Operation Manual

120
Gebruiken van de camera met een computer
4. Schakel de camera uit en sluit deze daarna d.m.v. de met de camera
meegeleverde USB kabel aan op uw Macintosh.
De camera verkrijgt geen spanning via de USB kabel. Controleer het
batterijniveau voordat u de aansluiting maakt en let er op dat het niveau niet te
laag is.
Let er op dat u de aansluitstekker van de kabel volledig in de USB/AV poort
steekt totdat deze stevig op zijn plaats vastklikt. Als de stekker niet volledig
ingestoken is, kan dit leiden tot een slechte communicatie of defectieve
werking.
Merk op dat zelfs als de stekker volledig ingestoken is, u het
metalen gedeelte van de stekker nog steeds kunt zien zoals
aangegeven in afbeelding.
Bij het aansluiten van de USB kabel op een USB poort dient u
er op te letten dat de aansluitstekker precies past op de poort.
Uw computer kan de camera mogelijk niet herkennen als u via een USB hub
aansluit. Sluit altijd direct aan op de USB poort van de computer.
5. Schakel de camera in.
De achterindicator van de camera gaat op dat moment groen branden. Tijdens
deze functie herkent de Macintosh de geheugenkaart die in de camera geplaatst
is (of het ingebouwde geheugen van de camera als er geen geheugenkaart
geplaatst is) als een station (drive). Het uiterlijk van de stationicoon hangt af van
de versie van het Mac besturingssysteem (Mac OS) dat u in gebruik heeft.
6. Dubbelklik op de stationicoon van de camera.
7. Sleep de “DCIM” map naar de map waarnaar u het wilt kopiëren.
USB poort
USB kabel
Let erop dat het 6 merkteken op de camera
past op het 4 merkteken op de
aansluitstekker van de USB kabel en sluit de
kabel vervolgens aan op de camera.
USB/AV poort
Grote aansluitstekker
Kleine aansluitstekker