User Manual

14-48
Opmerking
Sommige afmetingen kunnen niet worden vergrendeld. Zie de kolom “Vergrendelbaar” in de
tabel onder “De afmetingen van een object weergeven” (pagina 14-41).
u Een bepaalde afmeting ontgrendelen
U kunt een bepaalde afmeting ontgrendelen via een van de volgende bewerkingen.
Als het pictogram rechts van het afmetingenvenster
is, verplaats de markering dan naar
het pictogram en druk op w.
Verplaats de markering naar de opwaartse pijl rechts van het
pictogram en druk op w.
Kies [Unlock] in het menu dat verschijnt en druk op w.
u Alle objecten op het scherm ontgrendelen
Voer de volgende bewerking uit: K(Option) – 4:Clr Constraint.
Hierdoor worden alle vergrendelde instellingen ontgrendeld.
Opmerking
Via de bovenstaande bewerking worden alle afmetingen ontgrendeld die u met de hand hebt
vergrendeld, en daarnaast ook objecten die automatisch werden vergrendeld toen ze werden
getekend. Bovenstaande bewerking bijvoorbeeld ontgrendelt alle volgende vergrendelingen.
De vergrendeling die wordt toegepast wanneer u een rechthoek tekent waarvan
de tegenoverliggende zijden gelijk worden gehouden (congruentievergrendeling
tegenoverliggende zijden)
De vergrendeling die wordt toegepast wanneer u een gelijkbenige driehoek (ABC) tekent
waarvan zijde AB en zijde BC gelijk blijven (congruentievergrendeling zijde AB en zijde BC)
De vergrendeling die wordt toegepast wanneer u een oneindige lijn tekent die door twee
punten (punt A en punt B) loopt (invalsvergrendeling oneindige lijn en punt A, B)
De relatie tussen het lijnstuk en de loodrechte bissectrice die wordt gevormd wanneer u een
lijnstuk selecteert en de volgende bewerking uitvoert: 4(Construct) – 1:Perp Bisector.
De (vergrendelde) overeenkomsten tussen objecten wanneer u de objecten selecteert en de
volgende bewerking uitvoert: 5(Transform) – 5:Dilation.