Operation Manual

13
04
1
2
4
3
VERKEERSINFORMATIE
INSTELLEN VAN DE FILTERS EN DE
WEERGAVE VAN TMC-BERICHTEN
Selecteer vervolgens de gewenste
straal van het lter (in km), afhankelijk
van de route, en bevestig door op de
draaiknop te drukken.
Druk nogmaals op de toets TRAFFIC
of selecteer het Menu "Verkeer"
en druk op de draaiknop om te
bevestigen.
GEOGRAFISCH FILTER
Druk op de toets TRAFFIC.
De fi lters werken onafhankelijk en cumulatief.
Het is raadzaam om een lter op de route en een fi lter rondom de auto in te schakelen van:
- 3 km of 5 km voor een gebied met een dicht wegennet,
- 10 km voor een gebied met een normaal wegennet,
- 50 km voor lange trajecten (autosnelweg).
Selecteer de functie "Geografi sch
lter" en druk op de draaiknop om te
bevestigen.
De lijst met TMC-berichten verschijnt onder Menu "Verk
"Verkeer" op
volgorde van nabijheid.
Selecteer het gewenste fi lter:
BERICHTEN OP ROUTE
ALLEEN WAARSCH. BERICHTEN OP ROUTE
ALLE WAARSCHUWINGSBERICHTEN
ALLE BERICHTEN
De berichten verschijnen op de kaart
en in de lijst.
Druk op ESC om het fi lter uit te
schakelen.
MENU VERKEER
Het symbool TMC links onder aan het sch
et scherm kan op
3 verschillende manieren worden weergeg
eergegeven:
- Geen TMC-zender beschikbaar,
- TMC-zender beschikbaar, geen bericht
erichten voor deze
route,
- TMC-zender beschikbaar, met berichte
richten voor deze
route (indien navigatie actief).
Wanneer alle berichten over het traject worden geselectee
lecteerd, wordt
aanbevolen een geografi sche lter (over een straal van 5 km bijvoorbeeld)
aanbevolen een geografi sche lter (over een straal van 5 km bijvoorbeeld)
toe te voegen om het aantal berichten dat op de kaart vers
rt verschijnt te
verkleinen. Het geogra sch lter volgt de verplaatsing van de auto.
verkleinen. Het geogra sch lter volgt de verplaatsing van de auto.