User Manual

Table Of Contents
NL-45
1.
Druk op bp FUNCTION.
De FUNCTION indicator en een hoofdmenu-item
verschijnen.
•ZieLijst met functie-instellingen” (pagina NL-46) voor
informatie over de hoofdmenu- en submenu-tems van
elke functie.
2.
Gebruik de bo regelaar om het menu-item te
selecteren waarvan u de instelling wilt
veranderen.
Als het item dat u wilt instellen een submenu heeft,
voert u de onderstaande stappen (1) en (2) uit. Zie
Lijst met functie-instellingen” (pagina NL-46) voor
informatie over welke instelitems een submenu
hebben. Als de ENTER indicator op het display is,
betekent dit dat het getoonde instelitem een submenu
heeft. Als het item dat u aan het instellen bent geen
submenu heeft, gaat u door naar de onderstaande
stap 3.
(1) Druk op bp ENTER. Het submenu verschijnt.
(2) Gebruik de bo regelaar om het submenu-item weer
te geven dat u wilt veranderen.
Nadat het submenu-item verschijnt, gaat u door
naar stap 3.
Als het submenu weer een ander submenu laat
zien, herhaalt u de bovenstaande stappen (1) en
(2).
Houd bp ENTER lang ingedrukt om vanaf een
submenu terug te keren naar het hoofdmenu.
3.
Voer de vereiste bediening uit om het getoonde
menu-item in te stellen.
Y Veranderen van een aan (ingeschakeld)/uit
(uitgeschakeld) instelling
Druk op bp ENTER. Bij meermalen indrukken wordt er
heen en weer geschakeld tussen aan en uit.
Als bij de bediening van een toets de
standaardwaarde of de aanbevolen waarde wordt
bereikt, zal de NUM indicator even knipperen en dan
uitgaan.
Y Veranderen van de instelling van een numerieke
waarde
(1) Druk op bp ENTER.
De NUM indicator verschijnt.
Als nu de FUNCTION indicator op het display aan
het knipperen is, wordt de functienaam
(hoofdmenu of submenu) getoond waarna de
aanduiding verandert naar de huidige instelling. Bij
meermalen indrukken van bp FUNCTION wordt
er heen en weer geschakeld tussen de aanduiding
van de huidige instelling en de functienaam. De
FUNCTION indicator knippert wanneer een
instelling wordt getoond en knippert niet wanneer
een functienaam wordt getoond.
(2) Gebruik de bo regelaar om de instelling te
veranderen.
Als bij de bediening van de regelaar de
standaardwaarde (of aanbevolen waarde) wordt
bereikt, zal de NUM indicator eenmaal knipperen
om u hierop attent te maken.
(3) Druk op bp ENTER.
De NUM indicator verdwijnt.
4.
Druk op bq TONE om het instelscherm te
verlaten.
De FUNCTION indicator verdwijnt.
Maken van functie-
instellingen
Aanwijzingen voor het maken van
functie-instellingen
Touch