Handleiding
D-38
Om de wetenschappelijke constante C
0
in te voeren (snelheid van het
licht in een vacuum), en de waarde weer te geven
A17(CONST)
28(C
0
) =
Om te berekenen C
0
=
1
ε
0
μ
0
B
A' 1 c!17(CONST) 32( ε 0
)
17(CONST) 33(
0
) =
Hieronder staan de 2-cijferige nummers voor elk van de wetenschappelijke
constanten.
01: (mp) massa proton 02: (mn) massa neutron
03: (me) massa electron
04: (m
) massa muon
05: (a
0
) Bohr radius 06: (h) constante van Planck
07: (
N) nucleair magneton 08: ( B) Bohr magneton
09: ( h) constante van Planck,
gerationaliseerd
10: ( α ) fijn-structuur constante
11: (re) classieke electron radius
12: ( λ c) Compton golflengte
13: ( γ p) proton gyromagnetische
verhouding
14: ( λ cp) proton Compton golflengte
15: ( λ cn) neutron Compton
golflengte
16: (R ∞ ) Rydberg constante
17: (u) eenheid van atoommassa
18: (
p) proton magnetisch moment
19: (
e) electron magnetisch
moment
20: ( n) neutron magnetisch
moment
21: (
) muon magnetisch moment
22: (F) Faraday constante
23: (e) elementaire lading 24: (NA) getal van Avogadro
25: (k) Boltzmann constante
26: (Vm) molair volume van ideaal
gas
27: (R) molaire gasconstante
28: (C
0
) snelheid van het licht in
vacuum
29: (C
1
) eerste stralingsconstante 30: (C
2
) tweede stralingsconstante
31: ( σ ) Stefan-Boltzmann constante 32: ( ε
0
) electrische constante
33: (
0
) magnetische constante
34: ( φ
0
) magnetische fluxquantum
35: (g) standaard versnelling van
zwaartekracht
36: (G
0
) geleidingskwantum
MathMath
MathMath