User manual - EXS3_1

APPENDIX
148
Symptoom Mogelijke oorzaak Handeling
De kleur van het
weergavebeeld verschilt
van het beeld op het
beeldscherm tijdens het
opnemen.
Beelden worden niet
getoond.
Geen van de toetsen en
schakelaars werkt.
Het beeldscherm is
uitgeschakeld.
Het is niet mogelijk
bestanden via een USB
aansluiting over te
schrijven.
Zonlicht of licht van een andere lichtbron schijnt
tijdens het opnemen direct in de lens.
Een geheugenkaart met niet-DCF beelden die
opgenomen zijn met een andere camera bevindt
zich in de camera.
Problemen met het elektronische circuit hetgeen
veroorzaakt wordt door elektrostatische lading, een
harde stoot, enz. terwijl de camera aangesloten
was op een ander apparaat.
1) USB communicatie vindt plaats.
2) Het beeldscherm wordt uitgeschakeld (tijdens
de opnamefunctie).
1) De camera is niet stevig op de USB slede
geplaatst.
2) De USB kabel is niet juist aangesloten.
3) De USB driver is niet geïnstalleerd.
4) De camera is uitgeschakeld.
Plaats de camera zodanig dat zonlicht niet direct in
de lens kan schijnen.
Deze camera kan niet-DCF beelden niet tonen die
met een andere digitale camera op een
geheugenkaart zijn opgenomen.
Verwijder de accu uit de camera, leg hem opnieuw
in en probeer opnieuw.
1) Druk op de [USB] toets van de USB slede nadat
de computer gestopt is met toegang verkrijgen
tot het camera bestandgeheugen. Controleer
dat de [USB] indicator op de USB slede uit is en
verwijder dan pas de camera van de USB slede.
2) Druk op [DISP] om het beeldscherm in te
schakelen.
1) Controleer de aansluiting tussen de camera en
de USB slede.
2) Controleer alle aansluitingen.
3) Installeer de USB driver op uw computer
(pagina 112, 117).
4) Druk op de [USB] toets van de USB slede.
Weergave
Overige