User manual

81
Beeldstabilisator
Menu’s
Inhoudsopgave Index
Beeldstabilisator
Gebruik de beeldstabilisator om camcordertrillingen te compenseren zodat uw opnamen stabieler worden.
Als ufoto's maakt, kunt ubeeldstabilisatie in- en uitschakelen. Als uclips opneemt, zijn er 3 manieren om het
beeld te stabiliseren. Selecteer de methode die het beste aansluit op uw behoeften.
Standard IS : Standard IS biedt compensatie voor een lagere mate van camcordertrilling, bijvoorbeeld als
uopneemt terwijl ustilstaat, en is geschikt voor het opnemen van natuurlijk ogende scènes.
Dynamic IS* : Dynamic IS biedt compensatie voor een hogere mate van camcordertrilling, bijvoorbeeld als
uopneemt terwijl uloopt, en is effectiever als de zoom de maximale groothoek nadert.
* Niet beschikbaar bij het opnemen van 4K-clips, bij het gebruik van de opnamestanden slow motion en fast motion of het maken
van foto's.
Powered IS : Powered IS heeft het meeste effect als ustilstaat en inzoomt op verafgelegen onderwerpen met
gebruik van hoge zoomfactoren (hoe meer uhet telefoto-einde nadert). Deze stand is niet geschikt voor verticaal
draaien (kantelen) en horizontaal draaien (pannen) van de camcorder.
Standard IS of Dynamic IS activeren
1 Raak [FUNC.] aan en raak vervolgens [Beeldstabilisator] aan.
2 Selecteer de gewenste optie en raak vervolgens [X] aan.
Selecteer in de stand [ Aan] om beeldstabilisatie in te schakelen.
Selecteer [ Uit] om beeldstabilisatie uit te schakelen, bijvoorbeeld wanneer ude camcorder op een
statief bevestigt.
Het pictogram van de geselecteerde stand verschijnt in de rechterbovenhoek van het scherm.
Powered IS activeren
1 Raak [FUNC.] aan en raak vervolgens [Powered IS] aan.
2 Selecteer [ Aan] en raak vervolgens [X] aan.
Het Powered IS-pictogram wordt in de rechterbovenhoek van het scherm getoond.
Selecteer [ Uit] om beeldstabilisatie terug te stellen naar de vorige instelling.
OPMERKINGEN
Als ueen toewijzingsknop instelt voor [ Powered IS] (A 105), kunt uop de knop drukken om Powered IS
in of uit te schakelen.
Als de camcordertrillingen te sterk zijn, kunnen deze mogelijk niet volledig worden gecompenseerd door de
beeldstabilisatie.
Als ude stand Dynamic IS gebruikt, heeft dit mogelijk een nadelige invloed op de randen van het beeld
(er kunnen bijvoorbeeld schijnbeelden, voorwerpen en/of donkere gebieden verschijnen) als een hoge mate
van camcordertrilling moet worden gecompenseerd.
De beeldhoek bij het gebruik van Dynamic IS verschilt van de beeldhoek wanneer Standard IS of geen
beeldstabilisatie wordt gebruikt.
Bedieningsstanden:
Bedieningsstanden: