Operation Manual

(4) Wi-Fi-knop
Houd deze knop ingedrukt om automatisch de draadloze LAN-verbinding in te stellen.
(5) inktlampjes
Deze branden of knipperen, bijvoorbeeld wanneer de inkt bijna op is.
Het linker lampje geeft de status van de FINE-kleurencartridge aan, terwijl het rechter lampje de status
van de zwarte FINE-cartridge aangeeft.
(6) Knop Papier (Paper)
Hiermee selecteert u het paginaformaat en mediumtype.
(7) Papier (Paper)-lampje
Brandt om het paginaformaat en het mediumtype aan te geven die zijn geselecteerd met de knop
Papier (Paper).
(8) Knop Stoppen (Stop)
Hiermee annuleert u een actieve afdruk-, kopieer- of scantaak.
Wanneer u deze knop ingedrukt houdt, kunt u onderhoudsopties of apparaatinstellingen selecteren.
(9) Knop Kleur (Color)*
Hiermee wordt het kopiƫren in kleur gestart. U kunt ook op deze knop drukken om de selectie van een
instellingsitem te voltooien.
(10) Knop Zwart (Black)*
Hiermee start u kopiƫren in zwart-wit. U kunt ook op deze knop drukken om de selectie van een
instellingsitem te voltooien.
(11) Alarm-lampje
Wanneer er een fout optreedt, knippert of brandt dit lampje. Wanneer u onderhoud aan het apparaat
uitvoert of apparaatinstellingen wijzigt, kunt u opties selecteren aan de hand van het aantal malen dat
het lampje knippert.
* In softwaretoepassingen of handleidingen worden de knoppen Kleur (Color) en Zwart (Black) samen de
knop 'Start' of 'OK' genoemd.
182