Softwareversie 3.11 Gebruiksaanwijzing

5-58
Voorbeeld Teken de grafiek met de volgende twee functies en bereken het snijpunt
tussen Y1 en Y2.
Y1 =
x + 1, Y2 = x
2
U kunt alleen het snijpunt van grafieken met cartesische coördinaten (Y=
f ( x ) type) en
grafieken met ongelijkheden (Y > f ( x ), Y < f ( x ), Y
f ( x ) of Y
f ( x )) berekenen.
Het volgende kan een slechte nauwkeurigheid tot gevolg hebben of een oplossing
onmogelijk maken.
- Als een oplossing een raakpunt is van twee grafieken
- Als de oplossing een buigpunt is
u De coördinaten voor bepaalde punten berekenen
1. Teken de grafiek.
2. Selecteer de functie die u wilt uitvoeren.
!5(G-SOLVE) 6( g) 1(Y-CAL) ...
y -coördinaat voor x
6( g) 2(X-CAL) ... x -coördinaat voor y
3. Als er meerdere grafieken worden weergegeven in het grafiekscherm, wordt er één
knipperend weergegeven. Gebruik f en c om de grafiek te markeren die u wilt
selecteren en druk vervolgens op w.
4. Voer de
x -coördinaatwaarde of y -coördinaatwaarde op.
Druk op w om de bijbehorende y - of x -coördinaatwaarde te berekenen.
Voorbeeld Teken de grafiek met de volgende twee functies en bereken de
y -
coördinaat voor
x = 0,5 en de x -coördinaat voor y = 2,2 voor grafiek Y2.
Y1 =
x + 1, Y2 = x ( x + 2)( x – 2)
Wanneer de bovenstaande procedure meerdere resultaten oplevert, drukt u op e om de
volgende waarde te berekenen. Druk op d om naar de vorige waarde terug te keren.
De waarde X-CAL kan niet berekend worden voor een grafiek met een parametrische
functie.