User Manual
Table Of Contents
- Omslag
- Inhoudsopgave
- Overzicht en instellingen
- Gemeenschappelijke bediening voor alle functies
- Gebruik van de Digitale Piano
- Luisteren naar demonstratieweergave
- Selecteren van een toon
- Veranderen van het aanslagvolume naar de aanslagdruk (Aanslagvolume)
- Veranderen van de toonhoogte in stappen van een halve toon (Transponeren)
- Fijnstemmen van een toonhoogte (Stemming)
- Veranderen van de toonhoogte in eenheden van een octaaf (Octaafverschuiving)
- Gebruik van de geluidsmoduseffecten (Zaalsimulator en Surround)
- Gebruik van zweving
- Gebruik van helderheid
- Aanpassen van de geluidskarakteristieken van de akoestische piano (Akoestieksimulator)
- Gebruik van de metronoom
- Specificeren van het tempo
- Splitsen van het toetsenbord voor duet-spel
- Veranderen van de toonschaalstemming (Temperament) van het toetsenbord
- Luisteren naar melodieën (Muziekbibliotheek)
- Opnemen en weergeven van uitvoeringen (MIDI-recorder)
- Instellingen maken
- Instellen van het volume van het Upper1 gedeelte
- Maken van de instellingen voor het Upper2 gedeelte en het Lower gedeelte
- Instellen van de volumebalans van het toetsenbord
- Middenbereik annuleren van audio-ingangssignaal
- Maken van de MIDI-instellingen
- Veranderen van de pedaalfuncties
- Overige instellingen
- Fabrieksreset (Initialisatie)
- Koppelen aan een smartapparaat (APP-functie)
- Oplossen van moeilijkheden
- Referentie
- MIDI Implementation Chart
NL-21
Gebruik van de Digitale Piano
Bij gebruik van de metronoom (pagina NL-20) of bij het
weergeven van een melodie van de muziekbibliotheek
(pagina NL-24) kunt u een tempo-instelling opgeven binnen
het bereik van 20 t/m 255 maatslagen per minuut. Gebruik de
onderstaande klaviertoetsen om de tempowaarde op te
geven.
■ Invoeren van een tempowaarde
1.
Houd 5 METRONOME ingedrukt.
• Laat 5 METRONOME niet los tot aan de
onderstaande stap 3.
2.
Gebruik de klaviertoetsen van B0 t/m A}1 om
een tempowaarde in te voeren.
• Er moeten drie cijfers voor de tempowaarde worden
ingevoerd. Om een waarde in te voeren die uit minder
dan drie cijfers bestaat, voert u nul (0) in voor het niet
gebruikte eerste cijfer. Om bijvoorbeeld een
tempowaarde van 80 bpm in te voeren, drukt u de
klaviertoetsen in deze volgorde in: B0 (0) 3 G1 (8)
3 B0 (0). De eindtoon (pagina NL-9) klinkt wanneer u
het derde cijfer invoert.
• U kunt hier ook de A0 of B}0 klaviertoets gebruiken
om het tempo met elke druk op de toets met 1 te
verhogen of verlagen.
• Bij gelijktijdig indrukken van de A0 en B}0
klaviertoetsen keert de tempowaarde terug naar de
oorspronkelijke standaardinstelling voor de huidige
melodie van de muziekbibliotheek (pagina NL-24).
3.
Laat 5 METRONOME los nadat de gewenste
instelling is gemaakt.
■ De tempowaarde met één verhogen of verlagen
1.
Houd 5 METRONOME ingedrukt en druk dan
naar vereist op de A0 of B}0 klaviertoets.
• Bij meermalen indrukken van de A0 klaviertoets wordt
de waarde telkens met 1 verhoogd en bij indrukken
van de B}0 klaviertoets met 1 verlaagd.
• U kunt ook de klaviertoetsen van B0 t/m A}1
gebruiken om een tempowaarde in te voeren.
2.
Laat 5 METRONOME los.
• U kunt het pedaal aangesloten op de bm DAMPER
PEDAL aansluiting ook zo instellen dat bij het meerdere
malen intrappen van het pedaal de tempowaarde verandert
overeenkomstig de timing van het intrappen van het
pedaal. Zie “Veranderen van de pedaalfuncties” (pagina
NL-33).
Specificeren van het tempo
C1
A0
C2 C3 C4 C5 C6 C7
C8
0− 13568
2+ 479
A0 B0 C1 C{1D1 E1 F1 G1A}1F{1E}1B}0