Operation Manual

BEHEER VAN BESTANDEN
126
Beveiligd en onbeveiligd maken van alle
beelden in geselecteerde mappen
1.
Zet de spannings-/functieschakelaar op .
2.
Druk op MENU.
3.
Selecteer “Protect” (beveiligd maken) “Fol-
der” (map) en druk de controletoets naar
rechts.
4.
Druk de controletoets naar links of naar rechts
of draai de keuzedraairegelaar om de map te
tonen waarvan u de beelden wilt beveiligen.
5.
Druk de controletoets naar boven of naar be-
neden om het icoon van de afgebeelde map
aan en uit te doen.
Elke map die gemarkeerd is met het icoon is ge-
merkt voor beveiliging. Alle beelden erin worden be-
veiligd gemaakt wanneer u de volgende stap van deze
procedure uitvoert. Alle beelden in mappen zonder
het icoon zijn onbeveiligd.
U kunt de stappen 4 en 5 herhalen om het icoon
voor meerdere mappen aan te doen.
6.
Druk op de controletoets om de beelden in alle
mappen te beschermen die gemarkeerd zijn
voor beveiliging en de beelden in de niet-ge-
markeerde mappen onbeveiligd te maken.