Operation Manual

Zie Het eigenschappenvenster van het printerstuurprogramma openen voor informatie over het openen van
het eigenschappenvenster van het printerstuurprogramma.
Controle 5
Als de intensiteit te hoog is ingesteld, verlaagt u de intensiteit en probeert u
opnieuw af te drukken.
Als u normaal papier gebruikt voor het afdrukken van afbeeldingen met een hoge intensiteit, absorbeert het
papier mogelijk te veel inkt. Hierdoor kan het gaan golven en kan er papierschuring ontstaan.
Bij het afdrukken vanaf de computer
Verlaag de intensiteit in het printerbesturingsbestand en probeer opnieuw af te drukken.
1.
Open het eigenschappenvenster van het printerstuurprogramma.
Het eigenschappenvenster van het printerstuurprogramma openen
2.
Selecteer Handmatig (Manual) voor Kleur/Intensiteit (Color/Intensity) op het tabblad Afdruk (Main)
en klik daarna op Instellen... (Set...).
3.
Pas de intensiteit aan met behulp van de schuifregelaar Intensiteit (Intensity) op het tabblad
Kleuraanpassing (Color Adjustment).
Tijdens het kopiëren
Items voor kopiëren instellen
Controle 6
Wordt er afgedrukt buiten het aanbevolen afdrukgebied?
Als u buiten het aanbevolen afdrukgebied van het papier afdrukt, kunnen er vlekken ontstaan op de onderste
rand van het papier.
Wijzig het formaat van het origineel in uw toepassing.
Afdrukgebied
Controle 7
Is de glasplaat of het glas van de ADF vuil?
Reinig de glasplaat of het glas van de ADF.
De glasplaat en de documentklep reinigen
Opmerking
Als het glas van de ADF vuil is, verschijnen zwarte strepen op het papier, zoals in de onderstaande
afbeelding.
Controle 8
Is de papierinvoerrol vuil?
Reinig de papierinvoerrol.
De papierinvoerrol reinigen
810