Operation Manual

CID086/03012013
15 / 54
3.2 Toetsen van de betaalautomaat en het pinpad
Toetsen Vx570 betaalautomaat
1 Grijze functietoetsen Naast het scherm van de betaalautomaat bevinden zich vier grijze
functietoetsen. Druk op deze toetsen om menuopties te kiezen die
op het scherm worden weergegeven.
2 Paarse functietoetsen Onder het scherm van de betaalautomaat bevinden zich vier
paarse functietoetsen. Boven deze toetsen kunnen
functiesymbolen worden weergegeven. Druk op de paarse
functietoets onder een symbool om een functie te kiezen.
3 <ALPHA> toets Druk op de grijze <ALPHA> toets om ingevoerde cijfers om te
zetten naar letters en leestekens. Raadpleeg subparagraaf 3.3.1
voor meer informatie over het invoeren van letters en leestekens.
4 Numerieke toetsen Druk op de numerieke toetsen als u cijfers wilt invoeren.
Bijvoorbeeld om een transactiebedrag in te voeren.
5 <*> toets Onder deze toets zijn leestekens geprogrammeerd. Raadpleeg
subparagraaf 3.3.1 voor meer informatie over het invoeren van
leestekens.
6 <#> toets Onder deze toets zijn leestekens geprogrammeerd. Raadpleeg
subparagraaf 3.3.1 voor meer informatie over het invoeren van
leestekens.
7 <STOP> toets Druk op de rode <STOP> toets om een handeling af te breken.
Als u bijvoorbeeld een transactie uitvoert, kunt u deze afbreken
door te drukken op <STOP>.
Zit u in het menu van de betaalautomaat? Druk dan op <STOP>
om terug te keren naar een voorgaand menu. Door meermaals op
deze toets te drukken keert u terug naar het beginscherm.
8 <CORR> toets Druk op de gele <CORR> toets om ingevoerde cijfers, letters en/of
leestekens te corrigeren. U kunt deze toets tevens gebruiken bij
het wijzigen van instellingen voor uw betaalautomaat.
9 <OK> toets Druk op de groene <OK> toets om ingevoerde gegevens of een
handeling te bevestigen.
1
2
3
4
5
6
7
8
9