User manual - EXP505
63
ELEMENTAIRE BEELDOPNAME
4.
Zet het beeld op het
beeldscherm zo op dat
het hoofdonderwerp
zich binnen het
scherpstelkader
bevindt.
• Het scherpstelbereik van
de camera hangt af van
de scherpstelfunctie die u
gebruikt (pagina 80).
5.
Druk de sluitertoets
halverwege in om op het
beeld scherp te stellen.
• Bij halverwege indrukken van de
sluitertoets stelt de autofocus
functie van de camera
automatisch scherp op het beeld
en worden de sluitersnelheid- en
lensopeningwaarden getoond.
• U kunt controleren
of scherpgesteld is
op het beeld door
naar het scherpstel-
kader en de
bedrijfsindicator te
kijken.
Dat betekent dit:
Er is scherpgesteld op het
beeld.
Er is niet scherpgesteld op
het beeld.
Wanneer u dit ziet:
Groen scherpstelkader
Groene bedrijfsindicator
Rood scherpstelkader
Groene bedrijfsindicator knippert
●
Werking van de bedrijfsindicator en het
scherpstelkader
• Het beeldscherm gebruikt verschillende indicators en
iconen om u op de hoogte te houden van de status van
de camera.
1920N
1920N
2560
2560
3
05/
05/
12
12
/24
24
12
12
:
38
38
0.0
0.0
+
–
Scherpstelkader
Bedrijfsindicator
Sluitertoets
Geheugencapaciteit
Beeldkwaliteit
Beeldgrootte
Datum en tijd
Flitserfunctie
Scherpstelfunctie
Witbalans
Zelfontspanner
Opnamefunctie
Meetfunctie indicator
EV verschuiving
ISO gevoeligheid
Lensopeningwaarde
*
1
Sluitersnelheidwaarde
*
2
C