Operation Manual

73
Ne
Videobeelden bewerken
Opnemen vanaf digitale
videoapparaten (DV dubben)
U kunt vrijwel zonder verlies van beeld- en geluidskwaliteit beelden opnemen vanaf
andere digitale videoapparaten die uitgerust zijn met een DV-aansluiting.
1. Sluit de camcorder aan op het digitale videoapparaat.
Zie
Een digitaal videoapparaat aansluiten
( 70).
2. Zet de camcorder in de stand en plaats een lege cassette.
Zorg ervoor dat [AV DV] in de stand [OFF] staat ( 76).
3. Aangesloten apparaat: plaats de cassette of schijf waarop de
opnamen staan.
4. Open het menu FUNC., selecteer met ( ) het
opnamepauzepictogram en druk op ( ).
5. Selecteer met ( ) de optie [EXECUTE] en druk op
().
U kunt tijdens opnamepauze en tijdens het opnemen het beeld bekijken op het
scherm.
6. Aangesloten apparaat: speel de band of schijf af.
7. Als de joystickaanduiding niet op het scherm wordt
weergegeven, drukt u op ( ) om deze op te roepen.
8. Druk op de joystick ( ) naar / als de scène
verschijnt die u wilt opnemen.
De opname begint.
Druk op de joystick ( ) weer naar
/ om een pauze in te lassen of het opnemen
te hervatten.
9. Druk op de joystick ( ) naar om het opnemen stop te zetten.
10.Aangesloten apparaat: stop met afspelen.
Lege gedeelten worden mogelijk opgenomen als een abnormaal beeld.
Als het beeld niet verschijnt, sluit dan opnieuw de DV-kabel aan of zet de
camcorder uit en weer aan.
U kunt alleen videosignalen opnemen vanaf apparaten met het logo als het
gaat om opnamen in de SD-videostandaard (Standard Definition), in de SP- of
LP-modus. Merk op dat signalen vanaf identiek gevormde DV (IEEE1394)-
aansluitingen signalen kunnen zijn waarvan de videostandaard verschillend is.
Wij raden u aan de camcorder via een stopcontact van stroom te voorzien.