Operation Manual
55
Geavanceerde functies
Opnemen
Ne
Geluid opnemen
De audiostand wijzigen
De camcorder kan geluid in twee audiostanden opnemen: 16-bits en 12-bits. In de 12-bits
stand wordt geluid op twee kanalen (stereo 1) opgenomen, waarbij 2 kanalen (stereo 2)
vrij blijven om later nieuw geluid toe te kunnen voegen. Kies de 16-bits stand voor een
hogere geluidskwaliteit.
1. Open het menu FUNC., selecteer met ( ) het pictogram en druk
op ( ).
2. Selecteer met ( ) het menu [AUDIO SETUP] en druk op ( ).
Selecteer met ( ) vervolgens de optie [AUDIO MODE] en druk op
().
3. Selecteer met ( ) de optie [16bit] of [12bit] en druk op ( ) om de
wijzigingen op te slaan, en sluit vervolgens het menu.
De geselecteerde audiostand wordt circa 4 seconden lang weergegeven.
Windscherm
De camcorder vermindert automatisch het geluid van de wind. U kunt het windscherm
echter uitschakelen als u binnenshuis opnamen maakt, of wanneer u wilt dat de
microfoon zo gevoelig mogelijk is.
* Alleen wanneer [AUDIO DUB.] op [MIC IN] is ingesteld.
1. Open het menu FUNC., selecteer met ( ) het pictogram en druk
op ( ).
2. Selecteer met ( ) het menu [AUDIO SETUP] en druk op ( ).
Selecteer met ( ) vervolgens de optie [WIND SCREEN] en druk op
().
3. Stel deze optie met ( ) in op [OFF] en druk op ( ) om de
wijzigingen op te slaan, en sluit vervolgens het menu.
“ ” wordt weergegeven als u het windscherm uitschakelt.
MENU
( 36)
AUDIO SETUP AUDIO MODE 12bit
MENU
( 36)
AUDIO SETUP WIND SCREEN AUTO
*