Quick Start Guide

1 2
Kassiersunit
1
Grijze functietoetsen: selecteer menu opties
2
Paarse functietoetsen: voer functies uit die
boven deze toetsen worden weer gegeven
3
Numerieke toetsen: voer cijfers in,
bijvoorbeeld een transactiebedrag
4
<STOP> toets: breek een handeling af of
keer terug naar een voorgaand menu
5
<CORR> toets: corrigeer ingevoerde gegevens
6
<OK> toets: bevestig ingevoerde gegevens of een handeling
7
Grijze <ALPHA> toets: zet ingevoerde cijfers om in letters en leestekens
Pinpad
8
Numerieke toetsen: voer de pincode in
9
<STOP> toets: breek een transactie af
10
<CORR> toets: corrigeer de ingevoerde pincode
11
<OK> toets: bevestig de ingevoerde pincode en accordeer de transactie
Transacties uitvoeren
Om een transactie uit te voeren voert u de volgende handelingen uit:
BETALING
ANDERE TRX
01.06.12
1. Kies BETALING.
4. De kaarthouder voert de
pincode in en accordeert de
transactie met <OK>.
BETALING
BEDRAG
EUR 0,00 _____
BETALING
EUR 9,95
KAART LEZEN
TRANSACTIE AKKOORD
VERWIJDER KAART
BETALING
KAART: MAESTRO
KLANT INGAVE PIN
2. Voer het bedrag in en
bevestig met <OK>.
3. De kaarthouder voert de
betaalkaart in.
5. De transactie is succesvol
uitgevoerd.
Een dag openen en sluiten
Om een dag te openen voert u de volgende handelingen uit:
TERMINAL
GEDEACTIVEERD
BETALING
ANDERE TRX
01.06.12
01.06.12
1. Druk op de paarse functie -
toets onder het symbool .
1. Druk op de paarse functie -
toets onder het symbool .
BEVEILIGD ITEM
MANAGER WACHTWOORD:
_____
BEVEILIGD ITEM
MANAGER WACHTWOORD:
_____
2. Voer het manager wachtwoord in (standaard
ingesteld op 99999) en bevestig met <OK>.
2. Voer het manager wachtwoord in (standaard ingesteld
op 99999) en bevestig met <OK>. Het e-journaal en het
rapport met eindtotalen wordt nu afgedrukt.
Om een dag te sluiten voert u de volgende handelingen uit:
Introductie
In deze verkorte gebruikershandleiding voor uw betaalautomaat worden de volgende
handelingen uitgelegd:
• Hoe u de betaalautomaat kunt bedienen.
• Het openen en sluiten van een dag. Hiermee
opent of sluit u een periode voor de nanciële
rapporten waarin de historie van uitgevoerde
transacties wordt opgeslagen.
• Het uitvoeren van een transactie.
• Het afdrukken van een totalenrapport; een
overzicht van de transacties die u hebt
uitgevoerd gedurende een periode.
• Het plaatsen van een printerrol in de betaal-
automaat.
• Het bestellen van printerrollen via de betaal-
automaat.
• De handelingen die u zelf kunt uitvoeren als
zich een storing voordoet op de betaal-
automaat.
• Het opzoeken van het TMS Terminal ID of de
betaalautomaatcode. Onze medewerkers
kunnen u hiermee sneller helpen.
Verder vindt u in deze verkorte gebruikershandleiding de contactgegevens van CCV en kunt u lezen
waar u meer informatie over uw betaalautomaat kunt downloaden.
Bediening van de betaalautomaat
De betaalautomaat bestaat uit een kassiersunit en
een pinpad. De kassiersunit wordt door u bediend
en het pinpad door de kaarthouder die betaalt.
1
7
2
3
4
5
6
8
9
10
11