Operation Manual

Gebruikershandleiding CCVnet
CID047/12072012
6 / 23
3 INTERNETTOEGANG
3.1 Computer aansluiten met ethernet kabel
Als u een computer wilt aansluiten op het modem dan kunt u gebruik maken van één van de vrije LAN-
poorten, zie paragraaf 2.1. Wij adviseren u om hiervoor gebruik te maken van een categorie 5 ethernet
kabel. Als er geen vrije poorten beschikbaar zijn, dan kunt u met een Ethernet Switch het aantal poorten
uitbreiden. Deze Switch dient u zelf aan te schaffen en aan te sluiten.
Actie Toelichting
1 Sluit de ethernetkabel aan op één van de
vrije gele LAN-poorten.
2 Sluit het andere uiteinde van de ethernet
kabel aan op de netwerkkaart van uw
computer.
Het groene lampje (LED) van de gebruikte LAN-poort op
het modem zal gaan branden.
3 Automatisch toekennen IP-adres Standaard zijn computers ingesteld op DHCP, zodat het
modem automatisch een IP-adres toekent aan de
computer.
4 Toekennen vast IP-adres Als u gebruik wilt maken van een vast IP-adres op uw
computer, maak dan gebruik van de volgende gegevens:
IP adres in het bereik van: 192.168.1.200 t/m 92.168.1.250
Subnet mask : 255.255.255.0
Default Gateway: 192.168.1.254
DNS: 192.168.1.254
3.2 Apparaten draadloos verbinden
Er zijn twee manieren om een computer draadloos en beveiligd te verbinden met het modem:
1. Via WPS:
U kunt alleen WPS gebruiken als het apparaat dat u wilt aansluiten WPS ondersteunt. Met WPS kunt u
snel (zonder dat configuratie nodig is) draadloze apparaten toevoegen aan uw netwerk.
2. Handmatig een beveiligde verbinding instellen
De standaard beveiligingsmethode van het modem is ingesteld op WPA+WPA2 (ofwel WPA(2)-PSK-
encryptie). Als uw computer hiervoor geschikt is, raden wij u aan om deze beveiligingsmethode ook te
gebruiken. U kunt ook een draadloze verbinding instellen zonder beveiliging, dit wordt echter afgeraden.