User Manual

Table Of Contents
NL-39
Registreren en oproepen van een basisinstelling (Registratie)
1.
Indien vereist, gebruikt u bt BANK om de
blokkeerfunctie beurtelings in en uit te
schakelen.
Bij meermalen lang indrukken van bt BANK wordt de
blokkeerfunctie beurtelings in- en uitgeschakeld. De
FREEZE indicator brandt wanneer de blokkeerfunctie
is ingeschakeld.
•ZieBlokkeerfunctie” (pagina NL-39) voor details over
de blokkeerfunctie.
2.
Druk op bt BANK om de bank te selecteren
die de instelling bevat die u wilt oproepen.
3.
Druk op de toets van het gebied (ck Gebied 1
t/m Gebied 4) waarvan u de registratie wilt
oproepen.
Hierdoor wordt de basisinstelling uit het
registratiegeheugen opgeroepen en de Digitale Piano
instellingen worden automatisch hiermee in
overeenstemming geconfigureerd.
De noten die door het toetsenbord worden weergegeven
kunnen stoppen als u een basisinstelling oproept die een
verandering veroorzaakt in de octaafverschuiving
(pagina NL-24). Om te voorkomen dat dit gebeurt, dient u
ofwel een basisinstelling te selecteren die geen
veranderingen veroorzaakt bij de instelling van de
octaafverschuiving of u dient het pedaal ingetrapt te
houden (waardoor noten die op dat moment weergegeven
worden langer worden aangehouden).
Blokkeerfunctie
Bij het oproepen van een geregistreerde basisinstelling
worden gewoonlijk alle instellingen overschreven die zijn
aangegeven onder “Gegevens in het registratiegeheugen
(pagina NL-38).
U kunt de blokkeerfunctie (blokkeeritems van
registratiegeheugen) gebruiken om bepaalde instellingen te
specificeren die niet mogen worden overschreven wanneer
een geregistreerde basisinstelling wordt opgeroepen.
Gebruik de procedure onder “Maken van functie-instellingen
(pagina NL-45) om “On” (instelling geblokkeerd) of “Off”
(instelling niet geblokkeerd) in te stellen voor de items van elk
submenu onder functienummer 31 (RMFrzTgt) in de “Lijst met
functie-instellingen” (pagina NL-46).
Hieronder staan de instelitems die kunnen worden
geblokkeerd.
Ritme (ritmenummer, status gesynchroniseerd starten,
ACCOMP aan/uit, begeleidingsvolume,
akkoordinvoerfunctie)
Tempo
Toon (toonnummer, lagen (aan/uit), splitsen (aan/uit),
octaafverschuiving, duet-instellingen, volume van
toetsenbord)
Splitspunt
Automatisch harmoniseren/arpeggiator (aan/uit, type,
arpeggiator aanhouden aan/uit)
Transponeren
Toonschaal
Aanslagvolume
Effecttype (nagalm, zweving)
Regelaar (toonhoogtebereik, pedaaleffect)
Bij gebruik van de oorspronkelijke standaardinstellingen
zijn ritme en tempo geblokkeerd en alle andere instellingen
niet.
Een basisinstelling oproepen uit
het registratiegeheugen
Reca l
l