Operation Manual

6.
Controleer de status.
Wanneer de meting is voltooid, wordt de status weergegeven.
Wanneer wordt weergegeven in Verbindingskwaliteit tussen de printer en het toegangspunt:
(Connection Performance between the Printer and the Access Point:), kan de printer communiceren
met het toegangspunt. Raadpleeg anders de weergegeven opmerkingen en het onderstaande om de
status van de communicatieverbinding te verbeteren en klik op Opnieuw meten (Remeasurement).
Controleer of de printer en het toegangspunt zich binnen het bereik van de draadloze verbinding
bevinden en of zich geen obstakels tussen beide bevinden.
Controleer of de afstand tussen de printer en het toegangspunt niet te groot is.
Als ze te ver uit elkaar staan, plaatst u ze dichter bij elkaar (binnen 50 m/164 ft.).
Controleer of zich geen barrières of obstakels tussen de printer en het toegangspunt bevinden.
In het algemeen neemt de verbindingskwaliteit af bij communicatie tussen verschillende ruimten of
verdiepingen. Wijzig de locaties om dergelijke situaties te voorkomen.
179