Operation Manual

108
IX
R I J D E N
Weergave op het
instrumentenpaneel
-
De positie van de selectiehendel
wordt links op het instrumen-
tenpaneel weergegeven bij de
multifunctionele displays A en C
en rechts op het NaviDrive multi-
functionele display.
- U kunt de ingeschakelde versnel-
ling eveneens zien aan de hand
van een schakelpatroonpaneel
met achtergrondverlichting bij de
selectiehendel.
Starten van de motor
Wanneer bij aangezet contact het
waarschuwingslampje SERVICE
brandt vergezeld van een geluids-
signaal en de melding "storing
versnellingsbak", is er sprake
van een storing.
Raadpleeg het CITROËN-netwerk.
Voor de veiligheid:
U kunt pas vanuit stand N schakelen
als u het rempedaal hebt ingetrapt.
Als volgens het display de ver-
snellingsbak zich in stand N
bevindt maar de positie van de
selectiehendel hiervan afwijkt, zet
de selectiehendel dan in stand N
om de motor te kunnen starten.
Om de motor te kunnen starten
moet de selectiehendel zich in
stand N bevinden.
Trap het rempedaal krachtig in.
Bedien de startmotor.
Plaats bij een draaiende motor de
selectiehendel in stand R , A of M .
Controleer op het instrumentenpa-
neel de ingeschakelde versnelling.
Laat het rempedaal los en geef gas.
Als de selectiehendel niet in stand
N staat en/of het rempedaal niet
is ingetrapt, gaan de betreffende
controlelampjes branden en ver-
schijnt een melding dat aan ten
minste één van de twee voorwaar-
den niet is voldaan.
In dat geval start de motor niet en
moet de bovenstaande procedure
worden herhaald.
Inschakelen van de achteruitver-
snelling
Plaats voor het inschakelen van de
achteruitversnelling de selectiehen-
del in stand R .
Schakel de achteruitversnelling
pas in als de auto stilstaat.
Als tijdens het rijden abusievelijk
de achteruitversnelling wordt ge-
selecteerd, gaat controlelampje N
knipperen en wordt automatisch de
neutraalstand ingeschakeld. U kunt
weer een versnelling inschakelen
door de selectiehendel in stand A ,
M of R te zetten.
Achteruitversnelling