Operation Manual
OVERIGE OPNAMEFUNCTIES
54
OVERIGE OPNAMEFUNCTIES
Opnemen van een enkel beeld (1-beeld)
Tijdens de 1-beeld functie wordt een enkele foto opgenomen
wanneer u op de sluiterontspannertoets drukt.
1.
Zet de aandrijffunctie draairegelaar op
(1-beeld).
2.
Zet de spannings/functieschakelaar op .
3.
Druk op de sluiterontspannertoets om het
beeld op te nemen.
BELANGRIJK!
• Onder elk van de volgende omstandigheden ver-
schijnt de boodschap “One moment please….” (een
momentje a.u.b.) in de display nadat u elk beeld opge-
nomen heeft en het beeld weggeschreven wordt naar
de geheugenkaart.
— Wanneer u TIFF (ongecomprimeerde) beelden
aan het opnemen bent (pagina 95).
— Wanneer u een filmpje of een panorama foto aan
het opnemen bent (pagina 91, 93).
— Wanneer u bepaalde beste shot décorinstellingen
gebruikt (pagina 76).
— Wanneer de lage batterijwaarschuwing in de
display getoond wordt terwijl u een CompactFlash
kaart gebruikt (pagina 33).
Voorvertoning van het laatst opgenomen
beeld
Gewoonlijk dient u de weergavefunctie (PLAY) binnen te
gaan (pagina 109) om een beeld te tonen op het beeld-
scherm van de camera. De volgende procedure laat u het
beeld zien dat u zojuist opgenomen heeft zonder de
opnamefunctie (REC) te verlaten.
Druk op PREVIEW om het laatst opgenomen beeld
te tonen.
• U kunt PREVIEW ook gebruiken tijdens de filmfunctie om
het laatst opgenomen kader te bekijken.
• Door nogmaals op PREVIEW te drukken keert u terug
naar het opnamefunctiescherm (REC).
• Als de camera uitgeschakeld wordt of naar de weergave-
functie (PLAY) wordt overgeschakeld, zal het voor-
vertoningbeeldgeheugen worden gewist. Dit houdt in dat
er niets op het beeldscherm verschijnt als u op PREVIEW
drukt onmiddellijk na inschakelen van de camera of bij in-
schakelen van de opnamefunctie (REC).
— Wanneer de lage batterijwaarschuwing in de
display getoond wordt terwijl u een IBM Microdrive
gebruikt (pagina 33).