Operation Manual

36
II
R U I T E N W I S S E R S
Om veiligheidsredenen worden de
ruitenwissers stilgezet, zodra u het
contact afzet.
Na elke onderbreking van het contact
langer dan 1 minuut moet u het auto-
matisch wissen activeren door de hen-
del één tik naar beneden te drukken.
Stand
I
:
de wissnelheid is afhankelijk van de rijsnelheid.
Stand 1 en 2:
als de auto stilstaat, wordt de wissnelheid automatisch verminderd.
Om veiligheidsredenen worden de ruitenwissers stilgezet, zodra u het contact afzet.
Na aanzetten van het contact kunt u de ruitenwissers als volgt weer activeren:
Keer terug naar
stand
0
.
Of schakel in de
gewenste stand
.
Om te bevestigen dat het systeem is ingeschakeld, maken de wissers één slag.
Auto voorzien van een regensensor
Aanzetten van automatisch wissen:
Druk de hendel naar beneden, in de stand
"AUTO"
. De wissnelheid is dan afhankelijk van de
hoeveelheid neerslag op de voorruit.
Let op:
wanneer het automatisch wissen aanstaat en u de hendel een stand verder naar
beneden drukt, treedt het interval wissen in werking, zonder dat het automatisch wissen wordt
uitgeschakeld.
Zo schakelt u het automatisch wissen uit:
Zet de hendel in stand
I
en daarna weer in stand
0
.
Of zet de
motor af
.
LET OP
Dek de regensensor, die zich achter de binnenspiegel op de voorruit bevindt, niet af
.
Zet voor het wassen van de auto het contact af of schakel de functie voor het automatisch
wissen uit.
Ruitenwissers vóór
Schakelaarstanden
2:
snel.
1:
normaal.
I
:
interval.
0:
stop.
Een stand omlaag:
AUTO:
automatisch wissen aan.
Enkele wisbeweging.