Softwareversie 3.00 Gebruiksaanwijzing

9-16
k Dezelfde formule invoeren in een bereik van cellen
Gebruik de opdracht Fill als u dezelfde formule wilt invoeren in een opgegeven bereik van
cellen. Voor kopiëren en plakken gelden dezelfde regels als voor relatieve en absolute
celnaamverwijzingen.
Wanneer u bijvoorbeeld dezelfde formule wilt invoeren in de cellen B1, B2 en B3, hoeft u met
de opdracht Fill de formule slechts één keer in te voeren in cel B1. Hieronder ziet u hoe de
opdracht Fill in dit geval met de celnaamverwijzingen omgaat.
Wanneer er in cel B1 dit
staat:
Doet de opdracht Fill dit:
=A1×2
A B
1
=A1×2
2
=A2×2
3
=A3×2
* In werkelijkheid laten
B1, B2 en B3 de
berekeningsresultaten zien
en niet de formules, zoals
u hier kunt zien.
=$A$2×2
A B
1
=$A$2×2
2
=$A$2×2
3
=$A$2×2
u Dezelfde formule invoeren in een celbereik
1. Selecteer het celbereik waar u dezelfde formule wilt invoeren.
In dit voorbeeld is B1:B3 geselecteerd. Zie “Een celbereik selecteren” (pagina 9-7).
2. Druk op 2(EDIT)6(g)1(FILL).
3. Voer de gewenste formule in op het scherm Fill dat verschijnt.
U kunt gegevens invoeren voor het item dat
gemarkeerd wordt weergegeven.
Dit is het celbereik dat u in stap 1 hebt
geselecteerd.
Als er gegevensinvoer is in de cel linksboven van het bereik dat in stap 1 hierboven is
opgegeven, wordt de formule weergegeven in de lijn “Formula”.
• Voer =A1×2 (!.(=)av(A)b*cw) in op de regel “Formula”. Druk op w
om de celcursor naar de regel “Cell Range” te verplaatsen.
Indien een cel binnen het celbereik al gegevens bevat, worden de bestaande gegevens bij
de volgende stap overschreven met de nieuwe gegevens (formule).
4. Druk op 6(EXE) of de toets w.
De formule wordt ingevoerd in het opgegeven celbereik.