Operation Manual

154
4. INLEIDING VAN DE PROGRAMMA'S
Wanneer u de CEFAR ACTIV 4 gebruikt, werkt u met verschil-
lende programma's met verschillende types van stimulatie. De
programma's voor massage zijn bijvoorbeeld helemaal anders dan
de fitnessprogramma's voor toning. De programma's zijn ook
afgestemd op verschillende lichaamsdelen en sommige van de
programma's hebben verschillende niveaus. Al deze varianten
resulteren in een totaal van 474 verschillende preset-programma's
in de CEFAR ACTIV 4.
De Persoonlijke Trainer-functie op de stimulator helpt u om een
compleet trainingsschema voor 6 weken samen te stellen als u het
gevoel hebt dat u wel wat hulp kunt gebruiken bij de keuze van
aangepaste programma's.
4.1 Programmaniveaus
Sommige van de programma's hebben 3 verschillende niveaus:
Niveau 1, 2 en 3, bijv. Toning 1, Toning 2 en Toning 3. Gebruik
deze niveaus om uw trainingslast geleidelijk aan op te voeren. Als u
niet aan sport doet, raden we u aan om te starten met niveau 1 en
het niveau geleidelijk op te voeren naarmate u geoefender wordt.
4.2 Lichaamsdelen
Omdat de verschillende spieren en spiergroepen andere kenmer-
ken hebben (omvang, kracht, etc.), wordt elk programma apart
ontworpen voor een bepaald lichaamsdeel. Daarom moet u, als u
een programma kiest, bijv. Sculpting 1, altijd aangeven welk
lichaamsdeel u wilt stimuleren.
4.3 Programmasequenties
Elk programma bestaat uit 1-3 sequenties en elke sequentie heeft
een eigen bedoeling. Programma's met 3 sequenties beginnen
altijd met een opwarmingssequentie en eindigen met een herstel-
sequentie om een uitgebalanceerde trainingssessie te garanderen.
Sequentie 1 Warm-up Gematigde spiertrillingen
Sequentie 2 - - -
Vervangen van Stimulatiesoorten
- - -
Sequentie 3 Recovery Zichtbare spiertrillingen
Als het programma van sequentie verandert, zakt de amplitude
naar de helft van de ingestelde waarde om de overgang aangena-
mer te maken. Dit houdt in dat u de amplitude opnieuw moet
opvoeren bij het begin van elke nieuwe sequentie.
Op het scherm van de stimulator kunt u zien uit hoeveel sequen-
ties het programma bestaat (aantal hokjes), de huidige sequentie
(het gekleurde hokje) en de duur van de sequentie. U kunt de duur
van de huidige sequentie aanpassen of naar de volgende of de vori-
ge sequentie gaan op elk moment van de stimulatie, zie punt 8.10
De duur en de volgorde van sequenties aanpassen voor instructies.