Operating instructions

44
Probleem Mogelijke oorzaken Oplossing
Subwoofer
wordt niet
ingeschakeld
1. Netkabel niet met stopcontact en subwoofer verbonden
Verbinding tot stand brengen
2. Netschakelaar niet ingeschakeld Schakelaar op „ON“
3. Schakelaar voor de inschakelautomaat niet in de positie „ON“
of „AUTO“ resp. „AUTO HIGH“
Schakelstand controleren
4. Subwoofer niet met de versterker (receiver) via diens luidspre-
keruitgang (hoog niveau) of subwooferuitgang (cinch) verbonden
Verbinding tot stand brengen
5. Signaalleiding (cinch) defect Met andere cinchkabel testen en kabel eventueel vervangen
6. Ingestelde sterkte van de versterker (volume) te laag Geluidssterkte voor het testen verhogen
7. Bij „dolby digitaal“-receiver (versterker): receiver niet in sub-
wooferbedrijf ( modus „small“ resp. „activesub = on“) ingesteld
Modus controleren
8. Úitgangsniveau aan de versterker voor de subwooferuitgang
(cinch-uitgang) te laag ingesteld
Uitgangsniveau van de versterker verhogen
9. Veiligheid voor zwakstroom geactiveerd
(zekering „doorgebrand“)
Zekering door een vakman laten vervangen
Subwoofer
wordt niet
uitgeschakeld
1. Schakelaar voor de automatische inschakeling (standby) op
„ON“
De schakelaar op „auto“ resp. „OFF“ stellen
2. Continu bromsignaal aan de ingang van de subwoofer
Een kortere signaalleiding van de versterker naar de subwoofer gebruiken of mogelijke
storingsbronnen laten ontstoren (zie „subwoofer bromt“)
Subwoofer
bromt
1. Signaalleidingen van de versterker naar de subwoofer te lang Kortere signaalleidingen gebruiken
2. De gebruikte signaalleiding is niet afgeschermd of de afscher-
ming aan de gebruikte leiding is onderbroken (defect)
De leiding door een afgeschermde leiding vervangen
3. Aardingslus (bromlus) „gecreëerd“
Een aardingslus kan ontstaan als tenminste twee met signaalleidingen (cinch) verbondene
toestellen met randaardestekker (bijv. versterker en computer) op plaatselijk gescheiden
stopcontacten aangesloten zijn. Alle met de versterker verbonden toestellen met randaar-
destekker op een stopcontactlijst (universeel stopcontact) aansluiten
4. Een niet-ontstoorde verbruiker (bijv. koelkast) aan het net Mogelijke storingsbronnen voor het testen uitschakelen; het betreffende toestel laten
ontstoren indien het bromlawaai verdwijnt of de storingsbron eerst op een andere netfase
(L1, L2 of L3) aansluiten (indien dit nodig is, moet een beroep op een vakman gedaan
worden)
Een speciale „mantelstroomlter“ (verkrijgbaar in de gespecialiseerde handel) tussen de
versterker en de subwoofer schakelen om het brommen te elimineren
De netstekker draaien om de zogenaamde bromspanning te verminderen.
(Bijzonder belangrijk als de versterker niet geaard is)
NED