Operation Manual

87
C: Gebruikersfuncties instellen
C.Fn-21: ; (Belichtingshoek)
U kunt de belichtingshoek (flitsdekking) van de Speedlite ten opzichte van
de beeldhoek wijzigen wanneer de flitsdekking is ingesteld op <L>
(automatische instelling).
0: j (Standaard)
De optimale flitsdekking voor de beeldhoek wordt automatisch
ingesteld.
1: k (Richtgetalvoorkeur)
Hoewel de rand van de foto iets donkerder is dan bij de instelling 0, is
deze instelling effectief als u het flitsvermogen prioriteit wilt geven. De
flitsdekking wordt automatisch ingesteld op een iets meer op tele
gerichte positie dan de werkelijke beeldhoek. Op het scherm ziet u nu
<
k
>.
2: l (Gelijkmatige dekking)
Hoewel de mogelijke flitsopnameafstand iets minder wordt dan bij de
instelling 0, is deze instelling effectief wanneer u de lichtafname aan de
rand van de foto wilt beperken. De flitsdekking wordt automatisch
ingesteld op een iets meer op groothoek gerichte positie dan de
werkelijke beeldhoek. Op het scherm ziet u nu <
l
>.
C.Fn-22: < (Verlichting LCD-paneel)
Wanneer een knop of een wieltje wordt bediend, wordt het LCD-paneel
verlicht. U kunt deze verlichtingsinstelling wijzigen.
0: 12sec (12 sec. aan)
1: OFF (Paneelverlichting uitsch.)
2: ON (Verlichting altijd aan)
C.Fn-23: ? (Laadstatus ontvanger controleren)
Als de ontvanger bij draadloze opnamen met optische transmissie volledig
is opgeladen, knippert het AF-hulplicht. U kunt dit knipperen uitschakelen.
Stel deze functie op elke ontvanger in.
0: = (AF-hulplicht, Q-lamp)
1: > (Q-lamp)