User manual

Gebruiksaanwijzing 1009
1
Tijdfunctie

Houd in de tijdfunctie

ingedrukt om het display te verlichten.

Druk in de tijdfunctie op

om tussen 12-uur en 24-uur weergave te wisselen.
De tijd en datum instellen
1. Druk in de tijdfunctie op

. De secondecijfers
beginnen te knipperen, wat aangeeft dat het
instelscherm is geselecteerd.
2. Druk op

om het knipperen op de volgende wijze
te verplaatsen om andere instellingen te selecteren.
3. Als de secondecijfers geselecteerd zijn (knipperen),
druk op

om de seconden op
00 00
in te stellen. Als
u op

drukt terwijl de huidige secondetelling in
het bereik van 30 tot en met 59 is, worden de
seconden op
00 00
ingesteld en de minutentelling met
1 verhoogd. In het bereik van 00 tot en met 29
worden de seconden op
00 00
ingesteld en blijft de
minutentelling ongewijzigd.
4. Als andere cijfers (behalve seconden) geselecteerd zijn (knipperen), druk op

om deze te verhogen of op

om deze te verlagen. Terwijl de weekdag
geselecteerd is (knippert), druk op

om naar de volgende dag te gaan of op

om terug te gaan naar de vorige dag.Als u een van beide knoppen ingedrukt
houdt, wijzigt de instelling versneld.
5. Nadat u de tijd en datum heeft ingesteld, druk op A om terug te keren naar de
tijdfunctie.

Het horloge houdt niet rekening met schrikkeljaren. Stel de datum indien nodig
handmatig in op 29 februari.

Als u gedurende enkele minuten geen knopbediening uitvoert terwijl een selectie
knippert, stopt het knipperen en gaat het horloge automatisch naar de tijdfunctie.
Hartslagmetingfunctie
Met de hartslagfunctie kunt u uw hartslag meten. Elke
hartslagmeting kan twee minuten lang zijn, waarbij uw
hartslag en andere gegevens in het geheugen worden
opgeslagen. Naast een hartslagmeting kan het hrologe
u tevens andere belangrijke, op uw leeftijd gebaseerde
trainingsgegevens verschaffen. Stel daarom uw leeftijd
in voordat u een hartslagmeting uitvoert.
Toepassingen

Meet uw hartslag regelmatig om uw physieke
conditie te bewaken.

Meet uw hartslag na elke training om uw hersteltijd
te controleren.
Uw leeftijd instellen
1. Druk op

om de hartslagmetingfunctie te selecteren.

De boodschap "PULSE" verschijnt bovenaan op het
display en wordt vervolgens vervangen door de
Metingstijd.
2. Druk op

, waarna de ingestelde leeftijd op het
display gaat knipperen.

Tegelijkertijd worden de boven- en ondergrens voor
de knipperende leeftijd onderaan op het display
getoond.
3. Druk op

om de instelling van de leeftijd te
verhogen of op

om deze te verlagen. Als u een
van beide knoppen ingedrukt houdt, wijzigt de
instelling versneld.

U kunt de leeftijd in stappen van 1 jaar veranderen,
in het bereik van 10 tot 80 jaar. Personen jonger dan
10 jaar dienen de minimale instelling te hanteren en
personen ouder dan 80 jaar de maximale instelling.
4. Nadat u de leeftijd heeft ingesteld, druk op

om
terug te keren naar de hartslagmetingfunctie.
5. Druk op

om terug te keren naar de tijdfunctie.

U dient bovenstaande bediening opnieuw uit te
voeren als de leeftijd van de persoon die van het
horloge gebruikt maakt, wijzigt of anders is.
Uw hartslag meten
1. Druk op

om de hartslagmetingfunctie te selecteren.

De boodschap "PULSE" verschijnt bovenaan op
het display en wordt vervolgens vervangen door
de Metingstijd.
2. Plaats uw vinger licht op de sensor.
Belangrijk!
Probeer uw vinger niet te bewegen tijdens de meting.

Binnen circa 7 tot 10 seconden verschijnt de
eerste meetwaarde op het display, inclusief een
golfindicator die met uw hartslag gesynchroniseerd
is. Deze waarde wordt elke 2 tot 3 seconden
vernieuwd.
Voor een gedetailleerde beschrijving van het hartslagmetingfunctiedisplay, zie
"Het hartslagmetingdisplay aflezen".

Als u problemen ondervindt bij het verkrijgen van een waarde, stop de meting dan
door op

te drukken en raadpleeg "Tips om uw vinger op de sensor te plaatsen".

U kunt een meting van maximaal 2 minuten uitvoeren.
3. Na twee minuten gaat het horloge automatisch uit de hartslagmetingfunctie naar
de functie waarin het horloge daarvoor was en worden de gemeten gegevens in
het geheugen opgeslagen.
Noot

U kunt een meting herstarten zonder de hartslagmeting te verlaten door
tegelijkertijd op

en

te drukken. Als u dit doet, worden alle meetgegevens op
het display gewist zonder dat deze in het geheugen worden opgeslagen.

Om de meetbediening te verlaten voordat deze is afgerond (voordat een volledige
meting van 2 minuten is afgerond), druk op

om terug te gaan naar de functie
waarin het horloge was voordat u de hartslagmetingfunctie selecteerde. Alle
meetgegevens tot op dat moment worden dan in het geheugen opgeslagen.

Als een dagelijks-alarm-tijd of timeralartijd bereikt wordt terwijl een hartslagmeting
in voortgang is, wordt de hartslagmeting onderbroken (maar loopt de tiljdmeting
door) totdat het alarmsignaal stopt. De meting wordt hervat nadat het
alarmsignaal gestopt is.
Het hartslagmetingdisplay aflezen
Elke keer als u uw hartslag meet, wordt op het display
uw hartslag, intensiteitsniveau en uw huidige hartslag
ten opzichte van het aerobische hartslagbereik
behorende bij uw leeftijd getoond.
1. Verstreken meettijd
Toont de verstreken tijd vanaf de start van de hartslagmeting (het moment dat u
de hartslagmetingfunctie selecteert).
2. Indicator aerobische zone: de grafiek toont de volgende informatie.

Het donkere gedeelte in de indicatie AEROBIC ZONE geeft het bereik
aan waarin u maximaal resultaat van uw training realiseert. Het aerobische
bereik wordt op basis van uw leeftijd bepaalt.

Het knipperende segment op het display geeft uw huidige hartslag weer.
U kunt eenvoudig zien of uw hartslag binnen het hartslagbereik is.
3. Hartslag: aantal slagen per minuut
4. Intensiteitsniveau:
het instensiteitsniveau wordt berekend door uw huidige hartslag door uw maximale
hartslag (220 – uw leeftijd) te delen en vervolgens te vermenigvuldigen met 100.
Maximale hartslag = 220 – uw leeftijd
Intensiteit (%) = huidige hartslag -/- maximale hartslag x 100
Voor meer gedetailleerde informatie over deze berekening, zie
"Over de intensiteitswaarde".
Tijdfunctie Gegevensoproepfunctie
Stopwatchfunctie
Alarmfunctie Timeralarmfunctie
Hartslagmetingfunctie
Druk op .
Druk op .
Algemene gebruiksaanwijzing

Druk op

om van functie te veranderen. Elke functie wordt gedetailleerd in deze
gebruiksaanwijzing beschreven.

Nadat u in een willekeurige functie een bediening heeft uitgevoerd, keert u terug
naar de tijdfunctie door op

te drukken.

Als u in een willekeurige functie op

drukt, gaat u direct naar de
hartslagmetingfunctie.
Seconden
PM-indicator
Weekdag
Maand
Datum
Uren
Minuten
Seconden
Weekdag
Uren Minuten
Maand
Datum
Functie-indicator
Metingstijd
Sensor
Leeftijd
Waarde aerobische zone
Metingstijd
Hartslag
Golfindicator
1. Metingstijd
2. Indicator aerobische zone
4. Intensiteitsniveau
3. Hartslag
Aerobische zone
Gemeten waarde
Wijzer knippert als uw gemeten hartslag
beneden 90 slagen per minuut is
Wijzer knippert als uw gemeten hartslag
boven 161 slagen per minuut is