Omslag LK - S250 NL GEBRUIKSAANWIJZING Klaarmaken van de voeding In- en uitschakelen van de stroom Aansluiten van een hooftelefoon (los verkrijgbaar) Aansluiten van een pedaal (los verkrijgbaar) Selecteren van een muziekinstrumenttoon Veranderen van de toonhoogte in stappen van een halve toon (Transponeren) Fijnstemmen van een toonhoogte (Stemming) Gebruik van de SUSTAINtoets Opslaan en laden van de instrumentinstellingen (MY SETUP) Weergeven van een ingebouwde melodie Gebruik van een les om e
Meegeleverde en los verkrijgbare accessoires Gebruik enkel accessoires die gespecificeerd zijn voor gebruik met dit Digitale Keyboard. Het gebruik van niet erkende accessoires kan resulteren in brand, een elektrische schok of persoonlijk letsel. • U kunt informatie betreffende de accessoires die los verkrijgbaar zijn krijgen uit de CASIO-catalogus die beschikbaar is bij uw winkelier en op de CASIO-website toegankelijk via het onderstaande webadres of QR-code. https://support.casio.
Spelen in de dansmuziekmodus Inhoudsopgave NL-24 Dansmuziekmodus . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . NL-24 Algemene gids NL-3 Voorbereidingen voor het spelen NL-4 Spelen van dansmuziek . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . NL-25 Gebruik van de aanbevolen toon . . . . . . . . . . . . . . NL-27 Gebruik van een dansmuziekstem . . . . . . . . . . . . . NL-27 Klaarmaken van de voeding . . . . . . . . . . . . . . . . . . .NL-4 Gebruik van effecten. . . . . . . . . . . . . . . . . . . .
Algemene gids ■ Voorpaneel Draairegelaar ☞NL-7 3 toetsen ☞NL-7 HOME toets ☞NL-7 a (start/stop) toets ☞NL-10, 17, 28 VOLUME toetsen ☞NL-10 P(aan/uit) toets ☞NL-8 TEMPO toets ☞NL-10, 18, 26, 29 SUSTAIN toets ☞NL-13 MY SETUP toets ☞NL-15 FUNCTION toets ☞NL-37 ■ Achterkant DC 9.
Gebruik op batterijvoeding Voorbereidingen voor het spelen • Zorg ervoor de stroom uit te schakelen voordat u de batterijen inlegt. • Gebruik los verkrijgbare AA-formaat alkalibatterijen of AA-formaat oplaadbare nikkel-metaalhydride batterijen. • Wanneer de batterijen uitgeput raken, kan dit resulteren in een abnormale werking. In dit geval moeten de batterijen door nieuwe worden vervangen. Bij gebruik van oplaadbare batterijen moet u de batterijen opladen.
Voorbereidingen voor het spelen ■ Instellen van het type batterijen ■ Indicator voor batterijniveau 1. Druk op FUNCTION. Er verschijnt een pictogram op het display zoals hieronder is aangegeven om u erop attent te maken dat de batterijen uitgeput raken. Het [FUNCTION] scherm verschijnt. 2. Gebruik de U en I toetsen om “Battery” te Lage batterijspanning selecteren. Batterijpictogram (knippert niet) • Druk op de EXIT toets om terug te gaan naar het vorige scherm.
Voorbereidingen voor het spelen Aansluiten van een hooftelefoon (los verkrijgbaar) Aansluiten van een pedaal (los verkrijgbaar) Sluit het pedaal aan op de PEDAL aansluiting. Door een hoofdtelefoon aan te sluiten wordt het geluid van de ingebouwde luidsprekers uitgeschakeld wat betekent dat u zelfs ’s avonds laat kunt oefenen zonder anderen te storen. • Zorg ervoor altijd het volumeniveau van het Digitale Keyboard laag in te stellen voordat u de hoofdtelefoon aansluit.
Gemeenschappelijke bediening voor alle functies 3 toetsen De bedieningsfuncties die zijn toegewezen aan de 3 toetsen onder het display veranderen overeenkomstig de instelling die u maakt. De bedieningsfuncties die momenteel aan de 3 toetsen zijn toegewezen, worden aangegeven door de aanduidingen boven de toetsen.
Spelen op het keyboard Toetsverlichtingsfunctie De toetsverlichtingsfunctie zorgt ervoor dat de klaviertoetsen oplichten overeenkomstig de noten van uw toetsenbordspel, de weergave van de ingebouwde melodieën enz. U kunt de toetsverlichtingsfunctie uitschakelen als u dat wilt. In- en uitschakelen van de stroom 1. Druk op P (aan/uit). 1. Druk op FUNCTION. De stroom wordt ingeschakeld. • Houd P (aan/uit) opnieuw ingedrukt totdat er geen aanduiding meer op het display is om de stroom uit te schakelen.
Spelen op het keyboard Automatische stroomonderbreker Stroom-aan waarschuwing Wanneer de automatische stroomonderbreker is ingeschakeld, wordt het Digitale Keyboard automatisch uitgeschakeld als dit ongeveer 30 minuten niet is gebruikt. De klaviertoetsen lichten op om u er aan te herinneren dat de stroom ingeschakeld is wanneer u gedurende zes minuten geen bediening heeft uitgevoerd.
Spelen op het keyboard Instellen van het volumeniveau 1. Gebruik de VOLUME + en – toetsen om het volumeniveau in te stellen. Het volumeniveau verandert en de waarde van het huidige volumeniveau wordt even op het display getoond. • Het instelbereik loopt van 0 t/m 10. • Houd een van beide toetsen ingedrukt om de instelwaarden te doorlopen. Gebruik van de metronoom De metronoom laat u spelen en oefenen met een vaste maatslag om u te helpen met uw tempo.
Spelen op het keyboard 3. Draai aan de regelaar of gebruik de – en + Instellen van het metronoomgeluid en het aantal maatslagen per maat toetsen om het volumeniveau te veranderen. • U kunt een volumewaarde instellen tussen 0 en 127. • Druk de – en + toetsen tegelijkertijd in om terug te keren naar de oorspronkelijke standaardinstelling. • Druk op de BEAT toets om het instelscherm voor de maatslag weer te geven.
Regelen van het geluid van een uitvoering Veranderen van het aanslagvolume naar de aanslagdruk (Aanslagvolume) Selecteren van een muziekinstrumenttoon Het aanslagvolume verandert het toonvolume overeenkomstig de aanslagdruk (aanslagsnelheid). Dit geeft u hetzelfde uitdrukkingsvermogen als bij een akoestische piano. Met dit Digitale Keyboard kunt u uit een groot aantal muziekinstrumenttonen kiezen waaronder viool, fluit, orkest en nog vele andere.
Regelen van het geluid van een uitvoering Gebruik van een pedaal Een pedaal kan worden gebruikt om de noten te veranderen terwijl u aan het spelen bent. Bij de standaardinstellingen is de aanhoudfunctie aan het pedaal toegewezen, zodat het pedaal als een demppedaal kan worden gebruikt. • Er wordt geen pedaal met het Digitale Keyboard meegeleverd. U kunt een pedaal los aanschaffen bij uw winkelier.
Regelen van het geluid van een uitvoering Veranderen van de toonhoogte in stappen van een halve toon (Transponeren) Fijnstemmen van een toonhoogte (Stemming) De transponeerfunctie laat u de algehele toonhoogte van het Digitale Keyboard verhogen of verlagen in stappen van een halve toon.
Opslaanbare instellingen Opslaan en laden van de instrumentinstellingen (MY SETUP) U kunt MY SETUP gebruiken om de onderstaande items op te slaan.
Opslaan en laden van de instrumentinstellingen (MY SETUP) Activeren van MY SETUP bij inschakelen van de stroom Oproepen van MY SETUP 1. Druk op MY SETUP. Gebruik de onderstaande procedure om MY SETUP te activeren bij het inschakelen van de stroom, wat betekent dat de MY SETUP-instellingen worden toegepast telkens wanneer het Digitale Keyboard wordt ingeschakeld. Het [MY SETUP] scherm verschijnt. 2. Druk op de LOAD toets. “Sure?” verschijnt op het display.
Weergeven van een ingebouwde melodie 5. Druk nogmaals op a om de melodie te stoppen. Melodieën Bij dit Digitale Keyboard wordt de term “melodie” gebruikt om een muziekstuk aan te duiden. U kunt voor uw eigen plezier naar de ingebouwde melodieën luisteren of u kunt met ze meespelen om ze te oefenen. Selecteren van een melodie om weer te geven Starten en stoppen van de melodieweergave 1. Druk op HOME. Het homescherm verschijnt. 2. Druk op de SONG toets.
Weergeven van een ingebouwde melodie Veranderen van het tempo van de melodie (Snelheid) Afstellen van het melodievolume U kunt de onderstaande procedure gebruiken om het tempo (snelheid) te veranderen en zo de weergave te vertragen voor het oefenen van moeilijke stukken enz. 1. Terwijl het [SONG] scherm wordt Gebruik de onderstaande procedure om de balans af te stellen tussen de volume van de melodieweergave en het volume van uw toetsenbordspel. 1. Druk op FUNCTION. Het [FUNCTION] scherm verschijnt.
Weergeven van een ingebouwde melodie Veranderen van de toetsenbordtoon terwijl een melodie wordt weergegeven Oefenen van een melodiegedeelte U kunt het gedeelte voor de rechterhand of dat voor de linkerhand uitschakelen bij de weergave van een melodie en meespelen met het resterende gedeelte. Gebruik deze mogelijkheid wanneer u vindt dat de melodie te moeilijk voor u is om meteen met beide handen tegelijk te spelen. 1. Druk op HOME terwijl een melodie wordt weergegeven.
Weergeven van een ingebouwde melodie Gebruik van een telling vooraf Gebruik van een telling op de maat van de melodie 1. Druk op de COUNT toets terwijl de melodie gestopt is. U kunt een telling instellen die klinkt op de maat van de melodie of een telling die aftelt totdat de melodie begint. Druk een aantal malen op de toets totdat “PRE” op het display verschijnt. Gebruik van een telling 1. Druk op de COUNT toets terwijl de melodie gestopt is.
5. Gebruik de STEP toets om het gewenste Gebruik van een les om een melodie te leren spelen lestype te selecteren. Lessen Uw Digitale Keyboard is uitgerust met lessen die u helpen om melodieën te leren spelen. U kunt het rechterhand-gedeelte, het linkerhand-gedeelte of de gedeelten voor beide handen selecteren om te oefenen. Als het spelen met beide handen tegelijk te moeilijk is wanneer u begint te oefenen, kunt u elke hand afzonderlijk oefenen.
Gebruik van een les om een melodie te leren spelen 6. Gebruik de HAND toets om een lesgedeelte te Voorwaarts springen en achterwaarts springen selecteren. ■ Voorwaarts springen Druk terwijl een les aan de gang is op de FF toets om naar voren te springen. • Wanneer eenmaal op de FF toets wordt gedrukt, wordt één maat naar voren gesprongen en als de toets ingedrukt wordt gehouden, wordt er vooruitgegaan totdat de toets wordt losgelaten.
Gebruik van een les om een melodie te leren spelen Uitvoeringsevaluatie uitschakelen Lusweergave van een melodiegedeelte om dit te oefenen (Lusweergaveles) Gebruik de onderstaande procedure om de uitvoeringsevaluatie en score-aanduiding voor de WATCH en REMEMBER lestypen uit te schakelen. 1. Druk op FUNCTION. Het [FUNCTION] scherm verschijnt. 2. Gebruik de U en I toetsen om “Lesson Eval” U kunt een specifiek gedeelte van een melodie herhaaldelijk weergeven om dit te oefenen. 1.
Spelen in de dansmuziekmodus Dansmuziekmodus In de dansmuziekmodus kunt u dansmuziek creëren door meerdere typen patroonfrasen te combineren en te spelen, en door effecten toe te passen. De patroonfrasen van elk gedeelte kunnen worden gecombineerd zodat er net als bij een DJ van dansmuziek kan worden genoten. Bij het inschakelen van de dansmuziekmodus (pagina NL-25) veranderen de functies van de klaviertoetsen zoals hieronder is aangegeven.
Spelen in de dansmuziekmodus 3. Draai aan de regelaar om een melodie te Functies van het melodie/stemtoetsenbord selecteren. Het rechter melodie/stemtoetsenbord kan worden gebruikt om een melodie te spelen samen met patroonspel en, bij gebruik van de stemfunctie, om stemmen te laten klinken. (Gebruik van een dansmuziekstem, pagina NL-27) F4 • Nadat u eenmaal aan de regelaar heeft gedraaid om een optie te selecteren, kunt u uw selectie ook veranderen met de – en + toetsen.
Spelen in de dansmuziekmodus 3. Draai aan de regelaar om het volumeniveau Veranderen van het dansmuziektempo van de dansmuziek in te stellen. U kunt de bediening voor de tempo-instelling gebruiken om het tempo van het patroonspel te veranderen. • U kunt een volumewaarde instellen tussen 0 en 127. • Nadat u eenmaal aan de regelaar heeft gedraaid om een optie te selecteren, kunt u uw selectie ook veranderen met de – en + toetsen.
Spelen in de dansmuziekmodus Gebruik van de aanbevolen toon Gebruik van effecten 1. Houd in de dansmuziekmodus FUNCTION lang ingedrukt. Bij indrukken van een effectschakelaartoets tijdens patroonspel wordt een van de hieronder beschreven effecten op de volledige melodie toegepast. Er verschijnt even “RECOMMENDED” op het display en de toon aanbevolen voor het huidige geselecteerde patroon wordt toegewezen.
Spelen met een ritmeondersteuning Opbouwen van de spanning in de uitvoering Wanneer patroonspel aan de gang is, kunt u de opbouwfunctie gebruiken om dansmuziekeffecten toe te passen en de spanning op te bouwen. Functienaam Beschrijving Opmerkingen PITCH Telkens wanneer op een klaviertoets wordt gedrukt, verandert de totale toonhoogte van de melodie.
Spelen met een ritme-ondersteuning 4. Druk op a. Veranderen van het volumeniveau van een ritme Het ritme begint en de maatslag wordt op het display weergegeven. Gebruik de onderstaande procedure om de balans af te stellen tussen het volume van het toetsenbordspel en het volume van het ritme. 1. Druk op FUNCTION. Het [FUNCTION] scherm verschijnt. 5. Druk nogmaals op a om het ritme te 2. Gebruik de U en I toetsen om “Rhythm stoppen. Volume” te selecteren.
Spelen met een ritme-ondersteuning Veranderen van de toetsenbordtoon terwijl een ritme wordt weergegeven Veranderen van het ritmepatroon U kunt de onderstaande procedure gebruiken om uw ritmepatroon levendiger te maken door intro- en eindpatronen, invulpatronen en diverse basisritmepatronen te spelen. Elk automatisch begeleidingspatroon heeft een basis “normaal patroon” en ook een “variatiepatroon”. Hiermee kunt u een patroon spelen dat verschilt van het normale patroon. 1.
Spelen met een ritme-ondersteuning Invoegen van een invulpatroon Vingerzetting van een akkoord voor het spelen van een ritmebegeleiding Een “invulpatroon” is in feite een korte frase die wordt gespeeld wanneer u de sfeer van het stuk wilt veranderen. Een invulpatroon kan worden gebruikt om een link te creëren tussen twee melodieën of als een accent.
Spelen met een ritme-ondersteuning Selecteren van een akkoord-vingerzetmodus U kunt kiezen uit de onderstaande zes akkoordvingerzetmodi. • CASIO CHORD • FINGERED 1 • FINGERED 2 • FINGERED ON BASS • FINGERED ASSIST • FULL RANGE CHORD ■ CASIO CHORD Bij CASIO CHORD kunt u vereenvoudigde vingerzettingen gebruiken om de vier typen akkoorden te spelen die hieronder worden beschreven. Begeleidingstoetsenbord 1. Druk op FUNCTION. Het [FUNCTION] scherm verschijnt. 2.
Spelen met een ritme-ondersteuning ■ FINGERED Met deze akkoord-vingerzetmodus speelt u akkoorden op het begeleidingstoetsenbord met behulp van hun normale akkoord-vingerzettingen. Merk op dat sommige akkoorden ook kunnen worden gevormd met verkorte vingerzettingen van één of twee klaviertoetsen. Zie de “Vingerzettinggids” (pagina NL-51) voor informatie over de typen akkoorden en hun vingerzettingen.
■ Maken van instellingen op het [FUNCTION] scherm Aansluiten van externe apparaten 1. Druk op FUNCTION. Het [FUNCTION] scherm verschijnt. 2. Gebruik de U en I toetsen om “Intro/Ending” te selecteren. • Druk op de EXIT toets om terug te gaan naar het vorige scherm. Koppelen aan een smartapparaat (APP-functie) 3. Draai aan de regelaar en selecteer “On”. • U kunt ook de – en + toetsen gebruiken om de instelling te veranderen.
Aansluiten van externe apparaten ■ Koppelen van het Digitale Keyboard aan een smartapparaat Aansluiten op een computer en gebruik van MIDI 1. Raadpleeg “Downloaden van de app voor het smartapparaat” (pagina NL-34) en installeer de app op het smartapparaat. 2. Verbind de USB-poort van het smartapparaat met een los verkrijgbare USB-kabel met de USB poort van het Digitale Keyboard.
Aansluiten van externe apparaten ■ Aansluiten op een computer ■ Maken van de MIDI-instellingen • Bij verkeerde aansluitingen is het mogelijk dat er geen gegevens kunnen worden uitgewisseld. Zorg ervoor dat de stappen van de onderstaande procedure precies worden opgevolgd. Zie de “Lijst met instelitems” (pagina NL-38) voor informatie over de onderstaande MIDI-instellingen.
■ Weergeven van het geluid van een extern apparaat via het Digitale Keyboard Maken van functieinstellingen Voor de aansluiting zijn los verkrijgbare snoeren nodig, die u zelf dient aan te schaffen. • Het aansluitsnoer dient aan een kant een stereo ministekker (3-polig) te hebben voor de aansluiting op het Digitale Keyboard en aan de andere kant een stekker die past bij de uitgangsaansluiting op het externe apparaat.
Maken van functie-instellingen Lijst met instelitems Functienaam Beschrijving Transponeren Transpose Verhoogt of verlaagt de totale toonhoogte in stappen van een halve toon. U kunt deze functie gebruiken om de sleutel van het Digitale Keyboard te verhogen of verlagen zodat het gemakkelijker is om een stuk te spelen dat in een moeilijke sleutel is geschreven, of voor aanpassing aan een sleutel die beter past bij een zanger, een ander instrument enz.
Maken van functie-instellingen Functienaam Beschrijving Displaynaam Instellingen Linkerhandkanaal voor navigatie MIDI-ingang Verandert het kanaal van het nootbericht dat functioneert als de linkerhandmelodie voor de navigatiefunctie. MIDIInNavi L Ch 1 t/m 16 Inschakelvolume Specificeert het volumeniveau bij inschakelen van de stroom.
Maken van functie-instellingen Terugzetten van de instellingen op de oorspronkelijke standaardfabrieksinstellingen 1. Druk op FUNCTION. Het [FUNCTION] scherm verschijnt. Controleren van de versie-informatie 1. Druk op FUNCTION. Het [FUNCTION] scherm verschijnt. 2. Gebruik de U en I toetsen om “Version” te selecteren. 2. Gebruik de U en I toetsen om “Initialize” te De versie-informatie wordt getoond. • Druk op de EXIT toets om terug te gaan naar het vorige scherm. selecteren. 3.
Referentie Oplossen van moeilijkheden Symptoom Vereiste maatregel Meegeleverde accessoires Bij het uitpakken kan ik bepaalde meegeleverde accessoires niet vinden. Controleer zorgvuldig wat er in de verpakking zit. Stroomvereisten De stroom kan niet worden ingeschakeld. • Controleer de netadapter of zorg ervoor dat de batterijen in de juiste richting wijzen (pagina NL-4). • Vervang de batterijen door nieuwe. Of gebruik de netadapter voor de stroomvoorziening (pagina NL-4).
Referentie Symptoom Vereiste maatregel Het volumeniveau of de tooninstelling die ik heb gemaakt is veranderd. • Controleer het volumeniveau (pagina NL-10). • Schakel het Digitale Keyboard uit en daarna weer in (pagina NL-8) zodat de instellingen in de beginstand komen te staan. • Vervang de batterijen door nieuwe. Of gebruik de netadapter voor de stroomvoorziening (pagina NL-4).
Referentie Dansmuziekmodus Voorkeuzepatronen 50 typen; Dansmuziekeffecten Demonstratieweergave Lusweergave van alle melodieën van ingebouwde melodiebank (60 melodieën) Volume-instelling van functies Metronoom, ritme, melodie, dansmuziek Overige functies Transponeren ±1 octaaf (–12 tot 0 tot +12 halve tonen) Stemming A4 = 415,5 - 465,9 Hz (Oorspronkelijke standaardinstelling: 440,0 Hz) MIDI 16 multi-tonale ontvangst, GM-niveau 1 standaard APP-functie Ondersteunde apparaten iOS, Android (verbindi
Referentie Voorzorgsmaatregelen bij het hanteren van de netadapter Model: AD-E95100L 1. Lees deze aanwijzingen. 2. Houd deze aanwijzingen bij de hand. 3. Neem alle waarschuwingen in acht. 4. Volg alle aanwijzingen. 5. Gebruik dit product niet in de buurt van water. 6. Reinig alleen met een droge doek. 7. Niet gebruiken in de buurt van radiatoren, warmeluchtroosters, kachels of andere warmtebronnen (inclusief versterkers). 8.
Referentie Toonlijst Nr. Toonnaam PIANO 1 STEREO GRAND PIANO 2 GRAND PIANO 3 BRIGHT PIANO 4 MODERN PIANO 5 DANCE PIANO 6 MELLOW PIANO 7 STRINGS PIANO 8 HONKY-TONK 9 OCTAVE PIANO 10 BASS/PIANO 11 ELEC.GRAND PIANO 12 MODERN E.G.PIANO 13 HARPSICHORD 14 HARPSICHORD & STRINGS ELECTRIC PIANO 15 ELEC.PIANO 16 FM E.PIANO 17 60’S E.PIANO 18 CHORUS E.PIANO 1 19 CHORUS E.PIANO 2 20 MODERN E.PIANO 21 SOFT E.PIANO 22 SYNTH-STR.E.PIANO 23 CLEAN E.
Referentie Nr. Toonnaam 132 BRASS SECTION 3 133 MELLOW BRASS 134 HARD BRASS 135 BRASS SFZ 136 BRASS & STRINGS 137 SYNTH-BRASS 1 138 SYNTH-BRASS 2 139 ANALOG SYNTH-BRASS 1 140 ANALOG SYNTH-BRASS 2 REED/PIPE 141 ALTO SAX 1 142 ALTO SAX 2 143 HARD A.SAX 144 BREATHY A.
Referentie Nr. 272 273 274 275 276 277 278 279 280 281 282 283 284 285 286 287 288 289 290 291 292 293 294 295 296 297 298 299 300 301 302 303 304 305 306 307 308 309 310 311 312 313 314 315 316 317 318 319 320 321 322 323 324 325 326 327 328 329 330 331 332 333 334 335 336 337 338 339 340 341 342 343 344 Toonnaam GM E.
Referentie Drumtoewijzingslijst Klaviertoets C-1 C -1 D-1 E -1 E-1 F-1 F -1 G-1 A -1 A-1 B -1 B-1 C0 C0 D0 E0 E0 F0 F0 G0 A0 A0 B0 B0 C1 C1 D1 E1 E1 F1 F1 G1 A1 A1 B1 B1 C2 C2 D2 E2 E2 F2 F2 G2 A2 A2 B2 B2 C3 C3 D3 E3 E3 F3 F3 G3 A3 A3 B3 B3 C4 C4 D4 E4 E4 F4 F4 G4 A4 A4 B4 B4 C5 C5 D5 E5 E5 F5 F5 G5 A5 A5 B5 B5 C6 C6 D6 E6 E6 F6 F6 G6 A6 A6 B6 B6 C7 C7 D7 E7 E7 F7 F7 G7 A
Referentie Melodielijst Nr. Titel PIANO/CLASSICS 1 FÜR ELISE 2 VALSE op.64 no.1 “PETIT CHIEN” 3 TURKISH MARCH (MOZART) 4 TRÄUMEREI 5 ETUDE op.10 no.3 “CHANSON DE L’ADIEU” 6 LIEBESTRÄUME no.3 7 NOCTURNE op.9 no.2 (CHOPIN) 8 CANON (PACHELBEL) 9 MARY HAD A LITTLE LAMB 10 LE CYGNE FROM “LE CARNAVAL DES ANIMAUX” 11 AIR FROM “SUITE no.3” 12 SPRING FROM “THE FOUR SEASONS” 13 HUNGARIAN DANCES no.
Referentie Ritmelijst Nr.
Referentie Vingerzettinggids Cadd9 ■ FINGERED 1, FINGERED 2 akkoorden Cmadd9 *4 C *4 C69 *3 *4 Cm Cm69 *3 Cdim *1 Met FINGERED 2, geïnterpreteerd als Am7. *2 Met FINGERED 2, geïnterpreteerd als Am7b5. *3 Het geïnverteerde formaat wordt in bepaalde gevallen niet ondersteund. *4 Deze vingerzettingen zijn speciale vingerzettingen voor akkoordinvoer op het Digitale Keyboard en ze zijn daarom niet geschikt voor normaal spelen op een keyboard.
Referentie Akkoordvoorbeeldenlijst *1 *2 C C /(D ) D (D )/E E F M m dim aug sus4 sus2 7 m7 M7 m7 5 7 5 7sus4 add9 madd9 mM7 dim7 69 6 m6 *1 Grondtoon *2 Akkoordtype • Aangezien het invoerbereik voor akkoorden beperkt is, is het mogelijk dat dit model bepaalde akkoorden die hierboven getoond worden niet ondersteunt.
Referentie *1 *2 F /(G ) G (G )/A A (A )/B B M m dim aug sus4 sus2 7 m7 M7 m7 5 7 5 7sus4 add9 madd9 mM7 dim7 69 6 m6 *1 Grondtoon *2 Akkoordtype • Aangezien het invoerbereik voor akkoorden beperkt is, is het mogelijk dat dit model bepaalde akkoorden die hierboven getoond worden niet ondersteunt.
Control Change 0 1 5 6, 38 7 10 11 64 65 66 Key’s Ch’s After Touch Pitch Bender Note ON Note OFF Velocity True voice O O O O *2 O O O O O O O X O X X X X X X O *3 X O *3 X O O 9nH v = 1 - 127 X 9nH v = 0, 8nH v =** 0 - 127 0 - 127 *1 X X O 9nH v = 1 - 127 X 8nH v = 64 0 - 127 Mode 3 X Mode 3 X Default Messages Altered Mode Note Number 1 - 16 1 - 16 1 1 - 16 Recognized Default Changed Transmitted MIDI Implementation Chart Basic Channel Function Model: LK-S250 Bank select Modula
Mode 1 : OMNI ON, POLY Mode 3 : OMNI OFF, POLY Remarks O O X O O X X X Soft pedal Filter resonance Release time Attack time Brightness Portamento Control Reverb send level RPN LSB/MSB Mode 2 : OMNI ON, MONO Mode 4 : OMNI OFF, MONO *1: Hangt af van de toon. *2: Voor details over RPN en systeem-exclusieve meldingen, zie MIDI implementatie op https://support.casio.com/global/nl/emi/manual/LK-S250/ *3: Overeenkomstig de pedaaleffect-instelling.
MA2001-B