Manual

De kookzone wordt uitgeschakeld en er wordt een “H” getoond
als de zone “warm is”. Anders toont het display van de zone
een streepje.
Het geluidssignaal en het knipperen van het display worden
onderbroken
· automatisch na 2 minuten.
· door op één van de toetsen te drukken.
Het display van de timer gaat uit.
· De basisfuncties komen overeen met de beschrijving van de
autonome timer.
Kookpannen (Afb. 3)
- Als er een magneet tot de bodem van een pan naderbij gebracht
wordt, en hij door deze aangetrokken blijft, zo is deze pan
geschikt om voor inductiekoken gebruikt te worden.
- De voorkeur geven aan pannen die ook voor inductiekoken
bestemd zijn
- en aan pannen met vlakke en dikke bodem.
- Door een kookpan te gebruiken die dezelfde diameter heeft als
de kookzone benut u het vermogen maximaal.
- een kleinere pan vermindert de sterkte van het kooktoestel maar
veroorzaakt geen energieverlies. Het gebruik van kookpotten
waar de middellijn van kleiner is dan 10 cm is in ieder geval af
te raden. De voorkeur geven aan
- pannen uit roestvrij staal met meervoudige bodemlaag of uit
roestvrij ferriet, als ze op de bodem het opschrift dragen: per
induction;
- gietijzeren pannen beter met geëmailleerde bodem, om de
oppervlakte uit glasceramiek door krassen niet te beschadigen.
- Er wordt afgeraden van pannen uit glas, ceramiek, terracotta,
aluminium, koper of roestvrij niet magnetisch (austenitisch)
staal.
Onderhoud (Afb. 4)
Stukken van bladaluminium, overblijfsels van levensmiddelen,
scheuten van vet, suiker, of sterk suikerhoudende spijzen moeten
met een schraper van de kookvlakte onmiddellijk verwijderd worden
om mogelijke beschadiging van de bladoppervlakte te voorkomen.
Reinig de kookplaat na gebruik met een geschikt product en
keukenpapier; spoel vervolgens met water en droog de plaat af met
een schone doek. Gebruik nooit sponzen of schuursponzen; vermijd
gebruik van agressieve chemische detergenten of ontvlekker.
Instructies voor de installateur
Installatie
De onderstaande instructies zijn bedoeld voor de gekwaliceerde
installateur, die de installatie, regeling en het onderhoud uitvoert
volgens de geldende wetten en normen. Reparaties moeten
altijd worden uitgevoerd terwijjl de stroomvoorziening van het
apparaat is onderbroken.
Plaatsing (Afb. 5)
Het kooktoestel is gemaakt om in een aanrecht ingebouwd te
worden, zoals aangegeven in de afbeelding.
De gehele omtrek van het kooktoestel moet verzegeld worden
met bijgaand dichtingsmateriaal dat samen met het toestel wordt
geleverd.
Er wordt van de installatie op een oven afgeraden, anders indien
nodig zich verzekeren:
- dat de oven van een goed koelingsysteem is voorzien;
- dat in geen geval hete lucht uit de oven naar de kookvlakte
omhoogstijgt;
- dat er van luchtdoorlaten, zoals aangegeven in de afbeelding,
wordt voorzien.
(Afb. 5)
1 Vooraanzicht
2 Zijaanzicht
3 Oven of kastruimte
4 Luchttoevoer
Elektrische aansluiting (Afb. 6)
Alvorens de elektrische aansluiting te verrichten verzekert men
zich ervan dat:
- de karakteristieken van het stroomvoorzienende apparaat
voldoen aan hetgeen is vermeld op de registratieplaat onderop
de kookplaat;
- dat het stroomvoorzienende apparaat voorzien is van een
effectieve aardeverbinding volgens de wettelijk voorgeschreven
normen en beschikkingen. Het aarden is verplicht volgens
de wet.
In het geval dat het apparaat niet is uitgerust met een kabel
en/of stekker, dient gebruik gemaakt te worden van materiaal,
geschikt voor de stroomvoering en de werktemperatuur, zoals
aangegeven op de registratieplaat. De kabel mag op geen enkel
punt een temperatuur bereiken die hoger is dan 50°C boven de
omgevingstemperatuur.