User Manual

Table Of Contents
Oplossen van moeilijkheden
NL-138
De tiptoetsen reageren niet.
Er wordt geen geluid geproduceerd bij het indrukken van de klaviertoetsen.
De toonhoogte van het geluid is niet goed.
Indrukken van het pedaal heeft geen effect.
Oplossen van moeilijkheden
Oorzaak: a. U draagt handschoenen of u bedient de toetsen met een vingernagel, pen enz.
b. De gevoeligheid van de tiptoetsen is niet goed ingesteld.
Oplossing: a. Tik met blote vingers stevig op de tiptoetsen.
b. Verander de instelling voor de gevoeligheid van de tiptoetsen. Zie “Wanneer de
tiptoetsen niet reageren” voor verdere informatie.
Oorzaak: a. Het volume is volledig dichtgedraaid met de volumeknop.
b. Er is een hoofdtelefoon aangesloten. Of de verloopstekker van de hoofdtelefoon zit
nog in de PHONES/OUTPUT aansluiting.
c. De [Lokale regeling] instelling staat op <Uit>.
d. De [Luidsprekerweergave] instelling staat op <Uit>.
Oplossing: a. Draai aan de volumeknop.
b. Haal de hoofdtelefoonstekker of de verloopstekker uit de PHONES/OUTPUT aansluiting.
c. Zet [Lokale regeling] instelling op <Aan>. Zie “Lokale sturing” voor verdere informatie.
d. Zet de [Luidsprekerweergave] instelling op <Automatisch> of <Aan>. Zie
Luidsprekerweergave” voor verdere informatie.
Oorzaak: a. De toonhoogte van het geluid is veranderd (Transponeren) ten opzichte van de
standaardinstelling.
b. De instelling voor fijnstemmen (Stemming) van de toonhoogte staat op een andere
frequentie dan 440,0 Hz.
c. Octaafverschuiving is ingesteld.
d. De toonschaalstemming staat op iets anders dan gelijkzwevend temperament.
Oplossing: a. Zet [Transponeren] terug op de standaardinstelling. Of schakel de stroom uit en dan
weer in. Zie “Veranderen van de toonhoogte in stappen van een halve toon
(Transponeren)” voor details.
b. Zet de [Stemming] instelling op 440,0 Hz. Upper2 Ontstemmen: Lower Zet ontstemmen
terug op de standaardinstelling. Zie “Fijnstemmen (A-stemming)” en “Fijnstemmen van
het Upper2 gedeelte (Upper2 ontstemmen) voor details en “Stemmen van het Lower
gedeelte (Lower ontstemmen) voor verdere informatie.
c. Zet de instelling voor octaafverschuiving op 0. Zie “Verschuiven in octaven
(Octaafverschuiving)” voor details.
d. Zet de instelling voor de toonschaalstemming op gelijkzwevend temperament.
Oorzaak: Het pedaalsnoer is niet juist op de PEDAL UNIT aansluiting aangesloten. Of de stekker is
niet volledig naar binnen geduwd.
Oplossing: Controleer of het pedaalsnoer juist is aangesloten en de stekker stevig in de aansluitbus
zit.