Operation Manual

58
Een fader selecteren
Zet in de stand de programmakeuzeschakelaar op .
1. Open het menu FUNC. en selecteer met ( ) het
pictogram van de digitale effecten.
2.
Selecteer met ( ) de optie [FADER] en druk op ( ).
3. Selecteer met ( ) een insteloptie, druk op ( ) en
sluit het menu.
Het symbool van de geselecteerde fader verschijnt op het scherm.
:
4. Infaden: druk in de opnamepauzestand op de
D.EFFECTS-toets en begin op te nemen door op de
start/stop-toets te drukken.
Uitfaden: druk tijdens het opnemen op de
D.EFFECTS-toets en las in de opname een pauze in
door op de start/stop-toets te drukken.
De fader kan worden geactiveerd/gedeactiveerd door op de D.EFFECTS-toets te
drukken.
:
4. Infaden: druk in de afspeelpauzestand op de
D.EFFECTS-toets en begin af te spelen door op de
joystick ( ) naar / te drukken.
Uitfaden: druk tijdens het afspelen op de
D.EFFECTS-toets en las tijdens het afspelen een
pauze in door op de joystick ( ) naar / te drukken.
De fader kan worden geactiveerd/gedeactiveerd door op de D.EFFECTS-toets te
drukken.
Een effect selecteren
Zet in de stand de programmakeuzeschakelaar op .
1. Open het menu FUNC. en selecteer met ( ) het
pictogram van de digitale effecten.
2. Selecteer met ( ) de optie [EFFECT] en druk op
().
3. Selecteer met ( ) een insteloptie, druk op ( ) en
sluit het menu.
MENU
( 36)
D.EFFECT OFF
MENU
( 36)
D.EFFECT OFF