Operation Manual

tegelijk te gebruiken, kan de overdrachtssnelheid worden beïnvloed door het aangesloten
apparaat.
Bij de maximale overdrachtssnelheid van 600 Mbps kan worden gecommuniceerd met
meerdere computers binnen een straal van circa twaalf meter.
Compatibel met 802.11b en 802.11g.
Infrastructuur
Configuratie van de clientcomputer en het apparaat waarbij alle draadloze communicatie via
een toegangspunt loopt.
IP-adres
Een uniek nummer bestaand uit vier delen, gescheiden door punten. Elk netwerkapparaat dat
verbinding heeft met internet heeft een IP-adres. Voorbeeld: 192.168.0.1
Een IP-adres wordt normaal gesproken automatisch door een toegangspunt of door een
DHCP-server van de router toegewezen.
Zie
Het IP-adres of het MAC-adres van het apparaat controleren voor meer informatie over de
procedure voor het controleren van het IP-adres van de printer.
IPv4/IPv6
Dit zijn internetwerk-protocollen die worden gebruikt op internet. IPv4 maakt gebruik van 32-bit
adressen en IPv6 maakt gebruik van 128-bit adressen.
K
Sleutelindeling (Key Format)
Selecteer ASCII of Hex als indeling voor de WEP-sleutel. De tekens die kunnen worden
gebruikt voor de WEP-sleutel verschillen afhankelijk van de geselecteerde sleutelindelingen.
ASCII
Hiervoor kunt u een tekenreeks van vijf of dertien tekens opgeven die alfanumerieke
en onderstrepingstekens '_' kan bevatten. Deze sleutel is hoofdlettergevoelig.
Hex
Hiervoor kunt u een tekenreeks van 10 of 26 tekens opgeven die hexadecimale tekens
kan bevatten (0 tot 9, A tot F en a tot f).
Sleutellengte (Key Length)
Lengte van de WEP-sleutel. Selecteer 64-bits of 128-bits. Met een langere sleutellengte kunt
u een complexere WEP-sleutel maken.
L
Verbindingkwaliteit (Link Quality)
De status van de verbinding tussen het toegangspunt en de printer zonder storing, wordt
aangegeven met een waarde van 0 tot 100%.
LLTD
Een Link Layer-protocol dat in Windows 7 of Windows Vista is ingebouwd en waarmee de
netwerktopologie wordt ontdekt en de servicekwaliteit wordt gediagnosticeerd.
LLTD wordt door de functie Netwerkstation gebruikt om een grafische voorstelling van het
lokale netwerk weer te geven.
LPR
Een platformonafhankelijk afdrukprotocol dat in TCP/IP-netwerken wordt gebruikt. Het protocol
ondersteunt geen bidirectionele communicatie.
M
MAC-adres
Pagina 1081 van 1084 pagina'sInfo over technische termen