Operation Manual
OVERIGE OPNAMEFUNCTIES
104
Gebruiken van een uitwendige flitser
Middels het gebruik van een los verkrijgbare flitsereenheid
kunt u een hogere mate van helderheid (leidraadnummer)
verkrijgen dan wanneer u alleen de ingebouwde flitser ge-
bruikt. Een externe flitser kan tevens het effectieve bereik
van de gecombineerde flits verlengen.
•
Het leidraadnummer van de interne flitser is 6.5 (ISO 100/m).
Vereisten voor de externe flitsereenheid
Een externe flitsereenheid die u met deze camera gebruikt
dient aan de volgende vereisten te voldoen.
• Variabele flitsintensiteit (AUTO)
• Flitstijdsduur: Minder dan 1/1000 sec.
• Bereikhoek: bereik van 33mm gelijkwaardig aan een ob-
jectief met een brandpuntsafstand van 35mm (zonder
groothoekobjectief)
BELANGRIJK!
• Een gedeelte van de effectiviteit van de flitser kan ver-
loren gaan bij gebruik van een ringflitser of een ander
type eenheid met een lange flitstijd.
• De lensopeningwaarden en de ISO gevoeligheid die
beschikbaar is bij bepaalde flitsereenheden kan mo-
gelijk niet passen bij de waarden die ondersteund wor-
den door uw camera. Maak in dergelijke gevallen aan-
passingen in de instelling van de lensopening van de
externe flitser en de camera totdat een juiste mate van
helderheid is verkregen.
Monteren van een externe flitsereenheid
BELANGRIJK!
• Let er altijd op dat de externe flitsereenheid uitgescha-
keld is voordat u hem monteert of demonteert. Laat u
de flitsereenheid op de camera gemonteerd zitten,
dan kan hij onverwacht flitsen.
1.
Sluit de synchronisatiekabel van de flitser-
eenheid aan op de externe flitsersynchronisatie
aansluiting van de camera.
Synchronisatiekabel
Externe flitser-
synchronisatie
aansluiting
Externe
flitsereenheid