User Manual

Table Of Contents
Regelen van het geluid van een uitvoering
NL-46
5.
Draai aan de regelaar om het zwevingstype te selecteren.
De beschikbare instellingen voor het zwevingstype staan in de onderstaande tabel.
Nadat u eenmaal aan de regelaar heeft gedraaid om een zwevingstype te selecteren, kunt u uw
selectie verder veranderen met – en +.
Druk – en + tegelijk in om terug te gaan naar de oorspronkelijke standaardinstelling.
Druk op BACK om terug te gaan naar het vorige scherm.
Druk op REVERB om terug te keren naar het nagalmscherm.
6.
Druk op EXIT om de instelprocedure af te sluiten.
Door de surroundfunctie in te schakelen wordt een virtueel surroundeffect verkregen.
1.
Druk op SURROUND.
De surroundfunctie wordt ingeschakeld.
De SURROUND LED gaat branden.
U kunt de surroundfunctie ook inschakelen vanaf het instelscherm.
2.
Druk nogmaals op SURROUND om de surroundfunctie uit te schakelen.
De SURROUND LED gaat uit.
Het surroundeffect wordt niet toegepast wanneer u met een hoofdtelefoon luistert.
Bij het aansluiten van een hoofdtelefoon wordt het surroundeffect uitgeschakeld.
Instelling Displaynaam
Aanbevolen zwevingsinstelling
voor elke toon
Tone
Zweving 1 t/m 6 Chorus 1 t/m 6
Flanger 1 t/m 4 Flanger 1 t/m 4
Spelen met een meer ruimtelijk geluid (Surround)