User manual - GRAPH95-75-85SD-85-35PLUS-Soft
8-44
3. De programma-inhoud wijzigen
I Debuggen van een programma
Een fout in een programma waardoor het niet normaal loopt, wordt een “bug” genoemd, en het 
verwijderen van deze fout wordt “debuggen” (foutopsporing) genoemd. Er zit een bug in uw 
programma als:
• Foutmeldingen verschijnen terwijl het programma loopt
• De resultaten niet zijn wat u verwacht
S Debuggen na een foutmelding
Een foutmelding zoals bijvoorbeeld hier rechts verschijnt als 
zich een probleem voordoet terwijl het programma loopt.
Als deze boodschap verschijnt, drukt u op ) om de cursor naar de plaats te laten springen 
waar het probleem zit. De cursor knippert op de plaats waar het probleem zich bevindt. Kijk in 
de “Lijst met mogelijke foutmeldingen” (pagina 
A
-1) om te weten te komen wat u moet doen 
om de fout weg te werken.
• Drukken op ) helpt u niet de fout te vinden als het paswoord dit niet toelaat. 
S Debuggen als de resultaten niet zijn wat u verwacht
Als het resultaat van een programma niet klopt met wat u verwacht, controleer dan de opbouw 
van het programma en wijzig deze waar nodig.
(TOP) ... De cursor springt naar het beg invan 
de invoer
(BTM) ... De cursor springt naar het einde van 
de invoer
I Gegevens binnenin een programma opzoeken
Voorbeeld  Zoek de letter “A” in het programma OCTA
1. Roep het programma op.
2. Druk op  (SRC) en voer het gegeven in dat u zoekt.
(SRC)
?T(A)










