Operation Manual
176
Onderhoud
C1_nl_Chap10_verifications_ed01-2015
Vermijd langdurig huidcontact met
afgewerkte olie en andere vloeistoffen.
De meeste van deze vloeistoffen zijn
bijtend en schadelijk voor de gezondheid.
Gooi afgewerkte olie en andere
vloeistoffen niet in het riool, in het water
of op de grond.
Deponeer afgewerkte olie in de
daarvoor bestemde containers
bij het CITROËN-netwerk of een
gekwalificeerde werkplaats.
Afgewerkte producten
Type vloeistof
Voor een optimale reiniging en om het
bevriezen van de sproeiers te voorkomen,
wordt het (bij)vullen van het reservoir met water
afgeraden.
Gebruik onder winterse omstandigheden
vloeistof op ethanol- of methanolbasis.
Niveau
ruitensproeiervloeistof
Vul het reservoir bij wanneer dit
nodig is.
Koelvloeistofniveau
Het koelvloeistofniveau dient zich te
bevinden:
- tussen de merktekens "FULL" of
"F" en "LOW" of "L", voor de
VTi 68- en VTi 68 S&S-motor,
Wacht bovendien alvorens werkzaamheden
aan het koelsysteem uit te voeren ten minste
1 uur nadat de motor gedraaid heeft, omdat het
koelsysteem onder druk staat.
Draai om brandwonden te voorkomen de dop
eerst 2 omwentelingen los om de druk te laten
dalen. Verwijder, als de druk eenmaal gedaald is,
de dop en vul koelvloeistof bij.
Type koelvloeistof
Gebruik de door de fabrikant voorgeschreven
koelvloeistof.
De koelventilator kan ook nog gaan draaien
nadat de motor is afgezet: houd daarom
voorwerpen en kleding uit de buurt van de
ventilator.
- tussen de merktekens "MIN" en "MAX", voor
de PureTech 82-motor.
Als de motor warm is, wordt de temperatuur van
de koelvloeistof geregeld door de koelventilator.