User manual - EXH15_M29_FD
Table Of Contents
- Uitpakken
- Lees dit eerst!
- Inhoudsopgave
- Algemene gids
- Inhoud van het beeldscherm
- Snelstartgids
- Wat is een digitale camera?
- Wat kunt u doen met uw CASIO camera
- Laad voor het gebruik eerst de accu op.
- Configureren van de basisinstellingen bij de eerste maal dat u de camera inschakelt
- Klaar maken van een geheugenkaart
- In- en uitschakelen van de camera
- De camera op de juiste wijze vasthouden
- Opnemen van een foto
- Bekijken van foto’s
- Wissen van beelden
- Voorzorgsmaatregelen voor het opnemen van foto’s
- Foto leerprogramma
- Gebruiken van het controlepaneel
- Veranderen van de beeldgrootte (Formaat)
- Gebruiken van de flitser (Flits)
- Selecteren van een scherpstelmodus (Scherpstellen)
- Specificeren van het Autofocus gebied (AF gebied)
- Specificeren van de ISO gevoeligheid (ISO)
- Gebruiken van de zelfontspanner (Zelfontspanner)
- Gebruiken van gezichtsdetectie (Gezichtsdetec.)
- Corrigeren van de beeldhelderheid (EV verschuiving)
- Veranderen van de Datum/Tijd stijl van het controlepaneel
- Opnemen met zoom
- Filmen met de Schmink modus (Schmink)
- Opnemen van mooie scène beelden (Landschap)
- Opnemen van filmbeelden en geluid
- Gebruiken van BEST SHOT
- Geavanceerde instellingen
- Gebruiken van menu’s op het scherm
- OPNAME modus instellingen (OPNAME)
- Selecteren van een scherpstelmodus (Scherpstellen)
- Gebruiken van Doorlopende sluiter (Doorlopend)
- Gebruiken van de zelfontspanner (Zelfontspanner)
- Gebruiken van de automatische sluiter (Automatische sluiter)
- Opnemen met Gezichtsdetectie (Gezichtsdetec.)
- Opnemen met de Doorlopend Autofocus (Doorl. AF)
- Verminderen van de effecten van het bewegen van de camera of het bewegen van het onderwerp (Anti Shake)
- Specificeren van het Autofocus gebied (AF gebied)
- Gebruiken van het Autofocus hulplamp (AF Assist. Lamp)
- Veranderen van de vorm van het Scherpstelkader (Scherpstelkader)
- In- en uitschakelen van de digitale zoom (Digitale Zoom)
- Opnemen met de Snelsluiter (Snelsluiter)
- Weergeven van een schermraster (Raster)
- Inschakelen van Beeldcontrole (Beeldcontrole)
- Gebruiken van Icoonhulp (Icoonhulp)
- Configureren van de default instellingen bij inschakelen van de spanning (Geheugen)
- Beeldkwaliteit instellingen (Kwaliteit)
- Specificeren van het Fotoformaat (Formaat)
- Specificeren van de Fotobeeld Kwaliteit (Kwaliteit (Foto))
- Specificeren van de Filmbeeld Kwaliteit (Kwaliteit (Film))
- Corrigeren van de beeldhelderheid (EV verschuiving)
- Bijstellen van de witbalans (Witbalans)
- Specificeren van de ISO gevoeligheid (ISO)
- Specificeren van de Meetfunctie (Meten)
- Optimaliseren van de helderheid van het beeld (Belichting)
- Gebruiken van ingebouwde Kleurenfilters (Kleurenfilter)
- Instellen van de beeldscherpte (Scherpte)
- Instellen van de Kleurverzadiging (Verzadiging)
- Instellen van het beeldcontrast (Contrast)
- Specificeren van de Flitsintensiteit (Flitsintensiteit)
- Bekijken van Foto’s en Films
- Andere weergavefuncties (WEERGAVE)
- Weergeven van een Diashow (Slideshow) op de camera (Diashow)
- Layouten van foto’s met Layout afdruk (Layout afdruk)
- Creëren van een foto of van filmbeelden (MOTION PRINT)
- Monteren van een film op de camera (Filmbewerking)
- Optimaliseren van de helderheid van het beeld (Belichting)
- Gebruiken van Rode Ogen Correctie (Rode Ogen Correctie)
- Bijstellen van de witbalans (Witbalans)
- Veranderen van de helderheid van een bestaande foto (Helderheid)
- Keystone correctie (Keystone)
- Gebruiken van kleurencorrectie om de kleuren van een oude foto te corrigeren (Kleurencorrectie)
- Selecteren van beelden om af te drukken (DPOF afdr.)
- Beschermen van een bestand tegen wissen (Beveiligen)
- Bewerken van de datum en de tijd van een beeld (Datum/Tijd)
- Roteren van een beeld (Rotatie)
- Heraanpassen van de afmetingen van een foto (Form. Aanpassen)
- Trimmen van een foto (Trimmen)
- Toevoegen van geluid aan een foto (Dubben)
- Kopiëren van bestanden (Kopiëren)
- Dynamische Foto
- Afdrukken
- Gebruiken van de camera met een computer
- Wat u kunt doen m.b.v. een computer...
- Gebruiken van de camera met een Windows computer
- Bekijken en opslaan van beelden op een computer
- Weergeven van films
- Uploaden van filmbestanden naar YouTube
- Oversturen van beelden van uw computer naar het geheugen van de camera
- Geef Dynamische Foto beelden weer op uw EXILIM, op een computer of op een zaktelefoon
- Bekijken van gebruikersdocumentatie (PDF bestanden)
- Gebruikersregistratie
- Gebruiken van de camera met een Macintosh computer
- Gebruiken van een Eye-Fi draadloze SD geheugenkaart om beelden over te sturen (Eye-Fi)
- Bestanden en mappen
- Geheugenkaartdata
- Andere instellingen (Instellen)
- Activeren van stroombesparing (Stroombesp.)
- Bijstellen van de helderheid van het beeldscherm (Scherm)
- Uitschakelen van Eye-Fi kaartcommunicatie (Eye-Fi)
- Configureren van geluidsinstellingen bij de camera (Geluiden)
- Configureren van een startbeeld (Start)
- Specificeren van de methode voor het aanmaken van een serienummer voor een bestandnaam (Bestand nr.)
- Configureren van de wereldtijd instellingen (Wereldtijd)
- Tijdstempel van foto’s (Tijdstempel)
- Instellen van de klok van de camera (Bijstellen)
- Specificeren van de datumstijl (Datumstijl)
- Specificeren van de displaytaal (Language)
- Bevestigen van de sluimerinstellingen (Sluimer)
- Configureren van de instellingen van de automatische stroomonderbreker (Automatisch Spanning Uit)
- Configureren van de [_] en [>] instellingen (OPNAME/WEERGAVE)
- Deactiveren van het wissen van bestanden (_ Uitgezet)
- Configureren van de USB protocol instellingen (USB)
- Selecteren van de horizontale:verticale verhouding van het scherm en het video uitgangssysteem (Video uitgang)
- Formatteren van het ingebouwde geheugen of van een geheugenkaart (Formatteren)
- Terugstellen van de camera op de originele fabrieksinstellingen (Reset)
- Configureren van instellingen op het beeldscherm
- Appendix
- Voorzorgsmaatregelen voor het gebruik
- Stroomvoorziening
- Gebruiken van een geheugenkaart
- Computersysteem vereisten voor meegeleverde software (meegeleverde CD-ROM)
- Terugstellen van de oorspronkelijke default instellingen
- Wanneer niet alles van een leien dakje gaat...
- Aantal foto’s/Filmopnametijd/Spraakopnametijd
- Technische gegevens

72
Geavanceerde instellingen
• Daar de gezichtsuitdrukkingen per persoon verschillen zoudt u problemen kunnen
ondervinden om de camera de sluiter te laten ontspannen terwijl Lach signaleren
gebruikt wordt. Mocht dit gebeuren, verander dan de instelling van de
activatiegevoeligheid.
• De activeatietijd voor Automatisch Spanning Uit (pagina 146) is vastgesteld op vijf
minuten terwijl Automatische Sluiter standby ingeschakeld is. Sluimer (pagina 145)
is gedeactiveerd tijdens het gebruik van de Automatische Sluiter.
• Druk op [SET] (instellen) om de automatische sluiteropname te annuleren terwijl de
automatische sluiter ontspant (hetgeen aangegeven wordt wanneer “0 Auto” op
het beeldscherm knippert).
•De “Ë Traceren” instelling voor het autofocusgebied kan niet gebruikt worden
terwijl Autom. Sluiter: Waas signaleren of Autom. Sluiter: Panning signal.
geselecteerd wordt voor de Automatische Sluiter instelling (pagina 40).
• Let er op dat u altijd “Û Puntmeten” selecteert voor het automatische
scherpstelgebied telkens wanneer u de instelling Autom. Sluiter: Lach Signaleren
(pagina 40) gebruikt.
• Automatische Sluiter kan niet in combinatie met één van de volgende attributen
worden gebruikt.
– Premium Automatisch
– Bepaalde BEST SHOT scènes
• De volgende functie is gedeactiveerd tijdens het filmen met de automatische
sluiter.
– Drievoudige zelfontspanner
Procedure
[r] (OPNAME) * [MENU] * OPNAME indextab * Gezichtsdetec.
Zie de controlepaneel procedure op pagina 44 voor details.
Procedure
[r] (OPNAME) * [MENU] * OPNAME indextab * Doorl. AF
Wanneer een foto wordt gemaakt terwijl “Aan” geselecteerd is voor de Doorl. AF,
wordt Autofocus uitgevoerd en vindt het scherpstellen doorlopend plaats totdat u de
sluitertoets half indrukt.
• Voordat u de sluitertoets halverwege indrukt, blijft de camera scherpstellen op het
midden van het beeld. Het scherpstellen wordt uitgevoerd in het gebied waar een
gezicht gedetecteerd wordt als “Gezichtsdetec.” ingeschakeld is wanneer u de
sluitertoets half indrukt.
• Door op te nemen met doorlopende autofocus kunnen trillingen en ruis optreden
door de werking van de lens (het objectief). Dit duidt niet op een defect.
Opnemen met Gezichtsdetectie (Gezichtsdetec.)
Opnemen met de Doorlopend Autofocus (Doorl. AF)