Operation Manual

De te gebruiken inktpatroon instellen
Met deze functie kunt u de meest geschikte FINE-cartridge van de geïnstalleerde cartridges opgeven voor
een bepaald doel.
Wanneer een van de FINE-cartridges leegraakt en niet onmiddellijk door een nieuwe kan worden
vervangen, kunt u de andere FINE-cartridge opgeven die nog inkt bevat, en verder gaan met afdrukken.
U geeft als volgt de FINE-cartridge op:
Inktcartridge-instellingen (Ink Cartridge Settings)
1.
Open het eigenschappenvenster van het printerstuurprogramma
2.
Klik op Inktcartridge-instellingen (Ink Cartridge Settings) op het tabblad Onderhoud
(Maintenance)
Het dialoogvenster Inktcartridge-instellingen (Ink Cartridge Settings) wordt weergegeven.
3.
Selecteer de FINE-cartridge die u wilt gebruiken
Selecteer de FINE-cartridge die u wilt gebruiken om af te drukken en klik op OK.
De opgegeven FINE-cartridge wordt voor de volgende afdruktaak gebruikt.
Belangrijk
Als de volgende instellingen worden opgegeven, werkt Alleen zwart (Black Only) niet omdat de
printer de kleuren FINE-cartridge gebruikt om documenten af te drukken.
Een andere optie dan Normaal papier (Plain Paper), Envelop (Envelope), Ink Jet Hagaki (A),
Hagaki K (A), Hagaki (A) of Hagaki is geselecteerd voor Mediumtype (Media Type) op het
tabblad Afdruk (Main)
Zonder marges (Borderless) is geselecteerd in de lijst Pagina-indeling (Page Layout) op het
tabblad Pagina-instelling (Page Setup)
Verwijder een niet-gebruikte FINE-cartridge niet. Er kan niet worden afgedrukt als een van de FINE-
cartridges is verwijderd.
194