NL DATA PROJECTOR XJ-V1/XJ-V2 Gebruiksaanwijzing z Lees de “Veiligheidsvoorzorgen” en “Voorzorgen in het gebruik” in het document “Instelgids” en zorg ervoor dat u dit product correct gebruikt. z Bewaar deze handleiding op een veilige plek zodat u er later nog eens iets in op kunt zoeken. z Bezoek de website hieronder voor de nieuwste versie van deze handleiding en de “Instelgids”. http://world.casio.
z DLP is een gedeponeerd handelsmerk van Texas Instruments uit de Verenigde Staten. z HDMI, het HDMI Logo en High-Definition Multimedia Interface zijn handelsmerken of gedeponeerde handelsmerken van HDMI Licensing, LLC. z XGA is een gedeponeerd handelsmerk van IBM Corporation uit de Verenigde Staten. z Andere namen van bedrijven en producten zijn mogelijk gedeponeerde namen of handelsmerken van hun respectievelijke eigenaren. z De inhoud van deze Gebruiksaanwijzing kan zonder kennisgeving gewijzigd worden.
Inhoudsopgave Handige kenmerken en functies.................................... 5 Van start........................................................................... 6 Opstellen van de projector .....................................................................6 Voorzorgen bij het opstellen ........................................................................................ 6 Aansluiten van de bedrading van de projector ......................................7 Afstandsbediening......................
De timer terugzetten op de starttijd........................................................................ 18 Gebruiken van het instelmenu (MENU) ................................................19 Basisbediening instelmenu ........................................................................................ 19 Instellingen op het instelmenu ................................................................................... 19 Wachtwoordbeveiliging .....................................................
Handige kenmerken en functies z Kwikvrije hybride lichtbron Een door CASIO zelf ontwikkelde laser en LED hybride lichtbron met een hoge lichtopbrengst van maximaal 2.700 lumen (XJ-V1)/3.000 lumen (XJ-V2). Deze projector maakt geen gebruik van een kwikhoudende lamp, zodat het toestel milieuvriendelijker is.
Van start Dit gedeelte geeft uitleg over hoe u een locatie voor de projector moet kiezen, hoe u de kabels moet aansluiten en hoe u de andere vereiste handelingen moet uitvoeren voor u de projector kunt gebruiken. Opstellen van de projector Plaats de projector op een bureau, tafel of ander platform dat stevig en horizontaal is. Zorg voor voldoende ruimte rond de zijkanten en de achterkant van de projector voor een goede ventilatie.
Aansluiten van de bedrading van de projector Sluit de projector aan op een stopcontact en op een signaalbron. Gebruik een RGB-kabel om de RGB-uitgangsaansluiting van een computer of andere signaalbron aan te sluiten. Gebruik een HDMI-kabel* voor de verbinding met de HDMI-uitgangsaansluiting van een computer, video-apparaat of andere signaalbron. * Gebruik altijd een hoge-snelheid HDMI-kabel. Gebruik het meegeleverde netsnoer om de projector aan te sluiten op een stopcontact.
Afstandsbediening De projector wordt bediend met de meegeleverde afstandsbediening. Richt de zender van de afstandsbediening op één van de ontvangers op de projector wanneer u de toetsen van de afstandsbediening gebruikt. Het maximum bereik van het signaal van de afstandsbediening is ongeveer 5 meter (tussen de zender en de ontvanger). 1 1 Zender afstandsbedieningssignaal 2 [P] (Aan/uit) toets 2 3 [ESC] toets Zet het toestel aan of uit.
Inzetten van batterijen in de afstandsbediening Belangrijk! z Gebruik uitsluitend alkalibatterijen. *Pas op ER IS ONTPLOFFINGSGEVAAR ALS EEN BATTERIJ WORDT VERVANGEN DOOR EEN INCORRECT TYPE. HOUD U BIJ HET WEGGOOIEN VAN BATTERIJEN AAN DE VOORSCHRIFTEN. 1. Maak de batterijklep aan de achterkant van de afstandsbediening open. 2. 3. Doe de batterijklep aan de achterkant van de afstandsbediening weer dicht.
Bedienen van de projector Dit gedeelte geeft uitleg over hoe u de afstandsbediening kunt gebruiken om handelingen met de projector uit te voeren. Selecteren van de signaalbron (INPUT) Selecteren van de signaalbron 1. Druk op de [INPUT] toets. 2. Gebruik in het “Ingangssignaal” dialoogvenster dat zal verschijnen de [INPUT], [S] en [T] toetsen om de gewenste signaalbron te selecteren en druk vervolgens op [ENTER].
Handelingen met weergegeven beeld Gebruiken van de handmatige perspectivische correctie (KEYSTONE) Deze projector heeft een correctiefunctie voor perspectivische vertekening die voorkomt dat het geprojecteerde beeld vervormd wordt wanneer er onder een hoek geprojecteerd wordt. U kunt de [KEYSTONE +] en [KEYSTONE –] toetsen gebruiken om de perspectivische (keystone) correctie met de hand in te stellen. Beelden zoomen (D-ZOOM) 1. Druk op de [D-ZOOM +] toets.
Automatisch instellen van het beeld (AUTO) Druk op [AUTO]. z Door op [AUTO] te drukken worden automatisch de frequentie en de fase aangepast aan de hand van het ingangssignaal, hetgeen flikkeren en andere problemen met het geprojecteerde beeld kan verminderen. z Deze handeling wordt ondersteund wanneer Computer (RGB) de signaalbron is.
Aanpassen van de helderheid van het beeld (FUNC) 1. Druk op de [FUNC] toets. Selecteer op het menu dat zal verschijnen “Helderheid” en druk dan op [ENTER]. 2. Gebruik op het instelscherm voor de helderheid dat zal verschijnen de [W] en [X] toetsen om de helderheid van het beeld in te stellen. 3. Druk op [ESC] om het venster weer te sluiten. Veranderen van de kleurenmodus (FUNC) 1. Druk op de [FUNC] toets. Selecteer op het menu dat zal verschijnen “Kleurenmodus” en druk dan op [ENTER].
Regelen van het volumeniveau (VOLUME) U kunt de [VOLUME +] en [VOLUME –] toetsen op de afstandsbediening gebruiken om het volume te regelen van de audio die wordt geproduceerd via de AUDIO OUT-aansluiting. Regelen van het volumeniveau 1. Druk op [VOLUME +] of [VOLUME –]. z Hiermee opent u het “Volume” scherm op het geprojecteerde beeld. 2. Druk op [VOLUME +] om het volume te verhogen, of op [VOLUME –] om het volume te verlagen. 3. Wanneer u klaar bent, drukt u op [ESC].
Eco modus (ECO) In de Eco modus zijn de volgende instellingen beschikbaar voor een laag stroomverbruik, voor minder geruis in bedrijf of voor een aangepaste helderheid. Aan: Stelt u in staat met de hand de instellingen te bepalen voor stroombesparing, vermindering van geruis en helderheid. Uit : De helderheid krijgt de hoogste prioriteit. Selecteren van de Eco modus 1. Druk op de [ECO] toets. z Hierdoor opent u het “Eco modus” venster op het geprojecteerde beeld. 2.
Gebruiken van de Presentatietimer (TIMER) De presentatietimer telt af vanaf een vooraf ingestelde tijd. U kunt hier gebruik van maken om bij te houden hoeveel tijd er verstreken is tijdens uw presentatie en om uw presentatie binnen de van tevoren gestelde tijd af te ronden. U kunt de presentatietimer zo configureren dat deze wordt aangegeven op het geprojecteerde beeld. Weergeven van de timer Druk één keer op [TIMER] wanneer de timer niet wordt weergegeven op het geprojecteerde beeld.
Configureren van timerinstellingen 1. Gebruik de [TIMER] toets om het timerfunctiemenu te openen. 2. Gebruik de [T] en [S] toetsen om de “Positie”, “Doorlopende weergave” of “Starttijd” instelling te selecteren en verander de instelling aan de hand van de tabel hieronder. 3.
Pauzeren van de timer 1. Gebruik de [TIMER] toets om het timerfunctiemenu te openen. 2. Selecteer “Timer pauzeren” en druk dan op [ENTER]. Hervatten van een gepauzeerde timer 1. Gebruik de [TIMER] toets om het timerfunctiemenu te openen. 2. Selecteer “Timer opnieuw starten” en druk dan op [ENTER]. De timer terugzetten op de starttijd 1. Gebruik de [TIMER] toets om het timerfunctiemenu te openen. 2. Selecteer “Timer resetten” en druk dan op [ENTER].
Gebruiken van het instelmenu (MENU) Als u op de [MENU] toets drukt, wordt het hieronder getoonde instelmenu weergegeven op het geprojecteerde beeld. U kunt dit menu gebruiken om de helderheid, het contrast en andere instellingen voor het geprojecteerde beeld in te stellen en projectorinstellingen te veranderen. Menu-item (Submenu) Menu-items (Hoofdmenu) Markeren Uitleg De uitleg geeft aan welke handelingen er met de toetsen kunnen worden uitgevoerd voor het geselecteerde (gemarkeerde) menu-item.
U moet dit menu-item gebruiken: Om dit te doen: Beeldinstelling 1 3 Kleurbalans Selecteer één van de volgende voorgeprogrammeerde instellingen voor de kleurbalans: “Warm”, “Normaal*”, “Koud”. Kan ook worden gebruikt om apart rood, groen en blauw in te stellen.
U moet dit menu-item gebruiken: Om dit te doen: Scherminstellingen 3 Plafondbeugel De projector kan aan het plafond worden gehangen. Aan: Kies deze instelling wanneer de projector aan het plafond wordt gehangen. Omdat hierbij de onderkant van de projector naar boven zal wijzen, wordt het geprojecteerde beeld horizontaal en verticaal gespiegeld. Uit*: Kies deze instelling wanneer de projector gewoon op een tafel of iets dergelijks wordt gebruikt.
U moet dit menu-item gebruiken: Om dit te doen: Optie instellingen 1 3 Taal Geef de displaytaal op.
Wachtwoordbeveiliging Met de wachtwoordfunctie kunt u voorkomen dat personen zonder toestemming gebruik maken van de projector. U kunt opgeven of er een wachtwoord ingevoerd moet worden wanneer u de projector aan zet; u kunt het wachtwoord opgeven en wijzigen indien gewenst. Gebruik het instelmenu “Optie instellingen 1 3 Wachtwoord” om de instellingen voor het wachtwoord te configureren. Gebruiken van de wachtwoordfunctie Let op de volgende voorzorgen wanneer u de wachtwoordfunctie wilt gebruiken.
Wijzigen van het wachtwoord 1. Druk op de [MENU] toets om het instelmenu te openen. 2. Gebruik de [T] toets om “Optie instellingen 1” te selecteren en druk dan op [ENTER]. 3. Gebruik de [T] toets om “Wachtwoord” te selecteren en druk dan op [ENTER]. z Er zal nu een dialoogvenster verschijnen waarin u het huidige wachtwoord kunt invoeren. 4. Voer het huidige wachtwoord in.
Veranderen van de instelling voor het Spanning aan Wachtwoord 1. Voer de stappen 1 t/m 5 onder “Wijzigen van het wachtwoord” (bladzijde 24) uit en open het instelscherm voor het Spanning aan Wachtwoord. 2. Controleer of “Spanning aan Wachtwoord” is geselecteerd en gebruik de [W] en [X] toetsen om “Aan” of “Uit” in te stellen. z Als u de instelling verandert van “Uit” naar “Aan”, zal er een bevestiging “Prompt voor wachtwoord bij inschakelen van spanning?” verschijnen.
Schoonmaken van de projector Maak er een goede gewoonte van om de projector regelmatig schoon te maken zoals beschreven staat in dit gedeelte. Voor u de projector schoon gaat maken, moet u de stekker uit het stopcontact halen en controleren of de projector helemaal afgekoeld is. Schoonmaken van de buitenkant van de projector Veeg de buitenkant van de projector af met een zachte doek die bevochtigd is met een zwakke oplossing van water en een mild, neutraal schoonmaakmiddel.
Oplossen van problemen Indicators De POWER/STANDBY indicator en de STATUS indicator veranderen zoals in de tabellen hieronder staat beschreven om de huidige toestand van de projector aan te geven.
Foutindicators en waarschuwingen Wanneer er iets fout gaat met de projector, laten waarschuwingen en de indicators u weten wat het probleem is. z Wacht wanneer er een fout optreedt tot de ventilator gestopt is voor u de stekker uit het stopcontact haalt. Als u de stekker uit het stopcontact haalt terwijl de ventilator nog werkt, kan er een fout optreden wanneer u de stekker vervolgens weer in het stopcontact doet. z Druk op [ESC] om de waarschuwing te sluiten.
Indicator/foutmelding POWER : Doorlopend rood STATUS : Doorlopend rood Melding : – POWER : Doorlopend rood STATUS : Knippert rood (met tussenpozen van 0,5 seconden) Melding : – POWER : Doorlopend rood STATUS Melding Beschrijving en vereiste handeling De projector is automatisch uitgeschakeld vanwege een probleem dat waarschijnlijk is veroorzaakt door externe digitale ruis of een andere oorzaak. Controleer of de POWER/STANDBY indicator rood brandt (niet knippert).
Oplossen van problemen met de projector Controleer de volgende punten wanneer u een probleem ondervindt met de projector. Probleem Oorzaak en aanbevolen remedie Het toestel kan niet worden ingeschakeld. z Als de POWER/STANDBY indicator niet brandt, is het netsnoer niet goed aangesloten. Sluit het netsnoer correct aan. z Als de POWER/STANDBY indicator rood brandt en de STATUS indicator rood of geelbruin brandt (of knippert), dan is er een fout opgetreden.
Probleem Oorzaak en aanbevolen remedie Tekst is wollig. z Het beeld is misschien niet goed scherp gesteld. Stel het beeld goed scherp. z De instelling voor de frequentie en/of fase komt niet overeen met het ingangssignaal. (Alleen van toepassing bij een RGB-ingangssignaal.) Druk op [AUTO] om de automatische instelling uit te laten voeren. z Voer via het instelmenu de “Beeldinstelling 2 J Frequentie” en “Beeldinstelling 2 J Fase” instellingen uit. (Alleen van toepassing bij een RGB-ingangssignaal.
Bijlage Aansluiten op een component video-uitgang Dit gedeelte geeft uitleg over hoe u een component videoverbinding tot stand kunt brengen tussen de projector en een video-apparaat. z Component video-uitgangsaansluitingen bestaan uit 3 verschillende aansluitingen: Y·Cb·Cr of Y·Pb·Pr. Sluit de stekkers van dezelfde kleur aan op de corresponderende aansluitingen (groen: Y; blauw: Cb/Pb; rood: Cr/Pr). z Let op, want alleen aansluiting op een analoge component video-uitgangsaansluiting wordt ondersteund.
Bijwerken van de firmware De firmware van de projector (software in de flash-ROM van de projector) kan worden bijgewerkt vanaf een computer via de SERVICE-aansluiting (USB-aansluiting voor het bijwerken van de ROM) met behulp van een USB-kabel. De SERVICE-aansluiting van de projector verbinden met de USB-aansluiting van een computer Gebruik een los verkrijgbare USB-kabel om de SERVICE-aansluiting van de projector te verbinden met de USB-aansluiting van de computer.
Projectie-afstand en schermgrootte De waarden voor de projectie-afstand hieronder zijn bedoeld als richtlijn bij het opstellen van de projector.
Beeldverhouding en geprojecteerd beeld Hieronder kunt u zien hoe beelden van een bepaald type ingangssignaal zullen worden geprojecteerd bij een bepaalde instelling voor de beeldverhouding op de projector (“Hor.-Ver. verhouding”).
Signaalbron: Component of HDMI (DTV) Ingangssignaal Normaal 16:9 Beeld met beeldverhouding 4:3 Samengedrukt beeld Brievenbusweergave Beeld met beeldverhouding 16:9 36 16:10 4:3
Ondersteunde signalen Belangrijk! z Ook al wordt een signaal vermeld in de tabel hieronder, dan nog geeft dat geen garantie dat u de beelden correct zult kunnen projecteren.
Componentsignaal HDTV SDTV Signaalnaam Horizontale frequentie (kHz) Verticale frequentie (Hz) 1080p/50 56,3 50 1080p/60 67,5 60 720p/50 37,5 50 720p/60 45,0 60 1080i/50 28,1 50 1080i/60 33,7 60 576p/50 31,3 50 576i/50 15,6 50 480p/60 31,5 60 480i/60 15,7 60 HDMI-signaal Signaalnaam Horizontale frequentie (kHz) Verticale frequentie (Hz) 640 × 480/60 31,5 60 800 × 600/60 37,9 60 1024 × 768/60 48,4 60 1280 × 768/60 47,8 60 1280 × 800/60 49,7 60 1280 × 960/60
RS-232C bediening van de projector Wanneer er een seriële verbinding is tussen de projector en een computer, kunt u de projector bedienen via RS-232C commando’s die verstuurd worden vanaf de computer. Tot stand brengen van een seriële verbinding tussen de projector en een computer Verbind de projector en de computer zoals u kunt zien op de afbeelding hieronder.
Gebruiken van bedieningsopdrachten Dit gedeelte geeft uitleg over de opdrachten die worden gebruikt om de projector aan te sturen vanaf een computer. Zendformaat opdracht Configureer de seriële aansluiting van uw computer met de volgende instellingen. Communicatieprotocol Datasnelheid 19200 bps Databits 8 bit Pariteit Geen Stopbit 1 bit Flow control Geen Stuur deze opdracht wanneer u informatie wilt hebben over de huidige instellingen van de projector.
Lijst met opdrachten z Alleen de volgende functies worden ondersteund wanneer de projector uit staat. Probeer geen andere opdrachten naar de projector te sturen. z Aan/uit: Lezen z Aan: Schrijven z Lichttijd ophalen: Lezen z Er moet een geldig signaal worden ontvangen om een opdracht te kunnen gebruiken om het scherm blanco te maken of de beeldverhouding te veranderen.
Opdracht naam RW Perspectivische (keystone) correctie: Bepaalt de instelling voor de perspectivische (keystone) correctie als een waarde die correspondeert met de typische “Keystone correctie” instellingen hieronder. 0: Keystone correctie –60 60: Keystone correctie 0 120: Keystone correctie +60 Voorbeeld: 65 hier komt overeen met de instelling: Keystone correctie +5. KST RW 0 t/m 120 Keystone correctie +: Verhoogt de huidige instelling voor Keystone correctie met 1.
MA1511-A