Softwareversie 3.20 Gebruiksaanwijzing

6-32
k Berekeningen met de opdracht TEST
U kunt speciale functies gebruiken in de modus Run-Matrix of de modus Program om
berekeningen uit te voeren die hetzelfde zijn als
Z Test, t Test en andere testberekeningen in
de modus Statistics (pagina 6-33).
Voorbeeld Om de
z -score en de p -waarde te bepalen als een Z -test op één
steekproef is uitgevoerd onder de onderstaande voorwaarden:
testvoorwaarde (
voorwaarde)
0
*, aangenomen gemiddelde van
populatie
0
= 0, standaardafwijking van populatie = 1, gemiddelde
steekproef
o
= 1, aantal steekproeven n = 2
* “
voorwaarde
0
” kan worden ingegeven door 0 in te voeren als
beginargument van de Z -testopdracht voor een enkelvoudige steekproef
“OneSampleZTest”.
1. Kies in het hoofdmenu de modus Run-Matrix .
2. Voer de volgende toetsbewerkingen uit.
!m(SET UP) 2(Line) J
K5(STAT) 6( g) 1(TEST) 1(Z)
1(1-Sample) a,a,b,b
,cw
JJJ
1(LIST) 1(List) !-(Ans) w
De volgende berekeningsresultaten worden weergegeven als ListAns-elementen 1 tot 4.
1:
z -score
2:
p -waarde
3: o
4:
n
Details over de functie van de ondersteunde TEST-opdrachten en hun syntaxis vindt u in “De
TEST-opdracht gebruiken om een opdracht in een programma uit te voeren” (pagina
8-46).