Operation Manual

27
Door opnamen te maken met een lange sluitertijd en tweede-
gordijnsynchronisatie kunt u het spoor van de lichtbronnen van een
bewegend onderwerp, zoals autokoplampen, op natuurlijke wijze
vastleggen. De flitser flitst vlak voordat de belichting wordt voltooid (bij
het dichtgaan van de sluiter).
1
Druk op <8>.
2
Selecteer het symbool in de
afbeelding.
Draai <9> om het symbool in de
afbeelding te selecteren en druk
vervolgens op <8>.
3
Selecteer <r>.
Draai <9> om <r> te selecteren
en druk vervolgens op <8>.
r
Synchronisatie op het tweede gordijn
N
Tweede-gordijnsynchronisatie werkt goed wanneer de opnamemodus
van de camera is ingesteld op <F> (bulb-opnamen).
Wanneer de flitsmodus is ingesteld op <a>, flitst de flitser twee
keer. De eerste flits is een voorflits om het flitsvermogen vast te stellen.
Het is geen storing.
Tweede-gordijnsynchronisatie is niet beschikbaar tijdens draadloos
flitsen.
Selecteer in stap 3 <2> (synchronisatie 1e gordijn) voor een terugkeer
naar normale flitsopnamen. (U ziet hierna geen <2> op het LCD-
paneel.)