Operation Manual

Geef de instellingen voor pakketfiltering op.
Selecteer de voorwaarde (het standaardbeleid) om de communicatie van andere apparaten met het apparaat toe te staan of te
weigeren en geef vervolgens MAC-adressen op voor uitzonderingen.
1
Schakel het selectievakje [Gebruik filter] in en selecteer het keuzerondje [Weigeren] of [Toestaan] voor het
[Standaardbeleid].
[Gebruik filter]
Schakel het selectievakje in om de communicatie te beperken. Schakel het selectievakje uit om de beperking op te heffen.
[Standaardbeleid]
Selecteer de voorwaarde om de communicatie van andere apparaten met het apparaat toe te staan of te weigeren.
[Weigeren]
Selecteer deze optie om communicatiepakketten alleen door te geven wanneer deze bestemd zijn
voor of afkomstig zijn van apparaten waarvan de MAC-adressen zijn opgegeven in
[Uitzonderingsadressen]. Communicatie met andere apparaten is niet mogelijk.
[Toestaan]
Selecteer deze optie om communicatiepakketten te blokkeren wanneer deze bestemd zijn voor of
afkomstig zijn van apparaten waarvan de MAC-adressen zijn opgegeven in
[Uitzonderingsadressen]. Communicatie met andere apparaten is mogelijk.
2
Geef de adresuitzonderingen op.
Typ het MAC-adres in het vak [Te registreren adres] en klik op [Toevoegen].
U hoeft geen afbreekstreepjes of dubbelepunten te gebruiken in het adres.
BELANGRIJK:
Controleren op typefouten
Als u MAC-adressen verkeerd invoert, kunt u het apparaat mogelijk niet bereiken vanuit de UI op afstand. Om dat op te
lossen, moet u <MAC-adresfilter> instellen op <Uit>.
MAC-adresfilter
OPMERKINGEN:
Als [Weigeren] is geselecteerd voor een uitgaand filter
Uitgaande multicast- en broadcast-pakketten kunnen niet worden gefilterd.
Een MAC-adres verwijderen uit de uitzonderingen
Selecteer een MAC-adres en klik op [Verwijderen].
3
Klik op [OK].
Start de machine opnieuw op.
Zet de machine uit, wacht minimaal 10 seconden en zet de machine weer aan.
5
6
㻠㻝㻤㻌㻛㻌㻢㻤㻠