensten. 3 Controleer of is ingesteld op .
Instellen Model aanraakscherm Selecteer
in het scherm Start. LCD-model met 5 regels Druk op 2 . Selecteer . ● Als een scherm voor het invoeren van een pincode wordt weergegeven, voert u de juiste pincode in. De pincode van de systeembeheerder instellen(P. 297) 3 Selecteer 4 Voer het IPv4-adres in van een ander apparaat in het netwerk en selecteer . .Instellen IPv6-adressen instellen 3JE5-00L De IPv6-adressen van het apparaat kunnen worden geconfigureerd via de Externe UI. Controleer voordat u IPv6-adressen gaat instellen de instellingen van het IPv4adres ( IPv4-instellingen weergeven(P. 38) ). U moet de juiste IPv4-instellingen opgeven om te kunnen werken met IPv6-adressen. De scanfunctie die gebruikmaakt van het scannerstuurprogramma of MF Scan Utility is niet beschikbaar in een IPv6omgeving.
Instellen [Gebruik IPv6] Schakel dit selectievakje in om IPv6 te activeren op het apparaat. Als u IPv6 niet gebruikt, schakelt u het selectievakje uit. [Gebruik stateless adres] Schakel dit selectievakje in als u een stateless adres gebruikt. Als u geen stateless adres gebruikt, schakelt u het selectievakje uit.
Instellen Instellingen selecteren vanaf het bedieningspaneel ● De IPv6-instellingen zijn ook bereikbaar via het scherm
. (P. 372) Als u het IP-adres hebt gewijzigd na de installatie van het printerstuurprogramma ● U moet een nieuwe poort toevoegen. Printerpoorten configureren(P. 45) KOPPELINGEN IPv4-adres instellen(P. 32) Netwerkinstellingen weergeven(P.Instellen Netwerkinstellingen weergeven 3JE5-00R IPv4-instellingen weergeven(P. 38) IPv6-instellingen weergeven(P. 38) Informatie over Directe verbinding bekijken(P. 38) Het MAC-adres weergeven voor Bedraad LAN(P. 38) Het MAC-adres en informatie weergeven voor Draadloos LAN(P. 39) ● Het IP-adres is niet goed geconfigureerd als dit wordt weergegeven als "0.0.0.0".
Instellen Model aanraakscherm Selecteer
in het scherm Start. LCD-model met 5 regels Druk op 2 . Selecteer . ● Als een scherm voor het invoeren van een pincode wordt weergegeven, voert u de juiste pincode in. De pincode van de systeembeheerder instellen(P. 297) 3 Selecteer . ➠ MAC-adres wordt weergegeven. Het MAC-adres en informatie weergeven voor Draadloos LAN 1 Open het scherm . Start scherm(P.Instellen Beveiligingsinformatie bekijken ● Om informatie over WEP en WPA/WPA2-PSK te bekijken, hanteert u de volgende procedure. instelling Selecteer het weergegeven beveiligingsprotocol Selecteer de te bekijken Het scherm bekijken ● en kunt u weergeven vanuit Selecteer de instelling die u wilt weergeven KOPPELINGEN Verbinding maken met een draadloos LAN(P.
Instellen Configuratie-instellingen voor communicatie met een computer 3JE5-00S Geef het protocol en de poort op als u het apparaat via het netwerk vanaf een computer gebruikt. Ga het apparaat pas configureren voor afdrukken vanaf een computer nadat u de basisprocedures hebt uitgevoerd. Voor meer informatie raadpleegt u de handleidingen voor de relevante stuurprogramma's op de website met online handleidingen. Afdrukprotocollen en WSD-functies configureren(P. 42) Printerpoorten configureren(P.
Instellen Afdrukprotocollen en WSD-functies configureren 3JE5-00U Configureer de protocollen die worden gebruikt voor het afdrukken van documenten vanaf een netwerkcomputer. ● Voor meer informatie over de basishandelingen die moeten worden verricht wanneer u het apparaat instelt via de externe UI, raadpleegt u Menuopties instellen via de externe UI(P. 348) . 1 Start de externe UI en meld u in de systeembeheerder-modus aan. De externe UI starten(P.
Instellen [Gebruik WSD-afdrukken] Schakel dit selectievakje in om af te drukken via WSD. Als u niet afdrukt via WSD, schakelt u het selectievakje uit. [Gebruik WSD-bladeren] Schakel dit selectievakje in om via WSD informatie over het apparaat op te halen van een computer. Dit selectievakje wordt automatisch ingeschakeld wanneer u het selectievakje [Gebruik WSD-afdrukken] inschakelt.
Instellen Het poortnummer veranderen ● Het poortnummer dat is gebruikt voor het apparaat en een computer moet ook worden gebruikt voor het afdrukprotocol. Printerpoorten configureren(P. 45) Poortnummers wijzigen(P. 309) KOPPELINGEN Printerpoorten configureren(P.
Instellen Printerpoorten configureren 3JE5-00W Er kunnen afdrukfouten optreden wanneer het IP-adres van de machine is gewijzigd of wanneer er een printer is toegevoegd via de printermap van Windows. Deze fouten zijn meestal het gevolg van onjuiste printerpoortinstellingen. Zo kan er een onjuist poortnummer of type poort zijn opgegeven. In dergelijke situaties mislukt het afdrukken omdat de documentgegevens niet aankomen op de machine.
Instellen Standaard TCP/IP Poort Dit is een standaard Windows poort. Als u dit type poort gebruikt, moet u iedere keer als het IP-adres van het apparaat is veranderd een nieuwe poort toevoegen. Selecteer dit type poort als u het apparaat in een IPv6 omgeving gebruikt en u geen MFNP poort kunt toevoegen. Een MFNP-poort toevoegen 1 Klik op [Poort toevoegen]. 2 Selecteer [Canon MFNP Port] bij [Beschikbare poorttypen] en klik op [Nieuwe poort].
Instellen ● Als het volgende scherm verschijnt, volg dan de aanwijzingen op het scherm. *Als u een waarde gaat selecteren voor [Apparaattype], selecteer dan [Canon Network Printing Device with P9100] onder [Standaard]. 5 Klik op [Voltooien]. 6 Klik op [Sluiten]. Het type poort of het poortnummer wijzigen Als het afdrukprotocol (LPD of RAW) is gewijzigd op het apparaat ( Afdrukprotocollen en WSD-functies configureren(P. 42) ) of als het poortnummer is veranderd ( Poortnummers wijzigen(P.
Instellen ● Als u [Raw], hebt geselecteerd, wijzigt u de waarde voor [Poortnummer]. ● Als u [LPR] hebt geselecteerd, voer dan bij [Wachtrijnaam] de naam "lp" in. 3 4 Klik op [OK]. Klik op [Sluiten]. KOPPELINGEN Een printserver instellen(P.
Instellen Een printserver instellen 3JE5-00X Het installeren van een printserver (afdrukserver) betekent dat u de computer kunt ontlasten die u gebruikt om af te drukken. Ook kunt u met behulp van de printserver de stuurprogramma's op iedere computer installeren via het netwerk, zodat u niet zo veel werk hebt om de stuurprogramma's per computer te installeren met behulp van de meegeleverde CD-ROM/DVD-ROM.
Instellen ● Selecteer extra stuurprogramma's uit de volgende opties in overeenstemming met het besturingssysteem van de afdrukserver. Afdrukserver Schakel het selectievakje in voor 32-bits besturingssystemen [x64] 64-bits besturingssystemen [x86] onder [Processor] ● Als u niet weet of uw Windows besturingssysteem een 32-bits of 64-bits versie is, raadpleegt u bitarchitectuur controleren(P. 572) .
Instellen KOPPELINGEN Afdrukken vanaf een computer(P.
Instellen De machine configureren voor uw netwerkomgeving 3JE5-00Y De configuratie van een netwerk varieert naargelang de functie van het netwerk. Het apparaat is ontworpen voor compatibiliteit met zo veel mogelijk netwerkconfiguraties en ondersteunt om die reden verschillende technologieën. Overleg met de netwerkbeheerder en kies voor een configuratie die aansluit bij uw netwerkomgeving. Ethernet-instellingen configureren(P. 53) De maximale verzendeenheid wijzigen(P.
Instellen Ethernet-instellingen configureren 3JE5-010 Ethernet is een standaard voor het uitwisselen van gegevens in een lokaal netwerk (LAN). U kunt de communicatiemodus en het type Ethernet instellen. Over het algemeen is het zo dat u het apparaat kunt gebruiken zonder dat u de standaardinstellingen hoeft te wijzigen ( (P. 376) ), maar u kunt de instellingen wijzigen om deze beter af te stemmen op uw netwerkomgeving. 1 Open het scherm . Start scherm(P.
Instellen In deze modus worden er afwisselend gegevens verzonden en ontvangen. Selecteer deze modus als het apparaat is aangesloten op een netwerkapparaat dat half duplex gebruikt. In deze modus worden gegevens tegelijkertijd verzonden en ontvangen. Deze instelling kunt u voor de meeste omgevingen gebruiken. 3 4 Selecteer . selecteer het type Ethernet. KOPPELINGEN De maximale verzendeenheid wijzigen(P.
Instellen De maximale verzendeenheid wijzigen 3JE5-011 In de meeste Ethernet-netwerken is 1500 bytes de maximale grootte van een gegevenspakket dat kan worden verzonden. Een pakket is het blok met gegevens waarin de oorspronkelijke gegevens worden opgedeeld voordat ze worden verzonden. De maximale verzendeenheid (MTU) kan per netwerk verschillen. Wijzig de instellingen van het apparaat indien nodig. Neem voor meer informatie contact op met de netwerkbeheerder. 1 Open het scherm
. Start scherm(P.Instellen Een wachttijd instellen voor verbinding met een netwerk 3JE5-012 Als in een netwerk redundante connectiviteit wordt aangeboden door de aanwezigheid van verschillende switching hubs of bridges, moet er een mechanisme zijn om te voorkomen dat pakketten in een oneindige lus terechtkomen. Een efficiënte oplossing is dus om voor elke switch-poort een bepaalde rol te definiëren.
Instellen DNS configureren 3JE5-013 DNS (Domain Name System) is een service voor naamomzetting waarmee de naam van een host (of domein) wordt gekoppeld aan een IP-adres. Configureer de benodigde instellingen voor DNS, mDNS of DHCP. De procedures voor het configureren van DNS zijn verschillend voor IPv4 en IPv6. ● Voor meer informatie over de basishandelingen die moeten worden verricht wanneer u het apparaat instelt via de externe UI, raadpleegt u Menuopties instellen via de externe UI(P. 348) .
Instellen [DNS-instellingen] [Adres primaire DNS-server] Voer het IP-adres van een DNS-server in. [Adres secundaire DNS-server] Voer het IP-adres van een secundaire DNS-server in, indien beschikbaar. [Hostnaam] Typ hier alfanumerieke tekens voor de hostnaam van het apparaat dat u wilt registreren op de DNS-server. [Domeinnaam] Typ hier alfanumerieke tekens voor de naam van het domein waarvan het apparaat deel uitmaakt, zoals "example.com".
Instellen [DNS-instellingen] [Adres primaire DNS-server] Voer het IP-adres van een DNS-server in. U kunt geen adressen invoeren die beginnen met "ff" (multicast-adressen). [Adres secundaire DNS-server] Voer het IP-adres van een secundaire DNS-server in, indien beschikbaar. U kunt geen adressen invoeren die beginnen met "ff" (multicast-adressen). [Gebruik dezelfde hostnaam/domeinnaam als IPv4] Schakel het selectievakje in als u de host- en domeinnamen van IPv4 wilt gebruiken.
Instellen (P. 372) KOPPELINGEN IPv4-adres instellen(P. 32) IPv6-adressen instellen(P. 35) Netwerkinstellingen weergeven(P.
Instellen SMB configureren 3JE5-014 SMB (Server Message Block) is een protocol voor het delen van bronnen, zoals bestanden en printers, met meerdere apparaten in een netwerk. Het apparaat maakt gebruik van SMB om gescande documenten op te slaan in een gedeelde map. Afhankelijk van het netwerk, moet u de NetBIOS-naam en een werkgroepnaam instellen.
Instellen [NetBIOS-naam] Gebruik alfanumerieke tekens voor de NetBIOS-naam van het apparaat. [Werkgroepnaam] Gebruik alfanumerieke tekens voor de naam van de werkgroep waarvan het apparaat deel uitmaakt. 6 Klik op [OK].
Instellen De machine bewaken en bedienen met SNMP 3JE5-015 SNMP (Simple Network Management Protocol) is een protocol voor het bewaken en aansturen van communicatieapparaten in een netwerk dat werkt met MIB (Management Information Base). De machine ondersteunt SNMPv1, en SNMPv3 met extra beveiliging. U kunt de status van de machine controleren vanaf een computer wanneer u documenten afdrukt of de externe UI gebruikt. U kunt SNMPv1 of SNMPv3 inschakelen, of beide versies tegelijk.
Instellen 4 Klik op [Bewerken]. 5 Geef instellingen voor SNMPv1 op. ● Als u de SNMPv1-instellingen niet hoeft te wijzigen, gaat u verder met de volgende stap. [Gebruik SNMPv1] Schakel dit selectievakje in om SNMPv1 in te schakelen. De overige instellingen voor SNMPv1 kunt u alleen opgeven als dit selectievakje is ingeschakeld. [Gebruik community-naam 1]/[Gebruik community-naam 2] Schakel het selectievakje in om een community-naam op te geven.
Instellen [Gebruik SNMPv3] Schakel dit selectievakje in als u SNMPv3 wilt gebruiken. De overige instellingen voor SNMPv3 kunt u alleen opgeven als dit selectievakje is ingeschakeld. [Gebruiker inschakelen] Schakel dit selectievakje in om [Gebruikersinstellingen 1]/[Gebruikersinstellingen 2]/[Gebruikersinstellingen 3] in te schakelen. Schakel een selectievakje uit om de desbetreffende gebruikersinstellingen uit te schakelen. [Gebruikersnaam] Gebruik alfanumerieke tekens voor de gebruikersnaam.
Instellen 7 Geef instellingen op voor het verkrijgen van informatie voor het beheren van printers. ● Met SNMP kunt u gegevens voor het beheren van printers, zoals afdrukprotocollen en printerpoorten, controleren en periodiek opvragen bij een computer in het netwerk. [Printerbeheerinformatie verkrijgen van host] Schakel het selectievakje in om via SNMP de gegevens voor printerbeheer van het apparaat te bewaken. Als u geen printerbeheerinformatie wilt bewaken, schakelt u het selectievakje uit.
Instellen SNTP configureren 3JE5-016 Met SNTP (Simple Network Time Protocol) kunt u de systeemklok synchroniseren met de tijdserver in het netwerk. Als u SNTP gebruikt, controleert het systeem de tijdserver in gespecificeerde intervallen, zodat de correcte tijd altijd wordt gehandhaafd. De tijd wordt aangepast op basis van UTC (Coordinated Universal Time). Het is dus belangrijk om de juiste tijdzone op te geven voordat u SNTP gaat configureren ( De datum en tijd instellen(P. 11) ).
Instellen Communicatie met de NTP-/SNTP-server testen ● U kunt de status van de communicatie bij de geregistreerde server zien door op [Instellingen/registratie] [Netwerkinstellingen] [TCP/IP-instellingen] [Controleer NTP-server] in [SNTP-instellingen] te klikken. Als een goede verbinding tot stand is gebracht, wordt het resultaat weergegeven, zoals dat hieronder wordt getoond. Met deze handeling wordt de systeemklok overigens niet aangepast.
Instellen Stuurprogramma's installeren 3JE5-017 Installeer de verschillende stuurprogramma's en bijbehorende software op uw computer. 1 Realiseer de vereiste voorbereiding voordat u verder gaat met de installatie. ● Als bij het apparaat een CD-ROM/DVD-ROM is meegeleverd, plaatst u de CD-ROM/DVD-ROM in het station op de computer. ● U kunt stuurprogramma's en software die u gaat gebruiken, ophalen van de Canon website (http:// www.canon.com/).
Instellen Begininstellingen configureren voor faxfuncties 3JE5-018 Volg stappen 1 - 4 hieronder om de faxinstellingen te configureren. Bepaal eerst welke ontvangstmodus het best aansluit bij uw situatie en volg dan de aanwijzingen op het scherm om de bijbehorende instellingen te configureren. Als u meer wilt weten over een bepaalde stap, klikt u op de koppeling om naar het desbetreffende gedeelte te gaan. Stap 1 Bepalen welke faxontvangstmodus u wilt gebruiken(P.
Instellen Bepalen welke faxontvangstmodus u wilt gebruiken 3JE5-019 U kunt de faxinstellingen pas configureren als u hebt bepaald welke ontvangstmodus het best aansluit bij het beoogde gebruik. Beoogd gebruik Ontvangstmodus Alleen fax gebruiken/nooit telefoon gebruiken Kies deze instelling als u het apparaat uitsluitend wilt gebruiken voor het ontvangen van faxen en u de telefoon of optionele handset niet gaat gebruiken.
Instellen Het faxnummer en de naam van het apparaat registreren 3JE5-01A Registreer het faxnummer en de naam van het apparaat. Deze gegevens worden afgedrukt aan het begin van pagina's die u verstuurt. 1 Selecteer
in het scherm Start. 2 Selecteer 3 Selecteer . 4 Selecteer . 5 Voer het faxnummer in, en selecteer . 6 Selecteer . 7 Start scherm(P. 112) .Instellen De ontvangstmodus selecteren 3JE5-01C Selecteer vooraf de ontvangstmodus die het best aansluit bij het beoogde gebruik ( faxontvangstmodus u wilt gebruiken(P. 71) ). 1 Selecteer . 2 Selecteer de ontvangstmodus. Bepalen welke ● Selecteer of om de ontvangstmodus te selecteren voor de handelingen die u wilt verrichten. ● Het is mogelijk dat u handmatig andere ontvangstmodi dan hieronder kunt instellen, maar dit verschilt per land of regio. Faxen ontvangen(P.
Instellen De telefoonlijn aansluiten 3JE5-01E Sluit de telefoonlijn aan op het apparaat. 1 Selecteer . ● Een van de onderstaande schermen wordt weergegeven nadat de ontvangstmodus is ingesteld. De ontvangstmodus selecteren(P. 73) 2 Sluit de telefoonlijn aan op het apparaat. ● Sluit het meegeleverde telefoonsnoer aan op de telefoonaansluiting ( ) van het apparaat en op de wanddoos.
Instellen Als het type telefoonlijn niet automatisch wordt ingesteld Volg de onderstaande procedure om het type telefoonlijn in te stellen. Als u niet zeker weet welk type telefoonlijn u gebruikt, neem dan contact op met uw telefoonaanbieder. is mogelijk niet beschikbaar, afhankelijk van het land waarin u de machine gebruikt. telefoonlijn KOPPELINGEN Basishandelingen voor het verzenden van faxen(P. 196) Faxen ontvangen(P.
Instellen Scaninstellingen configureren 3JE5-01F Om gescande originelen direct per e-mail te verzenden of op te slaan in gedeelde mappen, moet u het netwerk configureren. Hiervoor kunt u Insteltool verzendfunctiegebruiken, een programma dat standaard bij het apparaat wordt geleverd. Bepaal afhankelijk van doel en de netwerkomgeving de juiste configuratie. Opslaan op een computer Het gebruik van het apparaat als een scanner voorbereiden(P. 77) Scannen naar e-mail Instelprocedure voor e-mail verzenden(P.
Instellen Het gebruik van het apparaat als een scanner voorbereiden 3JE5-01H Om dit apparaat als een scanner te gebruiken, moet u voor gebruik de nodige voorbereidingen treffen, inclusief het installeren van de software op een computer. Voor meer informatie raadpleegt u de handleidingen voor de relevante stuurprogramma's op de website voor de handleidingen.
Instellen Instelprocedure voor e-mail verzenden 3JE5-01J Controleer de onderstaande punten voordat u het apparaat gaat configureren voor het scannen naar e-mail. Zorg ervoor dat de machine en de computer op de juiste manier met elkaar zijn verbonden. Verbinding maken met een draadloos LAN(P. 18) Verbinding maken met een bedraad LAN(P. 17) Zorg ervoor dat u over de volgende gegevens beschikt: ● Het IP-adres van het apparaat. Netwerkinstellingen weergeven(P.
Instellen Basisinstellingen voor e-mail configureren 3JE5-01K Dit gedeelte beschrijft hoe u met behulp van het Insteltool verzendfunctie configureert. Met behulp van het Insteltool verzendfunctie kunt u ook e-mailadressen opslaan in het adresboek. ● Het Insteltool verzendfunctie is een hulpmiddel voor het configureren van de e-mailinstellingen.
Instellen Als het apparaat niet wordt weergegeven in [Apparatenlijst] ● Klik op [Opnieuw zoeken]. Als het probleem blijft optreden, klikt u op [Zoeken op IP-adres], typt u het IP-adres van het apparaat en klikt u op [OK]. 6 2 Controleer de instellingen en bevestig deze door op [OK] te klikken. Klik op [Start]. ● Als het aanmeldingsscherm wordt weergegeven, typt u de juiste pincode in de daarvoor bestemde tekstvakken en klikt u op [Inloggen]. 3 Klik op [Instellingen voor verzenden naar e-mail].
Instellen [Snelkiesnummer] Met het Insteltool verzendfunctie kunt u een e-mailadres opslaan in het onderdeel van het adresboek. Selecteer een nummer in de vervolgkeuzelijst. [Naam voor snelkiesnummer] Voer de naam in voor de bestemming die u wilt opslaan. Kies een naam die u eenvoudig kunt terugvinden in het adresboek. [Instellingen voor verzendbestemming] [E-mailadres bestemming] Voer het e-mailadres in waarnaar gescande originelen moeten worden verstuurd.
Instellen Communicatie-instellingen voor e-mail configureren 3JE5-01L Gebruik de Externe UI om de gedetailleerde verzend- en ontvangstinstellingen te configureren, zoals de instellingen voor POP-authenticatie en versleuteling van communicatie voordat u een e-mail stuurt. Neem contact op met uw provider of netwerkbeheerder voor de benodigde instellingen.
Instellen U kunt het wachtwoord instellen of wijzigen wanneer een POP3-server wordt gebruikt, door dit selectievakje in te schakelen en alfanumerieke tekens in te voeren in [Wachtwoord]. POP-verificatie vóór verzending configureren De verificatiemethode POP voor SMTP zorgt ervoor dat onbevoegde gebruikers geen toegang hebben tot email door gebruikersverificatie uit te voeren op de POP3-server.
Instellen [Gebruik TLS voor SMTP] Schakel het selectievakje in om de communicatie met de SMTP-server met behulp van TLS te versleutelen. Schakel desgewenst het selectievakje voor [Certificaat verifiëren] of [Voeg CN toe aan verificatie-items] in. [Gebruik TLS voor POP] Schakel het selectievakje in om de communicatie met de POP3-server met behulp van TLS te versleutelen. Schakel indien nodig de selectievakjes [Certificaat verifiëren] en [Voeg CN toe aan verificatie-items] in. 6 Klik op [OK].
Instellen Procedure om een gedeelde map in te stellen als een opslaglocatie 3JE5-01R Controleer de onderstaande punten voordat u het apparaat gaat configureren voor het scannen naar gedeelde mappen. Zorg ervoor dat de machine en de computer op de juiste manier met elkaar zijn verbonden. Verbinding maken met een draadloos LAN(P. 18) Verbinding maken met een bedraad LAN(P. 17) Zorg ervoor dat u over de volgende gegevens beschikt: ● Het IP-adres van het apparaat. Netwerkinstellingen weergeven(P.
Instellen Een gedeelde map instellen als een opslaglocatie 3JE5-01S Het scannen naar gedeelde mappen wordt ook wel "scannen naar SMB" genoemd omdat de functie werkt met SMB (Server Message Block), een technologie van Windows. SMB is een protocol voor het delen van bronnen, zoals bestanden en printers, met meerdere apparaten in een netwerk ( SMB configureren(P. 61) ).
Instellen Als het apparaat niet wordt weergegeven in [Apparatenlijst] ● Klik op [Opnieuw zoeken]. Als het probleem blijft optreden, klikt u op [Zoeken op IP-adres], typt u het IP-adres van het apparaat en klikt u op [OK]. 6 2 Controleer de instellingen en bevestig deze door op [OK] te klikken. Klik op [Start]. ● Als het aanmeldingsscherm wordt weergegeven, typt u de juiste pincode in de daarvoor bestemde tekstvakken en klikt u op [Inloggen]. 3 Klik op [Instellingen voor opslaan in gedeelde map].
Instellen [Snelkiesnummer] Met het Insteltool verzendfunctie kunt u een gedeelde map voor het opslaan van gescande documenten toevoegen aan het onderdeel van het adresboek. Selecteer een nummer in de vervolgkeuzelijst. [Naam voor snelkiesnummer] Voer de naam in voor de bestemming die u wilt opslaan. Kies een naam die u eenvoudig kunt terugvinden in het adresboek.
Basishandelingen Basishandelingen Basishandelingen ............................................................................................................................................. 91 Onderdelen en de bijbehorende functies .......................................................................................................... 94 Voorzijde ........................................................................................................................................................
Basishandelingen De slaapstand instellen ..................................................................................................................................... 160 Bestemmingen opslaan .................................................................................................................................... 162 Bestemmingen opslaan in het adresboek ....................................................................................................
Basishandelingen Basishandelingen 3JE5-01U In dit hoofdstuk worden de basishandelingen beschreven, zoals het gebruiken van het bedieningspaneel of het plaatsen van het papier. Het gaat hier om handelingen die vaak worden uitgevoerd om de functies van het apparaat te gebruiken. ◼ Onderdelen en de bijbehorende functies In dit gedeelte wordt aandacht besteed aan de externe en interne onderdelen van het apparaat en hun functie.
Basishandelingen ◼ Papier laden Dit gedeelte beschrijft hoe u papier in de lade plaatst. Papier laden(P. 133) ◼ Het display aanpassen Dit gedeelte beschrijft hoe u knoppen opnieuw indeelt of sneltoetsen genereert om in het display weergegeven schermen makkelijker te kunnen gebruiken. Het display aanpassen(P. 152) ◼ De stille modus inschakelen In dit gedeelte wordt beschreven hoe u het apparaat in de stille modus zet om te zorgen dat het tijdens gebruik minder geluid maakt. De stille modus inschakelen(P.
Basishandelingen ◼ Bestemmingen opslaan In dit gedeelte wordt beschreven hoe u bestemmingen opslaat voor het verzenden van faxen of gescande documenten. Bestemmingen opslaan(P.
Basishandelingen Onderdelen en de bijbehorende functies 3JE5-01W In dit gedeelte worden de onderdelen van het apparaat beschreven (buitenzijde, voorzijde, achterzijde en binnenzijde), evenals de functie die ze hebben. Naast de onderdelen van het apparaat die nodig zijn voor het uitvoeren van basishandelingen zoals het laden van papier en het vervangen van tonercartridges en dergelijke, wordt hier ook aandacht besteed aan de toetsen op het bedieningspaneel en het display.
Basishandelingen Voorzijde 3JE5-01X Documentinvoer Hiermee worden originelen automatisch in het apparaat gevoerd om te worden gescand. Als u twee of meer originelen in de documentinvoer plaatst, kunnen ze na elkaar gescand worden. Documentinvoer(P. 99) Bedieningspaneel Het bedieningspaneel bevat toetsen zoals de Stop-toets, een display en statuslampjes. U kunt hier alle bewerkingen uitvoeren en instellingen opgeven. Bedieningspaneel(P. 102) Basisschermen(P.
Basishandelingen Klep aan de voorzijde Open de klep aan de voorzijde als u een tonercartridge of de drumcartridge wilt vervangen. voor het vervangen van de tonercartridge(P. 453) Procedure Glasplaat Als u boeken, dikke originelen, originelen van zwaar of dun papier scant die niet via de documentinvoer kunnen worden gescand, moet u ze op de glasplaat plaatsen. Originelen plaatsen(P. 129) Ventilatieopeningen Warme lucht wordt door deze openingen afgevoerd om de binnenzijde van het apparaat af te koelen.
Basishandelingen Achterzijde 3JE5-01Y Achterklep Open de achterklep als u papierstoringen gaat verhelpen. Papierstoringen oplossen(P. 522) Etiket stroomverbruik Dit etiket vermeldt onder andere het serienummer. Dit nummer hebt u nodig als u vragen of problemen hebt. Wanneer een probleem niet kan worden opgelost(P. 531) USB-poort Hier kunt u een USB-kabel aansluiten om de machine te verbinden met een computer.
Basishandelingen Binnenkant 3JE5-020 Bedieningspaneel Open dit paneel wanneer u de tonercartridges vervangt of papierstoringen verhelpt. De tonercartridge vervangen(P. 452) De drumcartridge vervangen(P. 456) Papierstoringen in het apparaat(P. 527) Tonerklep Open deze klep wanneer u de tonercartridges en dergelijke vervangt of papierstoringen verhelpt. De tonercartridge vervangen(P. 452) De drumcartridge vervangen(P. 456) Papierstoringen in het apparaat(P.
Basishandelingen Documentinvoer 3JE5-021 Glijdende geleiders Stel deze geleiders in voor de breedte van het origineel. Invoerdeksel Open deze klep als u papierstoringen gaat verhelpen. Papierstoringen in de documentinvoer(P. 524) Toevoerlade voor originelen Hiermee worden originelen automatisch in het apparaat gevoerd om te worden gescand. Als u twee of meer originelen in de documentinvoer plaatst, kunnen ze na elkaar gescand worden. Originelen plaatsen(P.
Basishandelingen Multifunctionele lade 3JE5-022 Multifunctionele lade Laat de multifunctionele lade zakken als u papier wilt plaatsen. Papiergeleiders Stel de papiergeleiders exact af op de breedte van het geladen papier, zodat het papier mooi recht in de machine wordt gevoerd. KOPPELINGEN Papier in de multifunctionele lade plaatsen(P.
Basishandelingen Lade 3JE5-023 Papiergeleiders Stel de papiergeleiders exact af op de grootte van het geladen papier, zodat het papier mooi recht in het apparaat wordt gevoerd. KOPPELINGEN Papier in de papierlade plaatsen(P.
Basishandelingen Bedieningspaneel 3JE5-024 Bedieningspaneel van Model aanraakscherm(P. 102) Bedieningspaneel van LCD-model met 5 regels(P. 104) Bedieningspaneel van Model aanraakscherm Home-toets Druk hierop zodat het scherm Start wordt weergegeven dat toegang geeft tot het instellingenmenu en functies, zoals kopiëren en scannen. Start scherm(P. 112) Het scherm Start aanpassen(P. 153) Display Hierop wordt de voortgang van het apparaat en foutstatussen weergegeven.
Basishandelingen Basisschermen(P. 111) Basishandeling(P. 119) Reset-toets Druk op deze toets om de wijzigingen te annuleren en de eerder opgegeven instellingen te herstellen. Wissen-toets Druk hierop om de ingevoerde cijfers en tekst te wissen. Vorige-toets Druk op deze toets om terug te keren naar het vorige scherm. Als u deze toets bijvoorbeeld indrukt tijdens het opgeven van instellingen, worden de instellingen niet opgeslagen en keert u terug naar het vorige scherm.
Basishandelingen [#]-toets Druk op deze toets om symbolen in te voeren, zoals "@" of "/". [*]-toets Druk op deze toets om te schakelen tussen het type tekst dat wordt ingevoerd. Bedieningspaneel van LCD-model met 5 regels Menu-toets Druk hierop om veel van de instellingen van het apparaat te specificeren, zoals of . Overzicht van menuopties(P. 365) [COPY/SCAN]-toets Druk hierop om over te schakelen naar kopieermodus of scanmodus.
Basishandelingen ID-kaart kopie-toets Als u hierop drukt, wordt een modus geactiveerd waarin u de voor- en achterkant van een rijbewijs of andere identiteitskaart op ware grootte op dezelfde zijde van een vel papier kunt kopiëren. ID-kaart kopieën maken(P. 190) Display U kunt de bedienings- en foutstatus van dit apparaat bekijken, maar ook de hoeveelheid resterende toner in tonercartridges en dergelijke, en andere condities. Basisschermen(P. 111) Basishandeling(P.
Basishandelingen Toets voor papierinstellingen Druk hierop om het papier te selecteren dat u wilt gebruiken, of om het formaat en type papier in te stellen dat in de papierbron is geladen. Het type en formaat papier opgeven(P. 146) Nummertoetsen (toetsen [0]-[9]) Druk hierop om cijfers en tekst in te voeren. Tekst invoeren(P. 124) Stop-toets Druk op deze toets om het afdrukken en andere bewerkingen te annuleren. Toets Energiebesparing Druk hierop om de machine in de slaapmodus te plaatsen.
Basishandelingen Basishandeling(P.
Basishandelingen Het apparaat AAN zetten 3JE5-025 In dit gedeelte wordt beschreven hoe u de machine aanzet. 1 Controleer of de stekker goed in het stopcontact zit. 2 Druk op de hoofdschakelaar. ➠ Het Start-scherm verschijnt. Bedieningspaneel(P. 102) ● Het is mogelijk dat er een leeg vel papier wordt uitgevoerd wanneer u het apparaat de allereerste keer aanzet. Dit hoort zo en is dus geen fout. ● Op het model met aanraakscherm kunt u kiezen welk scherm verschijnt nadat het apparaat AAN is gezet.
Basishandelingen De machine uitzetten 3JE5-026 In dit gedeelte wordt beschreven hoe u de machine uitzet. 1 Druk op de hoofdschakelaar. ● Controleer of het aan/uit-lampje niet meer brandt. ● Het kan een tijdje duren voordat het apparaat geheel is uitgeschakeld. Wacht tot het display is gedoofd en trek dan pas de stekker eruit. ● Om het apparaat opnieuw te starten, wacht u minimaal 10 seconden nadat het is uitgezet.
Basishandelingen Het bedieningspaneel gebruiken 3JE5-027 U kunt het display en de toetsen van het bedieningspaneel gebruiken om apparaatinstellingen te configureren of functies te activeren. Dit gedeelte beschrijft het basisgebruik van het display en de toetsen. Basisschermen(P. 111) Basishandeling(P. 119) Tekst invoeren(P. 124) ● Als u de lichte en donkere delen van het display wilt omkeren: ● Als u het contrast van het display wilt aanpassen: (P. 381) (P.
Basishandelingen Basisschermen 3JE5-028 Het scherm Start of het instellingenscherm wordt op het display weergegeven, zodat u kunt beginnen met functies zoals kopiëren en scannen. U kunt ook met de display informatie controleren, zoals foutmeldingen en de bedieningsstatus van het apparaat. Het scherm is ook een aanraakpaneel, dus u kunt bedieningshandelingen uitvoeren door het scherm direct aan te raken. Start scherm(P. 112) Het scherm (P. 116) Berichtenvenster(P.
Basishandelingen Start scherm 3JE5-029 Het Start scherm (Model aanraakscherm)(P. 112) Hoofdscherm (LCD-model met 5 regels)(P. 114) Het Start scherm (Model aanraakscherm) Het Start scherm wordt weergegeven wanneer u het apparaat inschakelt door op het bedieningspaneel op te drukken. Via dit scherm kunt u instellingen opgeven en functies registreren.
, , en vele andere instellingen van het apparaat zijn toegankelijk met deze knop. Overzicht van menuopties(P.Basishandelingen Met deze knop kunt u het formaat en type papier opgeven dat is geladen in de papierlade en multifunctionele lade. Het type en formaat papier opgeven(P. 146) Hiermee kunt u de knoppen op het scherm Start in een andere volgorde weergeven. Het scherm Start aanpassen(P. 153) Er zijn vooraf geregistreerde instellingen voor het kopiëren van 2 (of 4) pagina's op één vel papier, om papier te besparen. gebruiken(P.
Basishandelingen Als u bestemmingen vooraf als kiescodes opslaat, kunnen ze snel worden weergegeven door eenvoudig een driecijferig nummer in te Bestemmingen opslaan in het adresboek(P. 164) voeren. Hoofdscherm (LCD-model met 5 regels) Het hoofdscherm geeft de schermen voor kopiëren, scannen en andere functies weer, evenals de schermen om de instellingen voor deze functies te specificeren.
Basishandelingen Overzicht van menuopties(P. 365) KOPPELINGEN Het scherm Start aanpassen(P.
Basishandelingen Het scherm 3JE5-02A Wanneer u op drukt, wordt er een scherm weergegeven waarin u de voortgang kunt controleren van documenten, en ook de status van het apparaat (resterende hoeveelheid toner in de tonercartridge, enzovoort) en netwerkinstellingen, zoals het IP-adres van het apparaat. Hiermee kunt u gegevens bekijken van fouten die zijn opgetreden. Maatregelen bij ieder bericht(P.
Basishandelingen Status en logboeken van gekopieerde, afgedrukte, en verzonden / ontvangen documenten Hiermee geeft u de huidige status van het geselecteerde item weer. U kunt de status , en alleen controleren op een model met aanraakscherm. Hieronder ziet u het scherm als voorbeeld.
Basishandelingen Berichtenvenster 3JE5-02C Berichten worden op het scherm weergegeven, bijvoorbeeld als het papier op is of de tonercartridges opraken. Maatregelen bij ieder bericht(P. 501) Wanneer of wordt weergegeven (Model aanraakscherm) ● Tik op om de melding te bekijken. Als er een fout optreedt In sommige gevallen worden, wanneer er een fout optreedt, instructies weergegeven over hoe u moet reageren.
Basishandelingen Basishandeling 3JE5-02E Basishandeling van Model aanraakscherm(P. 119) Basishandeling van LCD-model met 5 regels(P. 121) Basishandeling van Model aanraakscherm Het display is een aanraakscherm: u bedient het door het aan te raken. Vermijd de volgende handelingen. ● Hierdoor kunnen zich storingen voordoen of kan het display beschadigd raken.
Basishandelingen ◼ Items selecteren Tik op een itemnaam of knop om een selectie te maken. Als u een item per ongeluk aanraakt ● Schuif uw vinger weg en laat los om de selectie te annuleren. Teruggaan naar het vorige scherm ● Druk op om terug te gaan naar het vorige scherm. ◼ Door het scherm bladeren De schuifbalk verschijnt op het scherm als er nog niet-weergegeven informatie is. Als de schuifbalk wordt weergegeven, tikt u op < > of < > om over het scherm te bladeren.
Basishandelingen ◼ Waarden en instellingen wijzigen Waarden wijzigen Tik op < > of < > om waarden in te voeren. Als een pictogram zoals hieronder in de linkerbovenhoek van het scherm wordt weergegeven, kunt u waarden rechtstreeks met de nummertoetsen invoeren. De cursor verplaatsen ● Wanneer < > of < > wordt weergegeven, tikt u om de cursor weer te geven. De instelwaarde wijzigen Tik op <+> / <-> en om de instelling op de schaal aan te passen.
Basishandelingen / gebruiken Door het scherm bladeren Aan de rechterkant van het scherm ziet u een schuifbalk als niet alle informatie op één scherm past. Als de schuifbalk wordt weergegeven, gebruikt u / om omhoog en omlaag te bladeren. De tekst- en achtergrondkleuren van een item worden omgekeerd wanneer u deze toetsen selecteert. Een instelwaarde wijzigen Gebruik / om waarden in te voeren.
Basishandelingen De waarde van instellingen wijzigen Gebruik / om de schaal van de schuifbalk aan te passen. De cursor verplaatsen Met behulp van / kunt u tekst en waarden invoeren. Tekst invoeren(P. 124) gebruiken Druk op om een instelling toe te passen. Met behulp van de nummertoetsen Voer met de numerieke toetsen tekst en waarden in. Tekst invoeren(P. 124) ● U kunt verschillende instellingen wijzigen voor het display, zoals de bladersnelheid of de weergavetaal: (P.
Basishandelingen Tekst invoeren 3JE5-02F Tekst invoeren op het Model aanraakscherm(P. 124) Tekst invoeren op het LCD-model met 5 regels(P. 126) Tekst invoeren op het Model aanraakscherm Gebruik het display en nummertoetsen om tekst en waarden in te voeren. Een ander type teken kiezen Tik op om tijdens het invoeren van tekst om te schakelen naar een ander teksttype. Het geselecteerde type tekst wordt aangegeven met "A", "a", of "12" rechts boven het invoerveld.
Basishandelingen DEF def 3 GHI ghi 4 JKL jkl 5 MNO mno 6 PQRS pqrs 7 TUV tuv 8 WXYZ wxyz 9 (niet beschikbaar) 0 (spatie) - . * # ! " , ; : ^ ` _ = / | ' ? $ @ % & + \ ~ ( ) [ ] { } < > (niet beschikbaar) ● Als het type tekst dat wordt ingevoerd of is, drukt u op of tikt u op <#> om invoerbare symbolen op het scherm weer te geven. Tik op de symbolen die u wilt invoeren.
Basishandelingen 10 Druk op 11 Tik op . . Tekst wissen Telkens als u op drukt, wordt er één teken gewist. U kunt alle ingevoerde tekst wissen door langer ingedrukt te houden. De cursor verplaatsen (een spatie invoeren) Tik op < > of < > om de cursor te verplaatsen. Als u een spatie wilt invoeren, verplaatst u de cursor naar het einde van de tekst en tikt u op < >. Tekst invoeren op het LCD-model met 5 regels Voer met de nummertoetsen tekst en waarden in.
Basishandelingen ABC abc 2 DEF def 3 GHI ghi 4 JKL jkl 5 MNO mno 6 PQRS pqrs 7 TUV tuv 8 WXYZ wxyz 9 (niet beschikbaar) 0 (spatie) - . * # ! " , ; : ^ ` _ = / | ' ? $ @ % & + \ ~ ( ) [ ] { } < > (niet beschikbaar) ● Druk op of selecteer en druk op als het type ingevoerde tekst of is, om symbolen op het scherm weer te geven die u kunt invoeren. Selecteer het symbool dat u wilt invoeren met behulp van de toetsen / / / en druk dan op .
Basishandelingen 2 Druk herhaaldelijk op totdat de letter "C" is geselecteerd. 3 Druk herhaaldelijk op totdat is geselecteerd. 4 Druk herhaaldelijk op totdat de letter "a" is geselecteerd. 5 Druk herhaaldelijk op totdat de letter "n" is geselecteerd. 6 Druk herhaaldelijk op totdat de letter "o" is geselecteerd. 7 Druk herhaaldelijk op totdat de letter "n" is geselecteerd. 8 Druk herhaaldelijk op totdat het symbool "-" is geselecteerd.
Basishandelingen Originelen plaatsen 3JE5-02H Leg originelen op de glasplaat of in de documentinvoer. Gebruik de glasplaat voor het scannen van dikke of ingebonden documenten, zoals boeken. U kunt twee of meer vellen van originelen in de documentinvoer leggen, zodat ze aansluitend kunnen worden gescand. Voor informatie over laadbare formaten, enzovoort, zie Hoofdeenheid(P. 545) of Documentinvoer(P. 548) . Originelen op de glasplaat plaatsen(P. 130) Originelen in de documentinvoer plaatsen(P.
Basishandelingen Originelen op de glasplaat plaatsen 1 Open de documentinvoer. 2 Leg het origineel met de afdrukzijde naar beneden op de glasplaat. ● Leg het origineel in de linkerbovenhoek van de glasplaat. ● Om transparante originelen (bijvoorbeeld calqueerpapier of transparanten) te scannen, bedekt u deze met een vel normaal, wit papier. 3 Sluit de documentinvoer voorzichtig. ➠ De machine is gereed om het origineel te scannen.
Basishandelingen 2 Schuif de glijdende geleiders uit elkaar. ● Schuif de glijdende geleiders naar de zijkant totdat de tussenruimte iets breder is dan de werkelijke breedte van het origineel. 3 Waaier de stapel originelen uit en maak er een rechte stapel van. ● Waaier de stapel originelen in delen uit en tik een paar keer op een vlak oppervlak om de stapel mooi recht te maken. 4 Leg originelen met de afdrukzijde naar boven in de documentinvoer.
Basishandelingen 5 Schuif de glijdende geleiders tegen de randen van het origineel. ● Schuif de glijdende geleiders naar binnen totdat ze stevig tegen de randen van het origineel zitten. ➠ De machine is gereed om het origineel te scannen. Schuif de glijdende geleiders goed tegen de randen van het origineel ● Als de glijdende geleiders te los of te strak zitten, kan het papier verkeerd worden ingevoerd of kunnen er papierstoringen ontstaan.
Basishandelingen Papier laden 3JE5-02J U kunt papier in de lade plaatsen. Zie papiersoorten. Geschikt papier(P. 550) voor de beschikbare papierformaten en Papier Richtlijnen voor papier(P. 133) Het door het apparaat bedrukte papier bewaren(P. 134) Papier laden Papier in de papierlade plaatsen(P. 135) Papier in de multifunctionele lade plaatsen(P. 139) Enveloppen plaatsen(P. 142) Voorbedrukt papier plaatsen(P. 144) De instellingen voor het geladen papier configureren Het type en formaat papier opgeven(P.
Basishandelingen Behandeling en opslag van papier ● U wordt geadviseerd het papier na het uitpakken zo snel mogelijk te gebruiken. Papier dat nog niet wordt gebruikt, moet weer in de originele verpakking worden gedaan en op een platte ondergrond worden bewaard. ● Bewaar het papier in de originele verpakking om het te beschermen tegen vocht of droogte. ● Bewaar het papier niet op een manier waardoor het kan krullen of vouwen. ● Bewaar het papier niet verticaal en plaatst niet te veel papier op elkaar.
Basishandelingen Papier in de papierlade plaatsen 3JE5-02K Laad het papier dat u normaliter in de lade gebruikt. Als u wilt afdrukken op papier dat niet in de lade is geplaatst, laad het dan in de multifunctionele lade. Papier in de multifunctionele lade plaatsen(P. 139) Papier van A5 formaat plaatsen ● Bij het instellen van het papierformaat, moet u goed op de afdrukrichting van het papier letten.
Basishandelingen 3 Plaats het papier zo ver mogelijk in het apparaat, totdat het niet meer verder kan. ● Plaats het papier met de korte zijde naar voren en met de afdrukzijde naar boven. U kunt papier niet laden met de lange zijde naar voren. ● Waaier de papierstapel eerst goed uit en tik met de onderkant op een vlak oppervlak om de vellen papier mooi gelijk te leggen. ● Als u de papierlade plaatst met ingesteld op , verschijnt een bevestigingsscherm.
Basishandelingen Schuif de papiergeleiders stevig tegen het papier Als de papiergeleiders te los of te strak zitten, kan het papier verkeerd worden ingevoerd of kunnen er papierstoringen ontstaan. 5 Sluit de voorklep. ● Als u gaat afdrukken, open dan vooraf de papierstop om te voorkomen dat het papier uit de uitvoerlade valt. » Ga verder met Het type en formaat papier opgeven dat in de papierlade is geplaatst(P.
Basishandelingen ● U kunt afdrukken op de achterzijde van bedrukt papier. Strijk het bedrukte papier glad en leg het in de lade of de multifunctionele lade ( Papier in de multifunctionele lade plaatsen(P. 139) ), met de te bedrukken zijde naar boven (de reeds bedrukte zijde naar beneden). - Als u de multifunctionele lade gebruikt, plaats dan steeds één vel papier tegelijk. - U kunt alleen papier gebruiken dat met dit apparaat is bedrukt. - U kunt niet afdrukken op de zijde die eerder is bedrukt.
Basishandelingen Papier in de multifunctionele lade plaatsen 3JE5-02L Als u wilt afdrukken op papier dat niet in de papierlade is geplaatst, laad het dan in de multifunctionele lade. Laad het papier dat u normaliter in de papierlade gebruikt. Papier in de papierlade plaatsen(P. 135) Plaats maar één vel papier tegelijk ● U kunt steeds maar één vel papier laden. Papier van A5 formaat plaatsen ● Bij het instellen van het papierformaat, moet u goed op de afdrukrichting van het papier letten.
Basishandelingen 3 Schuif de papiergeleiders naar de zijkanten van de papierlade. ● Schuif de papiergeleiders naar de zijkanten van de papierlade. 4 Plaats het papier langzaam in de multifunctionele lade totdat het de achterzijde van de lade raakt. ● Plaats het papier met de afdrukzijde naar boven. ● Zie Enveloppen plaatsen(P. 142) or laden of papier met een logo. 5 Voorbedrukt papier plaatsen(P. 144) als u enveloppen gaat Schuif de papiergeleiders tegen de randen van het papier.
Basishandelingen 6 Sluit de klep aan de voorzijde. » Ga verder met Het papierformaat en de papiersoort in de multifunctionele lade opgeven(P. 148) Afdrukken op de achterzijde van bedrukt papier (handmatig dubbelzijdig afdrukken) ● U kunt afdrukken op de achterzijde van bedrukt papier. Strijk het bedrukte papier glad en leg het in de lade ( Papier in de papierlade plaatsen(P. 135) ) of de multifunctionele lade, met de te bedrukken zijde naar boven (de reeds bedrukte zijde naar beneden).
Basishandelingen Enveloppen plaatsen 3JE5-02R Strijk de enveloppen glad voordat u ze gaat laden. Let ook op de invoerrichting van de enveloppen en welke kant naar boven wijst. Voordat u enveloppen gaat laden(P. 142) Enveloppen in de papierlade plaatsen(P. 143) Enveloppen plaatsen in de multifunctionele lade(P. 143) ● In dit gedeelte wordt uitgelegd hoe u enveloppen in de gewenste richting laadt. Daarnaast worden de stappen besproken die u moet uitvoeren voordat u enveloppen gaat laden.
Basishandelingen 4 Maak van de enveloppen een rechte stapel door ze met de zijkanten op een vlakke ondergrond te stoten. Enveloppen in de papierlade plaatsen Laad enveloppen van het formaat Monarch, No. 10 (COM10), DL of C5 met de korte zijde naar voren en met de kant zonder lijm (de voorzijde) naar boven. U kunt niet afdrukken op de achterzijde van enveloppen. ● Plaats de enveloppen zo dat de rand met de flap aan de linkerkant zit, zoals in de afbeelding.
Basishandelingen Voorbedrukt papier plaatsen 3JE5-02S Als u papier gebruikt waarop vooraf een logo is afgedrukt, let u bij het plaatsen op de invoerrichting van het papier. Zorg dat het papier goed is geplaatst zodat er op de juiste kant van het papier met een logo wordt afgedrukt. Afdrukken op papier met logo's(P. 144) Dubbelzijdig afdrukken op papier met logo's(P.
Basishandelingen Dubbelzijdig afdrukken op papier met logo's Laad het papier met de voorzijde van het bedrukte papier (de zijde voor de eerste pagina van het document) naar beneden. Afdrukken op papier met logo's in de afdrukrichting Staand Afdrukken op papier met logo's in de afdrukrichting Liggend De instelling ● Wanneer u afdrukt op voorbedrukt papier, moet u de afdrukzijde van het geladen papier wijzigen als u enkelzijdig of dubbelzijdig gaat afdrukken.
Basishandelingen Het type en formaat papier opgeven 3JE5-02U Stel het type en formaat papier in wanneer u gaat afdrukken vanuit een toepassing waarin het niet mogelijk is om deze instellingen op te geven. Vergeet niet om de papierinstellingen aan te passen wanneer u papier gaat laden dat afwijkt van het eerder gebruikte papier. Het type en formaat papier opgeven dat in de papierlade is geplaatst(P. 147) Het papierformaat en de papiersoort in de multifunctionele lade opgeven(P.
Basishandelingen Het type en formaat papier opgeven dat in de papierlade is geplaatst 3JE5-02W 1 Open het scherm . Start scherm(P. 112) Model aanraakscherm Selecteer in het scherm Start. LCD-model met 5 regels Druk op (papierinstellingen). 2 Selecteer . 3 Selecteer het papierformaat. ● Als het formaat van het geplaatste papier niet zichtbaar is, selecteert u . 4 Selecteer het papiertype. KOPPELINGEN Papier in de papierlade plaatsen(P.
Basishandelingen Het papierformaat en de papiersoort in de multifunctionele lade opgeven 3JE5-02X 1 Open het scherm . Start scherm(P. 112) Model aanraakscherm Selecteer in het scherm Start. LCD-model met 5 regels Druk op (papierinstellingen). 2 Selecteer . 3 Selecteer het papierformaat. ● Als het formaat van het geplaatste papier niet zichtbaar is, selecteert u . 4 Selecteer het papiertype.
Basishandelingen Een aangepast papierformaat registreren 3JE5-02Y U kunt één aangepast papierformaat opslaan dat u regelmatig gebruikt. 1 Open het scherm . Start scherm(P. 112) Model aanraakscherm Selecteer in het scherm Start. LCD-model met 5 regels Druk op (papierinstellingen). 2 Selecteer of 3 Geef de lengte van de -zijde en de -zijde op. .
Basishandelingen KOPPELINGEN Papier in de papierlade plaatsen(P. 135) Papier in de multifunctionele lade plaatsen(P.
Basishandelingen De papierformaten die worden weergegeven, beperken 3JE5-030 U kunt ervoor zorgen dat alleen papierformaten die u vaak gebruikt, worden getoond in het scherm voor het selecteren van de instelling van het papierformaat. 1 Open het scherm . Start scherm(P. 112) Model aanraakscherm Selecteer in het scherm Start. LCD-model met 5 regels Druk op (papierinstellingen). 2 Selecteer .
Basishandelingen Het display aanpassen 3JE5-031 Om het scherm Start gebruiksvriendelijker te maken, kunt u het op de gebruiker toesnijden. Het scherm Start aanpassen U kunt de volgorde wijzigen van de knoppen die worden weergegeven in het scherm Start. aanpassen(P.
Basishandelingen Het scherm Start aanpassen 3JE5-032 U kunt het itemscherm veranderen om het gemakkelijker te maken het scherm Start te openen, en het scherm Start aan te passen. ◼ Knoppen anders rangschikken 1 Selecteer in het scherm Start. Start scherm(P. 112) ● Als u wordt gevraagd een pincode in te voeren, gebruikt u de nummertoetsen om de juiste pincode in te voeren en tikt u op . De pincode van de systeembeheerder instellen(P.
Basishandelingen 3 Selecteer de knop waar u een lege ruimte wilt invoegen en selecteer . ● Als u een ingevoegde lege ruimte wilt verwijderen, selecteert u en gaat u naar stap 5. 4 Selecteer . 5 Selecteer . KOPPELINGEN Basishandeling(P.
Basishandelingen De standaardinstellingen voor functies wijzigen 3JE5-033 De standaardinstellingen zijn de instellingen die worden weergegeven wanneer u het apparaat inschakelt of op drukt. Als u deze standaardinstellingen afstemt op de bewerkingen die u regelmatig uitvoert, kunt u tijd besparen doordat u niet steeds dezelfde instellingen hoeft op te geven als u een handeling verricht.
Basishandelingen Instelgeluiden 3JE5-034 De machine produceert in verschillende situaties geluidssignalen, bijvoorbeeld om aan te geven dat het versturen van een fax is voltooid of dat er papier is vastgelopen. U kunt het volume van deze geluiden afzonderlijk instellen. 1 Selecteer
in het scherm Start. 2 Selecteer 3 Selecteer een instelling. Start scherm(P. 112) .Basishandelingen ● Verplaats de cursor helemaal naar links om het geluid uit te schakelen. Geluid uitschakelen, alleen bij fout Selecteer , selecteer en selecteer .
Basishandelingen De stille modus inschakelen 3JE5-035 In de stille modus maakt het apparaat tijdens gebruik minder geluid. Druk bijvoorbeeld op op het bedieningspaneel wanneer u het apparaat 's nachts gebruikt. Dit is alles wat u hoeft te doen om het apparaat stiller te laten werken. U kunt ook de tijd opgeven waarop het apparaat automatisch in de stille modus moet worden gezet. In de stille modus ● brandt groen als de stille modus actief is.
Basishandelingen Hiermee kunt u de tijd voor het inschakelen van de stille modus opgeven. Selecteer en geef de tijd op. Hiermee kunt u de tijd voor het uitschakelen van de stille modus opgeven. Selecteer en geef de tijd op. De stille modus uitschakelen Druk op om de stille modus uit te schakelen.
Basishandelingen De slaapstand instellen 3JE5-036 In de slaapstand wordt het stroomverbruik verlaagd door de stroomtoevoer naar het bedieningspaneel te onderbreken. Als er gedurende bepaalde tijd geen bewerkingen worden uitgevoerd op de machine, zoals tijdens de op het bedieningspaneel te drukken. lunchpauze, kunt u energie besparen door op Wanneer de slaapmodus is ingeschakeld ● Het lampje brandt groen als de slaapmodus actief is.
Basishandelingen
( ) voordat het apparaat automatisch overgaat op de slaapmodus Stel de tijd in die verstrijkt ( ) De slaapstand verlaten U kunt of een andere toets op het bedieningspaneel indrukken om de slaapstand te verlaten. ● Op het model met aanraakscherm kunt u ook op het display tikken om de slaapstand te verlaten.Basishandelingen Bestemmingen opslaan 3JE5-037 U kunt veelgebruikte bestemmingen opslaan in het fax/scanadresboek en eenvoudig selecteren als u ze nodig hebt ( Bestemmingen opslaan in het adresboek(P. 164) ). U kunt bestemmingen alfabetisch zoeken, kiezen uit lijsten in het adresboek of invoeren via een code van drie cijfers (codes voor verkort kiezen). Daarnaast kunt u de volgende functies gebruiken om bestemmingen snel op te geven.
Basishandelingen Bestemmingen vanaf de externe UI op afstand registreren(P. 351) < > Geeft een lijst met bestemmingen weer die zijn opgeslagen met de functie Groepskiezen. < > Alleen bestemmingen voor snelkeuzenummers worden weergegeven. ● Gebruik de computer om een gedeelde map te registreren als de bestemming voor scans. Een gedeelde map instellen als een opslaglocatie(P. 86) Bestemmingen vanaf de externe UI op afstand registreren(P.
Basishandelingen Bestemmingen opslaan in het adresboek 3JE5-038 Dit gedeelte beschrijft hoe u bestemmingen vanaf het bedieningspaneel registreert. U kunt ook de externe UI gebruiken om bestemmingen te registreren. Bestemmingen vanaf de externe UI op afstand registreren(P. 351) 1 Selecteer in het scherm Start. 2 Selecteer . Start scherm(P. 112) ● Als u wordt gevraagd een pincode in te voeren, voert u de pincode voor het adresboek in en selecteert u .
Basishandelingen Als er tijdens verzending van een afbeelding een fout optreedt, wordt de fout gecontroleerd en gecorrigeerd om te voorkomen dat een onjuiste afbeelding wordt verzonden bij de instelling . Als het even duurt voordat een verzending begint, bijvoorbeeld vanwege een slechte telefoonverbinding, kunt u de transmissiestartsnelheid verlagen.
Basishandelingen Bestemmingen als sneltoetsen opslaan 3JE5-039 U kunt voor het gemak veelgebruikte bestemmingen als sneltoetsen opslaan. U kunt bestemmingen snel weergeven door in het scherm Start de sneltoetsen te selecteren. U kunt bestemmingen die u hebt opgeslagen, bewerken of verwijderen. U kunt maximaal 4 bestemmingen als sneltoetsen opslaan. 1 Selecteer in het scherm Start. 2 Selecteer . Start scherm(P.
Basishandelingen Als er tijdens verzending van een afbeelding een fout optreedt, wordt de fout gecontroleerd en gecorrigeerd om te voorkomen dat een onjuiste afbeelding wordt verzonden bij de instelling . Als het even duurt voordat een verzending begint, bijvoorbeeld vanwege een slechte telefoonverbinding, kunt u de transmissiestartsnelheid verlagen.
Basishandelingen Meerdere bestemmingen registreren als een groep 3JE5-03A U kunt meerdere bestemmingen selecteren die al zijn opgeslagen en deze registreren als een groep. Dit gedeelte beschrijft hoe u een groep vanaf het bedieningspaneel registreert. U kunt een groep ook registreren met behulp van de externe UI op afstand. Bestemmingen vanaf de externe UI op afstand registreren(P. 351) ● Uitsluitend bestemmingen van hetzelfde type adres kunnen worden geregistreerd in dezelfde groep.
Basishandelingen 9 10 Selecteer de bestemming. Herhaal stap 7 tot en met 9 totdat u alle gewenste bestemmingen hebt opgeslagen en selecteer vervolgens . Toont informatie over de opdracht ● Selecteer de doelbestemming. Een bestemming uit de groep verwijderen ● Selecteer de bestemming die u uit de groep wilt verwijderen en selecteer 11 Selecteer . 169 .
Basishandelingen De opgeslagen bestemmingen in het adresboek bewerken 3JE5-03C U kunt uw instellingen veranderen, bijvoorbeeld een geregistreerd faxnummer of -naam, het type geregistreerde bestemming veranderen van faxnummer naar e-mail, een kiescode veranderen, en groepsbestemmingen toevoegen of verwijderen. U kunt ook bestemmingen of groepen verwijderen. 1 Selecteer in het scherm Start. 2 Selecteer . 3 Selecteer de index met de bestemming die u wilt bewerken.
Kopiëren Kopiëren Kopiëren .............................................................................................................................................................. 172 Basisbewerkingen voor kopiëren ..................................................................................................................... 174 Kopiëren annuleren ......................................................................................................................................
Kopiëren Kopiëren 3JE5-03E In dit hoofdstuk wordt aandacht besteed aan basisbewerkingen voor kopiëren en worden verschillende andere handige functies beschreven, zoals dubbelzijdig kopiëren en het kopiëren van identiteitskaarten. ◼ Basishandelingen gebruiken Basisbewerkingen voor kopiëren(P. 174) Kopiëren annuleren(P. 178) Kopieerstatus en logboeken controleren(P. 180) ◼ Kwaliteit verhogen Verbeteren en aanpassen van de kopieerkwaliteit(P. 181) Het type origineel voor kopiëren selecteren(P.
Kopiëren ID-kaart kopieën maken(P. 190) Paspoortkopieën maken(P.
Kopiëren Basisbewerkingen voor kopiëren 3JE5-03F Dit gedeelte beschrijft de basishandelingen-procedure om een origineel te kopiëren. 1 Plaats het origineel / de originelen. 2 Open het scherm . Originelen plaatsen(P. 129) Start scherm(P. 112) Model aanraakscherm Selecteer in het scherm Start. LCD-model met 5 regels Druk op 3 (COPY/SCAN). Gebruik de nummertoetsen om het gewenste aantal kopieën in te voeren. .
Kopiëren Handmatige dichtheid Pas de dichtheid handmatig aan. Er wordt automatisch een optimale dichtheid voor het origineel ingesteld. wordt automatisch ingesteld op . Het type origineel voor kopiëren selecteren(P. 182) Dubbelzijdig kopiëren U kunt twee pagina's van een origineel op beide zijden van het papier kopiëren. U kunt ook een dubbelzijdig origineel op beide zijden van het papier kopiëren, of op twee vellen papier.
Kopiëren Vergroten of verkleinen U kunt kopieën vergroten of verkleinen door een vooraf ingesteld zoompercentage te gebruiken zoals <141% A5->A4> of door in stappen van 1% een aangepast zoompercentage in te stellen. ● Als u een instelling realiseert voor nadat u het zoompercentage hebt ingesteld, heeft de instelling van het verkleiningspercentage in voorrang.
Kopiëren Wanneer u in stap 1 originelen op de glasplaat legt Voor dubbelzijdig kopiëren, N op 1 kopiëren of sorteren verschijnt een scherm dat u vertelt dat u het volgende origineel moet plaatsen. 1 Selecteer het formaat van het document. ● Uitsluitend weergegeven als dubbelzijdig kopiëren is ingesteld. 2 Leg het volgende origineel op de glasplaat en druk op . ● U kunt ook en afzonderlijk voor ieder origineel opgeven.
Kopiëren Kopiëren annuleren 3JE5-03H Als u de kopieerbewerking wilt annuleren direct nadat u op of drukt u op hebt gedrukt, selecteert u op het scherm op het bedieningspaneel. U kunt het kopiëren ook annuleren nadat u de kopieerstatus hebt gecontroleerd.
Kopiëren ◼ Controleer de status van de kopieertaak voordat u deze annuleert moet worden in het scherm KOPPELINGEN Basisbewerkingen voor kopiëren(P.
Kopiëren Kopieerstatus en logboeken controleren 3JE5-03J U kunt de actuele kopieerstatus en de logboeken voor gekopieerde documenten controleren. ● Als is ingesteld op , kunt u de kopieer-logboeken niet inzien. opdrachtlog>(P. 432)
Kopiëren Verbeteren en aanpassen van de kopieerkwaliteit 3JE5-03K U kunt de kopieerkwaliteit verbeteren door gedetailleerdere instellingen op te geven, zoals de helderheid aanpassen, onnodige schaduwen verwijderen, enzovoort. Het type origineel voor kopiëren selecteren(P. 182) Aanpassen van beeldscherpte voor kopiëren (beeldscherpte) (P.
Kopiëren Het type origineel voor kopiëren selecteren 3JE5-03L U kunt de optische beeldkwaliteit voor de kopie selecteren op basis van het type origineel, zoals documenten met alleen tekst, documenten met grafieken en tabellen of documenten met tijdschriftfoto's. Model aanraakscherm Selecteer het type origineel LCD-model met 5 regels (COPY/SCAN) Selecteer het type origineel Selecteer deze optie voor het kopiëren van originelen met alleen tekst.
Kopiëren Aanpassen van beeldscherpte voor kopiëren (beeldscherpte) 3JE5-03R U kunt de scherpte van de gekopieerde afbeelding aanpassen. Stel de scherpte hoger in om onscherpe teksten en lijnen te verscherpen of stel deze lager in om de weergave van tijdschriftfoto's te verbeteren.
Kopiëren KOPPELINGEN Basisbewerkingen voor kopiëren(P.
Kopiëren Handige kopieerfuncties 3JE5-03S U kunt meerdere vellen op één pagina kopiëren, of kopiëren door vellen in complete sets in paginavolgorde te groeperen. Er is ook een functie om beide zijden van een kaart enzovoort op één pagina te kopiëren. Meerdere documenten op één vel kopiëren (N op 1)(P. 186) ID-kaart kopieën maken(P. 190) gebruiken(P. 188) Paspoortkopieën maken(P. 191) 185 Kopieën sorteren per pagina(P.
Kopiëren Meerdere documenten op één vel kopiëren (N op 1) 3JE5-03U U kunt twee of vier documenten verkleind kopiëren op één vel papier. Hierdoor neemt het aantal pagina's af en kunt u eenvoudig papier besparen. ● Als u gebruikt, wordt de kopieerverhouding automatisch verkleind (de kopieerverhouding wordt weergegeven op het scherm).
Kopiëren Het aantal te combineren pagina's Selecteer het aantal pagina's dat op één vel moet worden gecombineerd. Bijvoorbeeld: <4 op 1> betekent dat "een origineel van vier pagina's kan worden gecombineerd op één blad papier". Geef op hoe u de originelen op de pagina wilt rangschikken. KOPPELINGEN Basisbewerkingen voor kopiëren(P. 174) gebruiken(P.
Kopiëren gebruiken 3JE5-03W ) gebruiken om N op 1 te kopiëren en om met een U kunt ( enkele handeling tegelijkertijd op beide zijden van een pagina te kopiëren, waardoor u papier bespaart. Ook hoeft u dan niet elke functie afzonderlijk in te stellen. ● Als u ( ) gebruikt, wordt de kopieerverhouding automatisch verkleind (de kopieerverhouding wordt weergegeven op het scherm).
Kopiëren Kopieën sorteren per pagina 3JE5-03X Als u meerdere kopieën wilt gaan maken van originelen met meerdere pagina's, stel dan in op om de kopieën op paginavolgorde te sorteren. Deze functie is handig bij het voorbereiden van hand-outs voor vergaderingen of presentaties. Model aanraakscherm LCD-model met 5 regels (COPY/SCAN) De kopieën worden per pagina gegroepeerd en worden niet gesorteerd.
Kopiëren ID-kaart kopieën maken 3JE5-03Y Gebruik / om de voor- en achterzijde van een ID-kaart op dezelfde zijde van een pagina te kopiëren. Deze functie is handig als u bijvoorbeeld een rijbewijs of paspoort gaat kopiëren. ● / is niet beschikbaar met /, <2-zijdig>, , , of /. Model aanraakscherm Plaats de kaart op de glasplaat
Kopiëren Paspoortkopieën maken 3JE5-040 Gebruik deze functie om paspoorten voor meerdere personen te kopiëren op een enkel blad papier. Dit is handig wanneer het de taak van een receptionist is om paspoorten te kopiëren. ● Als u Paspoort kopiëren gebruikt, wordt de kopieerverhouding automatisch verkleind (de kopieerverhouding wordt weergegeven op het scherm).
Kopiëren KOPPELINGEN Basisbewerkingen voor kopiëren(P.
Faxen Faxen Faxen ..................................................................................................................................................................... 194 Basishandelingen voor het verzenden van faxen ........................................................................................... 196 Het verzenden van faxen annuleren ............................................................................................................. 203 Faxen ontvangen .................
Faxen Faxen 3JE5-041 In dit hoofdstuk worden faxinstellingen, basishandelingen voor het faxen en verschillende andere nuttige functies beschreven, zoals Faxen via pc voor het rechtstreeks vanaf een computer verzenden van documenten, Adresboek voor het gemakkelijk opgeven van bestemmingen en Doorsturen zodat u faxen kunt ontvangen, ook wanneer u niet op kantoor bent. ● U moet enkele procedures doorlopen voordat u de faxfuncties kunt gebruiken. configureren voor faxfuncties(P.
Faxen ◼ Faxen ontvangen op de ontvangstmethoden(P. 214) manier zoals u dat wilt Ontvangen documenten in het apparaat opslaan (ontvangst in geheugen)(P. 215) ◼ Alle ontvangen documenten doorsturen De ontvangen documenten automatisch doorsturen(P. 217) ◼ Faxen rechtstreeks vanaf uw computer versturen Faxen versturen vanaf uw computer (PC-fax)(P.
Faxen Basishandelingen voor het verzenden van faxen 3JE5-042 Dit gedeelte beschrijft de basishandelingen-procedure om een origineel te faxen. ● U moet enkele procedures doorlopen voordat u de faxfuncties kunt gebruiken. configureren voor faxfuncties(P. 70) 1 Plaats het origineel / de originelen. 2 Selecteer in het scherm Start. 3 Druk op Begininstellingen Originelen plaatsen(P. 129) Start scherm(P. 112) .
Faxen 3 Selecteer een bestemming. ● Als een bestemming is geselecteerd uit het in het scherm Start, kan het scherm voor basisfuncties voor faxen verschijnen terwijl de geselecteerde bestemming blijft gespecificeerd. Opgeven uit kiescodenummers Getallen van drie cijfers (codes voor verkort kiezen) worden aan adressen in het Adresboek toegewezen. Als u een adres wilt opgeven, hoeft u alleen maar de code voor verkort kiezen in te voeren.
Faxen ● Als een kiescode is geselecteerd uit in het scherm Start, kan het scherm voor basisfuncties voor faxen verschijnen terwijl de geselecteerde bestemming gespecificeerd blijft. Bestemmingen opgeven via sneltoetsen Geef een bestemming op door een bestemming te selecteren uit een lijst die aan de sneltoetsen is toegewezen. ● U moet bestemmingen opslaan voordat u snelkeuzenummers kunt gebruiken. opslaan in het adresboek(P. 164) 1 Selecteer 2 Selecteer een bestemming.
Faxen 2 Voer het faxnummer in. ● Als uw apparaat is aangesloten op een telefooncentrale, selecteert u voordat u de bestemming invoert. Als niet beschikbaar is, moet u de instellingen voor de R-toets opgeven. ● Als u een onjuiste waarde hebt ingevoerd, wist u deze met behulp van (P. 397) .
Faxen U kunt de dichtheid van de fax aanpassen als de tekst of afbeeldingen in een origineel te licht of te donker zijn. Dichtheid aanpassen(P. 200) U kunt de scherpte van de afbeelding aanpassen. Stel de scherpte hoger in om onscherpe teksten en lijnen te verscherpen of stel deze lager in om de weergave van tijdschriftfoto's te verbeteren. Scherpte aanpassen(P.
Faxen Dubbelzijdige originelen scannen Het apparaat kan automatisch de voor- en achterzijde scannen van originelen in de documentinvoer. ● Het apparaat kan de beide zijden van originelen namelijk niet automatisch scannen wanneer u de originelen op de glasplaat legt of wanneer Handmatig verzenden is ingeschakeld. <2-zijdig origineel> Selecteer of Selecteer deze optie voor originelen waarvan de afbeeldingen op de voor- en achterzijde dezelfde afdrukrichting hebben.
Faxen ● Als u wilt annuleren, annuleren(P. 203) selecteer dan . Het verzenden van Als u in stap 1 originelen in de documentinvoer plaatst De faxen worden verzonden zodra het scannen is voltooid. Wanneer u in stap 1 originelen op de glasplaat legt Wanneer het scannen is voltooid, volgt u de onderstaande procedure. 1 Selecteer het originele formaat. ● Als er maar één pagina hoeft te worden gescand, gaat u verder met stap 3.
Faxen Het verzenden van faxen annuleren 3JE5-043 Als u het verzenden van faxberichten wilt annuleren, onmiddellijk nadat u op op het display of drukt u op hebt gedrukt, selecteert u op het bedieningspaneel. U kunt het verzenden van faxberichten ook annuleren na het controleren van de faxstatus.
Faxen KOPPELINGEN Basishandelingen voor het verzenden van faxen(P. 196) Status en logboek voor verzonden en ontvangen documenten controleren(P.
Faxen Faxen ontvangen 3JE5-044 In dit gedeelte worden de methoden beschreven voor het ontvangen van faxen. Er wordt ook uitgelegd hoe u de machine configureert voor het ontvangen van faxen. U moet enkele procedures uitvoeren met betrekking tot de faxfuncties voordat u de ontvangstinstellingen gaat opgeven. Begininstellingen configureren voor faxfuncties(P. 70) ● Het apparaat kan ontvangen faxdocumenten afdrukken op papier van het formaat A4 of Letter.
Faxen ● U moet vooraf een telefoon of de optionele handset aansluiten op het apparaat. ● U kunt instellen dat faxen automatisch moeten worden ontvangen als een (P. 403) Wanneer de oproep een fax is De fax wordt automatisch ontvangen nadat u een signaal voor een binnenkomende oproep hebt gehoord.
Faxen 3 Selecteer de ontvangstmethode. Als u kiest Geef desgewenst de drie volgende instellingen op. Selecteer als u klaar bent. Hier kunt u de periode opgeven waarin de machine bepaalt of een binnenkomende oproep een fax is of een telefoongesprek. Hier kunt u opgeven hoe lang een binnenkomende oproep belt voor een telefoongesprek.
Faxen 3 Leg de handset op de haak. KOPPELINGEN Status en logboek voor verzonden en ontvangen documenten controleren(P. 219) Verschillende ontvangstmethoden(P.
Faxen Nuttige functies bij verzenden 3JE5-045 Dit gedeelte beschrijft hoe u een fax moet doorsturen naar een vooraf opgegeven bestemming, hoe u een fax moet verzenden na een telefoongesprek, en hoe u een kopie van een faxdocument moet opslaan. Eerder gebruikte zendinstellingen oproepen (herhaal-instellingen)(P. 210) Eerst een gesprek tot stand brengen en dan een fax versturen (handmatig verzenden)(P.
Faxen Eerder gebruikte zendinstellingen oproepen (herhaalinstellingen) 3JE5-046 U kunt bestemmingen oproepen die u eerder hebt opgegeven. Als u een eerder gebruikte bestemming opgeeft, worden ook de laatst gebruikte faxinstellingen, zoals de dichtheid, voor die bestemming geselecteerd. ● Als is ingesteld op , kunt u deze functie niet gebruiken. Eerder gebruikte bestemmingen blokkeren(P.
Faxen ➠ De geselecteerde bestemming en de faxinstellingen die toen is gebruikt, worden opgeven. U kunt ook de instellingen wijzigen voordat u verzendt. Bestemmingen verwijderen Als u naar meerdere bestemmingen hebt overgedragen, kunt u indien nodig bestemmingen verwijderen. 1 Selecteer 2 Selecteer een bestemming die u wilt verwijderen. . ● Als u Groepskiezen hebt opgegeven, wordt "XX bestemming(en)" weergegeven.
Faxen Eerst een gesprek tot stand brengen en dan een fax versturen (handmatig verzenden) 3JE5-047 U kunt faxen handmatig versturen aan het einde van een telefoongesprek. Wanneer u een pieptoon hoort over de telefoon, betekent dit dat de ontvanger probeert uw om uw faxen te verzenden. fax te ontvangen. Druk op ● U moet vooraf een telefoon of de optionele handset aansluiten op het apparaat. 1 Plaats het origineel / de originelen. Originelen plaatsen(P.
Faxen KOPPELINGEN Basishandelingen voor het verzenden van faxen(P. 196) Het verzenden van faxen annuleren(P. 203) Status en logboek voor verzonden en ontvangen documenten controleren(P.
Faxen Verschillende ontvangstmethoden 3JE5-048 U kunt ontvangen faxen opslaan in het geheugen van het apparaat, zonder ze af te drukken. U kunt het papierafval beperken door de gedetailleerde informatie van faxdocumenten te controleren en uitsluitend nodige documenten af te drukken. Ontvangen documenten in het apparaat opslaan (ontvangst in geheugen)(P.
Faxen Ontvangen documenten in het apparaat opslaan (ontvangst in geheugen) 3JE5-049 U kunt ontvangen faxberichten in het geheugen van het apparaat opslaan en ze later afdrukken. Met deze functie kan worden voorkomen dat onbevoegde personen onbedoeld vertrouwelijke documenten kunnen inzien. Documenten opslaan in het geheugen(P. 215) Documenten afdrukken die in het geheugen zijn opgeslagen(P. 215) Documenten in het geheugen controleren / doorsturen / verwijderen(P.
Faxen ● Als er een tijdstip is opgegeven voor het uitschakelen van de functie, worden de documenten automatisch op dat tijdstip afgedrukt.
Documenten in het geheugen controleren / doorsturen / verwijderen U kunt een schets van ieder in het geheugen opgeslagen document bekijken, inclusief faxnummers van afzenders en het aantal verzonden pagina's.Faxen De ontvangen documenten automatisch doorsturen 3JE5-04A U kunt instellen dat alle ontvangen documenten worden doorgestuurd naar bepaalde bestemmingen. U kunt zo altijd en overal faxen ontvangen, ook als u niet op kantoor bent. Instellingen opgeven voor documenten die automatisch moeten worden doorgestuurd(P. 217) Door te sturen documenten afdrukken(P. 217) Documenten afdrukken, opnieuw verzenden of verwijderen waarvan het doorsturen is mislukt(P.
Faxen ◼ Documenten in het geheugen afdrukken, opnieuw verzenden of verwijderen 1 Druk op 2 Selecteer . 3 Selecteer het document dat u wilt afdrukken / opnieuw te verzenden / verwijderen. . ➠ Geeft de gedetailleerde informatie over het document weer. ● Om het document af te drukken, selecteert u ● Om het document nogmaals te verzenden, selecteert u bestemming op. ● Om het document te verwijderen, selecteert u .
Faxen Status en logboek voor verzonden en ontvangen documenten controleren 3JE5-04C De statuswaarden en communicatielogboeken voor verzonden en ontvangen faxdocumenten kunt u afzonderlijk controleren voor verzonden en ontvangen faxen. ● Als is ingesteld op , kunt u de communicatielogboeken niet raadplegen. (P. 432) ● De bestemmingen in Handmatig verzenden kunnen niet worden gecontroleerd omdat ze niet worden weergegeven.
Faxen ➠ Geeft de gedetailleerde informatie over het document weer. Als de kolom een code van drie cijfers bevat ● Deze code vertegenwoordigt een foutcode. KOPPELINGEN Basishandelingen voor het verzenden van faxen(P. 196) Het verzenden van faxen annuleren(P. 203) Faxen ontvangen(P. 205) Rapporten en lijsten afdrukken(P. 464) 220 Maatregelen bij iedere foutcode(P.
Faxen Faxen versturen vanaf uw computer (PC-fax) 3JE5-04E U kunt faxdocumenten die u met uw computerapplicatie hebt gemaakt, rechtstreeks vanaf de computer faxen. U hoeft de documenten dan niet eerst af te drukken en u kunt zo toner en papier besparen. U moet de basis-faxinstellingen opgeven ( Begininstellingen configureren voor faxfuncties(P. 70) ) en het fax-stuurprogramma op de computer installeren.
Faxen Faxen verzenden vanaf een computer 3JE5-04F ● Wanneer op het apparaat is ingesteld op , kunt u geen faxen versturen vanaf een computer. Faxen vanaf een computer beperken(P. 333) 1 Open een document in een programma en geef het dialoogvenster Afdrukken weer. ● De manier waarop het dialoogvenster Afdrukken verschijnt, kan per programma verschillen. Raadpleeg voor meer informatie de Help van het programma dat u gebruikt.
Faxen 4 Herhaal de stappen 2 en 3 als u bestemmingen erbij wilt opgeven. ● U kunt een bestemming toevoegen door in stap 3 op [Volgende bestemming toevoegen] te klikken. ● Als u een nummer moet opgeven om een buitenlijn te kiezen, selecteert u [Gedetailleerde instellingen] [Prefix voor buitenlijn toevoegen aan G3/IP-faxnummer] en voert u het nummer in als verbindingsnummer voor een buitenlijn. Het opgegeven nummer wordt tijdens het kiezen toegevoegd aan het begin van het faxnummer.
Afdrukken Afdrukken Afdrukken .......................................................................................................................................................... 225 Afdrukken vanaf een computer ....................................................................................................................... 226 Afdrukken annuleren ....................................................................................................................................
Afdrukken Afdrukken 3JE5-04H Documenten die op uw computer zijn opgeslagen, kunt u afdrukken via het printerstuurprogramma. ◼ Afdrukken vanaf een computer Een document dat u op uw computer hebt gemaakt, kunt u afdrukken via het printerstuurprogramma. Afdrukken vanaf een computer(P. 226) Afdrukken vanaf mobiele apparaten ● Door mobiele apparaten zoals smartphones of tablets te verbinden met dit apparaat, kunt u snel en gemakkelijk foto's en webpagina's afdrukken.
Afdrukken Afdrukken vanaf een computer 3JE5-04J Documenten die u met een programma op uw computer hebt gemaakt, kunt u afdrukken via het printerstuurprogramma. Het printerstuurprogramma heeft een aantal handige instellingen, zoals vergroten/ verkleinen en dubbelzijdig afdrukken, waarmee u uw documenten op verschillende manieren kunt afdrukken. U kunt de afdrukfunctie van het apparaat pas gebruiken nadat u enkele procedures hebt doorlopen, zoals het installeren van het printerstuurprogramma op uw computer.
Afdrukken 4 Klik op [Afdrukken] of [OK]. ➠ Het afdrukken wordt gestart. ● Raadpleeg, als u het afdrukken wilt annuleren, KOPPELINGEN Afdrukstatus en logboeken controleren(P. 231) 227 Afdrukken annuleren(P. 228) .
Afdrukken Afdrukken annuleren 3JE5-04K U kunt het afdrukken annuleren vanaf uw computer of vanaf het bedieningspaneel van de machine. Vanaf een computer(P. 228) Vanaf het bedieningspaneel(P. 229) Vanaf een computer U annuleert het afdrukken vanaf het pictogram van de printer dat wordt weergegeven in het systeemvak van het bureaublad. 1 Dubbelklik op het printerpictogram. Wanneer het printerpictogram niet wordt weergegeven ● Open de printermap ( De printermap weergeven(P.
Afdrukken Annuleren vanuit een programma ● In sommige programma's verschijnt het onderstaande scherm. U kunt het afdrukken annuleren door te klikken op [Annuleren]. Vanaf het bedieningspaneel Annuleer het afdrukken met ◼ Druk op of . om te annuleren Als op het scherm een lijst met documenten verschijnt wanneer op is gedrukt Selecteer het document dat u wilt annuleren, en selecteer . ◼ Kijk wat de status van de afdruktaak is, voordat u annuleert
Afdrukken Basisbewerkingen met de printer(P. 226) Afdrukstatus en logboeken controleren(P.
Afdrukken Afdrukstatus en logboeken controleren 3JE5-04L U kunt de actuele afdrukstatus en de logboeken voor afgedrukte documenten controleren. ● Wanneer is ingesteld op , kunt u de afdruklogboeken niet inzien. (P. 432) Handig in de volgende situaties ● Als het erg lang duurt voordat uw documenten worden afgedrukt, kunt u de wachtrij bekijken met de documenten die nog niet zijn afgedrukt.
Afdrukken ➠ Geeft de gedetailleerde informatie over het document weer. ● De weergegeven documentnaam of gebruikersnaam komt mogelijk niet overeen met de werkelijke document- of gebruikersnaam. Als er een driecijferig nummer wordt weergegeven bij ● Deze code vertegenwoordigt een foutcode. KOPPELINGEN Basisbewerkingen met de printer(P. 226) Afdrukken annuleren(P. 228) 232 Maatregelen bij iedere foutcode(P.
Scannen Scannen Scannen ............................................................................................................................................................... 234 Basisbewerkingen voor het scannen van originelen ...................................................................................... 236 Scannen, en op een computer opslaan ......................................................................................................... 237 Scannen met de sneltoets ............
Scannen Scannen 3JE5-04R U kunt originele documenten scannen door het bedieningspaneel van het apparaat of een programma op een computer te gebruiken. Welke manier u ook gebruikt, de gescande originelen worden geconverteerd naar elektronische bestandsindelingen zoals PDF-bestanden. Gebruik de scanfunctie om omvangrijke papieren documenten te converteren naar bestanden zodat u deze gemakkelijk kunt ordenen.
Scannen Handige scanfuncties(P. 259) ◼ Scannen vanaf een computer U kunt originelen die op het apparaat zijn geplaatst, scannen vanaf een computer. De gescande originelen worden opgeslagen op de computer. U kunt scannen met behulp van MF Scan Utility (geleverd bij het apparaat) of met behulp van andere toepassingen zoals een beeldbewerkings- of tekstverwerkingsprogramma. Scannen via de computer (extern scannen)(P.
Scannen Basisbewerkingen voor het scannen van originelen 3JE5-04S Dit gedeelte beschrijft de basisprocedures voor het scannen van originelen. ◼ Scannen Scannen, en op een computer opslaan(P. 237) Scannen met de sneltoets(P. 239) ◼ Taken verwerken Verzenden van documenten annuleren(P. 250) Status en logboek van gescande originelen controleren(P. 252) 236 Data via e-mail verzenden of data opslaan in een gedeelde map(P.
Scannen Scannen, en op een computer opslaan 3JE5-04U De procedure van het scannen van een origineel en het opslaan op een computer kan alleen worden uitgevoerd wanneer vanaf het apparaat wordt gescand. Voer de scan uit terwijl u opgeeft op welke computer de originelen worden opgeslagen, geef op of de originelen in kleur of in zwart-wit worden gescand, of de originelen worden opgeslagen als PDF- of JPEG-bestanden en geef de overige instellingen op.
Scannen Als u in stap 1 originelen in de documentinvoer plaatst Wanneer het scannen is voltooid, wordt de doelmap voor de opslag op de computer weergegeven. Wanneer u in stap 1 originelen op de glasplaat legt Als het scannen is voltooid, volgt u onderstaande procedure (als u PDF als het bestandsformaat hebt geselecteerd). 1 Als u extra pagina's van originelen wilt scannen, plaatst u het volgende origineel op de glasplaat en drukt u op . ● Herhaal deze stap totdat alle pagina's zijn gescand.
Scannen Scannen met de sneltoets 3JE5-04W Plaats een origineel op het apparaat, gebruik de sneltoets en het scannen wordt onmiddellijk gestart. Het type scan (kleur of zwart-wit), de doelmap voor de opslag van het origineel, en de andere instellingen kunnen worden opgeslagen in de menu-items, en originelen kunnen worden gescand met deze instellingen. In dit gedeelte wordt beschreven hoe u instellingen kunt opslaan in het menu-item en met deze instellingen kunt scannen.
Scannen 6 Selecteer de doelcomputer. ● Als u in stap 5 hebt geselecteerd, ga dan verder met stap 7. 7 Selecteer type Scan. ● De scantypes en -instellingen die worden weergegeven, kunnen worden bevestigd en veranderd met behulp van MF Scan Utility. Voor meer informatie klikt u op [Instructies] in MF Scan Utility. ● Als u een macOS gebruikt, raadpleegt u de handleidingen voor de relevante stuurprogramma´s of software op de website voor de handleidingen.
Scannen U kunt niet scannen zolang ScanGear MF wordt weergegeven. Sluit het scherm voordat u gaat scannen. Als u in stap 1 originelen in de documentinvoer plaatst Wanneer het scannen is voltooid, wordt de doelmap voor de opslag op de computer weergegeven. Wanneer u in stap 1 originelen op de glasplaat legt Als het scannen is voltooid, volgt u onderstaande procedure (als u PDF als het bestandsformaat hebt geselecteerd).
Scannen Data via e-mail verzenden of data opslaan in een gedeelde map 3JE5-04X Dit gedeelte beschrijft de procedures voor het scannen van originelen, en het rechtstreeks vanaf het apparaat verzenden van de gescande data, door ze aan een e-mailbericht toe te voegen, of ze op te slaan in een gedeelde map. ● Voordat u de gegevens rechtstreeks via e-mail kunt verzenden, moet u bepaalde procedures voltooien, bijvoorbeeld de instellingen van de e-mailserver opgeven. Instelprocedure voor e-mail verzenden(P.
Scannen Een gedeelde map instellen als een opslaglocatie(P. 86) Bestemmingen vanaf de externe UI op afstand registreren(P. 351) 1 Selecteer . ● Als het scherm verschijnt, selecteert u , , of bestemmingstype. 2 Selecteer een index. 3 Selecteer een bestemming. Index(P. 162) Als u meerdere bestemmingen wilt opgeven (e-mail) ● Herhaal stappen 1 t/m 3. ● Als een bestemming is geselecteerd uit het
Scannen ● Als het scherm verschijnt, selecteert u , , of bestemmingstype. 2 Voer een code van drie cijfers in. ● Als u een onjuiste waarde hebt ingevoerd, wist u deze met behulp van . Als er bevestigingsscherm verschijnt ● Wanneer is ingesteld op , wordt een scherm weergegeven dat de bestemming en de naam voor het nummer toont. (Voor Groepskiezen worden de naam van de bestemming en het aantal bestemmingen getoond.
Scannen ● Als een bestemming is geselecteerd uit het tot in het scherm Start, kunnen de instellingen voor het verzenden van e-mail of het opslaan van een bestand worden ingesteld terwijl de geselecteerde bestemming gespecificeerd blijft. Bestemmingen direct invoeren (verzenden van e-mail) Voor een bestemming die niet is opgeslagen in het adresboek, voert u deze in door een e-mailadres in te voeren.
Scannen 3 6 Selecteer . Geef de gewenste scaninstellingen op. Het scanformaat van het origineel opgeven De kleurenmodus opgeven Een bestandsindeling selecteren De afdrukstand van het origineel opgeven Dubbelzijdige originelen scannen Het scanformaat van het origineel opgeven U kunt het scanformaat van het origineel opgeven. Selecteer het originele formaat De kleurenmodus opgeven U kunt opgeven of u documenten in kleur of zwart-wit wilt scannen.
Scannen Selecteer een bestandsindeling ● Als u JPEG selecteert in en probeert een origineel te scannen van de glasplaat, kunt u slechts één pagina scannen. U kunt een origineel van meerdere pagina's in één keer scannen met behulp van de documentinvoer. Iedere pagina van het document wordt als een apart bestand opgeslagen. Als u TIFF of PDF selecteert, kunt u originelen van meerdere pagina's scannen van de glasplaat of via de invoer.
Scannen Selecteer deze optie voor originelen waarvan de afbeeldingen op de voor- en achterzijde dezelfde afdrukrichting hebben. Selecteer deze optie voor originelen waarvan de afbeeldingen op de voor- en achterzijde niet tegenovergestelde afdrukrichting hebben. ● Raadpleeg Duidelijk scannen(P. 254) De juiste balans tussen bestandsgrootte en of beeldkwaliteit kiezen(P. 260) voor informatie over andere scaninstellingen.
Scannen De postbus leegmaken ● Als de postbus is leeggemaakt, wordt alle e-mail in de serverpostbus verwijderd. Als u het e-mailaccount opgeeft dat u gewoonlijk gebruikt, moet u eerst controleren of er eventueel nog e-mail in de postbus zit die bewaard moet blijven. 1 Start de externe UI en meld u in de systeembeheerdersmodus aan. 2 Klik op [Instellingen/registratie] op de portaalpagina. 3 Selecteer [Netwerkinstellingen] 4 Klik op [Wissen] in [Postbus wissen].
Scannen Verzenden van documenten annuleren 3JE5-04Y Als u het verzenden van documenten wilt annuleren direct nadat u op het display of drukt u op hebt gedrukt, selecteert u op . U kunt het verzenden van documenten ook annuleren nadat u de verzendstatus hebt gecontroleerd. ◼ Selecteer om te annuleren ◼ Druk op om te annuleren Als op het scherm een lijst met documenten verschijnt wanneer op is gedrukt De originelen zijn gescand en wachten om te worden verwerkt.
Scannen ◼ De verzendstatus controleren voordat u annuleert Selecteer het document KOPPELINGEN Basisbewerkingen voor het scannen van originelen(P. 236) Status en logboek van gescande originelen controleren(P.
Scannen Status en logboek van gescande originelen controleren 3JE5-050 U kunt de actuele status en de logboeken van gescande originelen direct vanaf het apparaat controleren. ● Als is ingesteld op , kunt u de logboeken voor verzonden documenten niet inzien. (P. 432) 1 Druk op 2 Selecteer . 3 Controleer de status en logboeken voor verzonden documenten. .
Scannen Als er een driecijferig nummer wordt weergegeven bij ● Deze code vertegenwoordigt een foutcode. Maatregelen bij iedere foutcode(P. 515) KOPPELINGEN Basisbewerkingen voor het scannen van originelen(P. 236) Verzenden van documenten annuleren(P. 250) Rapporten en lijsten afdrukken(P.
Scannen Duidelijk scannen 3JE5-051 Als u bestanden maakt voor brochures die veel afbeeldingen bevatten of met stiften / potloden geschreven rapporten, kunt u de dichtheid en helderheid aanpassen voor een helderder beeld. Beeldkwaliteit aanpassen(P. 255) Dichtheid aanpassen(P. 256) 254 Scherpte bij het scannen instellen (scherpte)(P.
Scannen Beeldkwaliteit aanpassen 3JE5-052 U kunt de beeldkwaliteit voor de scan selecteren op basis van het type origineel, zoals originelen met alleen tekst, originelen met grafieken en tabellen, of tijdschriftfoto's. Geef de bestemmingen op in of type origineel op KOPPELINGEN Basisbewerkingen voor het scannen van originelen(P.
Scannen Dichtheid aanpassen 3JE5-053 U kunt de dichtheid van de scan aanpassen als de tekst of afbeeldingen in een origineel te licht of te donker zijn. Geef de bestemmingen op in of aan KOPPELINGEN Basisbewerkingen voor het scannen van originelen(P. 236) Scherpte bij het scannen instellen (scherpte)(P.
Scannen Scherpte bij het scannen instellen (scherpte) 3JE5-054 U kunt de scherpte van de afbeelding aanpassen. Stel de scherpte hoger in om onscherpe teksten en lijnen te verscherpen of stel deze lager in om de weergave van tijdschriftfoto's te verbeteren.
Scannen Dichtheid aanpassen(P.
Scannen Handige scanfuncties 3JE5-055 Het apparaat kent veel handige functies, zoals een mogelijkheid beveiligde PDF-bestanden te creëren zodat er niet mee kan worden geknoeid, en een mogelijkheid gegevens nogmaals naar eerder opgegeven bestemmingen te verzenden. De juiste balans tussen bestandsgrootte en beeldkwaliteit kiezen(P. 260) Eerder gebruikte zend-/ opslaaninstellingen oproepen (herhaal-instellingen)(P. 261) 259 E-mailinstellingen opgeven(P.
Scannen De juiste balans tussen bestandsgrootte en beeldkwaliteit kiezen 3JE5-056 U kunt de compressieverhouding van het bestand opgeven bij het converteren van gescande originelen naar het JPEG-formaat. Als u selecteert, wordt een hogere compressieverhouding gebruikt dan normaal en is het resultaat een kleiner bestand met een lagere beeldkwaliteit.
Scannen Eerder gebruikte zend-/opslaaninstellingen oproepen (herhaal-instellingen) 3JE5-057 U kunt een bestemming selecteren uit de laatst gebruikte bestemmingen. Als u een eerder gebruikte bestemming opgeeft, worden ook de laatst gebruikte scaninnstellingen, zoals de dichtheid, voor die bestemming geselecteerd. ● Als is ingesteld op , kunt u deze functie niet gebruiken. Eerder gebruikte bestemmingen blokkeren(P.
Scannen ➠ De geselecteerde bestemming en de scaninstellingen ervan worden opgegeven. U kunt voorafgaand aan het verzenden de instellingen ook wijzigen. Als u bestemmingen wilt verwijderen (e-mail) Als u meerdere bestemmingen hebt opgegeven, kunt u indien nodig bestemmingen verwijderen. 1 Selecteer 2 Selecteer een bestemming die u wilt verwijderen. . ● Als u Groepskiezen hebt opgegeven, wordt "XX bestemming(en)" weergegeven.
Scannen E-mailinstellingen opgeven 3JE5-058 Als u een gescand origineel aan een e-mail toevoegt, kunt u voorafgaand aan het verzenden ervan het onderwerp, de tekst, het antwoordadres en de prioriteit opgeven. 1 Plaats het origineel / de originelen. 2 Selecteer in het scherm Start. 3 Selecteer . 4 Originelen plaatsen(P. 129) Start scherm(P. 112) Geef de bestemming op, en configureer de gewenste scaninstellingen. Basisbewerkingen voor het scannen van originelen(P.
Scannen 1 Selecteer . 2 Selecteer . 3 Selecteer een antwoordadres. Prioriteit instellen 1 Selecteer . 2 Selecteer een prioriteitsniveau. 6 . Druk op ➠ Het scannen van het origineel start. ● Als u wilt annuleren, selecteer dan annuleren(P. 250) . Verzenden van documenten Als u in stap 1 originelen in de documentinvoer plaatst De e-mails worden verzonden zodra het scannen is voltooid.
Scannen Scannen via de computer (extern scannen) 3JE5-059 Om vanaf een computer te scannen, kunt u MF Scan Utility gebruiken, of een toepassing zoals een beeldverwerkingsof tekstverwerkingsprogramma. Als u het met het apparaat meegeleverde ScanGear MF gebruikt, kunt u geavanceerde scaninstellingen configureren ( ScanGear MF gebruiken(P. 268) ). ● Wanneer u het apparaat met een USB-verbinding gebruikt, sluit dan de slaapstand af voordat u gaat scannen. De slaapstand instellen(P.
Scannen Documenten vanuit een toepassing scannen 3JE5-05A U kunt originelen scannen vanuit applicaties zoals software voor beeldverwerking of tekstverwerking. De gescande afbeelding wordt rechtstreeks in het programma geladen waardoor u de afbeelding onmiddellijk kunt bewerken of verwerken. De volgende procedure verschilt afhankelijk van het programma. ● Het programma moet compatibel zijn met TWAIN of WIA*. Raadpleeg voor meer informatie de Help van uw programma.
Scannen KOPPELINGEN ScanGear MF gebruiken(P.
Scannen ScanGear MF gebruiken 3JE5-05C ScanGear MF is een scanner-stuurprogramma dat bij het apparaat wordt geleverd. U kunt ScanGear MF gebruiken om bij het scannen gedetailleerde scaninstellingen op te geven. Hoe ScanGear MF wordt gestart, hangt af van de manier waarop vanaf de computer wordt gescand. Starten vanuit MF Scan Utility Klik bij het scannen vanuit MF Scan Utility op [ScanGear] om ScanGear MF te starten. Voor meer informatie klikt u op [Instructies] in MF Scan Utility.
Koppelen aan mobiele apparaten Koppelen aan mobiele apparaten Koppelen aan mobiele apparaten ........................................................................................................ 270 Verbinding maken met mobiele apparaten .................................................................................................... 271 Verbinding maken via een draadloos LAN router (LAN-verbinding) ..............................................................
Koppelen aan mobiele apparaten Koppelen aan mobiele apparaten 3JE5-05E Door het apparaat te koppelen aan een mobiel toestel, zoals een smartphone of tablet, kunt u gemakkelijk een juiste toepassing gebruiken voor het afdrukken of een andere bewerking. Tevens kunt u met behulp van een mobiel toestel het apparaat op afstand bedienen om de afdrukstatus te bevestigen en de instellingen van het apparaat te wijzigen. Verbinding maken met mobiele apparaten(P. 271) Direct verbinden (toegangspuntmodus)(P.
Koppelen aan mobiele apparaten Verbinding maken met mobiele apparaten 3JE5-05F Er zijn twee manieren om een mobiel apparaat te verbinden met het apparaat: via een draadloze LAN-router, en draadloos en rechtstreeks met het apparaat communiceren. Selecteer de verbindingsmethode die het beste bij uw communicatie-omgeving en apparaat past.
Koppelen aan mobiele apparaten Verbinding maken via een draadloos LAN router (LANverbinding) 3JE5-05H Als een draadloos LAN router is verbonden met het netwerk waarop ook het apparaat is verbonden, kunt u communicatie met het mobiele toestel via de draadloos LAN router op dezelfde manier realiseren voor een computer. Raadpleeg voor meer informatie over hoe u een mobiel toestel aansluit op de LAN router, de handleidingen van uw netwerkapparatuur of neem contact op met de fabrikant.
Koppelen aan mobiele apparaten Direct verbinden (toegangspuntmodus) 3JE5-05J Zelfs in een omgeving zonder draadloze LAN-router kunt u met behulp van de "Toegangspuntmodus", die rechtstreeks een draadloze verbinding tot stand kan brengen tussen het apparaat en uw mobiele toestel, verbinding maken tussen het aanwezige mobiele toestel en het apparaat, zonder allerlei instellingen te hoeven opgeven. Voorbereiden voor directe verbinding (Toegangspuntmodus)(P. 273) Direct verbinden (Model aanraakscherm)(P.
Koppelen aan mobiele apparaten Direct verbinden (Model aanraakscherm) ● Het kan even duren voordat een verbinding van het apparaat en het mobiele toestel is gerealiseerd. 1 Selecteer
in het scherm Start. Start scherm(P. 112) ● Als er een bericht verschijnt, volgt u de aanwijzingen op het scherm. 2 3 Configureer de Wi-Fi instellingen vanaf het mobiele toestel met behulp van de SSIDen netwerksleutel-informatie die op het scherm verschijnt.Koppelen aan mobiele apparaten ● Bij een Directe verbinding zult u afhankelijk van uw mobiele toestel misschien geen verbinding met Internet kunnen krijgen. ● Als een draadloze verbinding vanaf het mobiele toestel niet binnen 5 minuten tot stand wordt gebracht terwijl de SSID en de netwerksleutel worden weergegeven, wordt de wachttijd voor de verbinding beëindigd.
Koppelen aan mobiele apparaten De machine via toepassingen gebruiken 3JE5-05K Afdrukken en andere bewerkingen realiseren vanaf het mobiele toestel dat is verbonden met het apparaat, met behulp van toepassingen. Verschillende toepassingen inclusief toepassingen die exclusief voor Canon zijn, worden ondersteund. Gebruik ze goed in overeenstemming met uw apparaat, de toepassing en de situatie.
Koppelen aan mobiele apparaten AirPrint gebruiken 3JE5-05L Dit gedeelte beschrijft de instellingen die nodig zijn om AirPrint te gebruiken en de te verrichten procedures bij gebruik van Apple toestellen. AirPrint-instellingen AirPrint-instellingen configureren(P. 277) Het scherm voor AirPrint weergeven(P. 280) Functies van AirPrint Afdrukken met AirPrint(P. 282) Scannen met AirPrint(P. 285) Faxen met AirPrint(P. 287) Problemen oplossen Als AirPrint gebruiken niet mogelijk is(P.
Koppelen aan mobiele apparaten 4 Klik op [Bewerken]. 5 Geef de vereiste instellingen op. [AirPrint gebruiken] Schakel dit selectievakje in als u wilt afdrukken met AirPrint. Schakel het selectievakje uit als u AirPrint wilt uitschakelen. [Printernaam] Voer de naam van het apparaat in. Als er al een mDNS-naam is geregistreerd in [mDNS-instellingen] ( configureren(P. 57) ), wordt de geregistreerde naam weergegeven. DNS [Locatie] Voer de locatie van het apparaat in.
Koppelen aan mobiele apparaten ● Als u de naam wijzigt die u eerder hebt opgegeven voor [Printernaam], kunt u misschien niet meer afdrukken vanaf de Mac die u tot dan voor het afdrukken hebt kunnen gebruiken. Dit komt omdat de waarde voor [mDNS-naam] ( DNS configureren(P. 57) ) van IPv4 ook automatisch wordt gewijzigd. U moet in dit geval het apparaat weer aan de Mac toevoegen. ● Als u de printernaam invoert, kunt u meerdere printers die compatibel zijn met AirPrint gemakkelijker identificeren.
Koppelen aan mobiele apparaten
( ) instellingen> in op of TLS-instellingen wijzigen U kunt opgeven of bij het scannen van gegevens met behulp van AirPrint, TLS communicatie moet worden gecodeerd. De standaard fabrieksinstelling is .Koppelen aan mobiele apparaten [AirPrint-instellingen] Hiermee kunt u de waarden controleren die zijn ingevoerd in de AirPrint-instellingen, zoals de naam en locatie van het apparaat. U kunt op [Bewerken] klikken om de instellingen te veranderen. [Andere instellingen] [Beveiligingsinstellingen voor afdrukken] Configureer de beveiligingsinstellingen voor afdrukken met behulp van TLS of authenticatie.
Koppelen aan mobiele apparaten Afdrukken met AirPrint 3JE5-05R U kunt afdrukken vanaf een iPad, iPhone, iPod touch, of Mac zonder dat u het printerstuurprogramma hoeft te gebruiken. Afdrukken vanaf een iPad, iPhone of iPod touch(P. 282) Afdrukken vanaf een Mac(P. 283) Systeemvereisten Voor het afdrukken met AirPrint is één van de volgende Apple toestellen vereist. ● iPad (alle modellen) ● iPhone (3GS of hoger) ● iPod touch (derde generatie of hoger) ● Mac (Mac OS X 10.7 of later)* *OS X v10.
Koppelen aan mobiele apparaten 2 Tik in het programma op het Apple-apparaat op om de menuopties weer te geven. 3 Tik op [Druk af]. 4 Selecteer dit apparaat bij [Printer]. ● De printers in het netwerk worden hier weergegeven. Selecteer dit apparaat. ● Het scherm voor het selecteren van dit apparaat in [Printer] wordt niet weergegeven in programma's die geen ondersteuning bieden voor AirPrint. U kunt dan ook niet draadloos afdrukken vanuit deze programma's. 5 Geef de gewenste afdrukinstellingen op.
Koppelen aan mobiele apparaten ● De printers die verbinding hebben met de Mac, worden weergegeven. Selecteer dit apparaat in deze stap. 5 Geef de gewenste afdrukinstellingen op. ● De beschikbare instellingen en papierformaten verschillen afhankelijk van de applicatie die u gebruikt. 6 Klik op [Druk af]. ➠ Het afdrukken wordt gestart.
Koppelen aan mobiele apparaten Scannen met AirPrint 3JE5-05S U kunt met AirPrint de gegevens die door het apparaat zijn gescand, direct overzenden naar een Mac. Systeemvereisten Als u wilt scannen met AirPrint, hebt u een Mac nodig met daarop OS X 10.9 of later geïnstalleerd. Als u wilt scannen met TLS, hebt u een Mac nodig met daarop OS X 10.11 of later geïnstalleerd. Netwerkomgeving Eén van de volgende omgevingen is vereist.
Koppelen aan mobiele apparaten 5 Klik op [Open scanner]. ➠ Het scherm [Scanner] wordt geopend. 6 Configureer de scaninstellingen. 7 Klik op [Scannen]. ➠ Het origineel wordt gescand, en de afbeelding wordt weergegeven.
Koppelen aan mobiele apparaten Faxen met AirPrint 3JE5-05U U kunt faxen verzenden vanaf een Mac bijna zoals u afdrukt vanaf een Mac. Systeemvereisten Wilt u faxen verzenden met AirPrint, dan hebt u een Mac nodig met OS X 10.9 of later daarop geïnstalleerd. Netwerkomgeving Eén van de volgende omgevingen is vereist.
Koppelen aan mobiele apparaten 6 Klik op [Fax]. ➠ Het verzenden van de fax wordt gestart.
Koppelen aan mobiele apparaten Als AirPrint gebruiken niet mogelijk is 3JE5-05W Als AirPrint gebruiken niet mogelijk is, probeer dan een van de volgende oplossingen. ● Controleer dat het apparaat is ingeschakeld. Als het apparaat is ingeschakeld, schakel het dan eerst uit, wacht ten minste 10 seconden en zet het vervolgens weer aan en kijk of het probleem is verholpen. ● Controleer of er geen foutberichten worden weergegeven op de machine.
Koppelen aan mobiele apparaten Google Cloudprinter gebruiken 3JE5-05X Google Cloudprinter is een service waarmee een gebruiker met een Google-account met behulp van toepassingen die compatibel zijn Google Cloudprinter, kan afdrukken vanaf een smartphone, tablet of computer. In tegenstelling tot conventioneel afdrukken vanaf een computer, heeft het geen printerstuurprogramma nodig. De instellingen van het apparaat controleren(P. 290) De machine registreren bij Google Cloudprinter(P.
Koppelen aan mobiele apparaten 1 Start de externe UI en meld u aan als een beheerder. 2 Klik op [Instellingen/registratie] op de portaalpagina. 3 Selecteer [Netwerkinstellingen] 4 Klik op [Bewerken] bij [Basisinstellingen]. 5 Schakel het selectievakje [Google Cloudprinter gebruiken] in 6 Klik op [Registreren] in [Registratiestatus]. De externe UI starten(P. 339) Scherm van externe UI(P. 340) [Instellingen Google Cloudprinter]. [OK].
Koppelen aan mobiele apparaten Het apparaat via afstandsbediening beheren 3JE5-05Y U kunt de externe UI gebruiken vanaf een webbrowser die op uw smartphone of tablet is geïnstalleerd. Zo kunt u vanaf een mobiel toestel de status van het apparaat controleren en verschillende instellingen realiseren. Geschikte webbrowsers De volgende webbrowsers ondersteunen de externe UI voor mobiele toestellen.
Het apparaat beheren Het apparaat beheren Het apparaat beheren ................................................................................................................................. 294 Toegangsmachtigingen instellen ..................................................................................................................... 296 De pincode van de systeembeheerder instellen ...........................................................................................
Het apparaat beheren Het apparaat beheren 3JE5-060 Om de verschillende risico's bij het gebruik van dit apparaat (bijvoorbeeld lekken van persoonlijke informatie of onbevoegd gebruik door derden) te verminderen, zijn constante en effectieve veiligheidsmaatregelen vereist. Een beheerder moet belangrijke instellingen beheren (zoals toegang tot veiligheidsinstellingen) om te garanderen dat het apparaat veilig wordt gebruikt. ◼ Het basisbeheersysteem configureren Toegangsmachtigingen instellen(P.
Het apparaat beheren ◼ De systeemconfiguratie en -instellingen beheren De Firmware updaten(P. 359) Initialiseer instellingen(P.
Het apparaat beheren Toegangsmachtigingen instellen 3JE5-061 Bescherm de machine tegen ongeoorloofde toegang door alleen gebruikers met toegangsmachtigingen toegang te bieden tot de machine. Als machtigingen zijn ingesteld, moet de gebruiker een pincode invoeren om instellingen te wijzigen of toegang te krijgen tot de externe UI. Er zijn twee soorten toegangsmachtigingen: Systeembeheerder-modus en Algemene gebruikersmodus.
Het apparaat beheren De pincode van de systeembeheerder instellen 3JE5-062 Stel een pincode systeembeheerder in. U hebt alleen toegang tot , enzovoort u wanneer de pincode correct hebt ingevoerd. Alleen beheerders dienen op de hoogte te zijn van de pincode. 1 Open het scherm . Start scherm(P. 112) Model aanraakscherm Selecteer in het scherm Start. LCD-model met 5 regels Druk op 2 . Selecteer .
Het apparaat beheren ● Vergeet uw pincode niet. Weet u uw pincode niet meer, neem dan contact op met de plaatselijke officiële Canon-dealer of de Canon-help-lijn. Instellingen configureren via de externe UI ● Start de externe UI en meld u in de systeembeheerder-modus aan. Klik op [Instellingen/registratie] [Systeembeheer] [Bewerken] en geef de gewenste instellingen op.
Het apparaat beheren Een pincode voor de externe UI instellen 3JE5-063 U kunt een pincode voor toegang tot de externe UI instellen. Alle gebruikers gebruiken een gewone pincode. ● Voor meer informatie over de basishandelingen die moeten worden verricht wanneer u het apparaat instelt via de externe UI, raadpleegt u Menuopties instellen via de externe UI(P. 348) . 1 Start de externe UI en meld u in de systeembeheerder-modus aan. starten(P. 339) 2 Klik op [Instellingen/registratie] op de portaalpagina.
Het apparaat beheren Het bedieningspaneel gebruiken ● De Toegangspincode externe UI-instellingen zijn ook bereikbaar via het scherm
. externe UI>(P. 431) zijn geïnitialiseerd ● De toegangspincode externe UI wordt ook geïnitialiseerd. Na een initialisatie stelt u de pincode opnieuw in. (P. 436) KOPPELINGEN Toegangsmachtigingen instellen(P. 296) De pincode van de systeembeheerder instellen(P.Het apparaat beheren De netwerkinstellingen configureren 3JE5-064 Bevoegde gebruikers kunnen worden benadeeld door aanvallen van kwaadwillende personen, bijvoorbeeld door sniffing, spoofing en het manipuleren van gegevens die over een netwerk worden verzonden. Om uw belangrijke en kostbare gegevens te beschermen tegen deze aanvallen, ondersteunt de machine de volgende functies ter verbetering van de veiligheid en beveiliging.
Het apparaat beheren Verificatie met IEEE 802.1X IEEE 802.1X is een norm en tegelijkertijd een mechanisme voor het blokkeren van onbevoegde toegang tot het netwerk door het centraal beheren van gegevens voor gebruikersverificatie. Als een apparaat probeert verbinding te maken met het 802.1X-netwerk, moeten de gebruikersgegevens worden geverifieerd om er zeker van te zijn dat de verbinding tot stand wordt gebracht door een bevoegde gebruiker.
Het apparaat beheren Communicatie beperken door firewalls in te stellen 3JE5-065 Zonder goede beveiliging kunnen onbevoegden toegang krijgen tot computers en andere communicatieapparaten die op een netwerk zijn aangesloten. Om deze ongewenste toegang te voorkomen, kunt u instellingen opgeven voor het filteren van gegevenspakketten. Op deze manier wordt de communicatie beperkt tot apparaten met bepaalde IPadressen of MAC-adressen. IP-adressen opgeven voor firewallinstellingen(P.
Het apparaat beheren IP-adressen opgeven voor firewallinstellingen 3JE5-066 U kunt de communicatie beperken tot alleen apparaten met bepaalde IP-adressen, of apparaten met specifieke IPadressen blokkeren maar andere communicatie toestaan. U kunt een afzonderlijk IP-adres opgeven of een bereik van IP-adressen. ● Voor meer informatie over de basishandelingen die moeten worden verricht wanneer u het apparaat instelt via de externe UI, raadpleegt u Menuopties instellen via de externe UI(P. 348) .
Het apparaat beheren [Geblokkeerde adressen] Registreer te blokkeren adressen en controleer of verwijder geregistreerde geblokkeerde adressen. [Toegestane adressen] Registreer adressen die moeten worden toegestaan, en controleer of verwijder geregistreerde toegestane adressen. 1 Schakel het selectievakje [Gebruik filter] in. ● Schakel het selectievakje in om de communicatie te beperken. Schakel het selectievakje uit om de beperking op te heffen. 2 Geef het adres op.
Het apparaat beheren Invoernotatie voor IP-adressen Beschrijving IPv4: Gebruik een punt als scheidingsteken. Een specifiek adres invoeren Een bereik van adressen opgeven met een voorvoegsel (alleen IPv6) Plaats een afbreekstreepje tussen de adressen. fe80::10 192.168.0.10-192.168.0.20 Typ het adres, gevolgd door een schuine streep en een getal dat de lengte van het voorvoegsel aangeeft. Een IP-adres verwijderen uit de uitzonderingen ● Selecteer een IP-adres en klik op [Verwijderen]. 3 192.168.0.
Het apparaat beheren MAC-adressen opgeven voor firewallinstellingen 3JE5-067 U kunt de communicatie beperken tot alleen apparaten met bepaalde MAC-adressen. Deze functie is niet beschikbaar wanneer het apparaat is verbonden met een draadloos LAN. ● Voor meer informatie over de basishandelingen die moeten worden verricht wanneer u het apparaat instelt via de externe UI, raadpleegt u Menuopties instellen via de externe UI(P. 348) . 1 Start de externe UI en meld u in de systeembeheerder-modus aan.
Het apparaat beheren ● Schakel het selectievakje in om de communicatie te beperken. Schakel het selectievakje uit om de beperking op te heffen. 2 Geef de adresuitzonderingen op. ● Typ het MAC-adres in het vak [Te registreren adres] en klik op [Toevoegen]. ● U hoeft geen afbreekstreepjes of dubbelepunten te gebruiken in het adres. Controleer op invoerfouten ● Als u MAC-adressen verkeerd invoert, kunt u het apparaat mogelijk niet bereiken vanuit de externe UI.
Het apparaat beheren Poortnummers wijzigen 3JE5-068 Poorten vormen het eindpunt van het communicatietraject tussen apparaten. Belangrijke protocollen maken meestal gebruik van vaste poortnummers. Een nadeel hiervan is dat apparaten met deze poortnummers kwetsbaar zijn voor aanvallen, iedereen weet de poortnummers namelijk. De netwerkbeheerder kan de beveiliging verder verbeteren door andere poortnummers te gebruiken.
Het apparaat beheren Een proxy instellen 3JE5-069 Een proxy (of HTTP-proxyserver) verwijst naar een computer of software die HTTP-communicatie uitvoert voor andere apparaten, met name bij communicatie met bronnen buiten het netwerk, zoals bij het browsen op websites. De clientapparaten maken via de proxyserver verbinding met het externe netwerk en communiceren niet rechtstreeks met de externe bronnen.
Het apparaat beheren [Poortnummer HTTP-proxyserver] Wijzig eventueel het poortnummer. [Gebruik proxy binnen zelfde domein] Schakel het selectievakje in als u de opgegeven proxyserver ook wilt gebruiken voor communicatie met apparaten in hetzelfde domein. [Gebruik proxy-authenticatie] Als de proxyserver verificatie moet uitvoeren, schakelt u het selectievakje in en typt u alfanumerieke tekens voor de gebruikersnaam in het vak [Gebruikersnaam].
Het apparaat beheren De sleutel en certificaat voor TLS configureren 3JE5-06A Met TLS (Transport Layer Security) kunt u de communicatie versleutelen die plaatsvindt tussen het apparaat en een webbrowser op de computer. TLS is een techniek voor het versleutelen van gegevens die via het netwerk worden verzonden of ontvangen. TLS moet zijn ingeschakeld wanneer u de externe UI gebruikt voor het opgeven van instellingen zoals SNMPv3.
Het apparaat beheren 3 Schakel het selectievakje [Gebruik TLS] in en klik op [OK]. Het bedieningspaneel gebruiken ● U kunt communicatie met TLS-versleuteling ook in- of uitschakelen via het scherm
. TLS>(P. 429) Het apparaat beheren Sleutel en certificaat voor netwerkcommunicatie genereren 3JE5-06C U kunt een sleutelpaar genereren met het apparaat als dit nodig is voor gecodeerde communicatie via TLS (Transport Layer Security). U kunt TLS gebruiken wanneer u het apparaat gebruikt via de externe UI. Zelf-ondertekende certificaten worden gebruikt bij de sleutel en certificaat die zijn gegenereerd in "Netwerkcommunicatie".
Het apparaat beheren [Sleutelinstellingen] [Sleutelnaam] Gebruik alfanumerieke tekens voor de naam van de sleutel. Kies een naam die u eenvoudig kunt terugvinden in lijsten. [Handtekeningalgoritme] Selecteer het algoritme voor de handtekening in de vervolgkeuzelijst. [Sleutelalgoritme] Selecteer het algoritme voor het genereren van een sleutel [RSA] of [ECDSA], en selecteer dan de sleutellengte in de vervolgkeuzelijst.
Het apparaat beheren ● Het genereren van sleutel en certificaat kan enige tijd duren. ● Als sleutel en certificaat zijn gegenereerd, worden ze automatisch opgeslagen op het apparaat. KOPPELINGEN De sleutel en certificaat voor TLS configureren(P. 312) De sleutel en certificaat voor netwerkcommunicatie registreren(P.
Het apparaat beheren Een sleutel en certificaatondertekeningsverzoek (CSR) aanmaken 3JE5-06E Op het apparaat gegenereerde certificaten hebben geen CA-handtekening, een communicatiefout kan het gevolg zijn, afhankelijk van de apparaten waarmee het communiceert. Voordat de certificeringsinstantie het certificaat met CAhandtekening kan afgeven, moet u CSR-gegevens (Certificate Signing Request) verkrijgen die de beheerder van de externe UI kan genereren.
Het apparaat beheren [Sleutelinstellingen] [Sleutelnaam] Gebruik alfanumerieke tekens voor de naam van de sleutel. Kies een naam die u eenvoudig kunt terugvinden in lijsten. [Handtekeningalgoritme] Selecteer het algoritme voor de handtekening in de vervolgkeuzelijst. [Sleutelalgoritme] Selecteer het algoritme voor het genereren van een sleutel [RSA] of [ECDSA], en selecteer dan de sleutellengte in de vervolgkeuzelijst.
Het apparaat beheren ➠ Het CSR-bestand wordt opgeslagen op de computer. 9 Hecht het opgeslagen bestand aan en leg de applicatie voor aan de certificeringsinstantie (CA). Een certificaat bij een sleutel registreren U kunt het sleutelpaar dat is gegenereerd door het Certificate Signing Request (CSR) pas gebruiken als de certificeringsinstantie op basis van de CSR het certificaat heeft verstrekt, en dit certificaat in de sleutel is geregistreerd.
Het apparaat beheren De sleutel en certificaat voor netwerkcommunicatie registreren 3JE5-06F U kunt sleutel en certificaat verkrijgen, en het CA-certificaat van een certificeringsinstantie (CA) voor gebruik met het apparaat. Installeer en registreer de verkregen sleutel en certificaat en het certificaatbestand in dit apparaat met behulp van de externe UI. Controleer eerst sleutel en certificaat, en CA-certificaatcondities die vereist zijn voor het apparaat ( Beheerfuncties(P. 557) ).
Het apparaat beheren 5 Klik op [Installeren]. Het bestand voor sleutel en certificaat, of het CA-certificaat verwijderen ● Klik op [Verwijderen] rechts naast het bestand dat u wilt wissen 6 klik op [OK]. Klik op [Bladeren], selecteer het bestand dat u wilt installeren en klik op [Start installatie]. ➠ Het bestand voor sleutel en certificaat, of het CA-certificaatbestand is vanaf een computer geïnstalleerd op het apparaat. 7 Registreer de sleutel en certificaat of het CA-certificaat.
Het apparaat beheren IEEE 802.1X-verificatie-instellingen configureren 3JE5-06H De machine kan als een clientapparaat worden aangesloten op een 802.1X-netwerk. Een doorsnee 802.1X-netwerk bestaat uit een RADIUS-server (verificatieserver), een LAN-switch (authenticator) en clientapparaten met verificatiesoftware (supplicants). Als een apparaat probeert verbinding te maken met het 802.
Het apparaat beheren 1 Start de externe UI en meld u in de systeembeheerder-modus aan. De externe UI starten(P. 339) 2 Klik op [Instellingen/registratie] op de portaalpagina. 3 Selecteer [Netwerkinstellingen] 4 Klik op [Bewerken]. 5 Schakel het selectievakje [Gebruik IEEE 802.1X] in en typ de aanmeldingsnaam in het Scherm van externe UI(P. 340) [IEEE 802.1X-instellingen]. vak [Inlognaam]. [Gebruik IEEE 802.1X] Schakel dit selectievakje in om verificatie met IEEE 802.1X mogelijk te maken.
Het apparaat beheren ● U kunt geen TLS gebruiken in combinatie met TTLS of PEAP. 2 Klik op [Registreer standaardsleutel] rechts naast sleutel en certificaat die u wilt gebruiken voor de clientverificatie. Details bekijken van een certificaat ● U kunt de details van het certificaat controleren of het certificaat verifiëren door op de gewenste tekstkoppeling onder [Sleutelnaam] te klikken of op het pictogram van het certificaat.
Het apparaat beheren 8 Start de machine opnieuw op. ● Zet de machine uit, wacht minimaal 10 seconden en zet de machine weer aan. Het bedieningspaneel gebruiken ● U kunt ook IEEE 802.1X authenticatie inschakelen of uitschakelen vanuit het
scherm. 802.1X-instellingen>(P. 377) KOPPELINGEN De sleutel en certificaat voor TLS configureren(P.Het apparaat beheren De functies van de machine beperken 3JE5-06J De kans bestaat dat sommige functies van de machine bijna nooit worden gebruikt of aanleiding geven voor misbruik. Uit veiligheidsoverwegingen kunt u de functionaliteit van de machine beperken door deze functies geheel of gedeeltelijk uit te schakelen.
Het apparaat beheren 327
Het apparaat beheren Beperkingen instellen voor de toegang tot het adresboek- en verzendfuncties 3JE5-06K Bepaalde vormen van informatielekkage kunt u voorkomen door de beschikbare bestemmingen voor faxen en e-mails te beperken tot de bestemmingen in het adresboek. Een andere manier is om een pincode in te stellen voor het adresboek, zodat onbevoegde gebruikers het adresboek niet kunnen aanpassen.
Het apparaat beheren Gebruik van het adresboek beperken 3JE5-06L U kunt instellen dat gebruikers een pincode moeten invoeren om nieuwe vermeldingen toe te voegen aan het adresboek of bestaande vermeldingen aan te passen. Als u een pincode instelt voor het adresboek, wordt de kans kleiner dat documenten worden verstuurd naar verkeerde ontvangers omdat het adresboek alleen nog kan worden gewijzigd door gebruikers die de pincode weten. 1 Selecteer
in het scherm Start.Het apparaat beheren Bestemmingen opslaan(P. 162) Bestemmingen vanaf de externe UI op afstand registreren(P. 351) Basisinstellingen voor e-mail configureren(P. 79) Een gedeelde map instellen als een opslaglocatie(P.
Het apparaat beheren Beperkingen instellen voor beschikbare bestemmingen 3JE5-06R Door het aantal bestemmingen dat kan worden opgegeven, te beperken tot de nummers die al in het adresboek zijn opgeslagen, kunt u de kans op onbedoelde bestemmingen verkleinen en het lekken van informatie door gebruikers verhinderen. U kunt instellen dat er een bevestigingsscherm verschijnt zodat de gebruiker geen verkeerd nummer draait wanneer hij een kiescodenummer opgeeft in het adresboek.
Het apparaat beheren gegevens van de geselecteerde/ingevoerde sneltoetsen of code voor verkort kiezen worden weergegeven op het apparaat voordat de documenten naar die bestemming kunnen worden verzonden.
kiescode> KOPPELINGEN Data via e-mail verzenden of data opslaan in een gedeelde map(P. 242) Eerder gebruikte zend-/opslaaninstellingen oproepen (herhaal-instellingen)(P. 261) Gebruik van het adresboek beperken(P.Het apparaat beheren De verzendfuncties voor faxen beperken 3JE5-06S U kunt verschillende beperkingen instellen voor het verzenden van faxen, die kunnen verhinderen dat informatie naar derden lekt of dat documenten naar onbedoelde bestemmingen worden verzonden. Het ingevoerde faxnummer bevestigen(P. 333) Faxen vanaf een computer beperken(P. 333) Groepsverzending beperken(P.
Het apparaat beheren Selecteer deze optie om groepsverzending toe te staan. Geeft het bevestigingsscherm weer als u een fax verstuurt met groepsverzending. Schakelt groepsverzending uit. KOPPELINGEN Basishandelingen voor het verzenden van faxen(P. 196) Eerder gebruikte zendinstellingen oproepen (herhaal-instellingen)(P. 210) Faxen versturen vanaf uw computer (PC-fax)(P. 221) Gebruik van het adresboek beperken(P.
Het apparaat beheren Beperkingen instellen voor USB-functies 3JE5-06U USB is een handige manier om randapparatuur aan te sluiten en gegevens op te slaan of te verplaatsen. Bij een onjuist beheer kan USB echter ook een bron van informatielekkage zijn. Deze sectie beschrijft hoe u de verbinding via de USB-poort van het apparaat kunt beperken. Beperkingen instellen voor de USB-verbinding met een computer(P.
Het apparaat beheren HTTP-communicatie uitschakelen 3JE5-06W HTTP wordt gebruikt voor communicatie via het netwerk, bijvoorbeeld wanneer u het apparaat bedient via de externe UI. Als u een USB-verbinding gebruikt of HTTP om een andere reden niet nodig hebt, kunt u het protocol uitschakelen om aanvallen van kwaadwillende gebruikers via de ongebruikte HTTP-poort te voorkomen.
Het apparaat beheren De externe UI uitschakelen 3JE5-06X De externe UI is handig omdat u dan instellingen voor de machine kunt opgeven via een webbrowser op een computer. U kunt de externe UI alleen gebruiken als de machine via het netwerk is verbonden met een computer.
Het apparaat beheren Het apparaat vanaf een computer beheren (externe UI) 3JE5-06Y Als u een webbrowser gebruikt om het apparaat op afstand te bedienen, kunt u de documenten die wachten om te worden afgedrukt, of de status van het apparaat controleren. U kunt ook verschillende instellingen realiseren. U hoeft uw bureau dus niet te verlaten om systeembeheertaken uit te voeren. Voor meer informatie over de systeemvereisten voor de externe UI, raadpleegt u Besturingssystemen(P. 558) .
Het apparaat beheren De externe UI starten 3JE5-070 Om het apparaat op afstand te bedienen, moet u het IP-adres van het apparaat in een webbrowser invoeren en de externe UI opstarten. Controleer vooraf het IP-adres dat op het apparaat is ingesteld ( Netwerkinstellingen weergeven(P. 38) ). Als u vragen hebt, neemt u contact op met de netwerkbeheerder. 1 Start de webbrowser. 2 Typ "http:///" in het adresveld en druk op de toets [ENTER].
Het apparaat beheren Als een pincode voor de systeembeheerder is ingesteld Geef voor [Pincode systeembeheerder] de juiste pincode op om in te loggen in de systeembeheerder-modus. De pincode van de systeembeheerder instellen(P. 297) 4 Klik op [Aanmelden]. ➠ De portaalpagina (hoofdpagina) wordt weergegeven. Scherm van externe UI(P. 340) Scherm van externe UI Als u inlogt bij de externe UI, verschijnt de volgende portaalpagina.
Het apparaat beheren [Ondersteuningskoppeling] Hier ziet u de koppeling voor ondersteuning die is opgegeven bij [Apparaatinformatie] onder [Systeembeheer]. Pictogram Vernieuwen Hiermee vernieuwt u de weergegeven pagina. [Afmelden] Hiermee meldt u zich af bij de externe UI. UI staat trouwens voor User Interface, ofwel gebruikersinterface in het Nederlands. De aanmeldingspagina wordt vervolgens weergegeven.
Het apparaat beheren Status en logboeken controleren 3JE5-071 De huidige status van afdruktaken controleren(P. 342) De historie van ontvangen/verzonden faxen controleren(P. 343) Taakgeschiedenis controleren(P. 343) Foutgegevens controleren(P. 344) Verbruiksartikelen controleren(P. 344) De maximale afdruksnelheid controleren(P. 344) Gegevens van systeembeheerder controleren(P. 345) Totaal aantal afdrukken controleren(P. 345) Geschiedenis van cartridge controleren(P. 346) Eco-informatie controleren(P.
Het apparaat beheren De historie van ontvangen/verzonden faxen controleren Hiermee kunt u de logboeken van ontvangen faxdocumenten controleren. U kunt ook klikken op [Verwijderen] om een verzonden faxdocument te verwijderen. Log in bij de externe UI ( De externe UI starten(P. 339) ) [Opdrachtstatus] onder [RX] [Statusmonitor/annuleren] ● Om de volgende handelingen uit te voeren, moet u eerst in de systeembeheerder-modus inloggen.
Het apparaat beheren Foutgegevens controleren Als er een fout optreedt, kunt u deze pagina weergeven door op het bericht te klikken onder [Foutgegevens] op de portaalpagina (hoofdpagina). Scherm van externe UI(P. 340) Log in bij de externe UI ( [Foutgegevens] De externe UI starten(P. 339) ) [Statusmonitor/annuleren] Verbruiksartikelen controleren Het papierformaat en de papiersoort voor de papierbron, het modelnummer van de tonercartridge, enz. worden weergeven.
Het apparaat beheren Log in bij de externe UI ( [Apparaatfuncties] De externe UI starten(P. 339) ) [Statusmonitor/annuleren] Gegevens van systeembeheerder controleren Hier ziet u informatie over het apparaat en de systeembeheerder. Deze informatie is ingesteld in [Systeembeheer] op de pagina [Instellingen/registratie]. Log in bij de externe UI ( [Apparaatinformatie] De externe UI starten(P.
Het apparaat beheren Geschiedenis van cartridge controleren U kunt de gebruikslogboeken van de tonercartridge of de drumcartridge controleren. Het display kan worden ingesteld op de tonercartridge of de drumcartridge. Log in bij de externe UI ( [Cartridgelog] De externe UI starten(P. 339) ) [Statusmonitor/annuleren] Eco-informatie controleren Hier kunt u informatie controleren zoals het aantal afdrukken per maand en het stroomverbruik. Log in bij de externe UI ( informatie] De externe UI starten(P.
Het apparaat beheren KOPPELINGEN Scherm van externe UI(P.
Het apparaat beheren Menuopties instellen via de externe UI 3JE5-072 U kunt verschillende instellingen van het apparaat wijzigen met de externe UI. De meeste instellingen kunnen ook via het bedieningspaneel van het apparaat worden gewijzigd, maar sommige instellingen kunt u alleen wijzigen via de externe UI. Dit gedeelte beschrijft de basisprocedure voor het veranderen van de instelling van het apparaat met behulp van de externe UI.
Het apparaat beheren 5 Klik op [Bewerken]. 6 Geef de vereiste instellingen op. 7 Klik op [OK].
Het apparaat beheren 8 Start, naar noodzaak, het apparaat opnieuw op. ● Zet de machine uit, wacht minimaal 10 seconden en zet de machine weer aan. ● Voor informatie of u het apparaat opnieuw moet opstarten, raadpleegt u het bericht op het bewerkingsscherm.
Het apparaat beheren Bestemmingen vanaf de externe UI op afstand registreren 3JE5-073 U kunt de computer gebruiken om bestemmingen in het adresboek van het apparaat te registreren en informatie van geregistreerde bestemmingen te bewerken. Geef hier de gedeelde map als bestemming op. U kunt de instellingen alleen wijzigen als u zich aanmeldt in de Systeembeheerder-modus. 1 Start de externe UI. 2 Klik op [Adresboek] op de portaalpagina. De externe UI starten(P. 339) Scherm van externe UI(P.
Het apparaat beheren 6 Geef de bestemming op. De faxbestemming registreren [Naam] Voer de naam van de bestemming in. [Faxnummer] Voer het faxnummer van de bestemming in. [ECM TX] Selecteer het selectievakje voor het volgende: als er een fout in een verzonden afbeelding optreedt, wordt de fout gecontroleerd en gecorrigeerd om te voorkomen dat een onjuiste afbeelding wordt verzonden.
Het apparaat beheren Voer de naam van de bestemming in. [E-mailadres] Voer het e-mailadres van de bestemming in. De gedeelde map als bestemming opgeven [Naam] Voer de naam van de bestemming in. [Hostnaam] Voer de computernaam of het IP-adres in. Voer een pad in naar de gedeelde map met de computernaam of het IP-adres (bv. "\\swan\share" of "\\192.168.2.100\share").
Het apparaat beheren Adresboeklijst (Model aanraakscherm)(P.
Het apparaat beheren Het adresboek opslaan of laden via de externe UI op afstand 3JE5-074 Data in het adresboek in de machine kan op de computer worden opgeslagen (exporteren). Data die is opgeslagen op uw computer kan worden overgebracht naar het apparaat (importeren). U kunt de bestemmingen in het adresboek gemakkelijk kopiëren naar meerdere apparaten.* U kunt uitsluitend exporteren en importeren als u zich aanmeldt in de Systeembeheerder-modus.
Het apparaat beheren Bedien het apparaat niet totdat het proces is voltooid. Het scherm blijft hetzelfde tijdens de exportbewerking. Gebruik de externe UI pas weer als onder aan het scherm het bericht [Het downloaden van (file name) is voltooid.] wordt weergegeven. Adresboekgegevens laden Als u een adresboek importeert, worden de bestaande gegevens in het adresboek op het apparaat overschreven. 1 2 3 Start de externe UI en meld u in de systeembeheerdersmodus aan. De externe UI starten(P.
Het apparaat beheren Adresboekgegevens importeren en exporteren met de bijgeleverde software 3JE5-075 U kunt adresboekgegevens die op het apparaat zijn opgeslagen, naar een computer exporteren met het Address Book Import/Export Tool (hulpprogramma Adresboek importeren/exporteren) op de bijgeleverde CD-ROM/DVD-ROM. De gegevens kunnen opnieuw worden geïmporteerd, zodat u over een back-up beschikt voor het geval adresboekgegevens tijdens reparatie- of onderhoudsactiviteiten worden gewist.
Het apparaat beheren 358
Het apparaat beheren De Firmware updaten 3JE5-076 Voor het bijwerken van de firmware selecteert u de updatemethode die past bij de installatievereisten van het apparaat. Er zijn twee manieren om de firmware bij te werken. De eerste manier is door de meeste recente versie van de firmware via het apparaat van internet te downloaden en de update uit te voeren als uw apparaat niet de laatste versie heeft.
Het apparaat beheren 3 Selecteer . 4 Selecteer . ➠ Er wordt gecontroleerd of er nieuwere firmware aanwezig is. ● Als de melding verschijnt, hoeft u de firmware niet te actualiseren. 5 Bekijk de melding en selecteer . 6 Als er een licentiescherm verschijnt, drukt u op ( 7 Selecteer . ). ➠ Als de firmware is geactualiseerd, start het apparaat automatisch opnieuw op.
Het apparaat beheren ● Als een scherm voor het invoeren van een pincode wordt weergegeven, voert u de juiste pincode in. pincode van de systeembeheerder instellen(P. 297) 3 Selecteer . 4 Selecteer . ➠ De huidige firmwareversie wordt weergegeven.
Het apparaat beheren Initialiseer instellingen 3JE5-077 U kunt de volgende instellingen herstellen (initialiseren): Teller Eco-rapport initialiseren(P. 362) Menu Initialiseren(P. 362) Sleutel en certificaat initialiseren(P. 362) Het adresboek initialiseren(P. 363) Alle gegevens/instellingen initialiseren(P. 363) Teller Eco-rapport initialiseren U kunt de vastgelegde gegevens voor het eco-rapport op nul zetten.
Het apparaat beheren ● Als het initialiseren is voltooid, kunt u geen functies meer gebruiken waarvoor een sleutel en certificaat vereist zijn, zoals communicatie met TLS-versleuteling. Om deze functies te kunnen gebruiken, configureert u de instellingen voor de sleutel en het certificaat, en activeert u de functies opnieuw. Log met beheerdersbevoegdheden in bij de externe UI ( De externe UI starten(P.
Overzicht van menuopties Overzicht van menuopties Overzicht van menuopties ....................................................................................................................... 365 ......................................................................................................................................... 366 ...............................................................................................................................
Overzicht van menuopties Overzicht van menuopties 3JE5-078 U kunt het apparaat aanpassen volgens de omgeving en vereisten, door de in dit hoofdstuk beschreven instellingen te configureren. Om de configuratie te starten, geeft u het scherm
weer. Dit gedeelte beschrijft wat ieder item in het instelmenu kan configureren. ● U kunt een lijst afdrukken met alle instellingen om de huidige instellingen te controleren: afdrukken(P.Overzicht van menuopties 3JE5-079 Maak op het LCD-model met 5 regels een directe verbinding met een mobiel apparaat. Direct verbinden (toegangspuntmodus)(P. 273) Instellingen voor Directe Verbinding kunnen via (P. 369) worden opgegeven.
Overzicht van menuopties 3JE5-07A Alle instellingen voor het netwerk verschijnen in een lijst met korte toelichting. Standaardinstellingen worden aangegeven met een dolksymbool ( ). (P. 367) (P. 367) (P. 369) (P. 370) (P. 370) (P. 375) (P. 376) (P.
Overzicht van menuopties Selecteer deze optie om een draadloze verbinding te configureren door handmatig een SSID in te voeren. Als u deze methode gebruikt, kunt u gedetailleerde instellingen opgeven voor verificatie en codering. De verbinding instellen door gedetailleerde instellingen op te geven(P. 27)
Overzicht van menuopties Instellingen directe verbinding configureren. Na het configureren van de instellingen, kunt u rechtstreeks en draadloos verbinding maken met het apparaat vanaf een mobiel apparaat, zelfs zonder een toegangspunt of draadloze LAN-router. Geef aan of u directe verbinding wilt gebruiken. Direct verbinden (toegangspuntmodus)(P.
Overzicht van menuopties
( ) adres voor directe verb.> Voer het IP-adres in ( Start Eenvoudige verbinding via pc (configuratiemodus zonder kabel).Overzicht van menuopties : 0.0.0.0 : 0.0.0.0 : 0.0.0.0 * Selecteer deze optie om te controleren of de machine via een netwerk is verbonden met een computer. netwerkverbinding testen(P.
Overzicht van menuopties * * Geef instellingen op om de machine te gebruiken in een IPv6-netwerk. IPv6-adressen instellen(P. 35) Hiermee kunt u IPv6 in- of uitschakelen op het apparaat. U kunt met deze optie ook de huidige instellingen bekijken.
Overzicht van menuopties 0 tot en met 24 tot en met 48 (uur) Hier kunt u instellingen opgeven om DNS-functies te gebruiken zonder DNS-servers.
Overzicht van menuopties Hiermee kunt u HTTP in- of uitschakelen. HTTP is een protocol dat vereist is voor communicatie met een computer, bijvoorbeeld wanneer u de externe UI gaat gebruiken of gaat afdrukken met WSD of Google Cloudprinter. HTTP-communicatie uitschakelen(P.
Overzicht van menuopties Selecteer de maximumgrootte van pakketten die het apparaat kan ontvangen. verzendeenheid wijzigen(P. 55) De maximale <1300> <1400> <1500> Kies deze optie om de instellingen op te geven voor het bewaken en bedienen van de machine vanaf een computer met SNMP-compatibele software. De machine bewaken en bedienen met SNMP(P. 63) Hiermee kunt u SNMPv1 in- of uitschakelen.
Overzicht van menuopties
( ) of instellingen> Selecteer deze optie om het bewaken van printerbeheerinformatie vanaf een netwerkcomputer met SNMPcompatibele software in of uit te schakelen.Overzicht van menuopties <10BASE-T> <100BASE-TX> Controleer het MAC-adres van het apparaat. Dit is een nummer dat uniek is voor elk communicatieapparaat. Het MAC-adres weergeven voor Bedraad LAN(P. 38) Hiermee kunt u IEEE 802.1X-verificatie in- of uitschakelen. configureren(P. 322) IEEE 802.
Overzicht van menuopties / 3JE5-07C U kunt de instellingen van het apparaat afdrukken en controleren met behulp van rapporten en lijsten. Dit kan overigens ook voor andere gegevens. Rapporten en lijsten afdrukken(P.
Overzicht van menuopties 3JE5-07E Alle instellingen voor het bekijken van het scherm verschijnen in een lijst met korte toelichting. Standaardinstellingen worden aangegeven met een dolksymbool ( ). (P. 379) (P. 381) Sterretjes (*) ● Instellingen gemarkeerd met "*1" worden misschien niet weergegeven, afhankelijk van het model dat u gebruikt of andere instel-items.
Overzicht van menuopties Geef aan of de machine een geluidssignaal moet produceren als het scannen van faxdocumenten is voltooid. U kunt ook het volume van het geluid aanpassen. 6 niveaus Geef aan of de machine een geluidssignaal moet produceren als een toets op het bedieningspaneel wordt ingedrukt.
Overzicht van menuopties *1 De standaardinstelling is dat het scherm Start wordt weergegeven wanneer u de machine inschakelt of nadat er een automatische reset is uitgevoerd. U kunt echter een ander scherm kiezen dat standaard moet worden weergegeven in deze situaties.
Overzicht van menuopties Selecteer de maateenheid. ( schak.> ) of Geef op of u een melding wilt zien met het verzoek om de papierinstellingen te controleren wanneer u papier in de lade of multifunctionele lade plaatst.
Overzicht van menuopties
( ) een getal in voor het interval ( Voer ) Selecteer deze optie om de snelheid voor het scrollen (bladeren) op het scherm in te stellen op één van de drie niveaus.Overzicht van menuopties ( ) *2 Hiermee selecteert u de taal voor de schermen van de externe UI.
Overzicht van menuopties
( ) taal 385 Selecteer eenOverzicht van menuopties 3JE5-07F Alle instellingen voor de tijdklok hebben een beschrijving. Standaardinstellingen worden aangegeven met een dolksymbool ( ). (P. 386) (P. 386) (P. 388) (P. 388) (P. 388) (P. 389) (P.
Overzicht van menuopties
( tijd> ) Selecteer de 12- of 24-uurs tijdnotatie. <12 uur (AM/PM)> <24 uur> ( ) Selecteer de weergave-instelling Stel de huidige datum en tijd in. De datum en tijd instellen(P.Overzicht van menuopties UTC ● Coordinated Universal Time (UTC) is de belangrijkste standaardtijd waarmee de wereld klokken en tijd regelt. Het instellen van een juiste UTC-tijdzone is vereist voor internetcommunicatie. * Hiermee kunt u de zomertijd in- of uitschakelen. Als u de zomertijd inschakelt, geeft u de periode aan voor de zomertijd. De datum en tijd instellen(P.
Overzicht van menuopties het model met LCD-scherm met 5 regels is geselecteerd, wordt op het display het hoofdscherm voor de kopieermodus weergegeven. Als is geselecteerd, wordt op het display het hoofdscherm weergegeven van de functie die geselecteerd is.
Overzicht van menuopties Voordat u instelt ● Wanneer de instelling is ingeschakeld, wordt de machine mogelijk automatisch uitgezet zelfs als u deze gebruikt via de externe UI op afstand of de Instel-tool Zendfunctie. Er kan een storing optreden, vooral als de machine wordt uitgeschakeld terwijl gegevens worden geïmporteerd.
Overzicht van menuopties 3JE5-07H Alle instellingen voor de papierinvoermethode worden vermeld met een korte toelichting. Standaardinstellingen worden aangegeven met een dolksymbool ( ). Geef deze instelling op wanneer u een document gaat afdrukken op papier met logo's. Als u gaat afdrukken op papier met logo's, moet u voor enkelzijdig of dubbelzijdig afdrukken het papier in de papierbron anders laden.
Overzicht van menuopties ● Als is ingesteld voor een papierbron met papier dat ongeschikt is voor dubbelzijdig afdrukken ( Geschikt papier(P. 550) ) wordt de optie gebruikt voor de papierbron. In dat geval moet u het papier laden alsof is geselecteerd ( Voorbedrukt papier plaatsen(P. 144) ). ● Enkelzijdig afdrukken kan langzamer gaan dan wanneer is geselecteerd.
Overzicht van menuopties 3JE5-07J Alle instellingen voor het kopiëren verschijnen in een lijst met korte toelichting. Standaardinstellingen worden aangegeven met een dolksymbool ( ). (P. 393) (P. 394) (P. 394) Sterretjes (*) ● Instellingen gemarkeerd met een sterretje (*) worden misschien niet weergegeven, afhankelijk van het model dat u gebruikt.
Overzicht van menuopties <70% A4->A5> <50%> <25% (Min)> <2 op 1> <4 op 1> <2 op 1 (2-zijdig)> <4 op 1 (2-zijdig)> <2 op 1> <4 op 1> 7 niveaus Hiermee kunt u een basisinstelling voor de kopieerdichtheid opgeven. U kunt de kopieerdichtheid ook tijdelijk wijzigen. Basisbewerkingen voor kopiëren(P.
Overzicht van menuopties 3JE5-07K Alle instellingen voor het faxen worden kort toegelicht. Standaardinstellingen worden aangegeven met een dolksymbool ( ). (P. 395) (P. 398) (P. 402) (P. 404) (P. 405) (P.
Overzicht van menuopties Geef aan of de machine een waarschuwingssignaal moet produceren wanneer de handset van de telefoon of de optionele handset niet goed in de houder ligt. U kunt ook het volume van het signaal instellen.
Overzicht van menuopties Als het apparaat via een telefooncentrale met het netwerk is verbonden, moet de toegangsmethode worden ingesteld. U kunt het type telefooncentrale instellen op of . Als u het nummer voor het kiezen van een buitenlijn toewijst aan de R-toets, kunt u eenvoudig een buitenlijn kiezen.
Overzicht van menuopties ● Instellingen tot zorgen ervoor dat de eerste overdrachtssnelheid bij het verzenden of ontvangen van faxen lager wordt. Hiermee kunt u instellingen opgeven voor het versturen van faxen. U kunt de standaard instellingen veranderen voor het verzenden van faxen. De geselecteerde instellingen worden gebruikt als de standaardinstellingen voor het scannen van originelen.
Overzicht van menuopties ● ECM moet zijn ingeschakeld op de machine en het andere faxapparaat omdat er foutcontroles worden uitgevoerd op zowel het versturende als ontvangende apparaat. ● Zelfs als ECM is ingeschakeld, kunnen er fouten optreden als gevolg van de toestand van de telefoonlijn. ● Het verwerken van gegevens kan langer duren als ECM is ingeschakeld omdat de foutcontroles en correcties worden uitgevoerd terwijl de gegevens worden verzonden.
Overzicht van menuopties
Specificeer de instellingen Geeft op hoe vaak het apparaat het nummer opnieuw moet kiezen. Voer een nummer in, en selecteer . Geeft het interval tussen het herhalen van het nummer. Voer een waarde in voor het interval, en selecteer .Overzicht van menuopties Hiermee wordt de aanduiding "FAX" of "TEL" toegevoegd vóór het faxnummer dat is geregistreerd voor het apparaat ( Het faxnummer en de naam van het apparaat registreren(P. 72) ). Selecteer om aan te geven dat het vermelde nummer een telefoonnummer is. *1 Selecteer deze optie om te controleren op een kiestoon voordat een faxnummer wordt gekozen.
Overzicht van menuopties Hiermee kunt u instellingen opgeven voor het ontvangen van faxen. Hiermee kunt u de foutcorrectiemodus (ECM) in- of uitschakelen. ECM controleert op fouten in faxgegevens en corrigeert deze. Als u foutcorrectie wilt toepassen op verzonden faxen (P. 398) . ● ECM moet zijn ingeschakeld op de machine en het andere faxapparaat omdat er foutcontroles worden uitgevoerd op zowel het versturende als ontvangende apparaat.
Overzicht van menuopties *1 Kies deze optie om instellingen op te geven voor het ontvangen van een fax via een telefoon die is verbonden met de machine (Ontvangst op afstand). Als er een fax naar de machine wordt verstuurd, kunt u deze ontvangen door op de handset van de telefoon een bepaalde code in te voeren. Op deze manier bespaart u tijd en moeite doordat u niet helemaal naar de machine hoeft te lopen. Raadpleeg Een telefoon gebruiken om faxen te ontvangen (ontvangst op afstand)(P.
Overzicht van menuopties Specificeer de instellingen Hiermee kunt u instellingen opgeven voor het afdrukken van ontvangen faxen. Kies deze optie om instellingen op te geven voor het dubbelzijdig afdrukken van ontvangen faxen.
Overzicht van menuopties Selecteer om het document te verkleinen met een percentage dat is gebaseerd op het formaat van het geladen papier. Kies <97%>, <95%>, <90%>, of <75%> om het document met dat percentage te verkleinen. Selecteer om het document zowel verticaal als horizontaal te verkleinen. Selecteer om alleen verticaal te verkleinen.
Overzicht van menuopties Kies deze optie om in te stellen dat alle ontvangen faxen worden doorgestuurd naar een bepaalde bestemming. In plaats van een faxnummer kunt u ook een e-mailadres of een gedeelde map op een computer opgeven als de doorstuurbestemming. De ontvangen documenten automatisch doorsturen(P. 217) Geef aan of u doorgestuurde faxen wilt afdrukken.
Overzicht van menuopties 3JE5-07L Alle instellingen voor het scannen worden kort toegelicht. Standaardinstellingen worden aangegeven met een dolksymbool ( ). (P. 407) (P. 408) (P. 410) (P. 410) (P. 410) Sterretjes (*) ● Instellingen gemarkeerd met een sterretje (*) worden misschien niet weergegeven, afhankelijk van het model dat u gebruikt.
Overzicht van menuopties <2-zijdig origineel> * 7 niveaus Selecteer deze optie als u de standaardinstellingen voor e-mailverzending wilt herstellen.
Overzicht van menuopties 9 niveaus <2-zijdig origineel> * 7 niveaus U kunt de instellingen voor het opslaan van documenten in een gedeelde map wijz
Overzicht van menuopties * Met deze optie kunt u de naam van de afzender registreren voor e-mails. Deze naam wordt samen met het emailadres weergegeven in e-mails. Als u geen naam registreert, wordt alleen het e-mailadres weergegeven.
Overzicht van menuopties PC2> PC1> PC2> LCD-model met 5 regels PC>
Overzicht van menuopties 3JE5-07R Alle instellingen voor de printer verschijnen in een lijst met korte toelichting. Standaardinstellingen worden aangegeven met een dolksymbool ( ). (P. 412) (P. 412) (P. 413) <2-zijdig afdrukken>(P. 413) (P. 413) (P. 414) (P. 415) (P. 416) (P.
Overzicht van menuopties ( ) of Selecteer het item Selecteer ● Als is ingesteld op , kunt u niet selecteren. Geef hier het gewenste aantal kopieën op.
Overzicht van menuopties
( ) Selecteer het papierformaat U kunt instellingen in verband met de afdrukkwaliteit, veranderen. Stel de tonerdichtheid in. 17 niveaus / 17 niveaus 17 niveaus 17 niveaus ● De instellingen voor worden uitgeschakeld wanneer u inschakelt.Overzicht van menuopties Geef de afdrukresolutie op voor het verwerken van de afdrukgegevens. <1200 dpi> <600 dpi> ( ) Selecteer <1200 dpi> of <600 dpi> De densiteit nauwkeurig aanpassen. U kunt deze optie alleen opgeven als <1200 dpi> is geselecteerd bij .
Overzicht van menuopties Geef op dat u wilt inbinden over de lange papierzijde. Geef op dat u wilt inbinden over de korte papierzijde. Stel de periode in waarna de huidige afdruktaak automatisch wordt geannuleerd als er een onderbreking in de ontvangst van afdrukgegevens optreedt. 5 tot en met 15 tot en met 300 (sec.
Overzicht van menuopties
( ) Selecteer of Geef het lettertype op door het selecteren van een overeenkomend lettertype ID-nummer. U kunt de PCLlettertypelijst afdrukken met voorbeelden van lettertypen vanaf het bedieningspaneel. PCLlettertypelijst(P.Overzicht van menuopties 5 t/m 64 t/m 128 (lijnen)
( ) ( Geef het aantal lijnen op ) Selecteer hier de tekencode (tekenset) die het meest geschikt is voor de computer die u gebruikt om afdrukgegevens te verzenden. De opgegeven instelling wordt genegeerd als de tekencode wordt bepaald door het lettertype dat is opgegeven bij .Overzicht van menuopties Kies deze optie om de maateenheid te selecteren voor het instellen van een aangepast papierformaat. ( ) Selecteer of Geef hier de horizontale afmeting (korte kant) van het aangepaste papier op.
Overzicht van menuopties ( ) Selecteer of Kies deze optie als u wilt instellen dat de breedte van het afdrukbare gebied van A4-papier in de stand Staand moet worden aangepast aan de breedte van LTR-papier.
Overzicht van menuopties ( ) Selecteer het type afbeelding Selecteer de reproductiemethode met halftonen Type afbeelding Selecteer het object waarvoor u de instelling wilt wijzigen. vertegenwoordigt letters en tekens, vertegenwoordigt lijnen en figuren, en vertegenwoordigt foto's en afbeeldingen. Instelwaarde Produceert een scherpe afdruk met sterk contrast van licht en donker.
Overzicht van menuopties 3JE5-07S Alle instellingen voor aanpassing en onderhoud worden vermeld met een korte toelichting. Standaardinstellingen worden aangegeven met een dolksymbool ( ). (P. 422) (P. 422) (P. 423) (P. 427) (P.
Overzicht van menuopties
( ) Selecteer of Wanneer ingesteld op ● Het kan gebeuren dat dunne lijnen en delen met een lichtere afdrukdichtheid vaag worden. Als de afdrukresultaten op speciale papiersoorten niet naar wens zijn, kunt u de volgende instellingen proberen om de kwaliteit van de afdrukken te verbeteren.Overzicht van menuopties Als afdrukken strepen bevatten, kan het aanpassen van deze instelling de afdrukkwaliteit verbeteren. kan de kwaliteit aanzienlijk meer verbeteren dan . ( ) Selecteer de modus Als het papier strepen bevat bij kopiëren of faxen, kan het aanpassen van deze instelling de afdrukkwaliteit verbeteren.
Overzicht van menuopties Als het papier erg veel papierstof bevat, kunnen afdrukken vaag zijn of strepen bevatten. In dat geval kunt u deze optie instellen op om de afdrukkwaliteit mogelijk te verbeteren. ( ) Als u afdrukt op papier dat erg ruw is, kunnen afdrukken vaag zijn.
Overzicht van menuopties ● Als u instelt op , kan de beeldkwaliteit veranderen of een papierstoring optreden als er een bepaalde tijd verstrijkt na het afdrukken op de voorzijde, of afhankelijk van de vochtigheidsgraad van de omgeving. ● Wanneer u deze optie instelt op , worden , en automatisch ingesteld op .
Overzicht van menuopties
( ) Selecteer de lijndikte Reinig de fixeereenheid nadat de tonercartridge of drumcartridge is vervangen of als afdrukken zwarte strepen bevatten. De fixeereenheid reinigen(P. 448) * Blokkeer afdrukken en faxen als condens moet worden verwijderd dat zich gevormd heeft als gevolg van atmosferische veranderingen.Overzicht van menuopties 3JE5-07U Alle instellingen voor systeembeheer worden vermeld met een korte toelichting. Standaardinstellingen worden aangegeven met een dolksymbool ( ). (P. 428) (P. 428) (P. 429) (P. 429) (P. 430) (P. 431) (P. 431) (P.
Overzicht van menuopties Gebruik alfanumerieke tekens voor de naam van de beheerder. Typ alfanumerieke tekens voor de naam en de installatielocatie om de machine te identificeren. ( ) of Voer de naam of locatie van het apparaat in ( invoeren(P.
Overzicht van menuopties
( ) adresfilter> of Selecteer deze optie om instellingen in of uit te schakelen voor het filteren van pakketten die zijn ontvangen van apparaten met opgegeven MAC-adressen. MAC-adressen opgeven voor firewallinstellingen(P.Overzicht van menuopties ( ) Selecteer een land of regio Configureer instellingen voor het gebruik van de externe UI. Als u de externe UI gebruikt, kunt u apparaatinstellingen configureren vanaf een webbrowser. Geef aan of u de externe UI wilt gebruiken. De externe UI uitschakelen(P.
Overzicht van menuopties ( ) Selecteer of *2 Hiermee kunt u beperkingen opgeven ten aanzien van het faxen of mailen naar geselecteerde bestemmingen. Kies deze optie om een pincode in te stellen die moet worden ingevoerd om nieuwe vermeldingen toe te voegen aan het adresboek of om bestaande vermeldingen te wijzigen. Gebruik van het adresboek beperken(P.
Overzicht van menuopties
( ) Selecteer of Hiermee kunt u de USB-poort in- of uitschakelen waarmee de machine kan worden verbonden met een computer. Beperkingen instellen voor de USB-verbinding met een computer(P. 335) Overzicht van menuopties
( ) Geef de instellingen op Selecteer en voorkom dat een knop wordt weergegeven in de externe UI waarmee tonercartridges kunnen worden gekocht. Als u Toner Status niet wilt gebruiken, selecteert u .Overzicht van menuopties Selecteer een paginabeschrijvingstaal (PDL), zodat de machine wordt gedetecteerd als een printer die compatibel is met die taal wanneer de machine via USB wordt aangesloten op een computer.
Overzicht van menuopties Selecteer deze optie om de standaardwaarden voor de Eco-rapport-teller te herstellen. initialiseren(P. 362) Teller Eco-rapport Selecteer deze optie om voor de onderstaande instellingen de standaardwaarden te herstellen. U kunt alle onderstaande instellingen in één keer herstellen of alleen bepaalde instellingen. Menu Initialiseren(P.
Onderhoud Onderhoud Onderhoud ......................................................................................................................................................... 438 Standaardreiniging ........................................................................................................................................... 440 De buitenzijde reinigen ................................................................................................................................
Onderhoud Onderhoud 3JE5-07W In dit hoofdstuk wordt het onderhoud van het apparaat beschreven, inclusief het reinigen van het apparaat en het instellen van de afdrukkwaliteit. ◼ Standaardreiniging Standaardreiniging(P. 440) ◼ Verbruiksartikelen vervangen De tonercartridge vervangen(P. 452) De drumcartridge vervangen(P. 456) De resterende hoeveelheid verbruiksartikelen controleren(P. 460) Verbruiksartikelen(P.
Onderhoud ◼ Het apparaat instellen en beheren De machine verplaatsen(P. 461) Aantal afdrukken weergeven(P. 463) Rapporten en lijsten afdrukken(P.
Onderhoud Standaardreiniging 3JE5-07X Maak de machine regelmatig schoon om te voorkomen dat de afdrukkwaliteit afneemt en om de machine veilig en prettig te kunnen gebruiken. Onderdelen die u moet reinigen Behuizing van het apparaat en de ventilatieopeningen De buitenzijde reinigen(P. 441) Documentinvoer The documentinvoer reinigen(P. 444) Binnenkant van het apparaat en fixeereenheid De fixeereenheid reinigen(P. 448) De binnenkant van het apparaat reinigen(P.
Onderhoud De buitenzijde reinigen 3JE5-07Y Wrijf de behuizing van het apparaat regelmatig schoon, vooral bij de ventilatieopeningen, om het apparaat in goede conditie te houden. 1 Schakel de machine uit en haal de stekker uit het stopcontact voordat u begint met schoonmaken. ● Wanneer u de printer uitschakelt, worden afdrukgegevens in de wachtrij gewist.
Onderhoud De glasplaat reinigen 3JE5-080 Verwijder regelmatig stof van de glasplaat en de onderzijde van de documentinvoer om vlekken op originelen of afdrukken te voorkomen. 1 Schakel de machine uit en haal de stekker uit het stopcontact voordat u begint met schoonmaken. ● Wanneer u de printer uitschakelt, worden afdrukgegevens in de wachtrij gewist.
Onderhoud 6 Steek de stekker weer in het stopcontact en schakel het apparaat in.
Onderhoud The documentinvoer reinigen 3JE5-081 Grafietpoeder of stof op de rollen in de invoer of op het scangebied van de documentinvoer kan vlekken geven op de afdrukken. Als dit zich voordoet, of als er veel papierstoringen zijn, maak dan de documentinvoer schoon.
Onderhoud ● Veeg de rollers schoon met een doek die vochtig is gemaakt met water en is uitgewrongen. Veeg vervolgens de rollers droog met een droge doek. MF269dw MF267dw / MF264dw ● Als de rollen en omgeving erg vuil zijn, maak ze dan schoon. Hiertoe maakt u een doek nat met water en wringt u hem goed uit, en veegt dan de vuile gebieden schoon. Wrijf de gebieden vervolgens droog met een zachte, droge doek. MF269dw MF267dw / MF264dw 5 Sluit de invoerdeksel en originele toevoerlade.
Onderhoud ● Wanneer u het transparante kunststof onderdeel schoonveegt ( ), let er dan op dat u het kunststof niet buigt. Als het probleem aanwezig blijft Verwijder dan het transparante kunststof onderdeel ( 1 Houd de lippen ( ) en veeg het schoon. ) aan beide einden van het transparante kunststof onderdeel vast en verwijder het kunststof onderdeel door behoedzaam eerst het achtereinde op te tillen. ● Het kunststof onderdeel ( ) is tamelijk kwetsbaar.
Onderhoud 4 Wacht tot het kunststof onderdeel geheel droog is. 5 Plaats het kunststof onderdeel terug op zijn plaats. ● Controleer of de richting klopt, houd de tabbladen vast en plaats het kunststof onderdeel terug op zijn plaats door het voorste gedeelte eerst neer te laten. 8 Wacht tot de gebieden helemaal droog zijn. 9 Sluit de invoerdeksel voorzichtig. 10 Steek de stekker van het apparaat weer in het stopcontact en schakel het apparaat in.
Onderhoud De fixeereenheid reinigen 3JE5-082 Er kan zich vuil verzamelen op de fixeermodule in het apparaat, met als gevolg zwarte strepen op de afdrukken. Voer de onderstaande procedure uit om de fixeermodule te reinigen. U kunt de fixeermodule niet reinigen als het apparaat documenten in de wachtrij heeft staan die nog moeten worden afgedrukt. U hebt normaal papier van A4-of Letterformaat nodig om de fixeermodule te reinigen. Leg het papier in de lade verricht dan de volgende procedure. Papier laden(P.
Onderhoud De binnenkant van het apparaat reinigen 3JE5-083 Reinig de binnenkant van het apparaat regelmatig, zodat zich geen tonerpoeder of papierstof in het apparaat ophoopt. 1 Schakel de machine uit en haal de stekker uit het stopcontact. ● Wanneer u de printer uitschakelt, worden afdrukgegevens in de wachtrij gewist.
Onderhoud ● U mag de tonercartridge niet heen en weer schudden of op zijn kop houden. Vermijd ook schokken doordat de tonercartridge bijvoorbeeld ergens tegenaan botst. Hierdoor kan de toner namelijk gaan lekken. Verwijder de tonercartridge zorgvuldig onder dezelfde hoek als de sleuf. 5 Verwijder de drumcartridge. ● U mag de drumcartridge niet heen en weer schudden of op zijn kop houden. Vermijd ook schokken doordat de drumcartridge bijvoorbeeld ergens tegenaan botst.
Onderhoud 8 Plaats de tonercartridge. 9 Sluit de tonerklep. 10 Zet het bedieningspaneel omlaag. 11 Steek de stekker weer in het stopcontact en schakel het apparaat in.
Onderhoud De tonercartridge vervangen 3JE5-084 Het apparaat geeft een melding weer wanneer er nog maar weinig toner in de tonercartridge zit. Let op: de afdrukkwaliteit kan verslechteren, als u doorgaat met afdrukken zonder dit op te lossen. Op de display kunt u zien hoeveel toner er nog in de tonercartridge zit ( De resterende hoeveelheid verbruiksartikelen controleren(P. 460) ). Er wordt een bericht weergegeven(P. 452) Procedure voor het vervangen van de tonercartridge(P.
Onderhoud om instructies weer te geven voor het vervangen van de tonercartridge. Verbruiksartikelen vervangen ● Houd de -toets ingedrukt. Selecteer en maak een afdruk van het rapport over de status van de verbruiksartikelen en zoek de naam van de cartridge. Rapporten en lijsten afdrukken(P.
Onderhoud ● U mag de tonercartridge niet heen en weer schudden of op zijn kop houden. Vermijd ook schokken doordat de tonercartridge bijvoorbeeld ergens tegenaan botst. Hierdoor kan de toner namelijk gaan lekken. Verwijder de tonercartridge zorgvuldig onder dezelfde hoek als de sleuf. 4 Haal de nieuwe tonercartridge uit de beschermende verpakking. 1 Trek aan het lipje van het verpakkingsmateriaal (op een platte ondergrond). 2 Trek de tonercartridge eruit.
Onderhoud 6 Vervang de tonercartridge. 7 Sluit de tonerklep. 8 Zet het bedieningspaneel omlaag. KOPPELINGEN Verbruiksartikelen(P.
Onderhoud De drumcartridge vervangen 3JE5-085 Het apparaat geeft een melding weer wanneer er nog maar weinig toner in de drumcartridge zit. Let op: de afdrukkwaliteit kan verslechteren als u doorgaat met afdrukken zonder dit op te lossen. Op het display kunt u zien hoeveel toner er nog in de drumcartridge zit ( De resterende hoeveelheid verbruiksartikelen controleren(P. 460) ). Er wordt een bericht weergegeven(P. 456) Procedure voor het vervangen van de drumcartridge(P.
Onderhoud om instructies weer te geven voor het vervangen van de drumcartridge. Verbruiksartikelen vervangen ● Houd de -toets ingedrukt. Selecteer en maak een afdruk van het rapport over de status van de verbruiksartikelen en zoek de naam van de cartridge. Rapporten en lijsten afdrukken(P.
Onderhoud U mag de tonercartridge niet heen en weer schudden of op zijn kop houden. Vermijd ook schokken doordat de tonercartridge bijvoorbeeld ergens tegenaan botst. Hierdoor kan de toner namelijk gaan lekken. Verwijder de tonercartridge zorgvuldig onder dezelfde hoek als de sleuf. 4 Verwijder de drumcartridge. U mag de drumcartridge niet heen en weer schudden of op zijn kop houden. Vermijd ook schokken doordat de drumcartridge bijvoorbeeld ergens tegenaan botst.
Onderhoud 7 Plaats de tonercartridge. 8 Sluit de tonerklep. 9 Zet het bedieningspaneel omlaag. KOPPELINGEN Verbruiksartikelen(P.
Onderhoud De resterende hoeveelheid verbruiksartikelen controleren 3JE5-086 Met de onderstaande procedure kunt u onder andere controleren hoeveel toner er nog in de tonercartridge zit. Het is vooral belangrijk dat u controleert of u een nieuwe tonercartridge of drumcartridge gereed moet hebben, voordat u met een grote afdruktaak begint. Resterende hoeveelheid in tonercartridge Geeft aan hoeveel toner er nog in de tonercartridge zit.
Onderhoud De machine verplaatsen 3JE5-087 Het apparaat is zwaar. Volg altijd de onderstaande procedure als u het apparaat gaat verplaatsen, om lichamelijk letsel te voorkomen. 1 Schakel het apparaat en de computer uit. ● Wanneer u de printer uitschakelt, worden afdrukgegevens in de wachtrij gewist.
Onderhoud 5 Sluit de voorklep, de papierstop en alle andere geopende onderdelen, en breng het apparaat vervolgens naar de nieuwe gebruikslocatie. ● Controleer hoe zwaar het apparaat is en draag het zonder uzelf te overbelasten. Hoofdeenheid(P. 545) ● Pak de handgrepen vast en til het apparaat omhoog. 6 Zet het apparaat voorzichtig neer op de nieuwe gebruikslocatie. ● Zie "Aan de slag" voor informatie over het installeren van het apparaat nadat u dit hebt verplaatst. Handleidingen en hun inhoud(P.
Onderhoud Aantal afdrukken weergeven 3JE5-088 U kunt het totaal opvragen voor het aantal pagina's dat is gebruikt voor afdrukken. Het aantal afdrukken omvat afdrukken uit de lijst, maar ook afdrukken van gegevens vanaf computers.
Onderhoud Rapporten en lijsten afdrukken 3JE5-089 U kunt rapporten en lijsten afdrukken om informatie te controleren zoals apparaatinstellingen. Instelrapporten over de communicatieresultaten(P. 464) Instellijsten afdrukken(P. 465) Rapporten en lijsten afdrukken over de verbruikstatus van het apparaat(P.
Onderhoud
Controleer of het papier dat is geladen overeenkomt met het formaat en het type op het scherm en selecteer Fax TX-resultaatrapport (Model aanraakscherm) U kunt de faxlogboeken van verzonden documenten controleren door een Fax TX-resultaatrapport af te drukken. U kunt het rapport afdrukken na elke transmissie of alleen als er een verzendfout optreedt. Onderhoud Adresboeklijst (Model aanraakscherm) U kunt de lijst met bestemmingen controleren die als , en beschikbaar zijn in het adresboek door een zogenaamde adresboeklijst af te drukken.
Onderhoud Controleer of het papier dat is geladen overeenkomt met het formaat en het type op het scherm en selecteer Statusrapport verbruiksart Met een rapport kunt u de status controleren van de verbruiksartikelen die in het apparaat zijn geïnstalleerd. Model aanraakscherm
Onderhoud
Onderhoud Verbruiksartikelen 3JE5-08A Hier volgt een richtlijn voor de geschatte levensduur van de verbruiksartikelen die in dit apparaat worden gebruikt. Koop verbruiksartikelen bij een erkende Canon-dealer. Neem voorzorgsmaatregelen voor gezondheid en veiligheid in acht wanneer u verbruiksartikelen opslaat en hanteert. Voor een optimale printkwaliteit worden originele toner, tonercartridges en onderdelen van Canon aanbevolen.
Onderhoud *De gemiddelde capaciteit is gebaseerd op de standaard "ISO/IEC 19752" (de wereldwijde standaard die door de ISO [International Organization for Standardization] is uitgegeven met betrekking tot de methode voor het bepalen van het verbruik van tonercartridges voor monochromatische elektrofotografische printers en multifunctionele toestellen die printeronderdelen bevatten) bij het afdrukken op papier van A4-formaat met de standaardinstelling voor afdrukdichtheid.
Onderhoud Wees voorzichtig met namaakdrumcartridges ● Wees erop bedacht dat er Canon-namaakdrumcartridges in omloop zijn. Het gebruik van namaakdrumcartridges kan leiden tot een slechte afdrukkwaliteit of slechte machineprestaties. Canon is niet verantwoordelijk voor defecten, ongevallen of schade als gevolg van het gebruik van een namaakdrumcartridge. Voor meer informatie gaat u naar canon.com/counterfeit. ● Zie De drumcartridge vervangen(P. 456) als u de drumcartridge gaat vervangen.
Problemen oplossen Problemen oplossen Problemen oplossen ..................................................................................................................................... 473 Veelvoorkomende problemen .......................................................................................................................... 475 Installatie-/instellingenproblemen ...............................................................................................................
Problemen oplossen Problemen oplossen 3JE5-08C Als er een probleem optreedt, raadpleegt u dit hoofdstuk om oplossingen te zoeken voordat u contact opneemt met Canon. ◼ Veelvoorkomende problemen Dit gedeelte beschrijft hoe u actie onderneemt als u vermoedt dat het apparaat niet goed werkt. problemen(P. 475) Veelvoorkomende ◼ Als u niet goed kunt afdrukken Dit gedeelte beschrijft welke actie u moet ondernemen als het afdrukresultaat niet naar tevredenheid is, of het papier gekreukeld of gekruld is.
Problemen oplossen ◼ Wanneer een probleem niet kan worden opgelost Als een probleem blijft optreden, leest u contactgegevens. Wanneer een probleem niet kan worden opgelost(P.
Problemen oplossen Veelvoorkomende problemen 3JE5-08E Als er problemen ontstaan tijdens het gebruiken van de machine, controleer dan de tips in dit gedeelte voordat u contact met ons opneemt. Als u een probleem niet zelf kunt oplossen, neem dan contact op met uw Canon-dealer of met de Canon-helpdesk.
Problemen oplossen Installatie-/instellingenproblemen 3JE5-08F Zie ook Veelvoorkomende problemen(P. 475) . Probleem met de draadloos/bedraad LAN verbinding(P. 476) Probleem met de USB-verbinding(P. 479) Probleem met de printserver(P. 479) Probleem met de draadloos/bedraad LAN verbinding Het draadloos LAN en bekabeld LAN kunnen niet tegelijkertijd worden gebruikt. ● Het draadloos LAN en bekabeld LAN kunnen niet tegelijkertijd worden gebruikt.
Problemen oplossen U weet niet zeker welk IP-adres is ingesteld. weergeven(P. 38) Netwerkinstellingen U kunt niet afwisselend de verbindingsmethode bekabeld LAN en draadloos LAN gebruiken. ● Hebt u op het bedieningspaneel van het apparaat ook gekozen voor Bekabeld LAN of Draadloos LAN? Dat is noodzakelijk om het apparaat te laten overschakelen naar uw selectie. Bekabeld LAN of Draadloos LAN selecteren(P.
Problemen oplossen ● Zijn de kabels van de draadloze router (inclusief het netsnoer en de LAN-kabel) goed aangesloten? ● Is de draadloze router ingeschakeld? Als het probleem zich blijft voordoen zelfs nadat u de bovenstaande items hebt gecontroleerd: ● Schakel de apparaten uit en schakel ze vervolgens opnieuw in. ● Wacht enkele ogenblikken en probeer opnieuw verbinding te maken met het netwerk. Controleer of het apparaat is ingeschakeld.
Problemen oplossen *Een functie waarbij de draadloze router de verbinding weigert als de SSID op het apparaat dat moet worden aangesloten, is ingesteld op "ELKE" of leeg is. Wanneer u de instellingen van de draadloze router moet wijzigen Als de draadloze router is ingesteld zoals hieronder beschreven, wijzigt u de instellingen van de router. ● Het filteren van gegevenspakketten op MAC-adres is ingesteld. ● Wanneer alleen IEEE 802.
Problemen oplossen Problemen bij het kopiëren / afdrukken 3JE5-08H Zie ook Veelvoorkomende problemen(P. 475) . Het kopieer-/afdrukresultaat is niet naar tevredenheid. Het papier is gekreukeld of gekruld. Als u niet goed kunt afdrukken(P. 485) U kunt niet afdrukken. ● Kunt u een Windows-testpagina afdrukken? Als dat lukt, is er geen probleem met het apparaat of het printerstuurprogramma. Controleer de afdrukinstellingen van uw toepassing. Een testpagina afdrukken in Windows(P.
Problemen oplossen Stuurprogramma's installeren(P. 69) ● Kunt u afdrukken vanaf andere computers op het netwerk? Als u ook niet kunt afdrukken vanaf andere computers, neemt u contact op met de dichtstbijzijnde Canon-dealer of met de Canon-helpdesk. Bekabelde LAN-verbinding ● Hebt u de juiste poort geselecteerd? Als er geen poort kan worden gebruikt, maak dan een poort. De printerpoort controleren(P. 574) Printerpoorten configureren(P.
Problemen oplossen Het afdrukken gaat langzaam. * ● Maak ruimte vrij door gegevens in het geheugen af te drukken of te verwijderen. *Als het geheugen bijna vol is, wordt het apparaat trager, net zoals bij een computer. Er is dus geen sprake van een foutsituatie. U kunt niet afdrukken met Google Cloudprinter. Google Cloudprinter gebruiken(P. 290) Het duurt een tijd voordat het afdrukken start.
Problemen oplossen Problemen bij het faxen of met de telefoon 3JE5-08J Zie ook Veelvoorkomende problemen(P. 475) . Problemen bij het verzenden(P. 483) Problemen bij het ontvangen(P. 484) Problemen bij het verzenden Het lukt niet een fax te verzenden. ● Is de externe telefoonlijn bezet? Wacht tot de lijn vrij is. ● Is er een fout opgetreden? Druk het communicatiebeheerrapport af en bekijk de inhoud. Communicatiebeheerrapport (Model aanraakscherm)(P.
Problemen oplossen Problemen bij het ontvangen De resultaten van een ontvangen fax zijn niet naar tevredenheid. Het papier is gekreukeld of gekruld. Als u niet goed kunt afdrukken(P. 485) Er kan niet automatisch worden geschakeld tussen de telefoon en de fax. ● Controleer of de ontvangstmodus is ingesteld op , , of . De ontvangstmodus selecteren(P. 73) ● Misschien is er nog weinig ruimte in het geheugen beschikbaar.
Problemen oplossen Als u niet goed kunt afdrukken 3JE5-08K Probeer de volgende oplossingen als het afdrukresultaat te wensen overlaat, of als het papier gekreukeld is of omkrult. Als u een probleem niet zelf kunt oplossen, neem dan contact op met uw Canon-dealer of met de Canonhelpdesk. ◼ Problemen met de beeldkwaliteit Vlekken aan de rand van afdrukken(P. 487) Vlekken en spetters(P. 488) Er verschijnen strepen/het afdrukken is ongelijk(P. 491) Het afdrukresultaat is niet goed(P.
Problemen oplossen Er verschijnen vlekken(P. 494) Achterzijde van het papier is vlekkerig(P. 495) ◼ Problemen met het printpapier Het papier kreukelt(P. 497) Het papier krult om of is gekreukeld(P. 497) Het papier krult(P. 497) ◼ Problemen met de papiertoevoer Afdrukken zijn scheef(P. 499) Afgedrukte streepjescode is niet leesbaar(P. 495) Papier is onjuist ingevoerd(P. 499) Papier wordt niet ingevoerd of er worden twee of meer vellen tegelijk ingevoerd(P.
Problemen oplossen Het afdrukresultaat is niet goed 3JE5-08L Als het apparaat van binnen vies is, kan dit gevolgen hebben voor het afdrukresultaat. Reinig het apparaat zorgvuldig. Standaardreiniging(P. 440) Vlekken aan de rand van afdrukken Gebruikt u geschikt papier? ● Controleer de ondersteunde papiertypes en druk af met geschikt papier. Geef ook de instellingen voor het formaat en type papier goed op. Geschikt papier(P. 550) Papier laden(P. 133) Het type en formaat papier opgeven(P.
Problemen oplossen ● Als het probleem nog steeds niet is opgelost, kan het helpen om de instelling van of te wijzigen. kan de kwaliteit aanzienlijk meer verbeteren dan . (P. 423) Lege gebieden bevatten zogenaamde nabeelden Gebruikt u geschikt papier? ● Controleer het papier dat u kunt gebruiken en druk af met geschikt papier. Geschikt papier(P. 550) Papier laden(P.
Problemen oplossen Gebruikt u geschikt papier? ● Controleer het papier dat u kunt gebruiken en druk af met geschikt papier. Geschikt papier(P. 550) Papier laden(P. 133) ● Als u instelt op , wordt het probleem mogelijk opgelost. (P. 423) Gebruikt u papier dat veel papierstof of andere stofdeeltjes bevat? ● Als het papier erg veel papierstof of andere stofdeeltjes bevat, kunnen afdrukken vlekken bevatten.
Problemen oplossen Gebruikt u papier dat veel papierstof bevat? ● Bij papier dat veel stof bevat, kan het stof leiden tot een vage of streperige afdruk. In dat geval wordt het probleem misschien opgelost als u instelt op . (P. 423) Gebruikt u papier met een ruw oppervlak? ● Als u afdrukt op papier dat erg ruw is, kunnen afdrukken vaag zijn. In dat geval kunt u instellen op om het probleem mogelijk op te lossen.
Problemen oplossen Is de drumcartridge bijna leeg? ● Controleer de inhoud van de drumcartridge en vervang deze zo nodig. ● Ongeacht de resterende inhoud van de drumcartridge, kan het einde van de gebruiksduur van de cartridge zijn bereikt, afhankelijk van de gebruiksomgeving of de slijtage van interne onderdelen van de drumcartridge. De drumcartridge vervangen(P.
Problemen oplossen Is de glasplaat verontreinigd? ● Reinig de glasplaat en de onderzijde van de documentinvoer. De glasplaat reinigen(P. 442) Heeft u de fixeereenheid gereinigd? ● Reinig de fixeereenheid. De fixeereenheid reinigen(P. 448) Gebruikt u papier met een ruw oppervlak? ● Als u afdrukt op papier dat erg ruw is, kunnen afdrukken vaag zijn. In dat geval kunt u instellen op om het probleem mogelijk op te lossen. (P.
Problemen oplossen De drumcartridge vervangen(P. 456) De afdrukken zijn deels of helemaal grijsachtig Is in te donker ingesteld? ● Wijzig de instelling zodat de dichtheid lichter is. (P.
Problemen oplossen De drumcartridge vervangen(P. 456) Er verschijnen witte vlekken Gebruikt u papier dat vochtig is geweest? ● Vervang de stapel door geschikt papier. Papier laden(P. 133) Gebruikt u geschikt papier? ● Controleer het papier dat u kunt gebruiken en druk af met geschikt papier. Geschikt papier(P. 550) Papier laden(P. 133) Is de tonercartridge bijna leeg? ● Controleer hoeveel toner er nog in de tonercartridge zit en vervang deze zo nodig.
Problemen oplossen Heeft u de fixeereenheid gereinigd? ● Reinig de fixeereenheid. De fixeereenheid reinigen(P. 448) Achterzijde van het papier is vlekkerig Hebt u papier geladen dat kleiner is dan de afmetingen van de afdrukgegevens? ● Controleer of het papierformaat overeenkomt met de afmetingen van de afdrukgegevens. Heeft u de fixeereenheid gereinigd? ● Reinig de fixeereenheid. De fixeereenheid reinigen(P.
Problemen oplossen Probeert u een kleine streepjescode te lezen of een code met dikke lijnen? ● Maak de streepjescode groter. ● U kunt het probleem misschien oplossen door de instelling van te wijzigen. (P.
Problemen oplossen Het papier krult om of is gekreukeld 3JE5-08R Het papier kreukelt Is het papier goed geplaatst? ● Als de stapel papier hoger is dan de markering voor het maximale aantal vellen of schuin in de lade ligt, kunnen er kreukels of vouwen ontstaan. Papier laden(P. 133) Gebruikt u papier dat vochtig is geweest? ● Vervang de stapel door geschikt papier. Papier laden(P. 133) Gebruikt u geschikt papier? ● Controleer het papier dat u kunt gebruiken en druk af met geschikt papier.
Problemen oplossen ● Stel in op dunner papier. Als de huidige instelling bijvoorbeeld is, wijzigt u dit in of . Het type en formaat papier opgeven(P. 146) Geschikt papier(P. 550) ● Plaats het papier opnieuw de afdrukzijde te veranderen (voorkant/achterkant). ● In uitzonderlijke gevallen kan het symptoom erger worden, afhankelijk van het papier. Als dat het geval is, verandert u de afdrukzijde naar de vorige zijde.
Problemen oplossen Papier is onjuist ingevoerd 3JE5-08S Afdrukken zijn scheef Zijn de papiergeleiders afgesteld op de randen van het papier? ● Als de papiergeleiders te los of te strak zitten, zijn de afdrukken scheef. Papier laden(P. 133) Drukt u af op omgekrulde enveloppen? ● Strijk de enveloppen glad en druk opnieuw af. Enveloppen plaatsen(P.
Problemen oplossen Er verschijnt een melding of een nummer dat begint met "#" (een foutcode) 3JE5-08U Als er een schermbericht op het apparaat verschijnt, of een nummer (foutcode) voorafgegaan door "#", raadpleegt u de volgende gedeeltes voor een oplossing. Maatregelen bij ieder bericht(P. 501) Maatregelen bij iedere foutcode(P.
Problemen oplossen Maatregelen bij ieder bericht 3JE5-08W Als u geen fax kunt verzenden, het geheugen vol is of als er bedieningsproblemen zijn, verschijnt er een bericht op het scherm. In de volgende lijst worden deze foutberichten toegelicht. Mogelijk wordt een namaakdrumcartridge die niet van Canon is, gebruikt. De hoev. inkt in de cart. kan niet correct worden weergeg./Mogelijk wordt een namaakdrumcartridge die niet van Canon is, gebruikt.
Problemen oplossen ● Verwijder de tonercartridge en plaats deze opnieuw. Als het bericht aanhoudt nadat u dit een paar keer hebt gedaan, is de tonercartridge mogelijk defect. Neem contact op met de winkel waar u de tonercartridge hebt gekocht, of met de klantenservice van Canon. De tonercartridge vervangen(P. 452) De gebruikte cartridge is misschien geen Canon Genuine toner cartridge. ● Gebruik bij vervanging van tonercartridges bij voorkeur originele Canon toner cartridges. Verbruiksartikelen(P.
Problemen oplossen Kan toegangspunt niet vinden. Tijdens het automatisch instellen met WPS, is binnen de ingestelde periode geen draadloze router gevonden. ● Maak opnieuw verbinding en houd hierbij rekening met de tijdslimiet. De verbinding instellen met behulp van de WPS Drukknop-modus(P. 20) De verbinding instellen met behulp van de WPS pincodemodus(P. 22) Er is handmatig een SSID van een draadloze router ingevoerd, maar de invoer is onjuist. ● Controleer de SSID en voer de juiste waarde nogmaals in.
Problemen oplossen Faxen ontvangen(P. 205) Kan niet verzenden omdat meer dan één bestemming is opgegeven. Het verzenden van faxen naar meerdere bestemmingen is uitgeschakeld. ● Als u meerdere bestemmingen wilt opgeven, moet u instellen op of . Neem voor meer informatie contact op met uw beheerder. Groepsverzending beperken(P. 333) Kan geen groep opgeven. Groepskiezen is opgegeven als bestemming na het indrukken van .
Problemen oplossen Communicatiefout cartridge. Mogelijk wordt een namaakdrumcartridge die niet van Canon is, gebruikt./Comm.fout cartridge. Mogelijk wordt een namaakdrumcart. niet van Canon gebruikt. De drumcartridge is misschien niet goed geïnstalleerd of deze werkt niet goed. ● Plaats de drumcartridge opnieuw. Als hierdoor de fout niet verdwijnt, werkt de drumcartridge misschien niet goed. Neem contact op met de winkel waar u de drumcartridge hebt gekocht of met de klantenservice van Canon.
Problemen oplossen Kan niet verbinden. (voor verbinding in toegangspuntmodus) Verbinding in de Toegangspuntstand is niet gerealiseerd als gevolg van een fout. ● Wacht even en probeer het opnieuw. Als u nog steeds geen verbinding kunt maken, zet het apparaat dan UIT en weer aan. Direct verbinden (toegangspuntmodus)(P. 273) Kan niet verbinden. (voor gemakkelijke verbinding via PC-verbinding) Er is een fout opgetreden tijdens het starten van Eenvoudige verbinding via pc (configuratiemodus zonder kabel).
Problemen oplossen Kan geen verbinding maken via WPS. Wacht even en configureer de instellingen opnieuw./Kan geen verbinding maken via WPS. Tijdens het automatisch instellen met WPS, is de verbinding door een fout mislukt. ● Wacht even en probeer het daarna opnieuw. Als het probleem blijft optreden, controleert u of de draadloze router wel ondersteuning biedt voor WPS. Als WPS wordt ondersteund: Controleer of het apparaat goed is geïnstalleerd en klaar is voor verbinding met het netwerk.
Problemen oplossen ● Wijzig de WEP-verificatiemethode in "Gedeelde sleutel" op de draadloze router en maak opnieuw verbinding. Raadpleeg voor meer informatie de handleidingen van uw netwerkapparatuur of neem contact op met de fabrikant. Kan de huidige datum en tijd niet instellen. De communicatie is mislukt vanwege een netwerkfout en een time-out. ● Controleer de netwerkomgeving waarmee verbinding wordt gemaakt door het apparaat.
Problemen oplossen Eenvoudige verbinding via pc beëindigd door time-out van sessie./ Eenvoudige verbinding via pc beëindigd door time-out. Er is na het starten van Eenvoudige verbinding via pc (configuratiemodus zonder kabel) gedurende 30 minuten geen verbinding tot stand gebracht met de computer. ● Druk op om terug te gaan naar het vorige scherm en probeer de functie opnieuw. Plaats de drumcartridge. De drumcartridge is niet of niet juist ingesteld.
Problemen oplossen Er is geen papier geladen waarop rapporten of lijsten kunnen worden afgedrukt. ● Rapporten of lijsten kunnen worden afgedrukt op papier van het formaat A4 of Letter. Laad papier van het formaat A4 of Letter en stel dit formaat in. Papier laden(P. 133) Het type en formaat papier opgeven(P. 146) Er is geen papier geladen waarop ontvangen documenten kunnen worden afgedrukt. ● Ontvangen documenten kunnen worden afgedrukt op papier van het formaat A4 of Letter.
Problemen oplossen Tonercartridge voorbereiden wordt aanbevolen./Tonercart. voorberei- den wordt aanbevolen. De tonercartridge moet binnenkort vervangen worden. ● Vervang de tonercartridge als u dit bericht ziet voordat u een grote taak wilt gaan afdrukken. Verbruiksartikelen(P. 469) Stel de juiste authenticatie- gegevens in. De informatie over client-verificatie (sleutel en certificaat, gebruikersnaam en wachtwoord, of CAcertificaat) is niet goed ingesteld.
Problemen oplossen De verbinding met de pc is verbroken. Controleer de verbinding. De verbinding met de computer is verbroken tijdens het scannen. ● Controleer de verbinding tussen de machine en de computer. Het gebruik van het apparaat als een scanner voorbereiden(P. 77) De drumcartr. heeft het einde van de gebruiksduur bereikt./Einde gebruiksduur drumcartridge bereikt. De drumcartridge is bijna helemaal leeg. ● Vervang de drumcartridge door een nieuwe. De drumcartridge vervangen(P.
Problemen oplossen ● Controleer de netwerksleutel (de WPA/WPA2-PSK- of WEP-sleutel) van de draadloze router en stel de sleutel opnieuw in op het apparaat. Raadpleeg voor meer informatie de handleidingen van uw netwerkapparatuur of neem contact op met de fabrikant. De SSID en netwerksleutel controleren(P. 30) De verbinding instellen door een draadloze router te selecteren(P. 24) De verbinding instellen door gedetailleerde instellingen op te geven(P. 27) De WEP-sleutel is niet correct ingesteld.
Problemen oplossen Zet hoofdschakelaar UIT en weer AAN. Neem contact op met uw leverancier of servicevertegenwoordiger als het apparaat niet wordt hersteld. Er is een fout opgetreden op de machine. ● Zet de hoofdschakelaar UIT, wacht 10 seconden en zet het apparaat weer AAN. Als het probleem zich blijft voordoen, zet u de hoofdschakelaar UIT, maakt u het netsnoer los en neemt u contact op met uw Canondealer of met de Canon-helpdesk. Het is belangrijk dat u de weergegeven code doorgeeft.
Problemen oplossen Maatregelen bij iedere foutcode 3JE5-08X Als het afdrukken mislukt, u een fax of gescand document niet kunt verzenden of ontvangen of als er een andere fout optreedt, wordt die fout als een foutcode van drie cijfers weergegeven in een rapport of een bericht op het scherm . Raadpleeg de volgende informatie om voor een foutcode mogelijke oorzaken en oplossingen weer te geven. Als u een foutrapport wilt afdrukken, leest u Het scherm (P. 116) .
Problemen oplossen ● Vraag de ontvanger het papier bij te vullen. #018 Het verzenden van een fax is mislukt omdat de machine van de ontvanger niet heeft gereageerd vanwege een bezette lijn of andere oorzaken. ● Als het apparaat van de ontvanger is uitgeschakeld of als de lijn bezet is, kan een fax mogelijk niet worden verzonden. Vraag de ontvanger de status van het apparaat te controleren. Als u een fax naar het buitenland stuurt, voeg dan pauzes toe aan het faxnummer.
Problemen oplossen #752 Het verzenden van een e-mailbericht was niet mogelijk omdat er een onjuiste naam is ingesteld voor de SMTP-server. ● Controleer de naam van de SMTP-server en corrigeer de instelling. Basisinstellingen voor e-mail configureren(P. 79) Communicatie-instellingen voor e-mail configureren(P. 82) Het verzenden van een e-mailbericht was niet mogelijk omdat er een onjuiste domeinnaam is ingesteld. ● Controleer de domeinnaam en corrigeer de instelling. DNS configureren(P.
Problemen oplossen #801 Tijdens de communicatie met een SMTP-server om een e-mail te versturen, is er een time-outfout opgetreden op de server. ● Controleer of SMTP juist wordt uitgevoerd in het netwerk. ● Controleer of het apparaat goed is geïnstalleerd en goed is aangesloten op het netwerk. Installatie-/instellingenproblemen(P. 476) Tijdens de communicatie met de SMTP-server heeft de server een fout geretourneerd. ● Controleer of de SMTP-server goed is ingesteld. Een bestemming is niet goed ingesteld.
Problemen oplossen Tijdens het verzenden van een e-mail is een onjuiste bestemming opgegeven. ● Voer het correcte e-mailadres in en verzend het bericht opnieuw. Als de bestemming uit het adresboek is gebruikt, controleert u of het e-mailadres juist is. Bestemmingen opslaan(P. 162) #810 Tijdens het verzenden van een e-mail heeft de POP3-server een fout geretourneerd. ● Controleer of de POP3-server goed is ingesteld. ● Controleer of de mailserver en het netwerk goed functioneren.
Problemen oplossen #844 De met TLS versleutelde communicatie met een POP3-server is mislukt tijdens het verzenden van een email met POP voor SMTP. ● Controleer de instellingen voor communicatie met TLS-versleuteling op de POP3-server. ● Schakel het selectievakje [Gebruik TLS voor POP] uit voor de POP3-server. Schakel, als het probleem blijft optreden, het selectievakje [Gebruik POP-authenticatie voor verzending] uit en kies voor de communicatieinstelling een andere instelling dan POP voor SMTP.
Problemen oplossen ● Verlaag de resolutie in het faxstuurprogramma. #995 Een document dat wacht op verzending is geannuleerd. ● Verzend het document eventueel opnieuw.
Problemen oplossen Papierstoringen oplossen 3JE5-08Y Als het papier is vastgelopen, wordt weergegeven op het scherm. Druk op ( eenvoudige oplossingen weer te geven. Als u de procedures op het scherm niet goed begrijpt, raadpleegt u de volgende gedeeltes om storingen te verhelpen. ) om Documentinvoer Papierstoringen in de documentinvoer(P. 524) Binnenkant van het apparaat Papierstoringen in het apparaat(P. 527) Achterzijde Papierstoringen in het apparaat(P.
Problemen oplossen Trek het vastgelopen papier niet hardhandig uit het apparaat ● Hierdoor kunnen inwendige onderdelen beschadigd raken. Als u het papier niet kunt verwijderen, neemt u contact op met uw Canon dealer of met de Canon helpdesk. Wanneer een probleem niet kan worden opgelost(P.
Problemen oplossen Papierstoringen in de documentinvoer 3JE5-090 Als er originelen in de documentinvoer zijn geplaatst, verwijdert u deze eerst. Volg dan onderstaande procedure. Trek het vastgelopen papier niet hardhandig uit het apparaat. Als het vastgelopen papier niet gemakkelijk kan worden verwijderd, gaat u verder met de volgende stap. Papierstoringen in de documentinvoer (MF269dw)(P. 524) Papierstoringen in de documentinvoer (MF267dw / MF264dw)(P.
Problemen oplossen 2 Verwijder het vastgelopen origineel uit de binnenste klep van de documentinvoer. 1 Houd de groene knop vast en open de binnenste klep. 2 Trek het origineel voorzichtig uit de invoer. 3 Sluit de binnenste klep. 3 Duw de hendel in de vergrendelstand en sluit de invoerdeksel. 4 Plaats het origineel weer. Papierstoringen in de documentinvoer (MF267dw / MF264dw) 1 Open de invoerdeksel.
Problemen oplossen 2 Trek het origineel voorzichtig uit de invoer. 3 Sluit de invoerdeksel. 4 Plaats het origineel weer.
Problemen oplossen Papierstoringen in het apparaat 3JE5-091 Verwijder het vastgelopen papier volgens de onderstaande procedure. Trek het vastgelopen papier niet hardhandig uit het apparaat. Als het vastgelopen papier niet gemakkelijk kan worden verwijderd, gaat u verder met de volgende stap. 1 Zet het bedieningspaneel omhoog. ● Het bedieningspaneel kan alleen worden geopend als de documentinvoer volledig gesloten is. Als u het bedieningspaneel forceert, kan het beschadigd raken. 2 Open de tonerklep.
Problemen oplossen U mag de tonercartridge niet heen en weer schudden of op zijn kop houden. Vermijd ook schokken doordat de tonercartridge bijvoorbeeld ergens tegenaan botst. Hierdoor kan de toner namelijk gaan lekken. Verwijder de tonercartridge zorgvuldig onder dezelfde hoek als de sleuf. 2 Verwijder de drumcartridge. U mag de drumcartridge niet heen en weer schudden of op zijn kop houden. Vermijd ook schokken doordat de drumcartridge bijvoorbeeld ergens tegenaan botst.
Problemen oplossen 2 Trek het papier voorzichtig uit het apparaat. 3 Sluit de klep van de papieruitvoergeleider. 6 1 Controleer of er papier in het apparaat vastzit. Trek het papier voorzichtig uit het apparaat. ● Pak beide randen van het papier vast, trek de voorste rand van het papier iets omlaag en dan uit het apparaat. 7 Controleer of er papier vastzit in de achterklep. 1 Open de achterklep. 2 Trek het papier voorzichtig uit het apparaat.
Problemen oplossen 3 8 Sluit de achterklep. Plaats de cartridges. 1 Plaats de drumcartridge. 2 Plaats de tonercartridge. 9 Sluit de tonerklep en laat het bedieningspaneel zakken. ➠ Het lampje voor de papierstoring gaat uit en het apparaat is klaar voor gebruik.
Problemen oplossen Wanneer een probleem niet kan worden opgelost 3JE5-092 Als u door het raadplegen van de informatie in dit hoofdstuk een probleem nog steeds niet kunt oplossen, neemt u contact op met de dichtstbijzijnde Canon-dealer of met de Canon-helpdesk. Het is niet toegestaan het apparaat te demonteren of te repareren ● Als u dat wel doet, bestaat de kans dat de garantie vervalt.
Bijlage Bijlage Bijlage ................................................................................................................................................................... 533 Software van derden ......................................................................................................................................... 534 Handige functies ............................................................................................................................................
Bijlage Bijlage 3JE5-093 Dit hoofdstuk bevat de technische specificaties van dit apparaat, instructies voor het gebruik van de Gebruikershandleiding, disclaimers, auteursrechtinformatie en andere belangrijke informatie voor klanten. ◼ Apparaatspecificaties Raadpleeg een of meer van de volgende secties als u de specificaties van het apparaat, de netwerkomgeving, de afdrukfunctie, enzovoort, wilt controleren. Technische specificaties(P.
Bijlage Software van derden 3JE5-094 Voor informatie over software van derden klikt u op het (de) volgende pictogram(men).
Bijlage Handige functies 3JE5-095 Dit gedeelte beschrijft tips om de apparaatfuncties per categorie te versterken. U kunt gebruik maken van de functies aan de hand van uw beoogd gebruik en werkomgeving. Milieubesparing levert geld op(P. 536) Efficiënter werken(P. 538) Digitaal is beter(P. 540) Ongekende mogelijkheden(P.
Bijlage Milieubesparing levert geld op 3JE5-096 Er zijn veel manieren om papier, toner, stroom en kosten te besparen. Dubbelzijdig afdrukken Meerdere pagina's op één vel papier afdrukken U kunt dubbelzijdig afdrukken gebruiken voor kopieën, afdruktaken verzonden uit uw computer, en zelfs Als u pas echt papier wilt besparen, drukt u meerdere pagina's af op één kant van een vel. Zo kunt u 2 of 4 pagina's kopiëren op één vel papier, en maximaal 16 pagina's als u afdruktaken verstuurt vanaf uw computer.
Bijlage Als u energie en geld wilt besparen, is een zogenaamde slaapstand een onmisbare functie. De stroomtoevoer naar de machine wordt dan uitgeschakeld als er gedurende bepaalde tijd geen activiteit is waargenomen. De slaapstand kan automatisch worden geactiveerd, maar ook handmatig. Druk op om de machine in de slaapstand te plaatsen. Druk nogmaals op de toets om de machine weer te activeren. De slaapstand instellen(P.
Bijlage Efficiënter werken 3JE5-097 Hier zijn een paar eenvoudige bewerkingen die gecompliceerde taken efficiënter maken. Adresboek Sneltoetsen voor kopiëren en scannen Als u faxnummers en e-mailadressen invoert in het adresboek, hoeft u niet steeds alle cijfers van het Maak gebruik van de sneltoetsen op het bedieningspaneel, zodat u niet steeds dezelfde instellingen hoeft te configureren. Gebruik nummer of letters van het adres in te voeren als u iets wilt gaan versturen.
Bijlage Beheer op afstand met de externe UI Snel Afdrukinstellingen in orde maken met intuïtieve bediening Met de externe UI kunt u een heleboel dingen beheren U kunt gemakkelijk de paginaopmaak en ook de inbindpositie opgeven, overschakelen tussen enkelzijdig en dubbelzijdig afdrukken, enz., alles op intuïtieve wijze in de voorbeeldweergave in het printerstuurprogramma. Met eenvoudig klikken kunt u handig instellingen regelen en tegelijkertijd zien hoe de instellingen worden toegepast.
Bijlage Digitaal is beter 3JE5-098 Digitaliseren van een document houdt in het bewerken met een computer en het beperken van kosten en tijd door email te gebruiken. Scannen en mailen Scannen en delen U kunt gescande orginelen per e-mail versturen zonder dat u uw computer hoeft aan te zetten. Converteer het gescande origineel vanaf de machine naar een e-mailbijlage. Als u van de generatie bent Stel dat u een papieren exemplaar hebt van een rapport dat moet worden besproken met alle managers.
Bijlage Waarom zou je een hele pagina van een krant scannen als je eigenlijk alleen maar geïnteresseerd bent in een kop en de bijbehorende foto? Gebruik ScanGear MF. Hiermee kunt u in een voorbeeld aangeven wat u wilt scannen, waarna de scanner zijn werk doet. Dit is eenvoudiger dan met een speciaal programma alle overbodige informatie te verwijderen. ScanGear MF gebruiken(P.
Bijlage Ongekende mogelijkheden 3JE5-099 Er is een scala aan functies voor wat u ook maar wilt doen: thuis, op kantoor, of zelfs onderweg. Met een smartphone/tablet Eenvoudig afdrukken met Google Cloudprinter Wanneer u snel een offerte wilt afdrukken die u op een tablet hebt gemaakt terwijl u onderweg was naar een klant, komt Maak vanaf uw laptop of smartphone verbinding met Google Cloudprinter, verstuur uw gegevens en haal de afdrukken op bij het apparaat.
Bijlage Geen kabels, snelle installatie, eenvoudig onderhoud. Als u beschikt over een draadloze LAN-router met WPS, hoeft u helemaal geen instellingen op te geven en kunt u bijna meteen aan de slag. Geniet van een overzichtelijk en gebruiksvriendelijk documentsysteem dat alleen mogelijk is met een draadloze oplossing. Het systeem is compatibel met IEEE 802.11b/g/n en biedt ook ondersteuning voor WEP en WPA/WPA2-PSK (TKIP/AES-CCMP) voor een krachtige beveiliging. Verbinding maken met een draadloos LAN(P.
Bijlage Technische specificaties 3JE5-09A Specificaties van het apparaat kunnen zonder vooraankondiging worden gewijzigd bij verbeteringen van het apparaat of toekomstige vrijgave. ◼ Apparaatspecificaties Hoofdeenheid(P. 545) Documentinvoer(P. 548) Geschikt papier(P. 550) ◼ Functionele specificaties Faxfunctie(P. 553) Scanfunctie(P. 554) Printerfuncties(P. 555) Beheerfuncties(P. 557) ◼ Omgeving om het apparaat te gebruiken Besturingssystemen(P. 558) Netwerkomgeving(P.
Bijlage Hoofdeenheid 3JE5-09C ● Voor informatie over papierformaat en -type raadpleegt u " Geschikt papier(P. 550) ".
Bijlage 1,6 seconden of minder Tijd voor eerste kopie Ongeveer 8,2 seconden (A4) Kopieersnelheid *3 28,0 vellen/minuut (A4) Scansnelheid 2,6 seconden of minder (300 ppp x 600 ppp) (A4) Vergroting 25% tot 400% (in stappen van 1%) Papiertoevoersysteem/-capaciteit *4 Lade 250 vel (80 g/m²)/250 vel (64 g/m²) Multifunctionele lade 1 vel (80 g/m²)/1 vel (64 g/m²) Papieruitvoersysteem/-capaciteit *4 100 vel (68 g/m²) Meerdere kopieën 999 vel Stroomtoevoer AC 220 V - 240 V, 2,2 A, 50/60 Hz Opgenom
Bijlage Verbruiksartikelen(P. 469) MF267dw / MF264dw: Hoofdeenheid *5 Ongeveer 12,4 kg Verbruiksartikelen Verbruiksartikelen(P. 469) Benodigde ruimte Zie "Aan de slag" Handleidingen en hun inhoud(P. 561) Geheugencapaciteit RAM: 256 MB Omgevingsomstandigheden Temperatuur: 10°C tot 30°C Relatieve luchtvochtigheid: 20 % tot 80 % RH (geen condensvorming) *1Inclusief *2Kan multifunctionele lade variëren al naar gelang de omgeving waar het apparaat wordt gebruikt.
Bijlage Documentinvoer 3JE5-09E Mechanisme voor aanvoer van originelen MF269dw: Automatische dubbelzijdige documenttoevoer MF267dw / MF264dw: Automatische enkelzijdige documentinvoer Oorspronkelijk formaat *1 /Type MF269dw: Formaat van het origineel ● Max : 216 mm x 356 mm ● Min : 140 mm x 127 mm Gewicht van originelen ● Enkelzijdige originelen: 50 g/m² tot 105 g/m² (1 vel: 50 g/m² tot 128 g/m²) ● Dubbelzijdige originelen: 60 g/m² tot 105 g/m² MF267dw / MF264dw: Formaat van het origineel ● Max: 216 mm x
Bijlage 20,0 pagina's/minuut Scannen (300 dpi x 600 dpi, A4) *2 ● Full-color (PDF): 7,6 pagina's/minuut ● Zwart-wit (TIFF): 10,1 pagina's/minuut *1Voor *2Kan een optimale beeldkwaliteit wordt aangeraden A6-originelen via de glasplaat te scannen. variëren al naar gelang de omgeving waar het apparaat wordt gebruikt.
Bijlage Geschikt papier 3JE5-09F De volgende tabel toont de papiertypes die bij dit apparaat kunnen worden gebruikt.
Bijlage Papierformaten Lade Multifunctionele lade Automatisch dubbelzijdig afdrukken *1 F4A Envelop Nr. 10 (COM10) Envelope Monarch Envelope C5 Envelope DL Aangepast *5 *1Automatisch *5 dubbelzijdig afdrukken is beschikbaar zonder dat u papier hoeft te vervangen. *2Hiermee kunt u ontvangen faxdocumenten afdrukken. *3Wanneer in liggende afdrukrichting wordt aangevoerd, kan dit alleen vanuit het printerstuurprogramma worden ingesteld.
Bijlage Papiersoort Lade Multifunctionele lade Automatisch dubbelzijdig afdrukken *1 Bond 2 105 tot 163 g/m² Indexkaart 121 tot 163 g/m² Etiketten Envelop Envelop H *4 *1Automatisch dubbelzijdig afdrukken is beschikbaar zonder dat u papier hoeft te vervangen. *2Bruikbare papierformaten zijn A4, Legal, Letter, Oficio, Oficio (Brazil), Oficio (Mexico), Legal (India), Foolscap/Folio en F4A.
Bijlage Faxfunctie 3JE5-09H Gebruikte telefoonlijn *1 Openbaar telefoonnetwerk (PSTN, Public Switched Telephone Network) Scanlijndensiteit Normaal G3: 8 pels*2/mm x 3,85 lijn/mm Fijn G3: 8 pels*2/mm x 7,7 lijn/mm Superfine G3: 8 pels*2/mm x 15,4 lijn/mm Transmissiesnelheid *3 Super G3: 33,6 kbps G3: 14,4 kbps Compressiemethode MH, MR, MMR Type verzending Super G3, G3 Origineelformaten bij verzending A4 Papierformaten bij ontvangst Duur van verzending Geschikt papier(P. 550) Ong.
Bijlage Scanfunctie 3JE5-09J Type Kleurenscanner Scanformaat origineel (max) Scannen via glasplaat Zelfde als "Acceptabele originelen" in "Hoofdeenheid" Hoofdeenheid(P. 545) Scannen vanaf documentinvoer Zelfde als "Formaat van het origineel" in "Documentinvoer" Documentinvoer(P. 548) Resolutie (max) 600 dpi x 600 dpi Scansnelheid Scannen via glasplaat Zelfde als "Scansnelheid" in "Hoofdeenheid" Hoofdeenheid(P.
Bijlage Printerfuncties 3JE5-09K ◼ UFR II-LT-printerfunctie Type Afdrukformaat Intern Geschikt papier(P. 550) Afdruksnelheid Zelfde als "kopieersnelheid" in "Hoofdeenheid" Hoofdeenheid(P. 545) Resolutie Dataverwerking 1200 ppp x 1200 ppp, 600 ppp x 600 ppp Paginabeschrijvingstaal (PDL) UFR II-LT Protocol ondersteund TCP/IP: LPD, Port9100, IPP, IPPS, WSD Residente lettertypes Geen Interface USB USB 1.1 Full-Speed, USB 2.0 Hi-Speed Bedraad LAN 10BASE-T, 100BASE-TX (IEEE 802.
Bijlage Residente lettertypes 45 Roman Interface USB USB 1.1 Full-Speed, USB 2.0 Hi-Speed Bedraad LAN 10BASE-T, 100BASE-TX (IEEE 802.3 compliant) Draadloos LAN IEEE 802.11b, IEEE 802.11g, IEEE 802.
Bijlage Beheerfuncties 3JE5-09L ◼ Firewallinstellingen ● U kunt maximaal 4 IP-adressen (of bereiken van IP-adressen) opgeven voor zowel IPv4 als IPv6. ● U kunt maximaal 10 MAC-adressen opgeven.
Bijlage Besturingssystemen 3JE5-09R Systeemomgeving voor WSD-scan ● Windows Vista ● Windows 7 ● Windows 8.1 ● Windows 10 Systeemvereisten voor de externe UI *1 Windows ● Windows Vista / 7 / 8.1 / 10: Internet Explorer 11 of hoger ● Windows 10: Edge macOS ● Mac OS X 10.6 of hoger ● Safari 3.2.1 of hoger iOS ● Safari Android ● Chrome Bestandservers beschikbaar als bestemming voor bestandtransmissie SMB ● Windows Vista SP2 / 7 / 8 / 8.1 / 10 ● Windows Server 2008 / Server 2012 ● Solaris versie 2.
Bijlage Linux ● Firefox iOS ● Safari*2 Android ● Chrome*2 *1Voordat u de apparaatinstellingen verandert, moet u de webbrowser instellen om alle cookies te activeren en JavaScript gebruiken.
Bijlage Netwerkomgeving 3JE5-09S ◼ Algemene specificaties Protocol ondersteund TCP/IP ● Frametype: Ethernet II ● Afdruktoepassingen: LPD, Raw, IPP, IPP, WSD, Mopria, Google Cloudprinter, AirPrint, Windows10 Mobile Print ◼ Specificaties bedraad LAN Interface 10BASE-T, 100BASE-TX (RJ-45) ◼ Specificaties draadloos LAN Standaard IEEE 802.11b, IEEE 802.11g, IEEE 802.11n Transmissieschema IEEE 802.11b (moduleringssysteem: DS-SS) IEEE 802.11g (moduleringssysteem: OFDM-methode) IEEE 802.
Bijlage Handleidingen en hun inhoud 3JE5-09U Het apparaat wordt geleverd met de volgende handleidingen. Raadpleeg deze handleidingen als u iets niet weet. Aan de slag Lees deze handleiding eerst. Er worden enkele basisprocedures beschreven, van het verwijderen van het verpakkingsmateriaal tot het installeren van het apparaat. Gebruikershandleiding (Deze handleiding) In deze handleiding worden alle functies van het apparaat beschreven. U kunt de handleiding weergeven in een webbrowser.
Bijlage Gebruikershandleiding gebruiken 3JE5-09W De Gebruikershandleiding is een handleiding die u op uw computer of een mobiele apparaat kunt raadplegen. In de handleiding vindt u beschrijvingen van alle apparaatfuncties. U kunt een zoekopdracht ingeven op basis van het beoogde apparaatgebruik of een trefwoord invoeren om snel de pagina te vinden die u zoekt. Deze sectie beschrijft de schermindeling van de Gebruikershandleiding en hoe u de handleiding moet lezen.
Bijlage Schermindeling van Gebruikershandleiding 3JE5-09X De Gebruikershandleiding is opgesplitst in verschillende schermen en de inhoud van elk scherm varieert. Bovenste pagina Verschijnt wanneer u Gebruikershandleiding start. / Klik op om ook alle secties onder de hoofdstukken weer te geven. Klik op de vorige weergave. om terug te keren naar / Klik hierop om te schakelen tussen de inhoudsopgave en de zoekfunctie.
Bijlage Klik hierop om belangrijke informatie weer te geven waarmee u bekend moet zijn voordat u het apparaat gaat gebruiken. Onderwerppagina Deze pagina bevat informatie over het configureren en gebruiken van het apparaat. Navigatie Zie welk hoofdstukonderwerp u momenteel bekijkt. Klik hierop om naar de overeenkomstige pagina te gaan. Klik op "Terug" in uw webbrowser om terug te gaan naar de vorige pagina.
Bijlage / Klik op om de verborgen gedetailleerde beschrijvingen weer te geven. Klik op gedetailleerde beschrijvingen te sluiten. om de Klik hierop om naar het begin van de pagina te gaan. Zoeken Klik op om het zoekvenster weer te geven. Dit bevat een tekstvak om een zoekopdracht met trefwoorden uit te voeren en naar de gewenste pagina te zoeken. [Voer hier trefwoord(en) in] Voer een of meer trefwoorden in en klik op om de zoekresultaten weer te geven.
Bijlage Geeft de zoekresultaten weer van de pagina's die de opgegeven trefwoorden bevatten. Zoek in de resultaten naar de gewenste pagina en klik op de onderwerptitel van de pagina. ● De ingevoerde trefwoorden worden vetgedrukt weergegeven in de zoekresultaten.
Bijlage De Gebruikershandleiding weergeven 3JE5-09Y Dit gedeelte beschrijft de merktekens, knoppen, schermen, en andere items die worden gebruikt in de Gebruikershandleiding. De waarschuwingen worden ook gegeven in de bij het apparaat meegeleverde "Belangrijke veiligheidsinstructies" in het "Aan de slag". Raadpleeg ook deze instructies.
Bijlage De computerschermen in deze handleiding Tenzij anders aangegeven, zijn de displays waarnaar wordt verwezen in de Gebruikershandleiding afkomstig van de MF269dw. Afhankelijk van het besturingssysteem dat u gebruikt, kan de weergave van de displays in deze handleiding iets afwijken van de werkelijke displays. De weergave van stuurprogramma's en software kan ook variëren afhankelijk van hun versie.
Bijlage Basisbewerkingen in Windows 3JE5-0A1 De printermap weergeven(P. 569) [Netwerkdetectie] inschakelen(P. 569) Printers weergeven die worden gedeeld op de printserver(P. 570) Het scherm [Installatie van softwareprogramma's/handleidingen] weergeven(P. 571) Een testpagina afdrukken in Windows(P. 571) De bitarchitectuur controleren(P. 572) De computernaam controleren(P. 573) De printerpoort controleren(P. 574) Bidirectionele communicatie controleren(P.
Bijlage Windows 8/Server 2012 Klik met de rechtermuisknop in de linkerbenedenhoek van het scherm selecteer [Configuratiescherm] [Netwerkstatus en -taken weergeven] [Geavanceerde instellingen voor delen wijzigen] selecteer [Netwerkdetectie inschakelen] onder [Netwerkdetectie]. Windows 8.
Bijlage ◼ Het scherm [Installatie van softwareprogramma's/handleidingen] weergeven Als op uw computer niet het scherm [Installatie van softwareprogramma's/handleidingen] wordt weergegeven nadat u de meegeleverde CD-ROM/DVD-ROM hebt geplaatst, volgt u de onderstaande procedure. De stationsnaam van CDROM/DVD-ROM in deze handleiding wordt aangegeven als "D:". De naam van CD-ROM/DVD-ROM kan verschillen afhankelijk van de computer die u gebruikt. Windows Vista/7/Server 2008 [Starten] typ "D:\MInst.
Bijlage 4 Klik op [Testpagina afdrukken] op het tabblad [Algemeen]. ➠ De testpagina wordt afgedrukt. ◼ De bitarchitectuur controleren Weet u niet zeker of op uw computer de 32-bits of 64-bits versie van Windows wordt uitgevoerd, volg dan onderstaande procedure. 1 Open het onderdeel [Configuratiescherm]. Windows Vista/7/Server 2008 [Starten] selecteer [Configuratiescherm]. Windows 8/Server 2012 Klik met de rechtermuisknop in de linkerbenedenhoek van het scherm Windows 8.
Bijlage Windows Vista/7/8/Server 2008 R2/Server 2012 Klik op [Systeem en onderhoud] of [Systeem en beveiliging] Windows 10/Server 2016 Klik op [ ] [Instellingen] [Systeem] [Systeem]. selecteer [Info]. Windows Server 2008 Dubbelklik op [Systeem]. 3 Controleer de bitarchitectuur. Voor 32-bits versies [32 bitsbesturingssysteem] wordt weergegeven. Voor 64-bits versies [64 bitsbesturingssysteem] wordt weergegeven. ◼ De computernaam controleren 1 Open het onderdeel [Configuratiescherm].
Bijlage Windows Server 2008 Dubbelklik op [Systeem]. 3 Controleer de naam van de computer. ◼ De printerpoort controleren 1 2 Open de printermap. De printermap weergeven(P. 569) Klik met de rechtermuisknop op het pictogram van het printerstuurprogramma voor dit apparaat en klik op [Eigenschappen van printer] of [Eigenschappen].
Bijlage 3 Controleer op het tabblad [Poorten] of de juiste poort is geselecteerd. Als u een netwerkverbinding gebruikt en het IP-adres van het apparaat hebt veranderd ● Als bij [Beschrijving] [Canon MFNP Port] staat voor de geselecteerde poort, en het apparaat en de computer zich in hetzelfde subnet bevinden, wordt de verbinding gehandhaafd. U hoeft geen nieuwe poort toe te voegen. Als de beschrijving bestaat uit [Standard TCP/IP Port], moet u een nieuwe poort toevoegen. Printerpoorten configureren(P.
Bijlage 3 Controleer op het tabblad [Poorten] of het selectievakje [Ondersteuning in twee richtingen inschakelen] is ingeschakeld. ◼ De SSID waarop de computer is aangesloten, bekijken Als de computer is verbonden met een draadloos LAN, klikt u in het systeemvak op van de verbonden draadloze LAN-router weer te geven.
Bijlage ● Als u een document afdrukt of een fax verzendt volgens deze methode, is er slechts een beperkt aantal functies beschikbaar. ● Als het bericht [Er is iets met de printer. Ga naar het bureaublad om dit op te lossen.] wordt weergegeven, gaat u naar het bureaublad en voert u de vereiste handelingen uit. Dit bericht verschijnt als op het apparaat is ingesteld dat de gebruikersnaam wordt weergegeven tijdens taken zoals afdrukken van documenten, verzenden van faxen en dergelijke.
Bijlage Kennisgeving 3JE5-0A2 ◼ IPv6 Gereed-logo De protocolset in dit apparaat heeft het IPv6 Ready-logo Phase-1 verkregen, vastgesteld door het IPv6 Forum. ◼ Productgegevens die verplicht zijn krachtens COMMISSIEVERORDENING (EG) nr. 801/2013 tot wijziging van Verordening (EG) nr. 1275/2008 Stroomverbruik van het product in netwerk-stand-by als bekabelde netwerkpoorten zijn aangesloten en alle draadloze netwerkpoorten zijn geactiveerd (indien deze tegelijkertijd beschikbaar zijn).
Bijlage ◼ Environmental Information Reducing your environmental impact while saving money Power Consumption and Activation Time The amount of electricity a device consumes depends on the way the device is used. This product is designed and set in a way to allow you to reduce your electricity costs. After the last print it switches to Ready Mode. In this mode it can print again immediately if required. If the product is not used for a time, the device switches to its Power Save Mode.
Bijlage Het Adobe PDF-logo is een handelsmerk of geregistreerd handelsmerk van Adobe Systems Incorporated in de Verenigde Staten en/of andere landen. Copyright © 2008 Adobe Systems Incorporated. All rights reserved. Protected by U.S. Patents 6,185,684; 6,205,549; 7,213,269; 7,272,628; 7,278,168; Patents pending in the U.S. and other countries. All instances of the name PostScript in the text are references to the PostScript language as defined by Adobe Systems Incorporated unless otherwise stated.
SIL OPEN FONT LICENSE This Font Software is licensed under the SIL Open Font License, Version 1.1. This license is copied below, and is also available with a FAQ at: http://scripts.sil.org/OFL ----------------------------------------------------------SIL OPEN FONT LICENSE Version 1.
SIL OPEN FONT LICENSE 1) Neither the Font Software nor any of its individual components, in Original or Modified Versions, may be sold by itself. 2) Original or Modified Versions of the Font Software may be bundled, redistributed and/or sold with any software, provided that each copy contains the above copyright notice and this license.
Software onderhevig aan overige licentievoorwaarden Raadpleeg de softwaretabel en de bijbehorende licentietermen hieronder voor meer informatie en bijbehorende licentievoorwaarden.
Adobe PDF Scan Library Portions use software under the following terms: ______________________________________________________________________________________ This product contains either BSAFE and/or TIPEM software by RSA Security Inc. ______________________________________________________________________________________ This product includes software developed by the Apache Software Foundation (http://www.apache.org/). Copyright (c) 1998-2000 The Apache Software Foundation. All rights reserved.
This software consists of voluntary contributions made by many individuals on behalf of the Apache Software Foundation and was originally based on software copyright (c) 1999, International Business Machines, Inc., http://www.ibm.com. For more information on the Apache Software Foundation, please see .
The Loki Library Portions Copyright (c) 2001 by Andrei Alexandrescu . This code accompanies the book: Alexandrescu, Andrei. "Modern C++ Design: Generic Programming and Design Patterns Applied". Portions Copyright (c) 2001. Addison-Wesley.
bldimake Copyright (c) 1985, 1986, 1987, 1988 The Open Group All right Reserved. Permission to use, copy, modify, distribute, and sell this software and its documentation for any purpose is hereby granted without fee, provided that the above copyright notice appear in all copies and that both that copyright notice and this permission notice appear in supporting documentation. The above copyright notice and this permission notice shall be included in all copies or substantial portions of the Software.
carouFredSel The MIT License (MIT) Copyright (c) 2012 Fred Heusschen Permission is hereby granted, free of charge, to any person obtaining a copy of this software and associated documentation files (the "Software"), to deal in the Software without restriction, including without limitation the rights to use, copy, modify, merge, publish, distribute, sublicense, and/or sell copies of the Software, and to permit persons to whom the Software is furnished to do so, subject to the following conditions: The above
FreeType The FreeType Project LICENSE ---------------------------2006-Jan-27 Copyright 1996-2002, 2006 by David Turner, Robert Wilhelm, and Werner Lemberg Introduction ============ The FreeType Project is distributed in several archive packages; some of them may contain, in addition to the FreeType font engine, various tools and contributions which rely on, or relate to, the FreeType Project. This license applies to all files found in such packages, and which do not fall under their own explicit license.
somewhere in your documentation that you have used the FreeType code. (`credits') We specifically permit and encourage the inclusion of this software, with or without modifications, in commercial products. We disclaim all warranties covering The FreeType Project and assume no liability related to The FreeType Project. Finally, many people asked us for a preferred form for a credit/disclaimer to use in compliance with this license.
engine'. This license applies to all files distributed in the original FreeType Project, including all source code, binaries and documentation, unless otherwise stated in the file in its original, unmodified form as distributed in the original archive. If you are unsure whether or not a particular file is covered by this license, you must contact us to verify this. The FreeType Project is copyright (C) 1996-2000 by David Turner, Robert Wilhelm, and Werner Lemberg.
original files must be preserved in all copies of source files. o Redistribution in binary form must provide a disclaimer that states that the software is based in part of the work of the FreeType Team, in the distribution documentation. We also encourage you to put an URL to the FreeType web page in your documentation, though this isn't mandatory. These conditions apply to any software derived from or based on the FreeType Project, not just the unmodified files.
o freetype@nongnu.org Discusses general use and applications of FreeType, as well as future and wanted additions to the library and distribution. If you are looking for support, start in this list if you haven't found anything to help you in the documentation. o freetype-devel@nongnu.org Discusses bugs, as well as engine internals, design issues, specific licenses, porting, etc. Our home page can be found at http://www.freetype.org --- end of FTL.
snmp Copyright 1988, 1989 by Carnegie Mellon University All Rights Reserved Permission to use, copy, modify, and distribute this software and its documentation for any purpose and without fee is hereby granted, provided that the above copyright notice appear in all copies and that both that copyright notice and this permission notice appear in supporting documentation, and that the name of CMU not be used in advertising or publicity pertaining to distribution of the software without specific, written prior
* the code are not to be removed. * If this package is used in a product, Eric Young should be given attribution * as the author of the parts of the library used. * This can be in the form of a textual message at program startup or * in documentation (online or textual) provided with the package. * * Redistribution and use in source and binary forms, with or without * modification, are permitted provided that the following conditions * are met: * 1.
* copied and put under another distribution licence * [including the GNU Public Licence.
Incl Copyright (c) 1994-96 SunSoft, Inc.
JPEG "this software is based in part on the work of the Independent JPEG Group.".
jQuery Copyright 2012 jQuery Foundation and other contributors http://jquery.
jQuery Mobile Copyright (C) 2010, 2014 jQuery Foundation, Inc. and othercontributors http://jquery.
math Copyright (c) 1993 by Sun Microsystems, Inc. All rights reserved. Developed at SunPro, a Sun Microsystems, Inc. business. Permission to use, copy, modify, and distribute this software is freely granted, provided that this notice is preserved. copysignf.c:* Copyright (c) 1993 by Sun Microsystems, Inc. All rights reserved. math_private.h:* Copyright (c) 1993 by Sun Microsystems, Inc. All rights reserved. powf.c:* Copyright (c) 1993 by Sun Microsystems, Inc. All rights reserved. scalbnf.
mDNSResponder Apache License Version 2.0, January 2004 http://www.apache.org/licenses/ TERMS AND CONDITIONS FOR USE, REPRODUCTION, AND DISTRIBUTION 1. Definitions. "License" shall mean the terms and conditions for use, reproduction, and distribution as defined by Sections 1 through 9 of this document. "Licensor" shall mean the copyright owner or entity authorized by the copyright owner that is granting the License.
"Contribution" shall mean any work of authorship, including the original version of the Work and any modifications or additions to that Work or Derivative Works thereof, that is intentionally submitted to Licensor for inclusion in the Work by the copyright owner or by an individual or Legal Entity authorized to submit on behalf of the copyright owner.
d.
9. Accepting Warranty or Additional Liability. While redistributing the Work or Derivative Works thereof, You may choose to offer, and charge a fee for, acceptance of support, warranty, indemnity, or other liability obligations and/or rights consistent with this License.
mDNSResponder (part of mDNSShared) * Copyright (c) 2003-2004, Apple Computer, Inc. All rights reserved. * * Redistribution and use in source and binary forms, with or without * modification, are permitted provided that the following conditions are met: * * 1. Redistributions of source code must retain the above copyright notice, * this list of conditions and the following disclaimer. * 2.
OpenSSL OpenSSL License --------------/* ==================================================================== * Copyright (c) 1998-2011 The OpenSSL Project. All rights reserved. * * Redistribution and use in source and binary forms, with or without * modification, are permitted provided that the following conditions * are met: * * 1. Redistributions of source code must retain the above copyright * notice, this list of conditions and the following disclaimer. * * 2.
* * THIS SOFTWARE IS PROVIDED BY THE OpenSSL PROJECT ``AS IS'' AND ANY * EXPRESSED OR IMPLIED WARRANTIES, INCLUDING, BUT NOT LIMITED TO, THE * IMPLIED WARRANTIES OF MERCHANTABILITY AND FITNESS FOR A PARTICULAR * PURPOSE ARE DISCLAIMED.
* Copyright remains Eric Young's, and as such any Copyright notices in * the code are not to be removed. * If this package is used in a product, Eric Young should be given attribution * as the author of the parts of the library used. * This can be in the form of a textual message at program startup or * in documentation (online or textual) provided with the package.
* derivative of this code cannot be changed. i.e. this code cannot simply be * copied and put under another distribution licence * [including the GNU Public Licence.
xpm Copyright (c) 1989-95 GROUPE BULL Permission is hereby granted, free of charge, to any person obtaining a copy of this software and associated documentation files (the "Software"), to deal in the Software without restriction, including without limitation the rights to use, copy, modify, merge, publish, distribute, sublicense, and/or sell copies of the Software, and to permit persons to whom the Software is furnished to do so, subject to the following conditions: The above copyright notice and this permi