User Manual

NL-14
Snelgids
Dit gedeelte geeft uitleg over de bediening tot aan het moment dat de projectie begint.
Zie voor meer gedetailleerde uitleg van de bediening de “Gebruiksaanwijzing” (UsersGuide.pdf).
1. Doe de batterijen in de afstandsbediening.
“Inzetten van batterijen in de afstandsbediening” (Gebruiksaanwijzing)
2. Zet de projector op een tafel, bureau of ander oppervlak dat horizontaal en sterk
genoeg is en zorg ervoor dat er genoeg ruimte vrij wordt gelaten rondom het
toestel.
“Opstellen van de projector”, “Voorzorgen bij het opstellen” (Gebruiksaanwijzing)
Lees ook “Veiligheidsvoorzorgen” (bladzijde NL-1) en “Voorzorgen in het gebruik” (bladzijde
NL-6).
3. Stel de verticale hoek van de projector
af.
Til de voorkant van de projector op en druk
de ontgrendeling in. Hierdoor valt de
voorpoot uit de onderkant van de projector.
Houd de ontgrendeling ingedrukt terwijl u de
voorkant van de projector op de juiste hoogte
brengt. Wanneer de voorpoot op de
gewenste hoogte zit, kunt u de ontgrendeling
loslaten. De voorpoot zal dan op die stand
vergrendelen.
Draai aan de achterpoot van de projector om
de horizontale hoek bij te regelen.
Slechts één van de achterpoten is in hoogte
verstelbaar met ±3 mm. De verstelbare
achterpoot klikt in op de stand waarin de
hoogte hetzelfde is als de andere achterpoot.
4. Gebruik het meegeleverde netsnoer om de projector aan te sluiten op een
stopcontact.
5. Sluit de projector aan op een apparaat dat een geschikt beeldsignaal produceert en
schakel het toestel vervolgens in.
“Aansluiten van de bedrading van de projector” (Gebruiksaanwijzing)
6. Druk op de [P] toets om de projector in te schakelen.
De eerste keer dat u de projector inschakelt, zal er een “Language” (Taal) venster verschijnen in
het midden van het geprojecteerde beeld. Kies de taal die u wilt gebruiken.
7. Gebruik de [INPUT]-toets om de signaalbron te selecteren.
“Selecteren van de signaalbron” (Gebruiksaanwijzing)
8. Gebruik de zoomring van de lens van de projector om de grootte van het
geprojecteerde beeld in te stellen.
9. Gebruik de scherpstelring om het beeld scherp te stellen.
10.
Gebruik de [] en [] toetsen om de helderheid in te stellen (XJ-F serie).
Op alle projectormodellen kunt u de helderheid instellen met de [] en [] toetsen op de
afstandsbediening.
2
1
3